Bronnen bij Het alfa- en bèta-denken: moraal

De moraal van het alfa-wereld is een totaal andere dan die je in de bèta-wereld aantreft. Hier wat voorbeelden van die alfa-moraal (de Volkskrant, 19-12-2005, recensie door Hein Janssen):
  Belangwekkendste theater sinds lange, lange tijd

Platform naar Michel Houellebecq door NTSent. Regie: Johan Simons.


...   De grote klap aan het begin verbeeldt de terroristische aanslag op een toeristenhotel in Thailand, waar Houellebecqs hoofdpersonages Michel en Valérie in het door hun opgezette vakantieparadijs Eldorado Aphrodite hun Utopia hebben gevonden. Een ressort waar de vier s-en hoogtij vieren: sea, sun, sand and sex. Seks is in dit rijtje de belangrijkste, want in de opvatting van Michel is de westerse mens geheel vervreemd geraakt van het genieten van eigen en vooral andermans lichaam. Aan de ene kant heb je het rijke westen waar de mens smacht naar genot en daar maar niet aan toekomt; aan de andere kant de rest van de (vaak arme) wereld die in die behoefte aan seks kan voorzien en daar nog een centje aan kan overhouden ook. Ofwel: dikke, vette, volgevreten westerlingen kunnen in Eldorado Aphrodite zoveel mogelijk op strakke jonge meisjes kruipen. Het is de even cynische als schokkende opvatting van Michel die Platform controversieel en onontkoombaar maakt. De professionalsering van de seksualiteit is het hoofdthema, maar Houellebecq raakt ook andere open zenuwen van de moderne wereld: de doorgedraaide consumptiemaatschappij en het daaruit voortvloeiende massatoerisme, de dreiging van fundamentalistische islamieten, het failliet van het huwelijk, de racistische binnenbranden in Franse steden, het door en door burgerlijke karakter van zijn landgenoten.
 ...   Steven van Watermeulen speelt de rol van Michel fenomenaal. Hij is de middelmatige cultuurambtenaar die in een zelf gesponnen web van immorele fantasie verstrikt raakt. ...

De cultuurambtenaar, de alfa-intellectueel. In deze rol is een bèta-intellectueel ondenkbaar.

Ander voorbeeld (de Volkskrant, 24-10-2008, door Paul Depondt):
  Ongegeneerd seksboek van jaloerse libertijn

Zeven jaar na haar bestseller La vie sexuelle de Catherine M., waarvan meer dan een miljoen exemplaren over de toonbank gingen, schreef Catherine Millet een nieuw memoriaal van haar seksleven. Jour de souffrance gaat over de grootste verschrikking voor een libertijn: de jaloezie.
    In La vie sexuelle, de schandaleuze kroniek over haar seksuele praktijken, beschreef ze haar zoektochten naar genot. Zonder enige schroom had ze het over partouzes, toevallige ontmoetingen, triootjes en 'nummertjes maken'. Het was een boekhoudkundig verslag, zonder veel analyse of psychologie.
    Met even grote openhartigheid vertelt Millet nu hoe ze op een dag, snuffelend in de werkkamer van haar levensgezel en schrijver Jacques Henric naaktfoto's en aantekeningen vindt over een jonge vrouw met wie hij van tijd tot tijd het bed deelt. Gaandeweg ontdekt ze dat haar vriend, auteur van Légendes de Catherine M., wel vaker met andere vrouwen 'neukt'.
    Millet wordt jaloers, het doorsnuffelen van de papieren wordteen obsessie, ze gaat net als vroeger - weer naar de psychiater. Wekelijks vertelt ze op de divan over haar jaloezie.
    Jour de souffrance, ... is een soort autoanalyse, tegelijkertijd ook een zelfportret. Er is 'het lichaam', dat ongegeneerd rollebolt, joekelt en rampetampt, en er is de femme d'intérieur, die zich opsluit in afgunstige fantasieën.
    Millet, oprichtster van het kunsttijdschrift art press, schrijft geen porno. Ze weet als geen ander haar herinneringen in beelden om te zetten en getuigt van een steeds ondraaglijker afgunst en nijd, waarin ze zichzelf etaleert, maar ook anderen. La jalousie, c'est l'enfer.
    Aan het slot vertelt Millet hoe ze nu nog elk gefrommeld papiertje van haar levensgezel, dat ze in hun huis aantreft, als een archeologe ontcijfert op zoek naar de precieze details over zijn verborgen seksleven.

