Bronnen bij Kosmopolitisme: neoliberalisme
| 26 dec.2008 |
Het verband tussen kosmopolitisme en neoliberalisme lijkt wat losser, voor zover
het het intellectuele deel der kosmopolieten betreft. Maar vooral zij zijn te
herkennen in onderstaande citaat:
Uit: De Volkskrant, 11-04-2008, door Carien Overdijk
Hoeveel ontworteling we aankunnen
Verstedelijking, het thema van deze Maand van de Filosofie, is ook het thema
van Welkom in Megapolis, een bundel prikkelende essays van de filosoof Jan-Hendrik Bakker.
... Niet minder kritisch beziet Bakker de rijke, centrum minnende
kosmopolieten, ...’. Hun eclectische consumentisme in nóg lossere
sociale verbanden past bij het neoliberale marktdenken, waarin flexibiliteit
voorop staat.
Bakker citeert zijn befaamde Duitse tijd- en vakgenoot
Sloterdijk (‘kosmopolitisme is het provincialisme van de verwenden’) en wijst
erop dat ‘de nieuwe internationale urbanisatie van binnensteden’ een vloed aan
slecht betaalde, onzekere baantjes oplevert in horeca, vervoer en verzorging.
‘De gevolgen zijn soms absurd. Vrouwen moeten hun eigen kinderen achterlaten om
(…) in een rijker deel van de wereld te passen op de kinderen van anderen.’
...
Red.: Met in Amerika in de rol van de laatste de
Porto-Ricaanse schoonmaakster en/of kinderoppas, en in de rijke Arabische wereld
de Filippijnse. Vooral de laatste heeft een positie die nauwelijks tot niet
verheven is boven die van lijfeigene of slaaf:
Uit:
De Volkskrant, 13-05-2009, van verslaggever Stieven Ramdharie
Multicultureel rolmodel wankelt om nanny's
Multicultureel rolmodel Ruby Dhalla, in 2008 nog gekozen tot een van de meest
sexy vrouwelijke politici in de wereld, had het voor kort prima voor elkaar. Het
Canadese Sikh-parlementslid, een rijzende ster in de grootste oppositiepartij,
leidde drie jaar terug mede de campagne van schrijver Michael Ignatieff om
leider van de Liberalen te worden. ...
Maar de fotogenieke, superambitieuze woordvoerster
Multiculturele samenleving, die zegt op te komen voor vrouwenrechten, wankelt.
Nota bene door drie Filippijnse migrantennanny’s die claimen als ‘slaven’ te
zijn gebruikt door de familie Dhalla. Werkdagen van 12 tot 16 uur, geen betaling
van overwerk en zelfs hun paspoorten zouden in beslag zijn genomen.
Ook zouden ze, niet onbelangrijk, illegaal in dienst zijn
geweest. ‘Vals’, riep Dhalla, die steeds genoemd wordt voor een kabinetspost,
over de beschuldigingen na twee dagen te zijn ‘ondergedoken’. ...
Als de beschuldigingen kloppen, zou het Liberale
parlementslid zeker vier wetten hebben overtreden. Zo zouden de vrouwen, die
werden aangenomen om de zieke moeder van Dhalla te verzorgen, geen toestemming
hebben gehad van de overheid om als buitenlandse ‘zorgverlener’ naar Canada te
komen. Jaarlijks krijgen zo’n 25 duizend buitenlandse zorgnanny’s, die in huis
wonen, de kans om dit werk te doen. De vrouwen zeggen dat ze vooral auto’s
moesten wassen, schoenen moesten poetsen en schoonmaakwerk moesten doen in de
chiropractie-klinieken van de sikh-familie.
Dhalla ... spreekt intussen van een ‘complot’ om haar uit te
schakelen. Minister voor Immigratie, Jason Kenney, reageerde sarcastisch. Een
gezamenlijk complot, zo vroeg Kenney zich vol ongeloof af, van zijn
Conservatieven, oppositiepartij NDP, drie Filippijnse nanny’s en de Toronto
Star die met de primeur kwam?
Red.: Beslist niet het eerste geval van dit soort - het is
namelijk heel gewoon.
