Bronnen bij Sociologische begrippen: uiterlijk, erkenning

De meest voorkomende reden dat men dingen gelooft waarvan enig gezond verstand zegt dat ze niet zo zijn, is dat men de waarheid omtrent die dingen doogewoon niet wil weten. En ook weer meestal: uit eigen belang of eigen-groepsbelang. Hetgeen ook waar blijkt te zijn bij het onderhavige geval, als men eindelijk met zijn neus tegen de rotstwandige waarheid botst dat uiterlijk belangrijk is. een rotswnadige waarheid omdat het doodgewoon zo is dat men het innerlijk niet kan "meten" (de Volkskrant, 10-12-2014, door Ianthe Sahadat):
  Bij sollicitaties gaat het om de looks, daarna pas om de capaciteiten

...    'Solliciteren kan bijna niet meer zonder foto. Via Facebook of LinkedIn zien werkgevers onmiddellijk hoe iemand eruitziet. Wij vroegen ons af wat de gevolgen hiervan zijn.'    ...

Om te brullen van de lach ... Zeker zelf nooit gesolliciteerd ... Natuurlijk is het erger geworden, maar dat uiterlijk essentieel is, was al overal in de maatschappij waar te nemen. Maar ja, sociologen, hè ...
  Een panel van 129 mensen beoordeelde op verzoek van de onderzoekers portretfoto's van Nederlandse mannen en vrouwen op hun uiterlijk. Ze gaven de gezichten een cijfer en werden daarbij gevraagd rekening te houden met hun leeftijd, geslacht en etniciteit om een zo objectief mogelijke uitslag te krijgen.

"Enquête", dit keer wel eens een betrouwbare methode, want de mening van mensen, hoe onjuist ook, is precies wat er gemeten moet worden. De uitslag:
  Aantrekkelijkheid, zelfvertrouwen en fitheid zijn de belangrijkste voorspellers voor succes op de arbeidsmarkt. Dat blijkt uit onderzoek van het SCP. Vooral de 'relatieve lelijkerds' ondervinden nadeel van hun uiterlijk.    ...
    Vervolgens gaven 1.600 ondervraagden aan aan wie zij wel of niet voor een baan als medewerker van een kantoorboekhandel of consultancykantoor zouden kiezen. De portretfoto's waren voorzien van fictieve naam, leeftijd, opleidingsniveau en werkervaring.

En voor de zekerheid er aan toegevoegd:
  Niet opleidingsniveau, etniciteit of leeftijd, maar aantrekkelijkheid, zelfvertrouwen en fitheid zijn de belangrijkste voorspellers voor succes op de arbeidsmarkt.

En één van de onderzoekers is bereid zijn onbenul in de krant te laten zetten:
  De uitkomst van het onderzoek verbaast hem. 'Er is al veel onderzoek naar de sociale rol van uiterlijk gedaan en ik had ook wel verwacht dat het van invloed zou zijn, maar dit is wel erg veel.'

Er volgen er nog twee:
  Volgens Van Campen is het zeer menselijk om iemand op zijn of haar 'fysieke en mentale uitstraling' te beoordelen.

Waarom dan dan volkomen foute idee dat dit niet zo was ...?
    En tenslotte:
   'Je wilt niet alleen een goede maar ook een prettige collega.'

Oftewel: ook "prettigheid" meent hij aan het uiterlijk te kunnen ontlenen. Wat nu precies weer één van die dingen is die nog het minst betrouwbaar is.
    Oh ja, wat is nu het betrokken eigenbelang? Heel simpel: wie hebben er op deze gronden preferentieel veel nadeel? Juist ja: de bèta's. Lelijke nerds, in het oordeel van het soort mensen die dit soort precedures afhandelen. Lieden uit de vakgebieden der sociologie of psychologie.

