Bronnen bij Ideologie, religie, monotheïsme: discussie over geweld

Deze verzameling bronnen, bedoeld om aan te tonen dat er een relatie is tussen monotheïsme en geweld in het algemeen en islam en geweld in het bijzonder, is begonnen in 2010 en uiteindelijk, bij een voldoende aantal, gepubliceerd in maart 2011, tezamen met artikelen over ideologie en monotheïsme in het algemeen.

Sinds die tijd heeft op 22 juli 2011 de aanslag van Anders Breivik in Noorwegen plaats gevonden. Die aanslag heeft Breivik beargumenteerd door te verwijzen naar de massa-immigratie van moslims, en de gevaren die dat voor de westerse culturen meebrengt, zoals vastgelegd in een door hem gepubliceerd document. In dat document verwijst hij ook naar Geert Wilders. Dat was voor de politieke vijanden van Wilders aanleiding om te wijzen op de relatie tussen de ideeën geuit door Wilders, en het geweld door Breivik. Precies de relatie die we hier wilden aantonen voor het geval van de woorden van de islam, opgeschreven in de koran, en het geweld door extremistische moslims.

Daarom bestaat deze verzameling nu uit twee delen. Het eerste deel bevat de argumenten van de multiculturalisten, de aanhangers en steuners van de moslims en hun immigratie, voor het bestaan van een verband tussen woorden en de ideeën daarin, en geweld - door toegepast op Wilders en Breivik maar natuurlijk onverkort geldig voor islam en moslim-terroristen. En het tweede deel bevat de oorspronkelijk gegeven argumentatie onafhankelijk van de Breivik-zaak.

Het aantal bronnen dat het verband legde tussen Wilders en Breivik bestond ongeveer uit alles dat toegang heeft tot de media, minus aanhangers van Wilders. Het onderstaande is beperkt tot twee archetypische gevallen uit de hoofdcategorieën: "politiek", en "intellectuelen, wetenschappers en commentatoren". Eerst de archetypische reactie uit de politiek (de Volkskrant, 02-08-2011, van verslaggever Raoul du Pré):
  Interview |  Alexander Pechtold, leider van D66

'Wilders voedt de frustraties'

...    D66-leider Alexander Pechtold hield zich tot nu toe op de vlakte, maar wil zijn verbazing niet langer voor zich houden. 'Wilders probeert zich een slachtofferrol aan te meten die hem niet past. Het is nu bijna vijf jaar geleden dat hij de tsunami van islamisering aankondigde. Sindsdien heeft hij aan de lopende band oorlogsretoriek en doemscenario's over ons uitgestort.   ...
    Je moet er als politicus ook voor zorgen dat mensen als Breivik je niet kunnen misbruiken, bijvoorbeeld door het achterwege laten van die geweldsretoriek.   ...

Hier gebruikt Pechtold de term een enkele keer, maar in het volgende interview in Nieuwsuur, 02-08-2011    (na 11:40 min..) kreeg hij nog eens de gelegenheid om zijn argumenten te herhalen, en valt de term geweldssretoriek en varianten ervan meerdere malen. Zijnde dus een afkorting van: "De woorden en ideeën van Wilders leiden tot geweld".
    Het omgekeerde is natuurlijk waar: "Het geweld van de moslims leidt tot de woorden en ideeën van Geert Wilders".

Het tweede voorbeeld, dat uit "intellectuelen, wetenschappers en commentatoren" gebruikt net zulke duidelijke woorden. Die bron is een expert, zijnde (forensisch) psycholoog Corine de Ruiter, bekend van vele media-optredens. In een artikel eerst gepubliceerd in Trouw, en ook verschenen op de linkse haatzaai-site Joop.nl  , was haar hoofdstelling dat de taal die Wilders bezigt te omschrijven is als een vorm van geweld (Joop.nl, 09-08-2011, door Corine de Ruiter, hoogleraar Forensische psychologie,  ):
  Wilders is gewelddadig, alleen niet fysiek

Wilders' uitspraken langs de psychologische meetlat gelegd vallen ze voornamelijk onder verbaal geweld

De terreuraanslag van de Noorse rechts-extremistische Anders Breivik heeft in het Nederlandse politieke landschap als de spreekwoordelijke lont in het kruitvat gewerkt. ...
    De aanleiding voor deze virtuele oorlog is het verschil van inzicht tussen Geert Wilders en andere politici en burgers als Gerard Spong over de mate waarin Wilders heeft bijgedragen aan een klimaat waarin deze gruwelijke terreurdaad kon gedijen. ...
    Wat Geert Wilders de afgelopen jaren heeft gezegd over de Islam, over moslims, en allochtonen is genoegzaam bekend. Hij vindt 'de ideologie van de islam abject, fascistisch en fout.' ...
    In de forensische psychologie onderzoeken wij de psychologische oorzaken en effecten van geweld. We maken daarbij onderscheid tussen verschillende typen geweld, oplopend in ernst: verbaal geweld (d.w.z. uitschelden, kwetsende opmerkingen maken), verbale bedreiging (bijv. dreigen iemand lichamelijk te verwonden, zeggen dat een ander dat gaat doen) en lichamelijk geweld (bijv. iemand met een mes steken, slaan). Als we de uitingen van Wilders over de Islam en moslims langs deze psychologische 'meetlat' leggen vallen ze voornamelijk onder verbaal geweld, en in een aantal gevallen onder verbale bedreiging. De stap daarna is fysiek geweld. Die stap vindt Wilders, gelukkig, te ver gaan. Maar de eerste twee, die hij veelvuldig toepast, zijn vormen van geweld.   ...