De ongelofelijke tegenstrijdigheden. Exhibitionisme. Hedonisme. Geen genot willen/kunnen toelaten.
    Ook dit is ondenkbaar in de simpele wereld van de bèta.

Een wrang geval (DePers.nl, 04-04-2010):
  'Kindermoordenaar kijkt pornofilms in cel'

De wegens seksuele marteling van en moord op drie jonge meisjes tot levenslang veroordeelde moordenaar Koos H. mag in zijn cel in een tbs-kliniek naar pornofilms kijken. Dat blijkt zondag uit het programma van misdaadverslaggever Peter R. de Vries.

...  H. werd begin jaren tachtig tot levenslang veroordeeld, zonder tbs. De reden dat hij tegenwoordig toch in een tbs-kliniek zit zou te danken zijn aan de uiteindelijke bekentenis van de moord op de drie meisjes Tialda Visser (12), Edith Post (11) en Emy den Boer (18), zo schrijft H. aan zijn jeugdvriend. H. zat in de zwaarbeveiligde tbs-inrichting in Vught, maar is inmiddels overgeplaatst, aldus De Vries.
    De Vries stelt in zijn programma dat een vice-president van de Haagse rechtbank achter de schermen heeft opgetreden als een soort helper van de kindermoordenaar. De rechter zou H. aan een andere advocaat hebben geholpen, zou hem zijn rijbewijs hebben laten halen en zou hem thuis en in de cel hebben opgezocht.   ...

In dat in een beroepsgroep die zo langzamerhand notoir is verzwegen de veronachtzaming van de belangen van de slachtoffers van misdaad, en haar minder dan "negeren"-houding ten opzichte van die mensen. Er moest een wet aan te pas komen om ze dwingen om ook slachtoffers het woord te kunnen laten voeren in de rechtszaal.

Terug naar de kunstwereld, waar ze van de immoraliteit een deugd maken (de Volkskrant, 07-08-2010, door Karolien Knols):
Het enige dat ik echt heb, is mijn geloof

Beeldend kunstenaar Marc Mulders (51) verliet de r.k. kerk toen hij besefte dat een stel homovrienden van die kerk geen homo mocht zijn. Hij mist nu ‘het samenzijn’.

Elke ochtend om 6 uur gaat beeldend kunstenaar Marc Mulders de bossen in rondom zijn boerderij op Landgoed Baest.Om te rennen. En te bidden.    ...
    ‘Dezelfde als nu: dat de kerk zich gedraagt als een sekte en mensen buitensluit. Dat heeft niets meer te maken met het prachtige idee dat God in de gedaante van een mens naar de aarde is gekomen om als voorbeeld te dienen, om samen te binden in plaats van af te wijzen.’
    Niet dat alleen de kerk ervan langs krijgt bij Mulders. ...
    Het is niet moeilijk in de vriendelijke man met de zachte stem het opgewonden standje te zien dat hij ook nog is. De 50 gepasseerd: mooi. Maar mild? Gaat het over de helende werking van kunst – zijn stokpaardje: kunstenaars moeten niet meer willen shockeren, dat doet de televisie al; ze moeten troost bieden – dan neemt Mulders meteen even de conflicten mee die hij de afgelopen jaren met collega-kunstenaars en critici heeft gehad.
    Janneke Wesseling van NRC Handelsblad, die hem eind jaren negentig verweet Music for the millions te maken, makkelijk en sentimenteel. Mulders: ‘Ik ben in die recensie zo omlaag gehaald, dat mijn moeder bij de bridgeclub te horen kreeg: ‘Corry, wat heeft jouw jongen die mevrouw aangedaan?’
    ‘Niks! Ik hing in alle musea, ik verkocht al mijn werk, én ik was katholiek. Nou, dat kun je dus niet zeggen in die zogenaamd vrije kunstwereld. Daar hebben we afgesproken dat alle perversiteit en banaliteit mag – maar ga niet zeggen dat je religieus bent, laat staan katholiek.’
    Een paar jaar later kreeg hij het aan de stok met schilder Ronald Ophuis. Die schilderde een kinderverkrachting in een jeugdhonk. ‘Ik heb toen gezegd dat als je het kwaad wilt schilderen, je dat moet sublimeren, zoals Rembrandt heeft gedaan met Het osje. Dat is een heftig doek, maar je hoeft niet te kokhalzen als je ervoor staat. Nou ja, dat kon ook niet gezegd worden. Ophuis noemde me de ayatollah van het zuiden, en stigmatiseerde me als die jongen die het altijd over het geloof heeft.’

