Economen: beslissingen

Economie gaat voor een belangrijk, zo niet het overgrote deel, over menselijk gedrag. Om daar in wetmatige termen over te kunne spreken, gaan economen er volkomen van uit dat mensen beslissingen nemen op grond van een rationele afweging van de relevante factoren. Als algemene aanname is dit volkomen onjuist - in de psychologie is bekend en onderzocht dat mensen veelal op irrationele overwegingen beslissen nemen . En dat geldt dan natuurlijk ook voor economische beslissingen. Onder een paar voorbeelden:

 
Uit: De Volkskrant, 06-07-2006, van verslaggever Olav Velthuis

Achtergrond | 'Miljoenenjacht' leert dat mensen irrationeel omgaan met risico's

Economen in de ban van tv-spel

Honderden videobanden van het spelprogramma Miljoenenjacht bekeek hij. Nu weet Thierry Post van de Erasmus Universiteit dat pechvogels te veel risico nemen. Net als handelaren op de beurs.


Tussenstuk:
Koffers met geld van blonde vrouwen in kort rokje
Voor de niet zo trouwe kijker van Talpa, dat Miljoenenjacht uitzendt: aan het begin van het programma wordt uit het publiek een kandidaat geselecteerd die het miljoenenspel mag spelen. Vervolgens komen 26 dames in een kort rokje het podium op, met een blonde pruik op hun hoofd en een koffertje in hun armen. In die koffertjes zitten bedragen van 1 cent tot 5 miljoen euro. De kandidaat kiest een koffertje uit. Hoeveel erin zit, weet hij niet. Maar door andere koffertjes te laten openen, kan hij wel bedragen afstrepen.
    Geregeld krijgt de kandidaat de mogelijkheid te stoppen met het spel, de inhoud van zijn koffertje te laten voor wat zij is, en in plaats daarvan een door de spelleiding vastgesteld bedrag aan te nemen. Zijn de hoge prijzen al uit het spel verdwenen, dan zal het bod van de spelleiding relatief laag zijn, en vice versa. ...

...  Thierry Post, een 35-jarige hoogleraar Financiële Economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, ... bestudeert ... , samen met drie andere onderzoekers, het gedrag van de vele honderden personen die meededen aan Miljoenenjacht, of een van de vele buitenlandse varianten ervan. De Amerikaanse media – de Wall Street Journal, National Public Radio en ABC News – besteedden onlangs aandacht aan het onderzoek.
    Post wil aan de hand van Miljoenenjacht te weten komen hoe mensen in het dagelijks leven omgaan met risico’s: wanneer mijden ze die, en wanneer zoeken ze het risico juist op? Opvallend resultaat: Franks gedrag blijkt veel gemeen te hebben met dat van handelaren op de financiële markten.
    Wat Miljoenenjacht zo uniek maakt voor Post en zijn team is dat er veel geld op het spel staat. In de laboratoriumexperimenten die economen opzetten om het dagelijks leven na te bootsen, kun je van de miljoenenbedragen alleen maar dromen.  ...
    De belangrijkste bevinding tot nu toe: mensen zijn geen calculerende machines die, zoals economen traditioneel veronderstellen, voortdurend rationeel te werk gaan. In plaats daarvan laten zij zich meeslepen door de loop der gebeurtenissen.
    Minder omfloerst: deelnemers zoals Frank die aan het begin pech hebben omdat de hoge prijzen al het spel uitgaan, nemen later in het spel veel – zeg maar gerust te veel – risico. Uit frustratie blijven zij vasthouden aan hun verwachtingen aan het begin van het spel. ‘Bij Frank liep die frustratie zo ver op dat hij het betere bod van zesduizend euro afsloeg.’
    Emoties spelen met andere woorden een belangrijke rol als mensen economische beslissingen maken’, verklaart Post.
    Andersom spelen geluksvogels, bij wie in de loop van de Miljoenenjacht de hoge prijzen nog in de koffers zitten, liever op safe. Doet de spelleiding hun een matig bod, dan nemen ze dat maar al te snel aan. ...
    Vooralsnog lijken de resultaten van het onderzoek evenwel in overeenstemming te zijn met de economie van alledag. Obligatiehandelaren blijken in ieder geval precies hetzelfde te doen als de deelnemers aan Miljoenenjacht: verliezen ze ’s morgens veel geld met aan- en verkopen, dan nemen ze ’s middags meer risico met hun beleggingen. ...
 