Er was nog iemand met enige ervaring met echte mensen (de Volkskrant, 11-12-2014, ingezonden brief van Bea Dorpema, Utrecht):
  Looks

In het artikel over het uiterlijk dat bij sollicitaties belangrijker is dan opleiding of werkervaring (Ten eerste, 10 december) illustreert onderzoeker en psycholoog Cretien van Campen prachtig wat hij constateert in het onderzoek. In de laatste zin van de voorlaatste alinea zegt hij: 'Je wilt niet alleen een goede, maar ook een prettige collega.' Iemand die er goed uitziet staat dus gelijk aan een prettig iemand. Iedereen denkt dat blijkbaar, ook de psycholoog zelf. Op grond van ervaring waag ik het te betwijfelen.

Tja ...

Van de volgende bron hebben eerdere al diverse versies in de populair-wetenschappelijke pers gestaan. Hier in een zodanig verdekte vorm dat ook de politiek-correcte Volkskrant het, vermoedelijk onbewust, kon publiceren (de Volkskrant, 18-04-2015, door Maarten Keulemans):
  De week in de wetenschap

Naar Washington?

Kansloos natuurlijk, die Hillary Clinton. Maar dat weten alleen wetenschappers.


Als alzheimerpatiënten, verslaafden en zwarten het kunnen, zo zal ze gedacht hebben, dan kan ik het toch zeker ook? En dus richtte Hillary Clinton de blik op het Witte Huis en kon het plussen en minnen beginnen: is ze niet te arrogant, weet ze genoeg van economie?
    Terwijl de olifant in de kamer een andere is: geen slurfje. Mevrouw Clinton is een mevrouw. En hoewel mensen graag denken dat kiezers verstandige lieden zijn die kiezen met hun verstand, blijkt dat in onderzoek na onderzoek domweg niet het geval. Zeker in landen zoals de VS, waar men zich bedreigd voelt door den vreemde en voortdurend oorlogjes voert, heeft de mensenkudde een subtiele maar onmiskenbare hang naar mannelijke leiders. Grote, bonkige kerels met hoekige kaken en een zware, bassende stem. Een brede Bokito - ons oerinstinct geeft ons in dat je bij dat soort types veiliger bent.
    Een van de overtuigendste experimenten in het genre vind ik de proef waarbij men kinderen (kinderen!) tijdens het gamen paren portretten voorlegde van Franse presidentskandidaten. Wie zouden ze als kapitein van hun schip willen? De kinderen kozen consequent de kandidaat die ook in het echt had gewonnen, vaak nog met de marge uit de echte verkiezingen ook. ...

En uit dat laatste volgt onmiddellijk dat er slechts één enkele dominante invloed is: het uiterlijk!

Ze kunnen het nog maar nauwelijks geloven, dus nog maar eens een keer op herhaling (de Volkskrant, 07-11-2015, door Maarten Keulemans):
  Experiment | Apenrots Amerika

The presidential face 2016

Een jaar voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen beginnen we een experiment. De (evolutionair) psychologen tegen de politicologen: wie doen betere voorspellingen over de strijd? Oftewel: laat de kiezer zich leiden door inhoud of uiterlijk?


