Bronnen bij Economen: reputatie
| 7 jun.2006 |
De eerste is een uitspraak uit het bedrijfsleven. Het eerste deel van het citaat
dient ter illustratie van het feit dat de betrokkene weet waarover hij praat.
Zijn oordeel over economen is hard en eenduidig:
Uit: De Volkskrant, 03-06-2006, door Nico Goebert
Posthuum | Feijo Sickinghe: 'Als je een papegaai ja en nee leert zeggen, dan
heb je een econoom'
Kampioen-afslanker kreeg van de tijd gelijk
Ooit werd hij verguisd door links, later was Feijo Sickinghe een gerespecteerd
en gewild adviseur. De kampioen van het vrije ondernemerschap hield wel zijn
hand op toen ‘zijn’ Stork moest worden gered.
‘De jonkheer’ was in de jaren zeventig de favoriete vijand van de vakbonden en
eigenlijk van heel links Nederland. De vorige week overleden
‘kampioen-afslanker’ mr. Feijo Sickinghe (80) werkte bijna 35 jaar bij het
toenmalige VMF Stork, tegenwoordig gewoon weer Stork, waarvan twintig jaar als
bestuursvoorzitter. In het topjaar 1969, toen Sickinghe in de raad van bestuur
werd opgenomen, telde het concern bijna 26 duizend werknemers; bij zijn afscheid
in 1989 waren het er twaalfduizend.
Maar het was ook een geheel ander bedrijf geworden. Toen
Sickinghe aantrad was VMF Stork een fabrikant van zware kapitaalgoederen als
ketels voor elektriciteitscentrales, dieselmotoren en eigenaar van grote
gieterijen. Dat wil zeggen arbeidsintensieve producten, die in de jaren zeventig
goedkoper werden geproduceerd in toenmalige lagelonenlanden als Japan en
Zuid-Korea.
Toen hij wegging liet hij een florerend Stork achter, dat
vernuftige lichte en hoogwaardige producten maakte als gerobotiseerde
slachtlijnen voor pluimvee en rotatiezeefdrukapparatuur voor de
textielindustrie. ...
... Sickinghe had, door de ervaring wijs geworden, geen groot vertrouwen in de
prognoses van het Centraal Plan Bureau. ‘Als je een papegaai ja en nee leert
zeggen, heb je een econoom.’
Uit: De Volkskrant, 13-08-2007, column door Michaël Zeeman
Een dagje vissen
Als beelden onderling strijdig kunnen zijn, dan is er een intrigerende spanning
tussen de nieuwsflitsen van vrijdag en zaterdag. Tegenover de filmpjes van
beteuterde handelaren in andermans waardepapieren aan de grote aandelenbeurzen
staan de huiselijke beelden van twee joviale collega's in de politiek die
besloten hebben elkaar tijdens hun vakantie wat beter te leren kennen.
De tsunami van financierderspaniek die in New Vork begon,
plantte zich moeiteloos voort naar alle andere centra van de neoliberale
markteconomieën. Het lokale probleem van Amerikaanse banken die al te roekeloos
hypothecaire leningen hebben verstrekt werd binnen uren een onoverzichtelijk
mondiaal probleem. Dat heet globalisering - en dat is, naar bekend, even
onvermijdelijk als goed voor ons: er is geen ambitieuze politicus, of hij is
bereid je dat voor te liegen. Het is altijd een geruststelling te vernemen dat
het onvermijdelijke tegelijkertijd weldadig is. ...
In de geldkwestie is het opvallend hoezeer economie op
astrologie lijkt. De beoefenaren van beide vakken maken bij voorkeur omslachtige
berekeningen, waarin verschijnselen die vermoedelijk niets met elkaar te maken
hebben toch met elkaar in verband worden gebracht. Net als de astrologen vormen
de economen een streng volkje, dat het eigen terrein met dreigingen,
geheimzinnige rituelen en intimidatie bewaakt.
Vroeger omringden vorsten zich met astrologen, tegenwoordig
bieden regeringen royaal emplooi aan economen. Allebei zijn zij er goed in
achteraf verklaringen te geven voor rampen en volslagen uiteenlopende, ja,
onderling strijdige recepten te geven voor de wijze waarop wij die het hoofd
kunnen bieden. Verklaringen achteraf en voorspellingen van niks: het is een
vermakelijk gezicht. 'Als de index van het consumentenvertrouwen stijgt en de
bestedingen op peil blijven', ja, 'als Venus in het huis van Mars staat en
Aquarius je ascendant is'.
De bankiers besloten verleden week vele miljarden aan geld aan te maken. Omdat
er wereldwijd niet ineens meer spullen bijkwamen betekent dat dat wij meer geld
moeten uitgeven om dezelfde artikelen te kopen. De bankiers hebben, anders
gezegd, de problemen van de banken en beleggers hoofdelijk omgeslagen. Dat heet
globalisering en dat is - et cetera. ...
Uit: De Volkskrant, 21-01-2008, column door Bert Wagendorp
Geen paniek
Economie ís psychologie en Wellink is de nationale therapeut
De heer Wellink zat er rustig bij en vertoonde geen tekenen van paniek. Dit
stelde mij enigszins gerust, zij het niet helemaal. Want je weet het nooit, met
die bankiers. Die zeggen dat er geen reden is voor paniek, om paniek te
voorkomen. De bewering van de President van De Nederlandsche Bank dat er geen
reden is voor paniek, zou zodoende een goede reden voor paniek kunnen zijn.
...
Economen doen het bij voorkeur anders voorkomen en geven er
graag een exacte slinger aan, maar als wetenschap is hun vak ongeveer even hard
als de psychologie. Economie is psychologie. Nout Wellink is de nationale
therapeut. Hij kan dingen achteraf redelijk verklaren, maar voorspellen ligt
moeilijker. Hij moet ons vertrouwen geven, want alleen vertrouwen kan de
economie redden. Dat is een wankele basis, want ons vertrouwen is snel
geschonden. ...
Naar Economen
, Economie lijst
, Economie overzicht
, of site home
.
|