Dat ben je toch ook?
‘Maar waarom kan er over religie geen gesprek worden gevoerd? Ik heb het er met schrijvers over gehad, met Willem Jan Otten, en Oek de Jong: dankzij Reve en Kellendonk betekent een religieus conflict in de literaire wereld: werk. Discours. Maar in de kunstwereld is dat discours niet mogelijk. Geen idee waarom niet.’   ...

Kwaadaardigheid... de kunstwereld heeft er wat mee ... Misschien kan je daar nog iets voor zeggen, als in "Het bestrijden van ...". maar als er iets bestreden wordt door de kunstwereld, is het, zoals ook dit bericht laat zien, veel eerder "goedaardigheid".

Het is dan ook volkomen logisch dat de kunstwereld er geen enkel moeite mee heeft om zich de laten fêteren door gestolen geld (de Volkskrant, 06-06-2014, van verslaggever Gerard Reijn):
  Fonds Ammodo 'misbruikt' pensioengeld havensector voor subsidie aan onderzoek

Academici in actie tegen KNAW-prijs


Zes wetenschappers, allen lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, verzetten zich tegen het uitkeren van 2,4 miljoen euro voor wetenschappelijk onderzoek.
    Het geld komt van de stichting Ammodo en volgens de zes, onder wie de economen Joop Hartog en Bernard van Praag en socioloog Kees Schuyt, is het op slinkse wijze ontfutseld aan zijn aanvankelijke bestemming: de pensioenen voor de haven- en transportsector.    ...

De kwestie die op deze website al eerder besproken is onder de noemer "Optas" uitleg of detail en waarover ook meer berichten zijn verschenen die het beschreven als een "conflict". Hier is hoe het ook kan:
  ... Het geld waarmee Ammodo nu mooie sier maakt, is bijeengebracht door de havenarbeiders en hun werkgevers. Het was ooit hun pensioenfonds, en het heette toen Optas. In 1998 werd het fonds ondergebracht in een stichting om het onafhankelijker te maken.
    Onafhankelijk was dat zeker. Het stichtingsbestuur, onder voorzitterschap van ex-Elsevier-topman Pierre Vinken, veranderde de statuten en niemand die daar iets tegen kon doen. In 2007 werden de pensioenen plus het verzekeringsbedrijf verkocht aan Aegon voor 1,3 miljard euro. Het stichtingsbestuur kon zelf een bestemming voor dat geld bedenken en koos voor kunsten en wetenschap. 

Oftewel: dit is corruptie. Fraude. Op een schaal van totale immoraliteit. Die Vinken is nu al dood, maar had opgehangen moet worden. Aan zijn nek. Officieel of aan een lantarenpaal, maar opgehangen had 'ie moeten worden, als een signaal richting de rest van de graaiende top: dit stopt hier.
    Natuurlijk is dit in de media  volkomen onderbelicht gebleven, want daarvan is allang duidelijk dat ze onder één hoedje spelen met de graaiende en stelende rijken. Maar ook de kunstwereld profiteert dus mee
    En wie natuurlijk ook bij de immorele top horen zijn dezen:
  Ammodo is in 2011 begonnen met het uitdelen van geld in de kunstsector. Dat jaar stelde het bestuur jaarlijks 15 miljoen ter beschikking aan de kunsten, waarmee het meteen een van de grootste cultuurfondsen in Nederland is. Ammodo steunt onder andere het Stedelijk Museum in Amsterdam, het Van Abbe Museum in Einbdhoven, het Nederlands Dans Theater en Museum Boymans Van Beuningen in Rotterdam.

Maar dat was dus te verwachten: alfa's lijden, naast diverse andere kwalen, ook aan een sterk verzwakt gevoel voor moraliteit.


Naar Alfa en bèta denken  , of site home  .

6 okt.2009