Uit: De Volkskrant, 12-11-2005, van verslaggever Olav Velthuis

Iedereen denkt dat hij het grappigst is

Veel economen zijn niet blij met hem. Want Richard Thaler laat zien dat mensen helemaal niet zo rationeel handelen. De Erasmus Universiteit gaf hem een eredoctoraat voor zijn werk.


Schat eens in hoeveel gevoel voor humor je hebt. Meer of minder dan je medemens? De vraag die de Amerikaanse econoom Richard Thaler zijn publiek voorlegt, is simpel. Maar het antwoord dat de honderden studenten, hoogleraren en andere genodigden van de Erasmus Universiteit Rotterdam geven, is weinig rationeel.
    Ze waren al gewaarschuwd. Op de uitnodiging voor het eredoctoraat dat de Erasmus Universiteit deze week aan Thaler uitreikte, stond al geschreven dat ze in de luren gelegd zouden worden. Of preciezer: 'Tijdens zijn speech zal Richard Thaler interactief het fiasco van de economische theorie en zijn standaard-aannames aantonen.'
    Dat blijkt een koud kunstje te zijn. Bij de ingang van de zaal krijgen alle gasten een digitaal stemkastje uitgereikt. 'Mensen zijn maar in beperkte mate rationeel', zo begint Thaler, een gevierd hoogleraar aan de Universiteit van Chicago, zijn toespraak. 'Bij het maken van keuzes maken ze systematisch fouten. Met behulp van die kleine speeltjes die zijn uitgereikt valt dat aan te tonen.'
    Maar liefst 75 procent van de aanwezigen laat middels zijn stemkastje weten dat zij meer gevoel voor humor hebben dan de anderen. De meesten zijn er zelfs van overtuigd dat zij véél leukere grapjes maken. Thaler merkt na het zien van de resultaten droogjes op: 'Ik hoop dat u mij kunt volgen als ik zeg dat die uitslag niet kan kloppen. In werkelijkheid moet de verdeling natuurlijk 50-50 zijn. Niet iedereen kan grappiger zijn dan de ander.' ...  Het experiment blijkt niet alleen voor humor te werken.  ...
    Zijn eredoctoraat krijgt Thaler juist voor zulke experimenten uitgereikt. Ze laten niet alleen zien dat mensen lijden aan zelfoverschatting, maar ook dat ze bij het maken van keuzes vaak de fout ingaan. ...


Uit: De Volkskrant, 03-02-2006 (Bloomberg, Atlanta)

Risicovol beleggen net zo lekker als seks

Seks, snuiven of risicovol beleggen: voor hersenwetenschappers bestaat er geen verschil. Uit onderzoek van Brian Knutson, hoogleraar neurowetenschap en psychologie aan de Universiteit van Stanford, blijkt dat deze activiteiten een sterk stimulerend effect hebben op het nucleus accumbens - het genotscentrum van het menselijk brein. ...
    De hoogleraar geldt als een van de grondleggers van de neurofinance. In dit jonge en controversiële wetenschapsgebied wordt de relatie tussen financiën en de hersenen onderzocht. Knutson put voor zijn onderzoek uit de experimentele economie: hij laat proefpersonen in een test beleggingsbeslissingen nemen. Tijdens het experiment meet Knutson vervolgens alle hersenactiviteit van de beleggers.
    Het onderzoek toont aan dat de hersenen van de proefpersonen bij het nemen van irrationele en riskante beleggingsbeslissingen andere stoffen produceren dan bij het nemen van rationele en gecalculeerde beslissingen.
    Zo lieten de monitoren van Knutson bij elke risicovolle investering koortsachtige activiteit in de nucleus accumbens van de proefpersonen zien. Dat duidt op de aanwezigheid van dopamine, een chemische verbinding die gevoelens van euforie en (seksueel) genot kan veroorzaken.
    Bij rationele beleggingsbeslissingen trof Knutson geen waarneembare activiteit in het genotscentrum van de hersenen aan. Rationele beslissingen prikkelen een ander deel van de hersenen, de anterior insula. Verhoogde hersenactiviteit daar duidt op de aanwezigheid van stoffen die mensen behoeden voor het nemen van overdreven riskante beslissingen, zegt Knutson.
    En dat blijkt effectief: de beleggers bij wie Knutson veel activiteit waarnam in de anterior insula, waren veel accurater in het nemen van beleggingsbeslissingen dan de proefpersonen bij wie de dopamine door het brein gierde. ...


