Bronnen bij Alfa-denken, orde en netheid: veiligheid
| 30 apr.2010 |
In Alfa-denken, orde
hebben de voorbeelden laten zien van de langdurige campagne die de kunstzinnige
en intellectuele alfa's gevoerd hebben tegen het idee van orde - in al zijn
maatschappelijke vormen
. Natuurlijk heeft dat geleid tot een steeds grotere toename van allerlei
soorten van ongewenst gedrag: overlast, criminaliteit, enzovoort, die
uiteindelijk tegenmaatregelen noodzaken.
Die tegenmaatregelen hebben van nature een algemeen karakter
- het is hetzelfde proces als dat de permissiviteit van gevaarlijk rijgedrag
(een streng boetestelsel met definitieve ontzegging van de rijbevoegdheid zou
een einde maken aan vrijwel alle ernstigere verkeersovertredingen) heeft geleid
tot de noodzaak van zaken als verkeersdrempels waar iedereen last van heeft.
Maar die tegenmaatregelen zijn natuurlijk zaken die de alfa's nog
minder aanstaan. Hetgeen soms leidt tot bekentenissen (mede naar aanleiding van
de aankomende Bevrijdingsdag op 5 mei):
Uit:
De Volkskrant, 24-04-2010, door Sander van Walsum, redacteur van de
Volkskrant
Essay | Maatregelen tegen huftergedrag beperken bewegingsvrijheid van burgers
In wantrouwen gevangen
Nederland wordt op alle mogelijke manieren beveiligd tegen kwaadwillenden –
met hekken, detectiepoortjes en andere obstakels. Dat gaat ten koste van onze
vrijheid. Eigen schuld: hadden we ons maar niet zo moeten laten gaan. Dan vraag
je om een overheid die je niet wilt.
Tussentitel: Onze overheid is het product van een al te achteloze omgang met
onze
vrijheid vroeger
Vijfenzestig jaar geleden werden we bevrijd. Nu zijn we nog steeds vrij, zij het
een beetje minder dan – zeg – 35 jaar geleden. Het verschil met toen is maar
heel betrekkelijk. Onze grondwettelijke vrijheden zijn in graniet gebeiteld. Op
9 juni zijn alle stemgerechtigden uitgenodigd voor het feest van de democratie –
voor de tweede keer dit jaar. .... En toch: per saldo genieten we minder
vrijheid dan voorheen.
Wie ’s nachts na twaalven met de trein reist, kan dit aan den
lijve ondervinden. Bijvoorbeeld op station Amsterdam CS. Het gebouw, dat toch al
door nimmer eindigende renovatiewerkzaamheden en een staking van schoonmakers in
een hoogst onaangenaam passantenverblijf is veranderd, is dan nog maar via één
ingang bereikbaar. Dat weet de reiziger pas als hij eindeloos rondom het gebouw
heeft gedoold. Als hij ten langen leste de entree heeft gevonden, wordt hij naar
de perrons geleid via rood-witte linten en een kordon beveiligingsmensen die
zichzelf niet als dienstverleners lijken te beschouwen. De trein die hem naar
een prettiger oord zal vervoeren, is ook vergrendeld – op die ene deur na, waar
een controleur die ook zijn werk maar doet, de kaartjes controleert, een
handeling die overbodig zou moeten zijn omdat ze beneden, in de hal, ook al was
uitgevoerd.
De passagiers onderwerpen zich lijdzaam aan dit
beveiligingsregime. Zij voelen zich veiliger op het station dan toen iedereen er
nog in en uit kon lopen, zegt een woordvoerder van de Nederlandse Spoorwegen.
Het vervoerbedrijf heeft ongetwijfeld op goede gronden gemeend deze miljoenen
verslindende voorzieningen te moeten treffen. Niet alleen in Amsterdam, maar ook
op andere plaatsen die door randfiguren werden geterroriseerd.
‘De goeden moeten onder de kwaden lijden’, heet het dan. En
de maatregelen waarmee de samenleving meent zich tegen de kwaden te moeten
verweren, hebben een voorlopig karakter. Alsof de status quo ante ooit zal
worden hersteld. De ervaring leert inmiddels dat voorzorgsmaatregelen maar
hoogst zelden worden opgeheven.