Het laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Wat zich van alle andere multiculturalisten die zich in andere woorden tot Wilders hebben gericht naar aanleiding van de aanslag van Breivik slechts onderscheidt in die helderheid van formulering - al die anderen leggen ook expliciet of impliciet een relatie tussen de opvattingen van Wilders en het geweld van Breivik.
    Hier hebben wij een soortgelijke bedoeling. We willen hier een verband leggen tussen de woorden van de islam en geld. dan dus maar eerst eens die waarden van de islam aangehaald. Dat zijn er heel veel, en allemaal in bloemrijke taal gegoten, met eindeloze herhalingen. Een kleine selectie van afkortingen is deze, afkomstig uit de koran  :
  2:7.  God straft de ongelovigen
2:8.  Ongelovigen zijn bedriegers en misleiden zichzelf
2:39.  Wie niet gelooft zal branden!
2:90.  Wie twijfelt of God wel of niet bestaat wordt gefolterd
2:61  Joden zijn slecht. Ze hebben profeten gedood en niet gedaan wat God wilde.
2:65.  God noemt joden apen. Dus de evolutietheorie klopt toch wel een beetje. Maar alleen voor joden.
2:114.  Wie het verheerlijken van God tegenwerkt gaat naar de hel
2:120.  Joden en Christenen zijn niet te vertrouwen.
2:162.  Ongelovigen zullen vervloekt blijven, hoe lief en aardig ze ook zijn
2:165.  Iedereen die een voorwerpt aanbidt (dus ook een crucifix, een boeddhabeeld, een televisie, een grote zwarte steen of een amulet) wordt gestraft door God .
2:171.  Ongelovigen zijn doof, stom en blind.
2:175.  Wie zich niet wil laten leiden door God zal lekker in de hel worden gegooid.
2:178.  Een moslim die iemand heeft vermoord kan door middel van boetedoeningen vergeven worden door God .
2:190.  Dood iedereen die tegen moslims strijd. Verdedig je geloof tot de dood. Ga daarmee door totdat iedereen moslim is. Als de tegenpartij ophoudt met strijden, hou dan ook op.
2:221.  Huw geen anders- of ongelovigen. Je kan beter een slaaf nemen dan je te verlagen tot een dergelijk huwelijk.

Woorden vergeleken waarbij de "provocaties" en "beledigingen" van Wilders maar kinderspel zijn. Wat is "kopvoddentaks", of "islamitisch stemvee" vergeleken met "Joden zijn apen" - en al die andere uitspraken van joden- en ongelovigenhaat. Als je een enkele uitspraak over "kopvoddentaks" en een enkele uitspraak over "islamitisch stemvee" omschrijft als (Pechtold) 'je reinste discriminerende retoriek' is de ruimte voor het talloze malen herhalen van al die uitspraken vol Joden- en ongelovigenhaat dus volstrekt accuraat te omschrijven als "haatpaleis" (uitspraak van Wilders).
    Waar Pechtold en De Ruiter dus Wilders beschuldigen van "geweldretoriek", zeggen zij dus in feite dat de koran, de islam en de moslims zich op veel ergere wijze bedienen van geweldsretoriek.

Voor wie mensen als Pechtold en De Ruiter en als die andere steuners van de islam niet serieus neemt, volgt hier de oorspronkelijke versie van de verzameling:


Bronnen bij Ideologie, religie, monotheïsme: discussie over geweld

De relatie tussen tussen ideologie en geweld is bekend genoeg - met graagte haalt men de voorbeelden van het nazisme en het communisme aan. De relatie tussen religie en geweld is veel minder populair - zelfs onder degenen die de eerste relatie wel erkennen. Dit terwijl religie toch een glaszuivere vorm van ideologie is, en als daar waar er verschillen zijn, religie doodgewoon nog erger is dan ideologie in het algemeen. En wie hierbij over aantallen slachtoffers gaat praten is slordig aan het denken -de genoemde niet-religieuze ideologen maakten hun slachtoffers in tijden van een dramatisch toegenomen wereldbevolking en een nog dramatischer toegenomen hoeveelheid middelen om mensen om te brengen. In andere termen: met dezelfde hoeveelheid kwaadaardigheid was het in de twintigste eeuw honderden zo niet duizenden en nog veel meer malen makkelijker om je tegenstanders te vermoorden dan in de nulde of vijftiende eeuw.
    De komst van de islam heeft veel van het taboe rond religie en geweld doorbroken. Want over de islam zijn veel niet-moslims het wel eens: die veroorzaakt in ieder geval in de huidige tijd een aanzienlijke hoeveelheid geweld. Nu zijn er vele andere oorzaken van geweld, maar de islam springt eruit omdat de daders hun rechtvaardiging ervan luid en duidelijk rondbazuinen: "Wij plegen geweld omdat we moslims zijn!" Natuurlijk vergezeld van één of meerdere tussenstappen, zoals: "... en moslims worden onderdrukt, dus ...", maar die zijn dusdanig oppervlakkig of onzin (in dit geval: vrijwel iedereen en iedere groep wordt op één of andere manier onderdrukt, maar gaan daarom niet met bommen lopen smijten), dat die uit het verhaal geschrapt kunnen worden, en je "Moslims plegen veel geweld" van het bommenleggen-in-treinen op schieten-op-luchthavens overhoudt.
    Zo is het dus mogelijk geworden een boek te schrijven over de relatie tussen religie en geweld, wat gedaan is door jurist en filosoof Paul Cliteur:


Uit: De Volkskrant, 27-11-2010, door Stephan Sanders
  Het goddelijk bevel

In die ene God liggen de wortels van geweld, betoogt Paul Cliteur. Voor goede gevolgen van de enkele God heeft de atheïstische rechtsgeleerde minder oog.