Uit: Leids universiteitsblad Mare, 06-03-2008, door Vincent Bongers

Economie is emotie

Henriëtte Prast betrekt psychologische aspecten bij onderzoek naar de economie. De Tilburgse hoogleraar geeft vrijdag de Annie Romein-Verschoorlezing. ‘Vrouwen vragen zich bij salarisonderhandelingen af: vindt deze persoon mij wel aardig?’


‘De homo economicus bestaat niet’, zegt professor Henriëtte Prast, ‘De traditionele economie gaat uit van de ratio. Maar mensen handelen vaak zeer irrationeel, gaan uit van hun gevoel.’ Reclamemakers en marketingdeskundigen weten dit al lang en spelen hier op in. Maar ook de overheid kan op subtiele wijze mensen sturen en inspelen op de wensen van de bevolking.’  ...
    ‘Het is absoluut geen zweverige vakgebied’, zegt Prast om gelijk maar een bekend vooroordeel uit de weg te ruimen. ‘In de gedragseconomie draait het ook allemaal om cijfers. Je probeert met gedegen onderzoek een verklaring te geven voor het handelen van mensen. We maken gebruik van alle gegevens die traditionele economen ook gebruiken. Maar we bekijken de economie ook vanuit een psychologische invalshoek. Er wordt een laag toegevoegd. We maken bijvoorbeeld gebruik van data uit MRI-scans. Het is van belang om te weten welke delen van de hersenen worden geactiveerd bij het nemen van bepaalde beslissingen. Het heeft een tijdje geduurd voordat het als normaal werd gezien om het psychologische aspect te betrekken bij onderzoek naar de economie. Tegenwoordig kan je eigenlijke niet meer een studie zonder dit component publiceren.’   ...


Uit: De Volkskrant, 14-02-2004, door Ben van Raaij

Speltheorie | Eigenbelang blijkt bij proeven niet alleenzaligmakend

Machteloosheid kan best lonen

De calculerende Homo economicus bestaat niet, zo wordt onderstreept door nieuwe speltheoretische experimenten. Mensen laten zich niet alleen door eigenbelang leiden. Ook eerlijkheid telt.


De economische wetenschap wordt vanouds gedomineerd door een bizarre figuur: de Homo economicus, een slim mannetje met een rekenknobbel dat altijd zijn eigen belang najaagt. Maar dat mensbeeld verandert langzamerhand. Mensen, beginnen economen te erkennen, opereren niet alleen rationeel en egoïstisch. Daardoor zijn financiële of consumentenmarkten bijvoorbeeld zo onvoorspelbaar.
    Economische modellen houden daarom steeds vaker rekening met psychologische factoren. Dat de Nobelprijs voor Economie in 2002 naar een economisch psycholoog ging – de Amerikaan Daniel Kahneman, die een theorie opstelde over hoe mensen beslissingen nemen onder onzekere omstandigheden en hoe ze omgaan met winst en verlies – lijkt niet toevallig.
    Aan deze omslag hoopt Michel Handgraaf (1971), verbonden aan de vakgroep economische psychologie van de Universiteit van Tilburg, een bijdrage te leveren. Hij promoveerde woensdag op speltheoretisch studies naar 'economisch beslisgedrag'.
    'Ook de klassieke speltheorie gaat uit van de rationele Homo economicus', legt Handgraaf uit. 'Mensen, is de aanname, komen op voor hun eigenbelang, en proberen altijd hun winst of uitkomsten te maximaliseren. Maar uit mijn onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat mensen zich evenzeer door eerlijkheid en rechtvaardigheid laten leiden.'   ...


Uit: De Volkskrant, 10-04-2010, door Suzanne Weusten

Interview | Massapsycholoog Jaap van Ginneken

'We zijn online aan het beleggen met het brein van een Neanderthaler'

We denken dat we verstandig omgaan met geld, maar in feite zitten we boordevol illusies. Massapsycholoog Jaap van Ginneken schreef er een boek over.

