Bronnen bij Islamdebat: de WRR

11 jul.2006

De WRR, Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid, voert die taken uit die uit haar naam voortvloeien. Essentieel daarbij is de term "wetenschappelijk", die objectiviteit voorstaat. Meestal gaan adviezen of rapporten van de WRR over niet over sociologische zaken, omdat daarvoor ook het Sociaal Cultureel Planbureau, de SCP, bestaat. Maar recent is een rapport van de WRR over het integratiebeleid verschenen. Daarin koos de WRR duidelijk voor het idee van de multiculturele samenleving. Onderstaand een stuk van een van de opstellers van dit rapport, met daaropvolgend meteen een commentaar van twee ingezonden-briefschrijvers, gevolgd door een analyse van deze website.


Uit: De Volkskrant, 27-06-2006, door Maarten Barends, jurist en werkzaam voor de Verenigde Naties. Hij is co-auteur van een aantal publicaties die aan het WRR-advies nr. 73 Dynamiek in islamitisch activisme. Aanknopingspunten voor democratisering en mensenrechten ten grondslag lagen.

Islamdebat is afgezakt naar treurig niveau

In moslimlanden neemt de invloed van de sharia bij rechtspraak helemaal niet toe, zoals vaak wordt beweerd. Een voorbeeld hoe feitenkennis een serieus islamdebat ondermijnt, meent Maarten Barends.

De relatie tussen de islam en het Westen blijft onderwerp van een felle maatschappelijke discussie, waarbij heftige beelden en grote woorden niet worden geschuwd: de islam is een achterlijke cultuur, fundamenteel onverenigbaar met het democratische staatsbestel en met de universele mensenrechten.
    De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) waarschuwt in zijn in april verschenen advies Dynamiek in islamitisch activisme. Aanknopingspunten voor democratisering en mensenrechten dat ‘een klimaat van confrontatie en sjabloondenken geen bestendige voorwaarden schept voor veiligheid, democratisering en toenemend respect voor mensenrechten’. Maar wie luistert in Nederland nog naar een genuanceerd tegengeluid? De WRR concludeert in zijn advies onder meer dat het onjuist is te veronderstellen dat ‘de’ islam haaks staat op acceptatie van democratie en mensenrechten. Geen wonder, een eeuwenoude beschaving met meer dan één miljard volgelingen legt natuurlijk een enorme verscheidenheid en dynamiek aan de dag: er zijn moslimdenkers die belangrijke principes en beginselen zoals de democratische rechtsstaat en universele mensenrechten afwijzen op basis van hun enge opvatting van het islamitische geloof, maar er zijn ook vele bewegingen die volledige acceptatie (en realisering!) van deze beginselen in de islamitische wereld actief nastreven.
    De WRR stelt verder vast dat – in tegenstelling tot wat zo vaak wordt beweerd voor Nederlandse camera’s en in Nederlandse kranten – de laatste vijftien jaar juist geen sprake is van een duidelijke toename van de invloed van de sharia op de rechtspraak in moslimlanden. Dat de lijn van hervormingen van het huwelijksrecht zich in de meeste landen gestaag voortzet. Dat ook waar de sharia formeel een rol speelt, deze de geleidelijke modernisering van het recht niet per definitie uitsluit. Dat verbeteringen van mensenrechten gemakkelijker te aanvaarden zijn als die worden ingebed in de eigen traditie en cultuur.
    De discussie in Nederland wordt vooral gedomineerd door mensen die, om welke reden ook, geen afstand kunnen of willen nemen tot het onderwerp en die een persoonlijke vete lijken uit te vechten met een wereldreligie met slechte, maar ook met veel goede kanten.
    Ieder tegengeluid wordt met veel kabaal van tafel geveegd. Wie durft in dit klimaat te beweren dat vrouwenbesnijdenis niets met de islam te maken heeft en dat christenen in de Hoorn van Afrika zich hieraan net zo schuldig maken? Dat het dragen van een hoofddoek en de traditionele rolverdeling tussen mannen en vrouwen vooral cultuurgebonden zijn? Dat staatsterreur ook in niet-islamitische landen veelvuldig voorkomt (Israël, VS)? Dat in de internationale politieke verhoudingen te vaak met twee maten wordt gemeten? Dat een respectvolle dialoog meer vruchten afwerpt dan intolerantie en hooghartigheid? Dat op de fundamenten van de democratische rechtstaat (met de daarin verankerde rechten van de mens) nooit, maar dan ook nooit iets mag worden afgedongen – nog niet voor honderd terreuraanslagen? Dat verreweg de meeste slachtoffers van terreuraanslagen moslims zijn?
    De Nederlandse media gaan niet vrijuit. Waarom krijgen van enige kennis gespeende columnisten iedere week weer de kans met hun xenofobe geraaskal de opiniepagina’s te vullen? En breder: hoe komt het dat Nederland – dat nog niet eens zo heel lang geleden bekend stond om, en trots was op z’n tolerantie en open, multiculturele samenleving – is afgegleden naar het bedenkelijke niveau van Duitsland in de jaren dertig, toen de slappe Weimar-politici de oprukkende bruinhemden evenmin van repliek dienden, toen het systematisch beschuldigen en vingerwijzen begon, bang als ze waren de stem van het volk niet te horen? ...