... Opgeklopt achterflapproza is niet meer nodig na de Rushdie-affaire van 1989, 11/9, de moord op Theo van Gogh, diverse aanslagen van moslimterroristen over de hele wereld en na de Deense en Zweedse cartooncrises. ...
    Bijna tien jaar na datum heeft Cliteur een boek willen schrijven dat inderdaad behoorlijk academisch is, en in die zin afwijkt van het vigerende nu of nooit pamflettisme. Cliteur maakt veel werk van het voorbehoud: hij mag dan zelf atheïst zijn, maar nee, hij is niet per se tegen elke vorm van godsdienstigheid, en nee, ook richt hij zijn pijlen niet alleen op de islam.
    Dan volgt Cliteurs' eigenlijke vraagstelling: Wat is het geweldspotentieel van de drie monotheïstische godsdiensten, jodendom, christendom en de islam? Zijn er in de heilige boeken als het Oude en Nieuwe Testament en de Koran voldoende aanknopingspunten te vinden die geweld rechtvaardigen? En als dat zo is, 'moeten gelovigen dan gehoorzamen aan de wetten van het land waartoe zij behoren, of moeten zij zich oriënteren op de wetten van de religieuze gemeenschap, die door een supranationale god worden gedicteerd?'
    Ziedaar het monotheïstische dilemma.   ...
    Goed, het christendom en jodendom blijven meestal buiten schot, en worden zelfs vaak gezien als antidotum tegen het moslimterrorisme. ...
     De auteur geeft ons, zonder aanziens des geloofs, drie voorbeelden van monotheïstisch geïnspireerde terroristen, een moslim, een jood en een christen. Daar zijn Farouk Abdulmutalleb, de 'underwear bomber' die rond Kerst 2009 een vliegtuig probeerde op te blazen; Jigil Amir, die in 1995 de Israëlische president Rabin vermoordde en de Amerikaanse pro-life terrorist Scott Reader, die in 2009 een abortusarts vermoordde. Ik durf te wedden dat de meeste mensen de eerste twee voorbeelden helder op hun netvlies hebben staan, maar bij de laatste casus toch even achter hun oren moeten krabben.
    Het valt in Cliteur te prijzen dat hij zich niet alleen richt op, of beter gezegd tegen de ' islam'. Dat is academisch gesproken juist en terecht. Maar de praktijk van de laatste twintig jaar laat wel een enorme oververtegenwoordiging zien van moslimterrroristen. De vraag zou toch moeten luiden: waarom is juist de moslimwereld hier zo bevattelijk voor?   ...

Het antwoord op de laatste vraag is simpel: jodendom is overtuigend genoeg in elkaar geslagen door de Romeinen en op de plaatsen waar ze heen gevlucht zijn - zodra ze echter op hun eigen land terug waren, sloegen ze onmiddellijk aan het terroriseren -  van de aldaar reeds aanwezige bevolking. En christenen zijn vijfhonderd jaar bestookt door meer rationeel ingestelde mensen en daardoor grotendeels murw gebeukt.
    Maar dit was een boekenrecensie, die ongetwijfeld net als in de rest van de pers, terecht komt in de minder gelezen katerns, en de reactie bleef dus voorlopig uit. Dat veranderde na een interview met Cliteur op de opiniepagina van de Volkskrant: (de Volkskrant, 04-12-2010, door Chris Rutenfrans):
  Twistgesprek van Chris Rutenfrans met rechtsfilosoof Paul Cliteur

Profeet Elia herleeft in moellahs die oproepen Westergaard te vermoorden

Is religieus terrorisme geïnspireerd door het monotheïsme of alleen maar door de islam?

Uw boek Het monotheïstisch dilemma gaat over religieus terrorisme. Het hedendaagse terrorisme is voor 99 procent van islamitische herkomst. U noemt twee vermoorde abortusartsen en de moord op Rabin als voorbeelden van christelijk en joods terrorisme. Zijn dat niet extreem weinig gevallen vergeleken met de islamitische terreur?
Dat schrijf ik ook in mijn boek. Maar het gaat mij niet om een vergelijking van de hoeveelheid aanslagen verdeeld over de drie monotheïstische godsdiensten, maar om de structuurkenmerken van het monotheïsme in verhouding tot geweld. Ik behandel drie religieuze terroristen: Abudulmutallab die Vlucht 253 van Northwest Airlines van Amsterdam naar Detroit wilde opblazen; Jigal Amir die Jitzak Rabin vermoordde; en Scott Roeder die de abortusarts George Tiller vermoordde. Alle drie beroepen zich op het bevel van God. Mijn vraag is: wat voor God is dat? Zijn in de heilige geschriften aanknopingspunten te vinden voor geweld? Voordat we religieus terrorisme kunnen bestrijden, moeten we het eerst begrijpen.

Door het hoogst zeldzame joodse en christelijke terrorisme op één hoop te gooien met het alomtegenwoordige islamitisch terrorisme verdoezelt u de belangrijkste oorzaak van het hedendaags terrorisme: de islam.
Je kunt islamistisch terrorisme alleen begrijpen tegen de achtergrond van een godsbeeld dat in verhalen naar voren komt die voor alle drie monotheïstische godsdiensten fundamenteel zijn. Denk aan het verhaal van Abraham die bereid is op goddelijk bevel zijn zoon te offeren. Het staat in de Bijbel en de Koran. Nadat Abraham zijn bereidheid had getoond, hoefde het offer niet gebracht te worden. Maar hij wordt geprezen voor die bereidheid. Dat is een proclamatie van morele heteronomie: het goddelijk bevel gaat vóór de niet-religieuze ethiek.   ...
    ... Een derde bijbels verhaal is dat van Elia die de profeten van Baäl laat vermoorden omdat zij andere goden dan de God van Israël vereren (1 Koningen).    ...
    ...  Haal nu de man voor de geest die op 1 januari van dit jaar met een bijl voor de deur stond bij de Deense cartoonist Kurt Westergaard. Het gedrag van die man valt te begrijpen vanuit de drie verhalen die ik hier schets.

Maar de man met die bijl beroept zich helemaal niet op Elia.
Dat is niet relevant voor mijn argumentatie. De vier elementen die ik kenmerkend acht voor de religieuze terrorist ? radicale heteronomie, het verwerpen van de morele eisen van deze wereld ten gunste van een wereld aan gene zijde, verzet tegen de vrijheid van geweten en vrije expressie en aanvaarding van martelaarschap ? zitten in alle drie monotheïstische godsdiensten.

Het blijft bizar om de oorzaak van islamitisch terrorisme niet te zoeken in de islam, waarop die terroristen zich uitdrukkelijk beroepen, maar in het jodendom.
Nee hoor. Als ik het terrorisme van Abdulmutallab toeschrijf aan 'de islam', welke elementen in die islam zijn dan zo problematisch? Dat zijn die vier elementen. Die komen niet in de 7de eeuw uit de lucht vallen, maar hebben een veel langere geschiedenis in het monotheïsme.

De Koran roept gelovigen direct op om ongelovigen om te brengen. De Bijbel doet dat niet.
Mijn bijbel- en koranstudie kan dat niet bevestigen. ...