Niets maakt zoveel indruk op ons brein als geld - zelfs blote of dode lichamen niet. Tegelijkertijd is geld ook een hersenspinsel: het wordt als solider gezien dan het feitelijk is, zegt Jaap van Ginneken, massapsycholoog en auteur van Gek met geld. 'Dat we onszelf met kleine bedragen voor de gek houden, is bekend: we associëren 1,99 euro met 1 euro en niet met 2 euro. Maar ook bij grote sommen geld gedragen we ons irrationeel. Als we moeten kiezen tussen een kans van 100 procent op drieduizend euro en een kans van 80 procent op vierduizend euro, kiezen de meeste mensen voor de zekerheid van drieduizend euro.
Je zou verwachten dat ons brein symmetrisch is, maar de angst voor verlies blijkt tweeënhalf keer zo groot te zijn als de hoop op winst.'
    Dat ons brein scheef is, blijkt ook uit de illusies die we koesteren over geld. 'Er is veel onderzoek gedaan naar loterijen', vertelt Van Ginneken. 'In een klassiek experiment mochten de proefpersonen lootjes kopen. De ene helft mocht zelf kiezen, de andere helft kreeg de lootjes van de proefleider. Daarna kregen alle deelnemers de vraag of ze hun lootje wilden verkopen, en voor hoeveel dan wel. Degenen die zelf hun lootje hadden mogen kiezen, vroegen gemiddeld een viermaal zo hoge prijs als degenen die hun lootje toegewezen hadden gekregen.'    ...
  De kredietcrisis motiveerde Van Ginneken zijn kennis over massagedrag te koppelen aan moderne inzichten uit de financiële en neuropsychologie. Zijn boek past in de recente stroming van de gedragseconomie, die de irrationaliteit als gegeven beschouwt. Maar Gek met geld gaat een stapje verder. Het is niet alle en een inventarisatie van collectieve denkfouten, vertekeningen en illusies, maar ook een opsomming van massaal bedrog en vals spel in de beleggerswereld.   ...

Maken we systematisch fouten in de manier waarop we met geld omgaan?
'We kunnen niet goed kansen beoordelen. We hebben wel een gevoel voor waarschijnlijkheid, maar niet heel precies. Dat is trouwens ook gebleken uit onderzoeken met MRI-scans. Daaruit blijkt bijvoorbeeld dat het brein sterker oplicht naarmate de geldbedragen die je kunt winnen in een loterij, hoger worden. Maar als de kans een op een miljoen is, of een op duizend, blijken de hersenen lang niet zo sterk te reageren op de afnemende zekerheid als op de toenemende hoofdprijs. Dat zie je trouwens ook terug in de politiek van loterijen. Ze streven ernaar steeds grotere hoofdprijzen aan te bieden.   ...

Hoe verklaart u de scheefheid van ons geldbrein? .
'Sommige hebbelijkheden van het brein, zoals de angst voor verlies, zijn evolutionair te duiden. Bij de angst voor verlies speelt het reptielenbrein op. Met het oude brein van de Neanderthaler zijn we online aan het beleggen. Online-beleggers maken vrijwel allemaal dezelfde fout: als de aandelen omhoog gaan, verkopen ze te snel. le zijn trots en willen hun winst pakken. En als de aandelen omlaag gaan, verkopen ze te laat. Ze schamen zich en stellen verkopen almaar uit, omdat ze het verlies niet onder ogen willen zien.
    'Een andere verklaring voor ons scheve brein is dat we overal een patroon in zien. Als je mensen een puntenwolk laat zien, herkennen ze er vrijwel allemaal een patroon in: een gezicht bijvoorbeeld, of de provincie Noord-Holland. We zijn zozeer patroonzoekers dat we voortdurend patronen maken die er niet zijn. En hebben we die eenmaal gezien, dan kunnen we moeilijk omschakelen naar een ander patroon.
    'We houden ook van oorzaak en gevolg: we denken monocausaal en mechanistisch. We willen het liefst een oorzaak vinden voor een gebeurtenis of verschijnsel, terwijl de meeste gebeurtenissen een gevolg zijn van een samenloop van allerlei verschillende omstandigheden.'

Om risico's te kunnen beoordelen maken financieel adviseurs en beleggers analyses en modellen. Corrigeren die instrumenten de scheefheid van het brein?
'Volgens mij is het pas echt fout gegaan in de financiële wereld toen er risicomodellen kwamen, waardoor de illusie verder om zich heen greep dat je met steeds ingewikkelder modellen kunt uitrekenen hoeveel risico je loopt. Ik zie dat op de business schools. Bij het vak financiële geschiedenis zitten drie studenten. Bij het vak computermodellen van financiële. markten zitten er driehonderd. Daar gaat het al mis. In de financiële geschiedenis zitten wijze lessen die we nooit zouden moeten vergeten.
    'We hebben een wereldeconomie die een bepaalde hoeveelheid geld produceert. In speculaties over toekomstige economische ontwikkelingen gaat er op dit moment tien keer zoveel geld om als dat bedrag. Let wel, dank zij de risicomodellen - omdat financiële autoriteiten dachten daarmee de risico's te bezweren. Iedereen roept nu dat de crisis voorbij is, maar ik geloof dat er een tweede aflevering komt die minstens zo dramatisch is.   ...