De Volkskrant, 01-07-2006, ingezonden brief van Anton LeClerc (Amsterdam)
 
Bruinhemden

Volgens Maarten Barends zijn Nederlandse columnisten een stelletje xenofobe raaskallers en glijdt Nederland af naar het niveau van Duitsland in de jaren dertig `waar de oprukkende bruinhemden evenmin van repliek werden gediend`. Noem me een simpele ziel, maar bij succesnummers uit die tijd zoals jodenhaat, homohaat, agressieve intolerantie en afkeer van democratie denk ik in eerste instantie niet aan islam-sceptische columnisten.


De Volkskrant, 01-07-2006, ingezonden brief van Pieter Markus (Geldrop)

Besnijden

De tirade van Maarten Berends (Forum, 27 juni) voegt niets toe aan wat al in het rapport van Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid te lezen was.
    Het besnijden van vrouwen dateert van ver voor de komst van de islam, en is dan ook geen exclusief moslimgebruik. De koran rept niet over vrouwenbesnijdenis.
    In de islam wordt het gebruik echter gerechtvaardigd met een omstreden hadith (overlevering) waarin de profeet aan Oem Attija, een traditionele genezeres, adviseert 'te verkleinen maar niet te vernietigen' of volgens een andere bron 'voer de besnijdenis uit, maar ga daarin niet te ver'.
    Belangrijker is wellicht dat het oude gebruik naadloos aansloot bij de strenge seksuele moraal van de islam met zijn obsessie om seks buiten het huwelijk te voorkomen.
    In islamitische landen waar deze moraal wordt gehanteerd, is het moeilijk onderscheid te maken. 'Als mijn dochter niet besneden is, is ze geen moslimvrouw, kan ze haar gebeden niet zeggen, zal ze onrein zijn en dus geen man kunnen vinden of kinderen kunnen krijgen', zo verdedigen de moeders de verminking.
    Dit religieuze element maakt de bestrijding van besnijdenis zo moeizaam. Het zou helpen als imams zich er tegen zouden uitspreken, maar vanwege hun vaak traditionele instelling zullen zij gelovigen niet vertellen dat het van de koran niet hoeft.
    Barends zou geloofwaardiger overkomen als hij zulke feiten niet negeerde.


Red.:   Waarmee dus al twee meningen van Barends zijn afgeserveerd - voor nog een paar relevante opmerkingen van columnist H.J. Schoo:


