Neurologie, waarnemingsorganen: geur, evolutie
De waarnemingsorganen hebben een nog primitievere status dan het
zenuwstelsel. Dat is omdat ten eerste waarneming ook mogelijk is langs
biochemische wegen in plaats van bio-elektrische, en ten tweede omdat er van
het begin van het leven af aan behoefte is geweest aan zulke organen. In de
leefomgeving zijn er altijd dreigingen voor het leven aanwezig, waarvan
misschien wel de meest primitieve die van andere levensvormen is geweest.
Het in stand houden van leven gaat gepaard met behoeftes aan energie en
grondstoffen, en de minste energie kost het verzamelen van grondstoffen die
al grotendeels of geheel voor het leven geschikt zijn - dat wil zeggen: de
grondstoffen in andere levensvormen. Over de huidig bekende biologisch cel,
stammend van de eencelligen, wordt vermoedt dat een paar onderdelen, met
name de mitochondrieën die eigen dna-materiaal herbergen, afkomstig zijn van
concurrerende levensvorm.
Voor deze vermoedens zijn sterke aanwijzingen, zoals deze (Volkskrant.nl, 30-10-2009, ANP):
Het detecteren van chemische stoffen in de omgeving is dus de meer
algemene definitie van "geur". Wat dus al werkt zonder dat er een specifieke
orgaan aan geweid is. Dat latere orgaan is doodgewoon een gebied dat
geëvolueerd is met als specialisatie van iets dat er al was. En dat zeer
gevoelig is en zeer specifieke informatie kan detecteren. De communicatie
binnen mierenkolonies gaat ook voornamelijk langs biochemische weg, en de
ingewikkeldheid van de sociale structuren van mieren laat zien dat die
communicatie bijzonder gedetailleerd moet zijn.
Een ander voorbeeld is dat van een van de eerste gewervelden:
de vis - hier een "minnow" of "voorn" (LiveScience.com, 29-09-2006, door Ker Than
):
Het is onwaarschijnlijk dat die
chemische stoffen zo uniek zijn. Het zijn gewoon de chemische stoffen die
vrijkomen bij het kapotmaken van weefsel van de voorn, en de specifieke
combinatie van stoffen aanwezig in het weefsel maakt dat de afvalstroom een
(zeer) specifieke samenstelling heeft. Maar vermoedelijk is geen van de
afzonderlijke chemische stoffen uniek.
Deze gewaarwording maakt het mogelijk "dreigingen" te
ontdekken, door andere gewaarwordingen te associëren met de gewaarwording van
"gescheurd voorn-vlees".
Volgende achtergrondskwestie: hoe ziet men dat de vissen 'on
high alert' zijn, dat wil zeggen: een dreiging hebben ervaren:
Een helder en objectief criterium.
Met deze basis worden er nu experimenten gedaan met
betrekking tot de capaciteiten van deze gewaarwordingen. De dreiging in dit
geval is een snoek ("(northern) pike"):
In mensentermen klinkt dit verbazingwekkend, maar dat is omdat omdat mensen
betrekkelijk slecht presteren op het vlak van geur. Bij bijvoorbeeld honden, als
zoogdier niet eens zo ver van ons af staand, zijn die capaciteiten op het vlak
van geur veel beter bewaard gebleven. Mensen gaan eropuit om elkaar te zien,
honden gaan eropuit om elkaar te ruiken.
Naar Neurologie, organisatie
, of site home
·.
|