Helpt de kennis van het scheve geldbrein een nieuwe crisis te voorkomen? .
'Laten we het hopen. De neuropsychologie en de massapsychologie hebben allang de ingrediënten geleverd om financiële zeepbellen door te prikken. Maar ze worden steevast niet geloofd. Kennis alleen is niet genoeg, we moeten ook kritisch denken. Elk bedrijf zou eigenlijk een afdeling artillerie moeten hebben met geen andere taak dan voortdurend kritische vragen stellen en illusies doorprikken.'


Red.:   Een specifiek voorbeeld van het beoordelingsprobleem:


Uit: De Volkskrant, 30-11-2011, door Robert Giebels

De malle boekhouder in uw hoofd

Mensen gaan in het geheel niet rationeel om met geld. We hebben collectief last van 'verliesaversie'.

Zijn mensen raar genoeg om 500 euro voor een briefje van 100 euro te betalen? Ja, zegt Harvardprofessor Max Bazerman. Hij veilde een briefje van 100 dollar. Maar bij die veiling gold een bijzondere regel: de een na hoogste bieder moet óók zijn bod betalen. Dus als de veiling stopt op 50 dollar, moet de 45 dollar-bieder óók betalen zonder er iets voor terug te krijgen.
    Bij 70 dollar stopten de meeste van Bazermans studenten, behalve de hoogste en de één na hoogste bieder. De één bood 100 dollar, maar de een na hoogste bieder wilde vanzelfsprekend geen 95 dollar betalen zonder er iets voor terug te krijgen en bood 105 dollar. Pas bij 505 dollar was de veiling afgelopen en waren er twee verliezers. De ene betaalde 500 dollar, de ander was 405 dollar kwijt. Zijn winst: niet de grootste verliezer zijn.
    Wat zegt zo'n experiment? Het verklaart waarom zoveel beleggers er maar niet toe komen om hun aandelen met verlies te verkopen terwijl dat wel eens het beste besluit kan zijn. Mensen hebben last van 'verliesaversie'. Onze psyche geeft aan geld in iedere context een andere betekenis, zeggen bankier Chris Zadeh en psychologe Anna Dijkman. Ze schreven het boek Psychologeld - waarom we stoppen met denken als we beginnen met uitgeven.
    De boekhouder in ons hoofd maakt er een potje van, zeggen Zadeh en Dijkman. We betalen bijvoorbeeld een hoge rente voor een negatief saldo op onze betaalrekening omdat we weigeren geld over te boeken van onze spaarrekening. Hoewel we daar een veel lagere rente over krijgen dan we op de betaalrekening moeten betalen.   ...
    En waarom kopen mensen na verlies van 20 euro bijvoorbeeld wel een theaterkaartje, maar kopen ze na het verlies van het kaartje geen nieuwe?
    Ander voorbeeld: u hebt ooit een fles goede wijn gekocht voor 20 euro. Na een paar jaar blijkt de fles op een veiling 75 euro te kunnen opbrengen. Wat kost die wijn als we besluiten hem open te trekken? Een gediplomeerd boekhouder zou de fles op 75 euro waarderen, want dat is de vervangingswaarde. Maar wat zegt onze gevoelsboekhouder? Ruim de helft van de mensen heeft het gevoel dat de wijn gratis is of zelfs geld opbrengt. Maar laten we de fles vallen, dan heeft bijna iedereen het gevoel 75 euro te hebben verloren.
    De bedrieger in onze hersenen veroorzaakt ook moeilijkheden. In Nederland staat één op de vier gezinnen regelmatig rood. ...

Tussenstuk:
Prijs is maatgevend

Uit onderzoek blijkt dat mensen prijs zien als maat voor kwaliteit. Bijvoorbeeld bij de keuze voor een adviseur. Dan geldt: hoe duurder, hoe beter. Proefpersonen moesten zestig vragen beantwoorden over de Amerikaanse geschiedenis. Met goede antwoorden konden ze geld verdienen. Bij de helft van de vragen mochten ze gebruikmaken van deels gratis en deels betaald advies. De deelnemers waardeerden het betaalde advies hoger dan het gratis advies, terwijl ze inhoudelijk niet van elkaar verschilden. Goede raad is duur, denkt men. En, zo blijkt, bij wie eenmaal voor advies heeft betaald, kan de sunk costs-bias optreden: de kosten zijn al gemaakt, dus het advies gaat gebruikt worden - ongeacht of het goed of slecht is.


Naar Economen , Economie lijst , Economie overzicht , of site home .