Uit: De Volkskrant, 15-04-2006, column door H.J. Schoo

Het nut van tegenspraak

Vorige week schreef ik dat er na vijftien jaar debat over immigratie en integratie nog geen spoor van consensus bestaat. Deze week werd ik op mijn wenken bediend door de publicatie van een rapport door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en het gekrakeel dat daarover onmiddellijk losbarstte.   ...
    Tegenspraak dwingt tot helder denken. Tegendraadse opvattingen dienen het debat en de waarheidsvinding. Wat dat betreft is er niets mis met zo'n rapport. Maar de belerende inslag verprutst veel. Politiek en publiek in Nederland weten niks over de islam, is de teneur. Als ze nu eindelijk eens stilzitten en goed opletten, kunnen ze iets aan hun leerachterstand doen. Zo'n toon dus, pedant en pompeus, die zich voortdurend met de eigen wetenschappelijkheid feliciteert.
    Bij zo'n inzet ligt de apologie op de loer. De WRR-onderzoekers begrijpen alles en verontschuldigen veel. Weinig kwade woorden dus over 'islamitisch activisme', wel veel bezorgd hoofdschudden over een onwillig Westen, dat maar geen enkele nuance wil zien in de gistende, complexe wereld van de islam. Wie terugdenkt aan de cartooncrisis van begin dit jaar, toen datzelfde Westen van welwillendheid en leergierigheid niet wist in welke bochten het zich moest wringen om het islamitisch activisme niet te ontrieven, vraagt zich af in welke wereld de onderzoekers eigenlijk leven. Zij binden de strijd aan met de islam-onnozelaars, maar wie bedoelen ze precies? Man en paard noemen, doen ze niet graag.   ...
    Ayaan Hirsi Ali, Paul Cliteur en Afshin Ellian zijn onze eigen roependen in een woestijn van zoetsappig begrip, maar komen in het hele stuk niet voor. Toch polemiseren de regeringswetenschappers in feite tegen deze spoken, wier namen zij krampachtig mijden.
    Dat wil niet zeggen dat het rapport nutteloos is of dat de opstellers een douw moeten krijgen. Het is zelfs een welkome steen in de vijver. Wetenschap moet óók bet-wetenschap zijn: contra-intuïtief, niet belust op populaire instemming. Niettemin heeft dit slag 'regeringswetenschap' iets benauwends - hoe onafhankelijk, multidisciplinair, 'betrokken bij beleid en samenleving' en toekomstgericht zij ook pretendeert te zijn.
    Wie als wetenschapper op officiële strepen kan bogen, heeft in het debat al snel een streepje voor. Het WRR-stempel levert extra gezag op, kan zelfs een gezagsargument worden: de WRR heeft gesproken, zaak gesloten.
    Dit advies is bovendien alleen maar in schijn tegendraads. In feite verdedigt het de knusse consensus van islamdeskundigen tegenover de opvattingen van opdringerige leken. Onder het motto: verboden voor onbevoegden. Het rapport bevat politieke adviezen, maar depolitiseert tegelijk zijn eigen - 'wetenschappelijke' - conclusies. De vergelijking dringt zich op met de beleidsdeskundigen die tot voor kort tegen de klippen op hun rozenvingerige multiculturele consensus koesterden. Maatschappelijke en politieke beroeringen maakten er een bruut einde aan.   ...


Red.:   Wat betreft de Barends en Schoo genoemde columnisten valt daarover nog op te merken dat deze in media schrijven die onder degenen waar het in de het multi-etnische samenleven om gaat: de immigranten en de onderste lagen van de Nederlanders, nauwelijks of niet gelezen worden.
    Een ander argument dat niet klopt is dat over de niet-groeiende invloed van de sharia. Deze opvatting, zelfs indien waar, is volkomen irrelevant, omdat die invloed zoals die nu is, sowieso al veel te groot is en iedere vorm van invloed alhier, hoe klein ook, volkomen ongewenst. Barends suggereert met zijn omekring dat hij wel ruimte laat voor een geringe invloed van de sharia, wat volkomen weerzinwekkend is.
    Nog een suggestie die Barends doet is dat er tussen islam en anderen geen respectvolle dialoog wordt gevoerd, dat wil zeggen: dat er alleen maar tegenstanders van de multiculturele samenleving bestaan. Dat is een aperte leugen zoals Barends onder andere met zijn eigen stuk bewijst; wat betreft columnisten kunnen we alleen uit de Volkskrant namen noemen als Anet Bleich, Marcel van Dam, Nazmiye Oral, Fadoua Bouali, Lydia Rood (weblog), Michael Zeeman, en vele anderen met losse bijdragen. In ieder geval zijn het aantal begrijpende stukken en tv-programma's op zijn minst even groot als het aantal kritische, en hoogstwaarschijnlijk is het veel meer. Dus er is wel een respectvolle benadering van de islam, alleen wil men degenen die die respectvolle, d.w.z. onkritische, benadering niet hebben, de mond snoeren.
    Een voorbeeld van de vooringenomenheid van Barends in deze is het gebruik van de term xenofoob om de inhoud van de kritiek in de richting van de islam en haar aanhangers te beschrijven. Dit stelt zonder meer dat er geen inhoudelijke kritiek mogelijk is, want xenofobie geldt alleen voor kritiek die op angst voor vreemden, en niet op de inhoud is gebaseerd. En volgens Barends is alle kritiek xenofoob, want hij heeft het over geen andere.