Het 400-jarig bestaan van New York leidde tot een
aantal artikelen die dit wat algemener geformuleerde beeld tot in alle details
invult:
Uit:
De Volkskrant, 04-04-2009, Reizen NY Special, door Neeltje Huirne.
Ik draag nu ook huidkleurige panty’s
Econoom, juriste en powerfeministe Heleen Mees (41) verhuisde bijna tien jaar
geleden naar New York. Ze wil er nooit meer weg.
...
Zou je er nog kunnen wonen?
Dat ligt niet voor de hand. Ik woon hier prachtig, New York haalt het beste uit
me. ...
Op 16 april verschijnt Mees' boek Tussen hebzucht en verlangen - De wereld en
het grote geld, waarin ze pleit voor het ombouwen van de Nederlandse
verzorgingsstaat tot kansenmaatschappij naar New Yorks model.
Red.: Zo, is dat niet duidelijk? De andere kosmopolieten zullen
het zelden hardop zeggen, maar dit is waar ze naar streven, iets dat ze onbewust
ongetwijfeld ook weten. Voor de volledigheid:dit ideaal van mevrouw Mees is het
ideaal van de getalenteerden, de
goed opgeleiden. En de rest can go to hell, kan je erachter denken.
Heleen Mees en haar opvattingen waren korte tijd later nog
een keer in het nieuws naar aanleiding van het verschijnen van een boekje van
haar hand
, tezamen met het in het nieuws zijn van een boek van Volkskrant-journalist
Jan Tromp, als besluit van een vierjarig verblijf als correspondent in New York,
waar hij "verliefd op was geworden", en met soortgelijke termen als Mees
waarderend over schreef en sprak
. Deze berichten waren voor socioloog Meindert Fennema aanleiding voor een
reactie:
Uit:
De Volkskrant, 24-04-2009, Meindert Fennema is hoogleraar politieke
theorie van etnische verhoudingen aan de UvA.
Zo kweek je opgewekte migranten
Heleen Mees en Jan Tromp zijn lyrisch over de integratie in New York.
Maar ze zijn blind voor de achterkant van dat systeem, betoogt Meindert Fennema
Heleen Mees, die vorige week haar gebundelde columns presenteerde, pleit binnen
de PvdA al jaren voor het verlagen van het minimumloon en de daaraan gekoppelde
uitkeringen. Werken is de beste vorm van integratie, meent zij, en het komt de
etnische verhoudingen ten goede.
New York is daarvan het beste voorbeeld. Alle migranten
krijgen daar een eerlijke kans om te integreren, omdat zij meteen aan de slag
moeten. Haar voorbeelden zijn echter nogal eenzijdig. Steeds weer duikt de immer
gedienstige doorman (conciërge) op als rolmodel voor de immigranten,
samen met de taxichauffeurs en de bedienden in haar favoriete restaurants en
supermarkt om de hoek. De ene is nog voorkomender dan de ander. Dankzij hun
arbeidsparticipatie worden migranten opgewekte naturen die altijd klaar staan om
Mees ter wille te zijn.
Voormalig Volkskrant-correspondent Jan Tromp schreef
een meeslepend boek over zijn New Yorkse tijd (In New York en domweg gelukkig).
Ook hij komt met die onvermijdelijke doorman op de proppen. Bij Pauw &
Witteman onthulde hij het geheim van 's mans gedienstigheid. Als hij maar genoeg
glimlacht (How are you today?), krijgt hij per bewoner zo'n 1.500 dollar
kerstfooi. ...
Maar vergeten Mees en Tromp allebei niet dat zij de
achterkant van die etnische verhoudingen in New York helemaal niet zien? Dat zij
buiten het bedienend personeel nooit een arme immigrant of African American
te zien krijgen?
In de VS bestaat een omvangrijke zwarte onderklasse, waarvan
ruim 1 miljoen onder justitieel toezicht staat Een op de vier zwarte jonge
mannen uit New York krijgt Heleen Mees om die reden sowieso nooit te zien. In
Brooklyn, waar zij een appartement bezit met uitzicht op Manhattan, zijn tenminste 35 zogenaamde million dollar blocks.