De uitzonderingstoestand in de openbare ruimte heeft een permanent
karakter aangenomen. De hekken waarmee hofjes, portieken, stegen en zij-ingangen
hufterproof worden gemaakt, staan er in de regel voor de eeuwigheid. ...
Zij sluiten kwaadwillenden buiten, maar ze begrenzen tevens
de bewegingsvrijheid van de bonafide burgers – die naar verluidt de overgrote
meerderheid vormen. Om de massa zoveel mogelijk te vrijwaren van de misdragingen
van de enkeling wordt iedereen door de zeef gehaald.
De ontwikkelingen in Nederland onderscheiden zich in dit
opzicht niet noemenswaardig van die in landen waaraan we ons spiegelen. Na een
verblijf van vijf jaar in Berlijn meen ik echter wel dat de
‘uitzonderingstoestand’ in Nederland grimmiger aanvoelt. Mogelijk hangt dit
samen met het feit dat wij, Nederlanders, in het recente verleden de vrijheid in
de betekenis van ‘we maken zelf wel uit aan welke regels we ons wensen te
houden’ collectief hebben gekoesterd. De teugels knellen bij ons dus misschien
wat meer dan bij de Duitsers, die keurig, zonder kenbare aanleiding, voor een
rood voetgangerslicht bleven wachten terwijl wij, meer verlichte geesten, ons
vrolijk maakten over de ‘kadaverdiscipline’ van de oosterburen.
Bij ons golden ‘authenticiteit’ en ‘spontaniteit’ als grote
deugden.
Red.: Een onderbreking: Dat 'ons' is voornamelijk de al
genoemde alfa-intellectuele elite - de gewone burgers waren altijd voormeer
repressie van de overtreders en meer straf, hetgeen door de alfa-intellectuele
elite werd afgedaan als "onderbuikgevoelens", "populisme", en dergelijke.
|
De jaren negentig van de vorige eeuw waren bijna ongenietbaar door
het grote aantal spontane Nederlanders. Zij hadden hun remmingen
afgelegd, en maakten minder spontane Nederlanders deelgenoot van hun
coming-out – of die wilden of niet. Zij stoven met z’n honderden op
motorfietsen over de rivierdijken. Zij trokken in uitgelaten toestand
door de steden. Zij gebruikten de openbare ruimte als particulier
feestterrein. Zij etaleerden schaamteloos de weelde die zij als
internetondernemer in een paar maanden tijd hadden vergaard. Zij maakten
indringend duidelijk dat de hele wereld hun rug op kon.
...
...De climax van zijn zelfverheerlijking werd bereikt in 1995
met het lied Vijftien miljoen mensen, een lofzang op mondigheid en
zelfredzaamheid. ‘Vijftien miljoen mensen op dat hele kleine stukje
aarde, die schrijf je niet de wetten voor, die laat je in hun waarde’ –
alsof het een in strijd is met het ander.
De 15 miljoen mensen van weleer namen zichzelf waar als de
natuurlijke vijanden van hun eigen overheid, die in hun perceptie uit
was op de begrenzing en reglementering van hun persoonlijke vrijheid. En
zij creëerden daarmee de overheid die zij vreesden. Een overheid die
alle reden heeft om aan te nemen dat de belastingbetaler of de
uitkeringsgerechtigde de kluit belazert. Een overheid die bij een
vermoeden van fiscaal wangedrag de bewijslast omkeert. Een overheid voor
wie iedereen gelijk is, en die dus geen onderscheid maakt tussen burgers
die de schijn mee en burgers die de schijn tegen hebben. Een overheid
die iederéén als potentiële wetsovertreder bejegent, en daarmee
onbedoeld heeft bijgedragen aan de verharding van de onderlinge
verhoudingen. |
En dat is een andere zaak waar de alfa-intellecteel zich sterk voor heeft
ingespannen: het gelijkheidsbeginsel: je mag niet extra letten op burgers met
bepaalde kenmerken. Al was het maar omdat je dan automatisch komt op etnische
zaken, als het oververtegenwoordiging van Marokkanen en Antillianen die vier en
meer keer zo veel overlast veroorzaken en crimineel zijn als andere groepen, en
totaal meer dan de helft van de criminaliteit bestrijken. Als criminaliteit
leidt tot fouilleeracties tegen wapenbezit, mag je niet de Marokkanen en
Antillianen eruit pikken,wnat dat dus dan "discriminatie". Dus wordt iedereen
gefouilleerd - ook alfa-intellectueel Sander van Walsum, die er nu over loopt te
klagen:
|
Als Nederlandse inwoner van Berlijn had ik meer last van de Sociale
Verzekeringsbank, de goede gever van kinderbijslag, dan van de Duitse
fiscus. Zeker één maal per jaar moesten wij met onze drie kinderen onder
schooltijd naar de Nederlandse ambassade om tegen betaling een beëdigde
verklaring af te halen waarmee we konden aantonen dat we geen uitkering
inden voor ongeboren of overleden kinderen. Een ‘bewijs van in leven
zijn’ heet dit curieuze testimonium van de waard die zijn gast allang
niet meer vertrouwt.
