Omgaan met het
kwaad
Geen enkel gezond persoon maakt zich de
illusie dat hij geen slechte kanten heeft. Niettemin gaan veel spirituele,
politiek-filosofische, en psychotherapeutische ideeën er vanuit dat de mens
alleen maar goede kanten heeft. Het nieuwe testament laat vrijwel alles over het
slechte, verbeeld in de duivel, vallen, en vervangt wraak door het toekeren van
de andere wang. De linkse ideologie gaat er vrijwel altijd vanuit dat als je
armeren de macht geeft, ze wel fatsoenlijk zullen regeren, en Dr. Phil
vergeet
bij zijn pleidooi voor het na buiten brengen van je diepere motieven, het ook
mogelijk is dat daar ook minder fijne dingen onder kunnen zijn, die je juist
liever niet naar buiten zou willen brengen. Daarmee wil niet gezegd worden dat
de genoemde ideeën niet waar of waardevol zijn, het wil slechts zeggen dat ze
niet helemaal volledig zijn.
Het belang aan die constatering is dat die
onvolledigheid in sommige gevallen kan leiden tot het verschijnsel dat acties
die gebaseerd zijn op deze op zich goede bedoelingen, door onverwachte
bijwerkingen vanuit de vergeten slechte hoek in hun minder gewenste tegendeel
verkeren. Er zijn vele voorbeelden van opstanden door onderdrukten, die
resulteerden in nog ergere repressie. Onder de aanhangers van Jezus Christus
bevonden zich ook alle leden van de Inquisitie. En het heeft weinig zin de ziel
van een serieverkrachter uit te diepen; als hij al geestelijk gezonder dreigt te
worden, dan komt hij te zitten met een onaanvaardbaar verleden.
Nu zijn er vele vormen van slechtigheid, en
om de zaak, als gewoonlijk, simpel te houden, beperken we ons in dit stukje tot
de eenvoudige tegenstelling van medewerking-versus-tegenwerking. De psychologie
kent dit voorbeeld als het gevangenendilemma. Het gaat als volgt: twee inbrekers
zijn verdacht van een kraak opgepakt door de politie, maar die heeft geen echt
harde bewijzen, en hoopt door onderhandelingen een van de twee inbrekers tot een
bekentenis te dwingen. De inbrekers worden ieder apart gehouden en verhoord, en
aan beiden wordt gezegd: “OK, we weten dat jullie het gedaan hebben, en jullie
krijgen allebei drie jaar cel. Maar we willen het jou makkelijk maken: als je
bekent en dat jullie het samen gedaan hebben, krijg jij maar een jaartje.
Maar je moet wel snel wezen, want op dit moment zit je maat al te praten.” De
inbrekers staan nu voor een dilemma: als ze erop vertrouwen dat de ander niets
zal zeggen, weten ze dat ze een goede kans hebben om vrij te komen, want de
politie sluit dat soort dealtjes alleen als ze geen poot hebben om op te staan.
Maar je kunt ook het zekere voor het onzekere nemen, en er met een jaartje vanaf
komen. Maar als ze dat alletwee doen, dan zitten beiden in de boot. Een dilemma
dus.
Deze situatie is uitgebreid onderzocht.
Meestal wordt hij in wat abstracter vorm gegoten, populair was een vorm waarbij
het dilemma gegoten is in de vorm van een spel, waarbij mensen geld kunnen
winnen afhankelijk van een stem op medewerking of tegenwerking. De uitkomsten
van deze onderzoeken lieten zien dat de meeste mensen niet in staat zijn om tot
de financieel meest gunstige coöperatieve variant te komen
Het kiezen voor de niet-coöperatieve
variant in het spel, de niet-coöperatieve houding in de maatschappij, is hier
het voorbeeld van het slechte. De psychologische experimenten wijzen er op dat
een hoog percentage van de mensheid leidt aan deze vorm van slechtigheid.
De vraag na de analyse is wat er aan te
doen. Ook hiervoor geeft het voorbeeld van het gevangenendilemma een methode.
Het dilemma is op een gegeven moment nog verder geabstraheerd, in de vorm van een
spel voor computerprogramma’s. Er is een competitie uitgeschreven, met een
uitleg van de spelregels, en de vraag een computerprogramma te schrijven dat het
dilemmaspel tegen de andere programma’s gaat spelen. De overduidelijke winnaar
was een programma genaamd tit-for-tat (oog-om-oog, tand-om-tand), dat ook veruit
het simpelste programma was. Het doet het volgende: op iedere non-coöperatieve
zet van de tegenstander doet het programma een non-coöperatieve zet terug, en
daarna doet het coöperatieve zetten. Het programma telt maar vier computerregels
(een programma als Windows heeft er miljoenen).
Het verbazingwekkende aan dit resultaat is
dat het in een volstrekt abstracte omgeving als een computergeheugen tot een
resultaat komt dat als spirituele wijsheid al eeuwenlang bekend was. Confucius
had zijn reciprociteit, de bijbel het oog-om-oog, enzovoort.
Het is dus alleszins aannemelijk dat de
tit-for-tat methodiek ook in op het maatschappelijke vlak een geldige methode is
om slechte handelingen van mensen aan te pakken.
Naar Goed en kwaad
, Psychologie lijst
, Psychologie overzicht
, of site home
.
|