Dat zijn huizenblokken waar zo veel mensen in de gevangenis zitten, dat de staat
daar per blok meer dan 1 miljoen dollar aan gevangeniskosten betaalt In dat
bedrag zijn niet meegerekend de kosten voor de rechtsgang, voorarrest en voor
reïntegratie van de ex-gedetineerden uit Brooklyn. In die gevangenispopulatie
zijn zwarten en migranten sterk oververtegenwoordigd. Mees heeft, alleen al om
die reden, maar een beperkt zicht op haar doelgroep.
Mees ... ziet
zij iedere immigrant werken voor een loon van 5 dollar per uur en een variabele
fooienpot. Zou zij wel eens nadenken over de perverse effecten daarvan? In zijn
boek schrijft Tromp dat New York lijkt op een 19de-eeuwse standenmaatschappij.
Zijn appartement had speciale liften voor het bedienend- en het
onderhoudspersoneel. Hoezo integratie? ...
Red.: Grappig genoeg voelde Tromp, kennelijk zichzelf links
achtend, zich voldoende aangesproken om te reageren:
Uit:
De Volkskrant, 25-04-2009, door Jan Tromp, voormalig correspondent van
de Volkskrant in New York
New Yorkers zijn tenminste optimistisch
De ongelijkheid tussen arm en rijk in New York neemt alleen maar toe, maar
geloof in betere tijden kenmerkt de bewoners. Dat geeft hoop.
Wie nu New York bezoekt, kan zich moeilijk voorstellen dat nog maar dertig
jaar geleden de stad in handen was van criminelen van allerlei slag. Al een paar
jaar brengt New York Magazine een speciale uitgave onder de titel
Reasons to love New York (Redenen om van New York te houden): het gaat goed
met de stad, al eist ook hier de economische crisis haar tol.
Als New York zich bedreigd moet weten, is het door het
omgekeerde van de toestand van dertig jaar geleden, toen het uitschot de stad in
bezit had. Nu dreigt Manhattan het exclusieve domein te worden van de
superrijken van de wereld, het andere uitschot, zo men wil.
De ongelijkheid in New York is indrukwekkend. Het Bureau voor
de Statistiek van de stad New York meldde in augustus vorig jaar dat het gat
tussen rijk en arm, dat toch al het grootste is van alle staten in de VS, alleen
maar groter wordt.
De cijfers: 37 procent van het totale inkomen van de stad
gaat naar 1 procent van de inwoners. De onderste 20 procent moet het doen met 3
procent van het totaal.
Twee miljoen New Yorkers zijn niet verzekerd tegen
ziektekosten. Van de acht miljoen New Yorkers leeft ongeveer 20 procent in
armoede. Er bestaat een organisatie van vrijwilligers, City Harvest, die bij
restaurants etensresten ophaalt en uitdeelt aan de behoeftigen.
Ik vermeld dit alles omdat Meindert Fennema, hoogleraar
politieke theorie van etnische verhoudingen in Amsterdam, mij en de in New York
vertoevende publiciste Heleen Mees op de korrel nam We zouden in onze liefde
voor de stad voorbij hollen aan de ontzagwekkende ongelijkheid die vooral
immigranten treft. ...
Heleen Mees vindt, zo stelt Fennema, dat een verlaging van
het minimumloon in New York de beste weg is naar een snelle integratie van
immigranten. Het minimum uurloon ligt nu op 7 dollar 15. Mees zou volgens
Fennema liever zien dat het laagste uurloon 5 dollar bedroeg.
Fennema neemt in één pennestreek mij mee als protagonist van
zo’n maatregel als hij schrijft: ‘Zouden zij wel eens nadenken over de perverse
effecten daarvan?’
Het is niet dat het heel erg is, maar leuk is het voor
niemand op één lijn te worden geplaatst met Heleen Mees. Ze koestert
merkwaardige opvattingen. Zo zou ze graag zien dat er dwangarbeid komt voor
gestudeerde vrouwen die niet fulltime werken omdat ze ook nog voor de kinderen
willen zorgen. In New York lijkt ze Madame de Pompadour te willen uithangen, de
maitresse van de Zonnekoning Lodewijk XV: ‘Als ik in Nederland ben en geen
winterjas heb, stuurt de portier er eentje van mij op’, zei ze vorige week in
een interview met Vrij Nederland.