Duaal burgerschap komt ook voor bij Volkert van der G., die Pim Fortuyn vermoordde. Die beriep zich niet op het monotheïsme, maar op een radicaal-linkse ideologie. Nu zult u zeggen: ik onderzoek alleen religieus terrorisme. Dan zeg ik: u stopt er van tevoren in wat u er graag uit wilt krijgen.
Natuurlijk kan ik mijn onderwerp eindeloos verbreden en ook inperken. Ik kan Volkert van der G. behandelen, Hitler, Ulrike Meinhof. Ik kan ook alleen de islam behandelen of alleen de salafistische variant binnen de islam. Maar dat ik erin zou stoppen wat ik eruit wil krijgen, is niet waar. Voor mijzelf was het resultaat van mijn boek een verrassing.

Het laatste antwoord is ongelukkig. Juister is wat hier al boven is gesteld: voor andere vormen van ideologie is de relatie met geweld niet onbekend en weinig omstreden, en hoeft dus eigenlijk niet behandeld te worden. Desondanks was het beter geweest dat Cliteur het verband met ideologie in het algemeen wel had gelegd.
    Dit interview bracht de discussie goed op gang, en zoals gewoonlijk is uit de discussie de waarde van de wederzijdse standpunten goed te halen. De eerste reactuie kwam uit joodse kring (de Volkskrant, 31-12-2010, door Asher Ben Avraham):
  Joden gaan graag met hun enige God in debat

Asher Ben Avraham | De auteur is historicus, publicist en redacteur van het internetperiodiek Ashers Ongenoegen. Met een verwijzing naar het jodendom weerspreekt hij Paul Cliteurs analyse dat de bron van geweld in het monotheïsme ligt.

'Religion sucks.' Kort gezegd en met een beetje fantasie is dit de wrange boodschap van de rechtsgeleerde en filosoof Paul Cliteur in zijn recente boek Het Monotheïstisch Dilemma. Cliteur stelt de monotheïstische godsdienst verantwoordelijk voor het terrorisme in de wereld. Jodendom, christendom en de islam worden daarmee in gelijke mate afgeserveerd. Elk van deze godsdiensten baseert zich immers op een Heilig Boek dat tal van aansporingen tot geweld bevat. Of het nu om de Bijbel, de Tora of de Koran gaat, elk van de holy scriptures zit vol verhalen van geweld en wraaknemingen. En impliciet lijkt Cliteur te stellen dat het Jodendom de oudste monotheïstische godsdienst is en daarom eigenlijk de meeste blaam treft.
    Direct geïnspireerd door gewelddadige bronteksten komt een relatief kleine groep terroristen vervolgens tot zijn wandaden. ...
    Cliteur lijkt een bijzondere opvatting te hebben van het verschijnsel 'monotheïstische godsdienst' en de relatie hiervan met terrorisme. Die opvatting is als volgt: er is een Heilig Boek, en dat bevat simpelweg de door God gegeven regels die de gelovigen moeten uitvoeren. Godsdienst als receptenboek voor de gewone gelovigen; godsdienst als Handboek Soldaat voor de militante aanhangers. Elk Heilig Boek bevat aansporingen tot geweld. Tot zover klopt Cliteurs analyse.
    Maar dan: de terrorist pakt de gewelddadige elementen uit het Heilige Boek en gebruikt die als rechtvaardiging voor zijn aanslagen. Zo redenerend, zou elk van de grote wereldgodsdiensten een terroristisch ingestelde schare volgelingen moeten kennen. Je zou denken dat de wereld dan ook geregeld geconfronteerd wordt met christelijke en joodse terreurdaden, naast het terrorisme uit radicale islamistische kring. Toch is dat niet zo.
    Het grote merendeel van de terroristische aanslagen in de afgelopen decennia is gepleegd door gewelddadige islamisten. Dit kille, objectief vast te stellen gegeven kan niet worden verklaard uit de theorie van Cliteur. Joodse en christelijke terreuraanslagen komen immers nauwelijks voor. Waar wringt hem dan de schoen? Zoals zo vaak zit het probleem in de uitgangspunten.
    Godsdienst is niet per definitie het uitvoeren van een receptenboek. Er is geen automatische directe lijn van het Heilige Boek van een godsdienst naar de dagelijkse praktijk. Tussen de bron en de ontvanger zit een wereld aan interpretaties, vertalingen en accenten. ...
    Cliteurs premisse 'monotheïsme ligt ten grondslag aan terreur' gaat zeker niet op voor het jodendom. Een joods spreekwoord luidt: 'Twee joden, drie meningen.' Het jodendom kent van oudsher een traditie van permanente discussie over de interpretatie van de regels van de Tora. ...
    De wortels van het terrorisme liggen in het ontbreken van een buffer tussen de boodschap van het Heilige Boek enerzijds en de dagelijkse religieuze praktijk anderzijds. Gewelddadig religieus extremisme kan alleen ontstaan in een context van letterlijke interpretatie van heilige teksten, slaafs navolgen van regels, een doodscultus, wraakzucht en de wil om het ware geloof gewapenderhand te verbreiden. Het individuele leven telt daarbij niet, maar is ondergeschikt aan de verspreiding van het ware geloof en aan het leven na de dood. Juist deze factoren vormen het kruit van religieus terrorisme.
    Terrorisme is dus niet automatisch de collateral damage van de monotheïstische godsdienst.

Omdat Cliteur verderop zelf regeert op dit en het volgende artikel, hier nog geen commentaar. Eerst dat volgende artikel (de Volkskrant, 05-01-2011, door Yoram Stein):
  Polytheïsme heel wat gewelddadiger dan monotheïsme
 
Yoram Stein | Yoram Stein is docent filosofie. Hij betoogt dat het dilemma tussen gehoorzaamheid aan goddelijke en aan menselijke wetten niet specifiek is voor het monotheïsme, maar van alle tijden en plaatsen is.


