Bronnen bij Religie en ratio: exclusiviteit moraal

In een normale discussie met religieuzen zijn er weinig dingen zo irritant als hun meestal stilzwijgend maar vaak ook uitgesproken veronderstelling dat zij het alleenrecht hebben op moraal - niet-gelovigen zijn amorele heidenen (de Volkskrant, 27-01-2007, column van Marjolijn Februari):
  Hoe haalt Tineke Huizinga het, met alle respect, in haar hoofd om zoiets te zeggen

...    Ik was nog niet uitgedacht over die rare onwil tot praten, toen ik een interview las met Tineke Huizinga van de ChristenUnie. Een parlementariër die ik graag zie debatteren, omdat ze scherp en snel is, en die ik bewonder om haar morele ernst. Ik heb dus sympathie en respect voor Tineke Huizinga, maar jammer genoeg is dat niet wederzijds. In een vraaggesprek met Volkskrant magazine flikte ze het weer: ze ontzegde de ongelovigen een moraal, en haalde daarmee de basis weg voor elk gesprek.
    Desgevraagd gaf ze toe dat de omgang met haar kinderen zou veranderen als die niet langer in God zouden geloven. Ze legde uit: ‘Want het maakt de basis van je leven wel anders. Kijk, toen ik zelf een jaar of 18, 19 was, heb ik wel eens gedacht: als ik nou geen christen was, dan zou ik een ander mens zijn. Dan zou ik zeggen: jongens, ik heb het meest aan een hoop geld, ik ga een rijke ouwe kerel zoeken.’
    Het leek wel alsof Huizinga nog nooit een niet-christen heeft ontmoet. Nog nooit een ongelovige heeft gesproken. Anders zou ze toch wel weten dat ongelovigen niet massaal op hun achttiende met rijke oude kerels trouwen? Dan zou ze toch weten dat ongelovigen ook overtuigingen hebben, idealen, een geweten, inzet voor andere dingen dan geld? Hoe haalt Tineke Huizinga het, met alle respect, in haar hoofd om zoiets te zeggen?
    Geloof me, als ik aarzelingen heb over deelname van de ChristenUnie aan de regering, dan is dat niet omdat ik een rabiate christenhater ben, integendeel. Mijn beste vrienden zijn christenen. Ik ben dol op alle dominees, ChristenUnieleden en bisschoppen die ik ken. Maar ik ben een beetje bang – tot het extra controleren van de sloten op de deuren aan toe – voor het zo trots uitgedragen onvermogen van christelijke politici om zich te verdiepen in de gedachtenwereld van anderen. Wordt het niet eens tijd om het gesprek te openen? Talk to me, mevrouw Huizinga, listen to me. ...

En nogmaals (de Volkskrant, 06-10-2007, column van Marjolijn Februari ):
  Please, liberalen van Nederland, pink up the phone

Tussentitel: Moraal is eigenlijk het eigendom van CDA? Wat een verwarring

...    Er blijken twee vaste overtuigingen over moraal te bestaan. Eén: liberalisme is een soort anti-moraal en iedere liberaal is een antichrist die louter doet waar hij zin in heeft. Twee: moraal is eigenlijk het eigendom van het CDA, en als een niet-CDA’er over moraal wil spreken, heeft hij veel uit te leggen.   ...

En iemand uit "het gewoen volk" over mevrouw de christen (de Volkskrant, 27-01-2007, ingezonden brief van Suzan Betlem (Niekerk)):
  Christen

`Als ik geen christen was, zou mijn leven wel heel erg om mezelf draaien`, aldus Tineke Huizinga van de ChristenUnie (Magazine, 20 januari). Dat klinkt als een regelrechte belediging aan het adres van alle niet-christenen, die zich met hart en ziel inzetten voor staat en maatschappij.

In hun houding als het over politieke zaken gaat blijkt vaak het tegenovergestelde: christelijke politici staan sterk aan de rechterkant, en steunen allerlei agressief en gewelddadig beleid. Van kolonialisme tot zogenaamde beschavingsoorlogen tot regelrechte veroveringsoorlogen, ze krijgen altijd de steun van christelijke politici, zonder welke bijvoorbeeld in landen als Nederland dit soort besluiten namelijk niet mogelijk zouden zijn.
   Ook in de binnenlandse politiek vinden we christelijke politici aan de rechterkant, in hun steun voor rijken en middenklassen, ten koste van de zwakkeren en armeren.
    Nee, christelijk beleid heeft heel weinig met moraal te maken.


Naar Religie en ratio  , of site home  .

6 jan.2008