Fennema heeft groot gelijk als hij aandacht vraagt voor wat
hij ‘de achterkant van de etnische verhoudingen in New York’ noemt. In mijn boek
omschrijf ik het als volgt: ‘New York is in feite een ouderwetse en klassieke
standenmaatschappij, een samenleving van gescheiden werelden.’ The Economist
schreef dat de roemruchte dynamische samenleving van Amerika is verworden tot
een dynastieke.
Maar hoe zou het dan komen dat New York toch, ondanks alle
ongelijkheid, een weldadige stad is, een optimistische gemeenschap – heel anders
dan, als ik dat in één keer mag meenemen, het Hollandse chagrijn en cynisme?
Het wonderlijke is dat New Yorkers nog altijd geloven dat
niet afkomst en klasse je toekomst bepalen. Morgen en anders wel overmorgen
kunnen je kansen zich keren. Het is aantoonbaar dat de Amerikaanse Droom van de
berooide immigrant die het tot oliebaron schopt, tot het rijk van de dromen
behoort. Wie ouders heeft met een modaal inkomen, heeft een kans van 2 procent
om in de top van de inkomenspiramide te eindigen. Maar niets is sterker dan
geloof en hoop. ...
Red.: Zo, die is dus wel voldoende uitgerookt. Nu komen de
relevante gegevens wel naar buiten - New York blijkt een neoliberale hel. En
toch is iedereen er vol hoop en optimistisch, constateert hij aan het einde.
Dit heeft als primaire oorzaak waarschijnlijk een zeer eenvoudig
proces: die immigranten, waar er dus een grote hoeveelheid van is, komen
allemaal uit situaties waarin ze er nog stukken slechter af waren. Geen wonder,
dus.
En als oorzaak nummer twee: de psychologie van het casino:
iedereen weet dat hij bij gokken gemiddeld genomen verliest, maar hele naties
zijn er verslaafd aan - ook weer: omdat hun situatie zo matig tot beroerd is dat
de virtuele kans op beter belangrijker is dan het verlies nu. Dit is proces waar
de hele Amerikaanse maatschappij om draait.
Maar terug naar zijn kritische opmerkingen. Ten eerste blijkt
New York dus een verschrikkelijke standenmaatschappij: de armen bedienen de
rijken, voor het overgrote deel natuurlijk niet voor 1.500 dollar (bonus), maar
voor een grijpstuiver. Dit alles samen te vatten in zijn karakterisering van
Heleen Mees als een moderne Madame de Pompadour. Of naar het geheel kijkende:
dit is het ouderwetse Dickensiaanse kapitalisme, van de vette volgevreten rijke
klasse die broodkorsten gooit richting bedelaars aan de kant van de weg, en die
bedelaars lager acht dan dieren.
Hier lijkt trouwens ook sprake van enig afwenden van
schuldgevoelens richting Mees, naar aanleiding van zijn moeizame optreden bij
Pauw & Witteman. Heleen Mees heeft haar positie ook in zeker mate
genuanceerd:
Uit:
De Volkskrant, 30-04-2009, ingezonden brief van Heleen Mees (New York)
Verschil ... Ik heb (...) nooit beweerd
dat het minimumloon in New
York moet worden verlaagd van
7 dollar 25 naar 5 dollar. In mijn
boek Tussen hebzucht en verlangen
– De wereld en het grote geld schrijf ik wel dat de bruto loonkosten op
minimumniveau in Nederland te hoog zijn, namelijk 15 tot 20 euro bruto per uur
(inclusief werkgeverslasten en btw, cijfers afkomstig van het Centraal
Planbureau). Daardoor krijgen laagopgeleide migranten in Nederland niet de
kansen op de arbeidsmarkt die ze in New York wel krijgen. ...
Red.: Slechts enigszins, dus. Want wat hier
staat is dat de instroom van kansarmen en kanslozen moet leiden tot verlaging
van het inkomen voor iedere niet-hoger-opgeleiden.
Een mooi voorbeeld van de uitwassen van het systeem zijn de door Mees aangehaalde
waterschenkers in het café: deze staan onderaan de ladder en zijn minder dan
gewone bediening. En hun werkzaamheden zouden natuurlijk ook gewoon door de
bediening gedaan kunnen worden. Deze arbeid is eigenlijk overbodig en
minderwaardig - het is een geïnstitutionaliseerde vorm van bedelarij. Zoals,
ander voorbeeld, een 70-jarige die door de kredietcrisis bankroet was geraakt,
en in een winkel moest gaan werken als "begroeter van klanten".