Paul Cliteur verdedigt in Het Monotheïstisch Dilemma de stelling dat religieus terrorisme religieus is. Dit is geen bewering van het soort 'ongehuwde mannen zijn ongehuwd'. Vaak wordt immers ontkend dat 'religieus terrorisme' echt religieus gemotiveerd is. Terroristen zouden reageren op armoede, racisme en andere vormen van aards onrecht. Met hemelse inspiratie zou terreur niets te maken hebben.
    Cliteur vertrouwt echter niet al te zeer op deze seculiere verklaringen. Hij gelooft de terroristen zelf wanneer zij zeggen dat zij Gods wil uitvoeren. Religieuze terroristen - of zij nu geïnspireerd worden door het jodendom, het christendom of de islam - lijken volgens Cliteur op elkaar in de wijze waarop zij hun daden verdedigen. Zij hanteren een logica waar juridische straffen of redelijke argumenten geen vat op krijgen. Zijn boek is een poging deze religieuze terroristen beter te begrijpen, en in die zin is het prima.
    Toch kleeft er een aantal problemen aan het boek. Om te beginnen is het enigszins onbevredigend dat de grote vraag onaangeroerd blijft: wat wil God van zijn gelovigen? Hebben de religieuze terroristen gelijk of de vrome geweldloze weldoeners?
   Cliteur denkt dat religies een ware aard hebben, maar hij lijkt niet in staat of bereid die te achterhalen. Hij geeft voorbeelden van religieus geweld, maar legt niet uit waarom die iets zouden zeggen over de ware aard van de religie en voorbeelden van religieuze geweldloosheid niet. Wat hij overtuigend aantoont, is dat terroristisch geweld door sommige gelovigen op religieuze gronden gerechtvaardigd wordt. Wat hij niet bewijst, is dat de theologische en juridische argumenten van de gewelddadige gelovigen beter of gezaghebbender zijn dan die van de pacifistische gelovigen.
    Uiterst twijfelachtig is de bewering van Cliteur dat alleen hetmonotheïsme de mens opzadelt met de vraag welke wetten hij nu moet gehoorzamen: de goddelijke of de menselijke? Dezelfde thematiek is reeds terug te vinden in de tragedie Antigone van Sophocles (geb. 496 voor Christus) in het poytheïstische Griekenland van de Oudheid. ...
    Waarom acht Cliteur dan alleen het monotheïsme zo gevaarlijk dat hij zelfs pleit voor een terugkeer naar een (cultureel) polytheïsme? Dat gevaar zit volgens hem in iets typisch monotheïstisch: 'de goddelijke beveltheorie van de moraal'. De monotheïstische gelovige doet blind wat hem door zijn almachtige, alwetende en goede God wordt opgedragen. Als Abraham door God wordt bevolen zijn zoon te offeren, dan gehoorzaamt hij. Het is deze blinde, religieuze gehoorzaamheid die Cliteur terecht doet huiveren.
    Maar ook hier vervalt Cliteur weer in dezelfde fouten: hij veronachtzaamt de meest gezaghebbende theologische interpretaties en doet alsof universeel menselijke zaken specifiek zijn voor het monotheïsme. Om met het laatste te beginnen: het monotheïsme staat, zoals iedere opvoeder weet, zeker niet alleen in de gedachte dat het goede gelijkstaat aan gehoorzamen. En wat gehoorzaamheid aan de goden betreft: daarin is het polytheïsme doorgaans een stuk bloediger en gewelddadiger dan het monotheïsme.
    Om te laten zien dat hij de goden gehoorzaamt, offert de Oud-Griekse koning Agamemnon zijn dochter op aan de godin van de jacht. Daar waar de monotheïstische God aan Abraham duidelijk maakt dat aan de praktijk van het plegen van mensenoffers een einde gemaakt dient te worden, laten de polytheïstische goden van bijvoorbeeld de Inca's het mensenbloed rijkelijk vloeien.   ...

De reactie van Cliteur (de Volkskrant, 08-01-2011, door Paul Cliteur):
  God prijst niet de protesterende maar de gehoorzame Abraham

Het gaat er niet om hoe de meeste gelovigen de heilige geschriften lezen, maar hoe die geschriften worden gelezen door extremisten.   ...

Discussies over religie roepen veel emoties op, maar zelden een accurate samenvatting van het standpunt van de opponent. Helaas geldt dat ook voor de wijze waarop Asher Ben Avraham de teneur van mijn onlangs verschenen boek Het monotheïstisch dilemma probeert samen te vatten (Opinie & Debat, 31 december).
    Ook Yoram Stein mist het centrale punt dat ik wil maken (O&D, 5 januari). Dat punt is dat ik mij niet bezighoud met hoe Ben Avraham, Stein, Karen Armstrong en de overgrote meerderheid van de gelovigen de heilige schrift lezen, maar hoe die schrift wordt gelezen door extremisten als Abdulmutallab, Jigal Amir en Scott Roeder.   ...

Wat je wat populairder kan aanvullen met de these dat een moordenaar niet wordt gecompenseerd voor alle dagen dat hij niet gemoord heeft. Maar de religieus is nu eenmaal een lastig persoon om mee te discussiëren:
 
  Ik benader de schrift dus door de ogen van een terrorist en wil dan laten zien dat de verhaallijn die hij daarin onderkent aanknopingspunten heeft in de tekst zelf. Die ambitie herhaal ik om de tien bladzijden in mijn boeken (ook The Secular Outlook) en staat zelfs op kaft van Het monotheistisch dilemma als waarschuwing vermeld. Pas op, dit gaat niet over godsdienst, maar over radicale interpretaties van godsdienst!
    Maar Asher Ben Avraham en Yoram Stein hebben niet gezien dat ik geen bijdrage lever aan de vergelijkende godsdienstwetenschap. Ik zeg dus ook niet dat alle drie de monotheïstische godsdiensten ‘even erg’ zijn.

De obsessie van de religieus maakt dat hij slecht leest en voor wat hij mist zijn eigen ideologie invult.
 
  Terwijl ik betoog dat in de heilige geschriften van alle drie de monotheïstische godsdiensten teksten zijn te vinden die geweld legitimeren (ook in het Nieuwe Testament, in tegenstelling tot een wijdverbreid vooroordeel) probeert Asher Ben Avraham aannemelijk te maken dat voor één van de drie monotheïstische godsdiensten, het jodendom, ‘mijn theorie’ niet op zou gaan. Zijn argument daarvoor is erg zwak.
    Hij zegt dat de gewelddadige elementen van de Tora (de eerste vijf boeken van de Tenach, de Hebreeuwse bijbel) zijn verzacht in de Talmud. De harde leefregels uit de Tora (Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri, Deuteronomium) worden vrijwel niet meer toegepast, zegt hij, omdat de rabbijnen ze zodanig hebben geïnterpreteerd dat zij in feite buiten werking zijn gesteld.
    Dit wordt ook keer op keer in de boeken van Karen Armstrong betoogd ...
    Wat religieus terroristen als Jigal Amir kenmerkt (die in 1995 de Israëlische premier Jitzak Rabin vermoordde met een beroep op religieuze overwegingen) is dat zij geen boodschap hebben aan die vredelievende interpretaties van de Tora door vrijzinnige rabbi’s. Zij luisteren naar de gewelddadige interpretaties door hun collega’s die menen dat iemand vermoord mag worden die de belangen van Israel schendt.