De kop boven het artikel van Barends is dus wel degelijk juist. Maar in de zin dat het Barends is die een treurig niveau ten toon spreidt. En dat slaat natuurlijk direct terug op het rapport waarvan hij een medeopsteller is. Dat blijkt direct uit het volgende stukje van een van de meer rabiate aanhangers van de multiculturele maatschappij: schrijfster Lydia Rood (voor het bewijs van deze karakterisering, lees het hele artikel, en zonodig de rest van haar weblog uitleg of detail ):


Uit: De Volkskrant weblog, 07-06-2006, door Lydia Rood

Aan de kant voor het bed van de koning

...  De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid - een instantie die altijd gelijk heeft, daar worden ze namelijk voor betaald - heeft aangeraden het terrorisme te bestrijden door de dialoog aan te gaan met moslims in het algemeen, om verdere radicalisering te voorkomen. Lijkt me een uitstekend plan. ...


Red.:   Een jaar later komt wat meer over de achtergronden bij het rapport naar buiten:


Uit: Dagblad De Pers, 06-09-2007, door Dirk Jacob Nieuwboer

Rapport | Tweede Kamer praat over omstreden WRR-publicatie

'Islam bashen' is over zijn top heen


Tussentitel: 'Juist omdat het zo slecht gaat, moeten we zoeken naar het positieve'

Nee, Jan Schoonenboom heeft zeker geen spijt. Vorig jaar beschuldigde hij Geert Wilders, Ayaan Hirsi Ali en Maxime Verhagen van 'islambashing'. 'Ik sta nog steeds voluit achter die woorden van toen.'
    Vandaag bespreekt de Tweede Kamer het omstreden rapport dat mede door Schoonenboom - gepensioneerd onderzoeker - werd geschreven. Met Dynamiek in islamitisch activisme, gepubliceerd door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid wilde hij laten zien dat de politieke islam niet alleen geweld voortbrengt, maar ook zeer divers is.
    Dat geluid was nodig, vond Schoonenboom want moslims werden volgens hem vaak onterecht tot zondebok gemaakt. Daardoor zouden ze zich hier veel minder thuis voelen. ...
    'Natuurlijk wisten we dat de islamitische wereld ook negatieve kanten heeft', reageert Schoonenboom op de kritiek. 'Daar maken we ons juist grote zorgen over. Dat hebben we niet duidelijk genoeg gemaakt.'
  En dat betreurt hij, want met die negatieve uitingen van de islam was het allemaal begonnen. De terreur en de reacties daarop baren hem nog steeds zorgen. 'Juist omdat het zo slecht gaat, moeten we zoeken naar het positieve, naar een uitweg.'...


Red.:   Nou, dat is tenminste duidelijk: dit heeft niets met wetenschap te maken, maar alles met een pogingen tot maatschappelijke manipulatie. Het doel: moslims zich in Nederland beter laten voelen. Het middel: moslimcritici zwart maken. Bijna nodeloos te vermelden dat Jan Schoonenboom gepensioneerd socioloog is. Voor een socioloog is een politiek-correcte onwaarheid nog geen leugen. Een overtreding van een van de regels van goede menswetenschappen .


Naar Islamdebat , Allochtonen, lijst , Allochtonen, overzicht , of site home .