Nog eens terug naar dat New Yorkse en Amerikaanse optimisme.
En hoe kan het dat op zich redelijk weldenkende mensen, als we Jan Tromp en
Hellen Mees even zo
kwalificeren, een slechte situatie zijn gaan prijzen - als je zo'n zelfde soort
situatie in het Oostblok zou plaatsen, en daarna Westerse journalisten ernaar toesturen, zouden ze met de meest afschuwelijke verhalen terugkomen. Voor dit soort
verschijnselen lijkt er maar één soort verklaring te zijn, namelijk het soort
massapsychose dat we ook kennen van religie. Het Amerikaanse geloof van de
maakbaarheid is het gevolg van haar migrantenoorsprong. En dit maakbaarheidsgeloof is langzaam vermengd met een andere geloof: het geloof in
geld - het geloof in Mammon. Kijk in de ogen van Tromp tijdens het interview in
Pauw & Witteman
, en je ziet dezelfde blik als die in de ogen van Leger des Heils soldaten. Het
zijn de interviewers die hem enige nuchterheid moeten bijbrengen ("Dat
appartement waar je zat, hoeveel was de huur daarvan?" Tromp: "4000 dollar ...in
de maand") - de nuchterheid die hij in bovenstaande artikel weer teruggevonden
heeft.
En nog een toeval: er is over de moraliteit van deze kwestie
ook recent een film gemaakt - we gebruiken een afwijkende volgorde van citeren:
Uit: De Volkskrant, 27-04-2009, van medewerker Jan Pieter Ekker
'Ik zou willen dat ik kon stoppen'
Interview Lukas Moodysson | Zijn film Mammoth gaat over de omgang van
rijken met immigrantenpersoneel. Moodysson heeft zelf geen schuldgevoel.
... In Mammoth spelen Gael Garcia Bernal en Michelle
Williams een New Yorks stel dat alles heeft wat je maar kunt wensen (penthouse
in Soho, goede banen, schattige dochter) en toch niet gelukkig en tevreden is.
Hij is door zijn genie directeur geworden van een bedrijf dat computerspelletjes
maakt, maar kan zichzelf niet vermaken. Zij is een OK-arts die vecht voor de
levens van haar patientjes, terwijl hun eigen dochtertje haar dagen slijt met de
Filipijnse hulp.
De morele leegte van de nouveau riche, het lot van migranten,
de emotionele verscheurdheid van werkende ouders; het zijn slechts enkele van de
kwesties die de geëngageerde Moodysson aansnijdt in Mammoth. Dat komt
niet door schuldgevoel, en hij heeft ook geen midlifecrisis, bezweert Moodysson.
Het uitgangspunt voor zijn film heeft te maken met 'het concept van
schoonmaken'. 'Dat iemand huis en haard achterlaat om jouw huis schoon te maken.
Daar begon het mee. Hoe normaal dat vandaag de dag is.'
Bij de vraag of hij zelf - een hardwerkende filmmaker die
veel van huis is dan geen schoonmaakster heeft, fronst Moodysson de wenkbrauwen.
'Nee, absoluut niet. Waarom denk je dat?' 'Iedereen met geld heeft een
schoonmaker', antwoordt een Engelse journalist. 'Ik niet', zegt Moodysson. 'Ik
was eens in Brazilië. Daar waren de mensen net zo verbaasd dat wij geen
schoonmaakster of een kindermeisje hadden. 'Doen jullie dat dan zelf?', zeiden
ze. 'Echt?' Die reacties zijn me bijgebleven. Ze dachten dat ik loog.' Na een
korte stilte: 'Ik zou nu ook kunnen liegen...'
Red.: Zo, dat is onderstreping van het morele oordeel over
deze maatschappelijke structuur - verdorven.
In dat licht zijn de reacties uit het milieu, in het artikel
staande voor dit citaat zeer illustratief:
|
'Dus de film die we hebben gezien is uw versie, u staat er helemaal
achteren u laat hem zo?!' Lukas Moodysson heeft zich koud geïnstalleerd
of de toon van het gesprek lijkt gezet door een Griekse journalist. De
Zweedse regisseur laat zich echter niet van de wijs brengen. 'Is dit een
vraag?', antwoordt hij minzaam.