Een herhaling in veel woorden van het moordenaars-argument.
 
  Ik zeg ook niet dat alle aanhangers of zelfs maar de meeste aanhangers van de monotheïstische godsdiensten tot geweld neigen. Verder zeg ik niet dat de drie monotheïstische godsdiensten precies hetzelfde zijn.
    Wat ik wel zeg, is dat een overeenkomst tussen de drie monotheïstische godsdiensten kan worden geconstateerd, namelijk dat in alle drie een kleine maar niet te veronachtzamen minderheid te identificeren valt die een radicale logica volgt die tot geweld leidt.

In welk licht het beter zou zijn geweest de relatie met ideologie in het algemeen wél te leggen.
   Cliteur besluit wel met een paar observaties die in die richting gaan:
 
  Heilige geschriften zijn op zijn best verenigbaar met hedendaagse burgerlijke vrijheden. Maar die verenigbaarheid ontstaat pas op het moment waarop men morele autonomie als principe aanvaardt.
    Dat gebeurt in de heilige schrift slechts mondjesmaat. Het is te vinden in het verhaal van Job en het verhaal van Abraham die met God discussieert over Sodom en Gomorra. Het is terecht dat Yoram Stein dat nog eens releveert (zoals ik zelf trouwens ook doe in mijn boeken).
    Maar helaas voor Stein: het is niet de ‘protesterende Abraham’ of Job die in de bijbel door God worden geprezen. Geprezen wordt de ‘gehoorzame Abraham’ die als blijk van zijn gehoorzaamheid zelfs zijn eigen zoon wilde offeren.

En Yoram Stein zal zich vermoedelijk niet eens als religieuze Jood afficheren.

De heren Avraham en Stein beperkten zich tot pogingen om de argumenten van Cliteur te weerspreken, die slecht lukken. Treffender voor de zwakte van de religieuze positie zijn de volgende twee, die op de tour van het wijzen-naar-elkaar gaan (Volkskrant.nl, Opinie, 07-01-2011, door prof. David Pinto, migratie-expert
  Sus de ernst van islamitische terreur niet

Frits Bolkestein heeft volkomen gelijk en Paul Cliteur niet.

Bolkestein heeft wel degelijk gelijk met zijn opmerking onlangs dat Nederland onleefbaarder is geworden voor Joden door het gedrag van (met name) de Marokkaanse jeugd. Maar het probleem dat hij constateert staat niet op zich.
    Helaas is de Arabische wereld momenteel een bron van ellende voor de wereld. Door de islam geïnspireerd terrorisme ontstaat met name daar. En hier te lande zijn er gevaarlijke ontwikkelingen te signaleren, die vaak komen van problemen geïmporteerd uit de arabische wereld.
    Paul Cliteur ontvouwde in zijn twistgesprek in de Volkskrant van zaterdag 12 december j.l., de uitkomst van zijn boek over religieus terrorisme. Een bizar verhaal. Cliteur komt namelijk tot de conclusie dat het monotheïsme zich in gelijke mate schuldig maakt aan het prediken van terrorisme. Hij ziet daarin geen verschil tussen jodendom, christendom en islam.
    Het religieus terrorisme bij het jodendom bijvoorbeeld baseert hij enerzijds op het uitzonderlijke geval van de moordenaar van Yitzhak Rabin en anderzijds op het 4000 jaar oude bijbelse verhaal over Abraham.
    Echter, het is een onontkoombaar gegeven dat het hedendaagse terrorisme bijna uitsluitend door moslims wordt gepleegd. Dat is ook niet verwonderlijk, alleen moslims worden aangemoedigd om zichzelf op te blazen om anderen om zeep te helpen. Andere geloofsgemeenschappen kennen dat soort praktijken niet.   ...

En (Volkskrant.nl, Opinie, 12-01-2011, Ghassan Dahhan is als master student verbonden aan de War Studies faculteit van King's College London, met het vakgebied van terrorisme als specialiteit):
  Schoenmaker, hou je bij je leest

De opvattingen van David Pinto over religieus terrorisme zijn tenenkrommend.

Professor David Pinto betoogde dat Paul Cliteur het islamitisch terrorisme bagatelliseert. Daarnaast zou Cliteur zich schuldig maken aan het schenden “van de meest fundamentele methodologische regels van wetenschap, het onderscheid tussen algemeen en bijzonder.” Zijn advies aan Cliteur: “Schoenmaker, hou je bij je leest”.
    Met plaatsvervangende schaamte las ik hoe de professor op ondiplomatieke wijze kritiek uitte op Cliteurs recente uitspraken over religieus terrorisme. Aan hoogmoed bij Pinto geen gebrek. Aan wetenschappelijke onderbouwing en historisch inzicht jammer genoeg wel.
    Pinto beweert onder andere dat er maar één joodse terrorist zich ooit schuldig heeft gemaakt aan terrorisme, namelijk de moordenaar van de Israëlische premier Rabin (Yigal Amir). Pinto vergeet voor het gemak dat niet alleen Amir, maar zelfs twee Israëlische premiers – Menachim Begin en Yitzhak Shamir – ooit tot een van de meest beruchte terroristen behoorden van het Midden-Oosten (zij maakten deel uit van een omvangrijk, joods terreurnetwerk genaamd de Irgun die begin twintigste eeuw verscheidene aanslagen pleegden op voornamelijk Britse doelen).
    Uit het stuk blijkt ook dat Pinto waarschijnlijk niet op de hoogte is van het feit dat de eerste zelfmoordterroristen uit de geschiedenis leden waren van een joodse organisatie, genaamd de Zeloten. Maar waarschijnlijk zal dat volgens hem liggen aan het feit dat het christendom en de islam toen nog niet bestonden.
    Maar Pinto beweert toch echt dat “alleen” moslims worden aangemoedigd om zichzelf en anderen om zeep te helpen. Sterker nog, volgens Pinto “kennen andere geloofsgemeenschappen dat soort praktijken niet.” Laten we dat argument eens onder de loep nemen.
    Als het gaat om het aantal zelfmoordaanslagen tussen 1980 en 2003 is er één groep die met kop en schouders boven alle anderen uitsteekt: de Tamil Tijgers (maar liefst 76 van de 315). ...