Omdat er met kinderbijslag wordt gefraudeerd, moeten wij
aantonen dat wij het níet doen. |
Een direct bewijs van de hypocrisie en de leugenachtigheid van de
alfa-intellectuele positie: iedereen weet waar dat frauderen met kinderbijslag
in het buitenland vandaan komt: allochtone immigranten. Maar de
alfa-intellectueel weigert het te vermelden. En klaagt dan dat hij als
autochtoon dezelfde behandeling moet ondergaan die eigenlijk alleen voor de
allochtone immigrant zou hoeven te gelden.
|
Wij hebben de overheid die we verdienen. |
En dus nog een leugen: wij hebben de overheid die de alfa-intellectueel gemaakt
heeft met zíjn permissieve houding:
|
Deze overheid is het product van een al te achteloze omgang met onze
vrijheid in het verleden |
Oftewel: met zíjn 'achteloze omgang met onze vrijheid in het verleden'.
|
Nederland is onverkort een van de aangenaamste plekken op aarde om
te leven. Toch vraag ik mij af hoe een Nederlander uit het jaar 1975 zou
reageren op de gebarricadeerde stations, de detectiepoortjes, de
ID-kaarten en aanverwante tijdsverschijnselen van dit moment. Ik denk
dat hij zich rot zou schrikken en zich zou afvragen hoe het zover heeft
kunnen komen. |
Nou, dat heeft men hier kunnen lezen.
Een andere exemplaar uit de bestuurlijke en intellectuele
elite, om preciezere zijn: van de gamma-variant, bekent ook, en gaat zelfs nog
een stapje verder. Eerst de bekentenis:
Uit: De Volkskrant, 28-04-2010, column door Evelien Tonkens, bijzonder
hoogleraar actief burgerschap
Ontplooiende, bevrijdende orde
Tussentitel: Waarom zouden orde, vrijheid en ontplooiing niet samen gaan?
’s Ochtends vroeg voor de aanvang van de lessen verzamelt de hele school zich
in de aula. Pas als de stilte compleet is, krijgen de leerlingen het sein naar
de lokalen te vertrekken. Keurig in rijen van twee. Tijdens de wandeling naar
het lokaal mogen ze wat praten. Maar bij de ingang eist de docent volledige rust
en stilte. Alleen wie aan die eis voldoet, mag naar binnen. ‘Dat hebben ze echt
nodig’, verklaart Helga, een jonge docente op een Vrij Technisch Instituut, het
Vlaamse equivalent van een vmbo. Ordeproblemen heeft zij niet. Als iedereen zit,
kan de les meteen beginnen. ...
Het verschil tussen Nederland en Vlaanderen berust op een
verschillend idee over de verhouding tussen orde en ontplooiing. De
bovengeschetste scene van het Vlaamse vmbo associëren wij met autoritaire,
militaire eenheidsworst en met onderdrukking van het unieke vrije individu. Zo
gedrild en in het gelid kan er van ontplooiing van dat individu niks terecht
komen, menen wij. Deze associatie van orde met onderdrukking is een directe
erfenis van de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Orde en structuur
raakten toen geassocieerd met onderdrukking, militarisme en fascisme. Met al te
brave burgers die zo braaf in het gelid liepen dat ze nauwelijks in opstand
kwamen toen hun Joodse medeburgers werden afgevoerd. De enige ware ontplooiing
werd spontane zelfontplooiing: niet gehinderd door orde en structuur.
...