Wat zeggen ze eigenlijk tegen mensen die hoofdschuddend zeggen: ja hoor, het zal allemaal wel, jullie denken toch niet écht dat we onze leiders kiezen op gevoel?
    Hoogleraar evolutionaire psychologie Mark van Vugt en zijn Amerikaanse promovendus Allen Grabo (beiden VU Amsterdam) wisselen een korte blik uit. Een oogopslag van: o-nee-daar-gaan-we-weer.
    Tientallen wetenschappelijke studies schreef Van Vugt over het onderwerp. Het vermakelijke boek De Natuurlijke Leider, in meerdere talen beschikbaar. Talloze columns, opiniestukken, populair-wetenschappelijke verhandelingen. En dan is daar weer zo'n journalist die de vraag stelt: is politiek niet een zaak van het verstand?
    Nou: tot op zekere hoogte. 'Misschien de fascinerendste demonstratie vond ik een Zwitsers experiment waarbij men kinderen van 5 tot 13 jaar naar portretten liet kijken: wie zou jij als kapitein van je schip willen?', neemt Grabo het woord. 'Wat de kinderen niet wisten, was dat dit portretten waren van echte, verkiesbare parlementsleden in Frankrijk. En wat bleek: hun antwoorden kwamen nauw overeen met de werkelijke verkiezingsuitslag. Dit waren kinderen, in een heel ander land!'
    Of kijk eens hiernaar. Grabo, een vlot geklede en gekapte Amerikaan die promotieonderzoek doet naar het onderwerp charisma, opent zijn laptop en laat een aantal willekeurige paspoortfoto's langsflitsen. Smalle en brede gezichten, grote en kleine, dun en dik - de variatie in vorm is enorm.
    'Maar kijk nu eens naar déze gezichten', kondigt hij aan. Er komen foto's van presidentskandidaten langs. Klik, klik, klik: je ziet het meteen. Of ze nu Republikein zijn of Democraat, uit het zuiden komen of uit het noorden: hun gezichtsvorm is ruwweg hetzelfde. Symmetrisch, recht, mannelijk. Een stevige kaak. 'Dat suggereert dat er in het voortraject al selectie op de kandidaten heeft plaatsgevonden', zegt Grabo.
    Dan opent hij een programma dat verschillende gezichten in elkaar laat overvloeien - 'morphen', in jargon. Aan de ene kant president Barack Obama. Aan de andere kant Mitt Romney, Obama's rivaal in 2008 en 2012. 'Moet je kijken', zegt Grabo en hij schuift de overvloeiknop heen en weer, van Obama naar Romney en van Romney weer terug naar Obama. 'Het is gewoon haast eng. De vorm van hun gezichten verschilt helemaal niet zo veel van elkaar.'
    Natuurlijk is politiek een kwestie van inhoud en van standpunten, zegt Van Vugt. Maar dat is maar één kant van het verhaal. Hoe minder we nadenken, des te meer we terugvallen op ons gevoel, ons instinct. 'Je moet begrijpen', zegt hij, 'dat mensen al honderdduizenden jaren in groepen leven. En net als alle sociale diersoorten, lijkt ons prehistorische verleden ons een voorkeur te hebben meegegeven voor bepaalde type leiders.'
    Dat zijn heus niet alleen maar stoere alfamannetjes met een lage stem en een pronte kinnebak, benadrukt hij. In tijden van interne spanning neigen we bijvoorbeeld meer naar een vrouwelijke moederfiguur, toonde hij aan in het lab. En als het gaat om situaties waarin wijsheid belangrijk is - denk aan het leiden van een bedrijf - neigen we weer wat meer naar oudere mannen en vrouwen.
    'Besef hoe onlogisch dit eigenlijk is', zegt Van Vugt. 'De oudste hoeft natuurlijk helemaal niet de verstandigste te zijn. Maar dit is hoe de evolutie werkt. Onze hersenen zijn ontworpen om snelle beslissingen te nemen. Dus ga je af op maar een of twee aanwijzingen, die het gehele plaatje samenvatten.' Je ziet een jonge leider en denkt 'verandering'; je ziet een oudere leider en denkt 'wijsheid'; je ziet een vrouw en je interne stem zegt 'zorgzaamheid', het gaat vanzelf. 'Ik denk dat dit veel verder doorwerkt dan de meeste mensen beseffen.'
    Toen Van Vugt onlangs een wetenschappelijk artikel publiceerde waarin hij het leiderseffect weer eens samenvatte, besloot de wetenschapsredactie van de Volkskrant hem uit te dagen voor een ludieke krachtmeting. Zouden hij en zijn team verkiezingsuitslagen beter kunnen voorspellen dan iemand uit de politicologie? ...

Met een variant op een oud volksgezegde: "Politieke-correctheid is erger dan de derdedaags koorts".


Naar Sociologische krachten , of site home .

14 dec.2014