Waarbij Dahhan voor het gemak even vergeet dat de Tamil Tijgers dat deden jegens degene met wie ze in een zeer materieel gevecht waren met betrekking tot de macht op het eiland Sri Lanka, en niet jegens burgers in totaal van landen die niet bij dat gevecht betrokken zijn. Zoals moslims dat doen. Die westerlingen aanvallen omdat de ideeën van de westerlingen ze niet aanstaan.
    Maar het nettoresultaat van de heren is dus dat de hebben laten zien dat zowel joden als moslims zich bezig houden met ideologische terrorisme - vroeger en meer recent.
    Dit wat betreft de eerste lading deskundigen - eens kijken wat brievenschrijvend Nederland, bepaald geen slechtere bron, er van vind (de Volkskrant, 04-01-2011, ingezonden brief van Frans Brons (Den Haag)
  Kruistochten

Asher Ben Avraham wast Paul Cliteur de oren (Opinie & Debat, 31 december), omdat van de drie monotheïstische wereldgodsdiensten alleen de islam tot terrorisme geneigde volgelingen zou hebben. Mag ik herinneren aan de kruistochten, de inquisitie en de pogroms? En tik ook eens op Google de woorden kolonisten en terreur in. Heel verhelderend.

Oké, christenen er ook bij.
    En (de Volkskrant, 04-01-2011, ingezonden brief van Dick Fopma (Castricum)):
  Religie en geweld

Het verbaast mij dat het in de recente discussie over religie (Opinie & Debat, 31 december) alleen maar gaat over abstracte begrippen als monotheïsme, jodendom, hindoeïsme et cetera, terwijl het toch gaat om de degene die die begrippen bedenkt en interpreteert: de mens. Toevallig werd in het stuk van Kees Paling Franklin D. Roosevelt aangehaald, die ooit gezegd zou hebben dat the only thing Mankind has to fear, is Mankind itself.
    Alle godsdiensten hebben perioden van geweld gekend, en nog. Joden hebben volgens het Oude Testament Kanaän met geweld veroverd, de zionistische en extreem religieuze kolonisten in het Israël van nu oefenen geweld uit tegenover de Palestijnen. De kruistochten waren roof- en plundertochten gericht tegen joden en moslims. De christelijke Spanjaarden veroverden in de 16de eeuw Zuid- en Midden- Amerika met geweld. De moslims van Mohammed deden dat met de Oriënt in de 8ste eeuw. Hindoes en moslims in India terroriseren elkaar. Zo heeft iedere religie haar eigen verleden en soms ook haar heden, wat geweld betreft.
    Sinds de Verlichting lijkt het christendom wat meer nadruk te leggen op de liefde voor de medemens, hoewel we ook in de 20ste eeuw nog het geweld hebben beleefd tussen de katholieke en protestantse Noord-Ieren. Het zijn en waren echter allemaal mensen die de gewelddaden bedreven.
    Roosevelt had wel gelijk, we moeten onszelf het meeste vrezen.

Dat klinkt wijs, maar de ideologie, net als al dat soort zaken, zit natuurlijk niet in de grond of in de lucht, maar in de mensen. Het zijn inderdaad de mensen-met-ideologie die je moet vrezen, maar dat kort je af tot "ideologie". 
    En (de Volkskrant, 05-01-2011, ingezonden brief van Anton Mullink (Haarlem)):
  Bevrijding

De heer Popma schreef terecht (Brief van de dag, 4 januari) dat niet alleen monotheïstische godsdiensten elkaar bevechten. Hij wijst naar de mens als de hoofdschuldige. Daarmee vermijdt hij de vinger op de zere plek te leggen. Jammer. Het zijn voornamelijk de religies die elkaar bestrijden.
    Elke godsdienst pretendeert de waarheid in pacht te hebben en sluit de ander uit, zelfs de christelijke nominaties onderling. Mijns inziens is het ei van Columbus voor een vreedzamer wereld niet zozeer de vrijheid van godsdienst maar de bevrijding van godsdienst.
    Wetenschap en gezond verstand hebben ons inmiddels duidelijk gemaakt, dat er geen hemelse wezens bestaan en dat we het met dit leven zullen moeten doen. Waarheidsclaims van elke godsdienst zijn op drijfzand gebouwd. Zullen we dan maar gewoon seculier gaan denken?
    We hoeven niet de mens te vrezen maar zijn geloof in God of goden.

Drie keer raden waar hier op getriggered wordt ... (de Volkskrant, 08-01-2011, ingezonden brief van A. van Daal, Overloon):
  Vrees de mens die geen God heeft

De heer Anton Mullink meent (Geachte Redactie, 5 januari) dat de wetenschap bewezen heeft dat God niet bestaat. Dat kan de wetenschap niet, omdat Hij niet waarneembaar is. Aanwijzingen zijn er wel: het feit dat iets zichzelf niet kan scheppen uit niets.   ...

En (de Volkskrant, 08-01-2011, ingezonden brief van Lindy Nijlandt (Delfgauw)):
  Gezond verstand

Anton Mullink schrijft dat 'wetenschap en gezond verstand ons inmiddels hebben duidelijk gemaakt dat hemelse wezens niet bestaan en dat we het met dit leven zullen moeten doen'.
    Ik zou graag de wetenschappelijke onderzoeken willen inzien die deze stellingen bewijzen. Atheïsme is ook een geloof, waarvan de aanhangers eveneens in hun oneindige wijsheid veronderstellen dat zij de waarheid in pacht hebben. Toon mij het verschil in deze met (andere) religies.   ...