Moodysson (Malmö, 1969) is ook wel wat gewend. Mammoth,
zijn eerste Engelstalige film ... is ... op het festival van Berlijn
onthaald op een lang aangehouden boegeroep. 'En terecht', schreef het
gezaghebbende vakblad Variety. Screen International noemde
Mammoth 'pedant' en neerbuigend'. ... |
Deze reacties komen uit het milieu van de kunstzinnig geïnteresseerden en
aanverwanten. Die reacties zijn eenduidig: zij kiezen keihard partij voor het
Dickensiaanse neoliberalisme. Om een hele simpele reden: ze voelen dat ze er een
belang bij hebben - al dan niet terecht. Zij voelen zich in één groep met de
groepen uitbuiters en graaiers die het rijke deel van Dickensiaanse maatschappij
bevolken. Zij voelen zich daarmee solidair, omdat ze tot dezelfde groep behoren:
de kosmopolieten.
Ook op politiek niveau is de link tussen kosmopolitisme en
neoliberalisme te leggen:
Uit:
De Volkskrant, 02-03-2009, van verslaggevers Yvonne Doorduyn en Ron
Meerhof
D66 lokt grote groepen hoogopgeleide en vrijzinnige kiezers weg bij de
PvdA en het CDA
Pleisterplaats voor doctorandussen
Een tikje verend is de tred altijd al. ... In geen dertien
jaar zagen de peilingen er voor D66 rooskleuriger uit. Zowel bij Maurice de Hond
als bij TNS NIPO staan de sociaal-liberalen op negentien zetels, tegen drie nu
in de Tweede Kamer.
Kiezers switchen vooral naar D66 om de ‘duidelijke lijn’,
zegt onderzoeker Peter Kanne van TNS NIPO. ...
...
Kosmopolieten en doctorandussen, blijkt uit de profielbeschrijving. De
gemiddelde D66-stemmer is zeer hoog opgeleid: 58 procent is hbo-plus, tegen 31
procent gemiddeld in Nederland. ...Ze wonen in
de grote steden en in Noord-Holland. ...
Red.: Tezamen met:
Uit: De Volkskrant, 20-03-2009, door Thijs Berman, lijsttrekker Europese
verkiezingen voor de PvdA
CDA en D66 steunden grote geld
Jarenlang stemden CDA en D66 tegen toezicht en voor bonussen. Nu duidelijk is
tot wat voor ellende dat geleid heeft, gaan ze om. Rijkelijk laat, vindt Thijs
Berman.
Afgelopen maandag sprak ik een oudere dame uit Amsterdam. Ze had de afgelopen
jaren eenderde van haar spaargeld verloren. Op advies van een beleggingsadviseur
had ze jarenlang gespaard voor een klein aanvullend pensioentje. Na jaren van
sparen had ze begin vorig jaar niet meer dan haar inzet over. En afgelopen
maandag krap tweederde. De rest was ze kwijt.
Krokodillentranen voor deze mensen vloeien rijkelijk deze
dagen. Wim van der Camp (Reformatorisch Dagblad, 18 maart) en Sophie in
’t Veld (Financieel Dagblad, 18 maart) – lijsttrekkers voor
respectievelijk het CDA en D66 voor de Europese verkiezingen – pleiten beiden
voor de aanpak van kortetermijnbonussen en Europees toezicht op risicovolle
producten en banken. ... Maar zowel Van der Camp als In ’t Veld hebben een
gigantische hoeveelheid boter op hun hoofd.
Dat toezicht had er al jaren moeten zijn. Jarenlang hebben
CDA en D66 dat toezicht echter geblokkeerd. De markt was meester. Het Europa van
het grote geld was voor hen belangrijker dan het sociale Europa, het Europa voor
mensen ....
Red.: D66 is een hartelijk voorstander van het neoliberalisme,
omdat het neoliberalisme de tweelingbroer is van het door hen nagestreefde
kosmopolitisme.
Een paar dagen later was de aangesprokene ook nog eens zo
vriendelijk dit allemaal te bevestigen:
Uit:
De Volkskrant, 26-03-2009, door Sophie in ’t Veld is lid van het Europees
Parlement voor D66 en lid van de parlementaire commissie Economische en
Monetaire Zaken.