Red.: Precies: wie tegen wanorde was, was een brave burger
- en een potentieel lid van NS die in staat zou zijn Joden af te voeren. Dat is
manier waarop de propagandaoorlog gevoerd werd. En een methodiek die ook meteen
werd aangewend zodra iemand wilde constateren dat veel van die ordeproblemen op
school
, zoals wapenbezit
, van de kinderen van allochtone immigranten komt:
|
Hoe anders gaat het meestal toe in Nederland. Hier heerst op het
vmbo vaak chaos, zoals ik vorige week beschreef aan de hand van het boek
VMBO als stigma van Rineke van Daalen. Het duurt eindeloos voordat
iedereen is gaan zitten, zijn jas uit en pet af heeft en stil en
aandachtig is. Als dat moment al komt. Dit blijkt niet alleen uit VMBO
als stigma, maar ook uit eerdere publicaties van bijvoorbeeld Bowen
Paulle, Margalith Kleijwegt en Marcia Luyten. Met veel moeite lukt het
docenten om toch een beetje les te geven, volgens Paulle slechts paar
minuten per lesuur. |
Of in de termen gebruikt door de genoemde Bowen Paulle: de allochtone
leerlingen vreten de docenten op
.
Evelien Tonkens trekt enige voor de hand liggende conclusies:
|
Inmiddels is het geloof in orde helemaal terug. Deze en gene worden
hard aangepakt. Rond ontregelende zaken als drugs en alcohol is de
stemming behoorlijk omgeslagen. Kinderen (van anderen) vinden we
ongedisciplineerd, lawaaiig en slecht opgevoed. Orde mag en moet weer.
We zien orde nog steeds als disciplinerend en onderdrukkend, maar we
vinden nu dat dit soms helaas nodig is. Sander van Walsum betoogde
(Vervolg, 24 april) bijvoorbeeld dat hekken en detectiepoortjes een
wanstaltige vrijheidsberoving zijn. Wel vond hij deze vrijheidsberoving
een terechte collectieve straf voor de eerdere overdreven waardering van
spontaniteit.
De tegenstelling tussen structuur, orde, disciplinering en
onvrijheid aan de ene kant en anarchie, ontplooiing en vrijheid aan de
andere kant houdt Van Walsum daarmee in tact. Maar juist die
tegenstelling is ons grootste probleem. Waarom zouden orde, vrijheid en
ontplooiing niet samengaan? Achter detectiepoortjes kunnen we ons vrijer
bewegen, minder gehinderd door angst dat anderen wapens of messen bij
zich dragen. Minder gehinderd ook door de angst dat anderen ons voor
messentrekkers aanzien. En om ons te ontplooien, hebben we als unieke
vrije individuen rust aan onze kop nodig. Orde en structuur bieden de
veiligheid en voorspelbaarheid waardoor je je kunt concentreren op de
ontplooiing van je talenten.
De boven beschreven Vlaamse dagopening biedt de nodige
structuur die ontplooiing mogelijk maakt. Op een traditionele manier
weliswaar. Als we echter de tegenstelling tussen orde en vrijheid
verlaten, kunnen we ook nieuwere, zachtere varianten van ontplooiende
orde waarnemen en waarderen. In Scandinavië bezocht ik bijvoorbeeld eens
een school waar ze de dag beginnen door met de hele school in een
akoestische topaula naar klassieke muziek te luisteren. Dit maakt
kinderen rustig en geconcentreerd, werd me uitgelegd (en bevordert hun
liefde voor klassieke muziek). In Zweden was ik tegen kersttijd eens op
een basisschool waar tijdens de les in de lokalen tientallen kaarsen
brandden. Gevaarlijk? Alleen als de kinderen onrustig en
onverantwoordelijk zijn, zei de docent. Maar die kaarsen maken ze rustig
en verantwoordelijk. Vrijheid en ontplooiing binnen orde en structuur:
daar moeten we onze creativiteit meer op inzetten, ook binnen het vmbo. |
Degenen die voor die het beleid van wanorde gepromoot hebben moeten
onmiddellijk uit het bestuur van de maatschappij gehaald worden, daar je er
bijna zeker van kan zijn dat ze nog meer wanstaltige ideeën hebben, volgens de
gezond-verstand redenatie van de continuïteit der dingen - die wanstaltige
ideeën staan verzameld hier
.
Naar Alfa-denken, orde, bronnen
, Alfa-denken,
orde
,
Sociologie lijst
, Sociologie overzicht
, of site home
.
|