Tja, nogal wiedes, want dat is de kern van dit soort ideologie. De kern waarvoor de een bereid is wat onzin te schrijven, en de ander bereid is te moorden (voor de volledigheid: atheïsme is te baseren op het totale gebrek aan bewijs van een god en net als alle andere zaken geldt het uit-niets-geschapen-zijn ook voor de godheid zelf).
    Naast deskundigen en burgers, had het onbenul-met-column natuurlijk ook zijn zegje (de Volkskrant, 08-01-2011, column door Arnon Grunberg):
  Geldstroom

'De mijne is veel mooier dan de jouwe,' zongen Van Kooten en De Bie ooit.
     Zij hadden het over een auto, wij weten nu dat die auto een metafoor was voor God. Iedereen vindt zijn eigen God het mooist en het minst gewelddadig.
    Voor menselijk geweld is religie hoe dan ook een magere verklaring.
    Nazisme en stalinisme hadden geen monotheïsme nodig voor massamoord.
    Pol Pot kon zonder.
    De oorlog in Vietnam had weinig met monotheïsme te maken.   ...

Goh, wat spannend: er is ook niet-religieus geweld ... Kennelijk is 'ie even vergeten dat het genoemde niet-religieuze geweld wel degelijk gebaseerd is op ideologie: nazisme en stalinisme hebben we hier al gehad, Pol Pot is hetzelfde als stalinisme, en Vietnam is het resultaat van het anticommunisme, net zo sterk een ideologie als de andere  .
    Maar het kan natuurlijk ook zomaar zo zijn dat Grunberg hiermee treedt in de voetsporen van de heren Ben Avraham, Stein en Pinto, want met hen deelt hij een joodse afkomst. Overal elders lijkt Grunberg bestuurt te worden door het in die kringen ook populaire alternatief van het cynisme, maar aangaande dit soort zaken lijken de ideologische roots toch boven de grond te komen.
    Alles bij elkaar genomen blijkt ook in deze dialoog de positie van de monotheïstische religieus te rusten op hetzelfde fundament als dat van het godsbestaan: dat van een eindeloos diep moeras. Waarvan het geweld en het terrorisme slecht twee van de kwade opborrelingen zijn.
 
Terug naar het punt van Cliteur dat het bij de uitleg van religie niet draait om de rekkelijken, maar om de preciezen - en wel in een andere context (de Volkskrant, 03-03-2011, ingezonden brief van Naushad Boedhoe, ex-moslim (Bleiswijk)):
  De islam is flexibel

'Ik stop liever met studeren dan dat ik ga lenen', zegt een moslima studente (Binnenland, 1 maart). Meer moslimstudenten zeggen te zullen stoppen met studeren als zij de studie niet kunnen betalen. Een studielening tegen (woeker)rente is in strijd met de islam en daarom verboden, is de stelling.
    De islam - zeg ik als ex-moslim - is flexibel en vraagt aan de gelovige zich aan te passen aan de plaatselijke omstandigheden. Zelfs de belangrijkste principes (de vijf zuilen) hoeven niet onder alle omstandigheden te worden nageleefd. Zo hoeft de moslim die het zich financieel niet kan veroorloven, de haj (bedevaart naar Mekka) niet te volbrengen.  ...
    Ik raad moslims aan om naar de geest van de islam te leven en zich aan te passen aan de omstandigheden hier. ...

Een ex-moslim, een zeldzaamheid, heeft makkelijk praten over de flexibiliteit van de islam. Maar ware hij nog moslim, zou hij onder de gematigden vallen.
    En hier is de boodschap van de preciezen (de Volkskrant, 05-03-2011, door Hicham Chara, afgestudeerd op het onderwerp 'Islamic Finance' aan de Erasmus Universiteit Rotterdam):
  Rente is in islam niet toegestaan

Naushad Boedhoe stelt dat rente wel is toegestaan in de islam (Geachte redactie, 3 maart). Dit is klinkklare onzin. De islam is inderdaad flexibel en vraagt inderdaad aan de gelovige zich aan te passen aan de plaatselijke omstandigheden zolang de moslim zich kan en mag houden aan zijn religieuze plichten.
    Het voorbeeld van Boedhoe over de Hadj klopt dan ook, net zoals een moslim varkensvlees mag eten als er voldoende noodzaak bestaat, bijvoorbeeld in het geval van een ernstige hongersituatie. In een dergelijke situatie moet de moslim altijd de minst slechte oplossing kiezen.
    In het geval van een studielening ligt het echter niet eenvoudiger, zoals Boedhoe aangeeft, maar juist ingewikkelder, de noodzaak is hier namelijk niet van direct levensbelang.    ...
    ... wel is het belangrijk om aan te geven dat de heer Boedhoe geen autoriteit is op het gebied van islam en financiering. Voor een moslim doet alleen een gefundeerde mening er toe (op basis van de islamitische bronnen).
    De islam keert zich inderdaad tegen uitbuiting van mensen en stelt daarom dat een echte 'sociale lening' geen enkele vergoeding bovenop de hoofdsom mag bevatten. ...
    De studenten die menen dat rente niet is toegestaan zijn dus goed op de hoogte en niet dom en bekrompen, zoals Boedhoe ze noemt. Zij komen op voor hun eigen geloofsprincipes en dat is altijd slim. Tegelijkertijd komen ze op voor toekomstige studenten met soortgelijke principes en ook voor andere studenten die niet gesponsord kunnen worden door hun ouders. Niets zeggen zou pas dom zijn. ...
    Ik raad alle moslims aan om, zoals de heer Boedhoe zei, naar de geest van de islam te leven maar hiernaast ook proberen vast te houden aan de letter van de islam. Principes zijn er niet om bij veranderde omstandigheden zomaar overboord te gooien. Kom voor je idealen op en doe dat vooral op tijd en niet pas achteraf. Zo kan wellicht voorkomen worden dat het 'sociale' leenstelsel er ooit komt.

En daar gaat het om: de religieuzen zullen altijd gedwongen worden te leven naar de strenge uitleg van zijn geboden door de preciezen, de fundamentalisten, hen. En doen ze dat min of meer systematisch niet, dan zijn ze al redelijk snel ex-religieus. Daarom zijn de christelijke kerken aan het leeglopen: rekkelijkheid verstaat zich niet met (monotheïstische) religie. En daarom is de heer Boedhoe een ex-moslim.


Naar Psychologische krachten  , of site home  .

6 mrt.2011