PvdA-coryfeeën zeuren veel over bonussen, maar dóen heel
weinig
Bonussen zijn soms onacceptabel, maar loon naar prestatie brengt toch het
beste in de mens boven, meent europarlementariër Sophie in 't Veld.
PvdA-lijsttrekker Thijs Berman zegt dat D66 ‘het grote geld’ steunt (Forum, 20
maart), in reactie op onder meer mijn opiniestuk in het Financieele Dagblad
van 18 maart. D66 zou voor hoge bonussen zijn, en tegen toezicht.
...
Maar we verschillen met de PvdA van mening over de vraag hoe
dat toezicht eruit moet zien. De PvdA wekt de illusie met steeds meer
regelgeving alle risico te kunnen uitsluiten. Te weinig regelgeving kan
inderdaad veel economische problemen en banenverlies veroorzaken, zoals we nu
meemaken.
Maar een teveel aan regels verstikt de bedrijvigheid en
vernietigt ook banen. Het is bovendien moeilijk te begrijpen hoe de PvdA
tegelijkertijd kan klagen over een overmaat aan Brusselse regels.
D66 gaat uit van de kracht van burgers en ondernemers.
Daarbij hoort een zekere mate van risico. De rol van de overheid is om het
risico aanvaardbaar te houden: waar een individu te grote risico’s neemt voor
zichzelf of voor de samenleving als geheel, moet de overheid als een krachtige
marktmeester optreden. ...
Op het punt van beloningen is de PvdA van mening dat
geld zo veel mogelijk herverdeeld moet worden. Loon hangt in die visie niet
samen met prestatie maar met verworven rechten.
D66 daarentegen wil mensen uitdagen het beste uit
zichzelf en hun omgeving te halen. Bijzondere prestaties en een grote inzet
mogen beloond worden. ...
Belangrijker is wat nu gedaan moet worden om de crisis zo
kort mogelijk te houden en toekomstige crises te voorkomen.
D66 dringt al jaren aan op hervorming om onze economie en
arbeidsmarkt robuust en toekomstbestendig te maken. Want vrije handel heeft
Europa ook een ongekend hoge levensstandaard gebracht, dus laten we het kind
niet met het badwater weggooien.
Zoals de FNV nu elke hervorming botweg blokkeert, zo houden
PvdA en SP ook in Europa hardnekkig vast aan oude oplossingen als
protectionisme, hoge staatsschuld, gesubsidieerde Europese banen, een Europees
minimumloon en Europees fonds voor werklozen. Alles op kosten van toekomstige
generaties.
Red.: Met nog wat aanvullende worden van de huidige baas:
Uit:
De Volkskrant, 15-06-2009, door Alexander Pechtold
PvdA heeft niet zo veel te bieden als ze denkt
... In mijn visie op integratie speelt de arbeidsmarkt een
hoofdrol. ... Het ontslagrecht bijvoorbeeld, dat uit de jaren
veertig van de vorige eeuw stamt, houdt jongeren, vrouwen en allochtonen buiten.
....
... Door uit
te gaan van wat mensen wél kunnen, zijn velen van hen nu weer aan het werk.
... Ik noem dit
integratie: van verzorgingsstaat naar kansenmaatschappij. ...
Red.: Het is allemaal in eufemistische termen gegoten, maar in
deze artikelen staat
bijna het hele neoliberale programma, inclusief de retorische trucs die gebruikt
worden door neoliberalen tegen tegenstanders - de term "communisme" staat er
niet, maat het wordt wel bedoeld: wie niet neoliberaal is, is een communist. Uit
de mond van een beruchte kosmopolitiste.
Het neoliberalisme kenmerkt zich onder andere door het kweken van een
steeds grote tweedeling tussen de onder- en de bovenkant van de maatschappij.
Uit: NRC Handelsblad, 24-02-2007, door Marc Leijendekker
De stelling van Saskia Sassen: een stad die meetelt in de
globalisering, heeft cappuccino
...
We zien in de grote steden een groeiende kloof tussen arm en rijk. Verdwijnt
daardoor de middenklasse? De politieke analyst Anatol Lieven heeft eerder op
deze plaats gewaarschuwd dat daardoor een soort ruggengraat van de samenleving
verdwijnt, een traditie van morele stabiliteit.
