Toelichting bij Meritocratie: de visie van Young en Dahrendorf
De bedenker van de term "meritocratie" is de Engelse socioloog Michael Young
(Wikipedia), die hem introduceerde in een boek genaamd The Rise of
Meritocracy, oftewel De Opkomst van de Meritocratie. Young zag
meritocratie niet als iets positiefs, en in zijn boek, een dystopie, leidt
het tot een maatschappelijke ramp.
Dat aspect zien we ook in de volgende bespreking van de nog beroemdere
socioloog Ralf Dahrendorf
(Wikipedia). Aan de hand van dit artikel worden nog wat voor- en nadelen van
meritocratie besproken (de Volkskrant, 03-05-2005, Ralf Dahrendorf, lid van het Britse Hogerhuis
en voormalig rector van de London School of Economics):
Dahrendorf is enigszins dubbelzinnig aangaande de waarde
van de meritocratie. Dit wordt veroorzaakt door een verkeerde
gelijkstelling, overgenomen uit Young's boek, namelijk dat meritocratie per
definitie tot een afsluiting van de rangen door de meritocratische elite
leidt. De argumenten die daarvoor genoemd worden, slaan niet alleen op een
meritocratie elite, maar op alle elites. Uit de praktijk van de geschiedenis
is bekend dat dit in ieder geval klopt voor voor allerlei bekende -cratieën
en -archieën zoals monarchie, aristocratie, plutocratie, oligarchie,
enzovoort. Als het waar is dat alle elites hun rangen sluiten voor
buitenstaanders, is dat geen argument om meritocratie te veroordelen; dit is
dan een loos argument
.
Het is dan zaak om te kijken naar de werkelijk bestaande verschillen tussen
de verschillende vormen van elites, om een keuze te maken. Dan leidt het
weinig twijfel dat meritocratie de voorkeur verdient boven aristocratie,
plutocratie, enzovoort, zelfs in het geval dat het ook leidt tot een
afgesloten elite.
Maar waar het om gaat, is dat het bestaan van een afgesloten elite altijd
een uitermate destructieve zaak is. Want een afgesloten elite betekent dat
de topbanen niet voor de meest geschikte personen beschikbaar zijn, dus niet
verdeeld worden naar merites. Een "afgesloten meritocratische elite" is dus
een contradictie. De door Young en Dahrendorf gehanteerde gelijkstelling
niet klopt: meritocratie houdt per definitie de vorming van een gesloten
elite tegen, en gebeurt dat laatste wel, is het geen meritocratie.
Het artikel bevat nog een ander misverstand, namelijk dat een meritocratie
altijd beoordeelt naar academische vorming. Dat is natuurlijk onzinnig: een
echte meritocratie beoordeelt zijn kandidaten naar maatstaven die slaan op
de te vervullen functie. Voor vele hoge functies is een dusdanig praktische
inslag noodzakelijk, dat academisch gevormden, met hun hang naar het
theoretische en het abstracte, in zijn algemeenheid genomen minder geschikt
zijn.
Het artikel laat nog een aspect van elitevorming weg dat even belangrijk is
als de vorming van een gesloten groep: het vormen van een verheven groep -
het zit eigenlijk al in de term "elite" ingebakken. Dit stamt vooral van die
oudere -cratieën en -archieën - op zijn minst monarchie en aristocratie
lijken niet alleen sterk onderhevig aan dit proces, maar men zou kunnen
argumenteren dat het "verheven zijn" de essentie van die systemen uitmaakt.
Ook in de kapitalistische maatschappij zijn trekken hiervan waar te nemen,
waar men rijker gelijk stelt met hoger en beter.
Naar Meritocratie
, of
site home
.
|