"Lieven verwees daarbij naar de belastingpolitiek van Bush, die in het voordeel
van de erg rijken is. Je ziet inderdaad dat de middenklasse aan politieke macht
inboet, minder zichtbaar is als een eigen groep. Dat komt niet door Bush, het is
het resultaat van een veel dieper liggend proces. We zien overal de kleine
zelfstandige bloemwinkel, het familiebedrijf, verdwijnen. ...
Red.: Dit wordt ondersteund door een vergelijking met
kleinere steden - dan is af te leiden: hoe groter de stad, hoe groter de
inkomensverschillen, en dus hoe kleiner de middengroep.
Het vervolg op het laatste citaat geeft daarvoor nog een
factor:
|
... Dat is bekend. De bedrijven worden onderdeel van een
keten. Maar wat je óók ziet, of het nu Shanghai is, Parijs of New York,
is een groep van ongeveer 20 procent met erg hoge inkomens. Dat zijn al
die gespecialiseerde dienstverleners. Dat is een groot verschil met de
één procent, superrijken van vroeger. Niet alleen omdat ze met meer
zijn, maar ook omdat ze anders omgaan met hun geld. Ik heb me als
sociale wetenschapper afgevraagd, waarom die mensen zo hard werken. Het
is niet om iets op te bouwen: als er een fusie is of het gaat even
minder goed, liggen ze er zo maar uit. Dan moeten ze hun la leegmaken en
vertrekken. De ratio is hun luxe levensstijl. Ze willen het laten zien:
de kleren, de sjieke restaurants, de jaguar. En die 20 procent is een
significant percentage, dat maakt een enorm verschil in een stad. Dat
geeft een heel andere dynamiek dan die van het oude geld. Daarom is een
maat voor het belang van een stad in een geglobaliseerde wereld of je er
cappuccino met schuim kunt krijgen, goede wijnen kunt kopen." |
Het is die twintig procent waar we de van groep intellectuele kosmopolieten
moeten zoeken. Het Sex and the City-volk.
De volgende is een hele club die aan zowel globalisering als
neoliberalisme doet:
Uit:
De Volkskrant, 30-07-2008, door Joop Hazenberg, voorzitter van stichting
Prospect, een denktank van jonge academici die zich richt op grote
maatschappelijke thema’s
Benut het enorme succes van globalisering
Open grenzen zijn geen gevaar voor Nederland, noch ‘best belangrijk’, stelt Joop
Hazenberg. Globalisering verrijkt ons leven. Laten we zorgen dat dat nog lang zo
blijft.
...
Uit: De Volkskrant, 19-09-2009, door Joop Hazenberg, voorzitter van
denktank Prospect en auteur van Change - hoe de netwerkgeneratie Nederland
gaat veroveren
AOW-leeftijd moet naar 70 jaar
...
Red.: Alle productieve mensen langer werken zodat hij langer
kan profiteren. Langer kan denken in zijn denktankje.
Een recent opgedoken gegeven dat aan veel twijfel een einde
maakt:
Uit: De Telegraaf, 04-04-2008, van een correspondent
Duitsers meest geliefd
Duitsland is het meest geliefde land ter wereld. Dat stelt de
Engelse omroep BBC op basis van een wereldwijde peiling onder 17.000 mensen. Uit
een andere enquête bleek ook nog eens dat de hoofdstad Berlijn de gelukkigste
inwoners heeft.
De Bondsrepubliek staat op de ranglijst van veertien landen op de
eerste plaats. Circa 56 procent van de ondervraagden vindt de Duitse invloed op
de wereld positief. ...
In New York, Londen en Parijs zeiden negen van de tien
inwoners dat een "zeer hoog inkomen" een voorwaarde is voor een goed leven. In
de Duitse hoofdstad gold dat slechts voor de helft van de mensen. Daarentegen
beoordelen de Berlijners de werkloosheid en de armoede als negatief. ...
Red.: Daar ziet u de directe link tussen bewoners van
wereldsteden, megapolen, aanhangers van kosmopolitisme, en materialistische
weerzinwekkendheid. Oh ja, dat is dus bij hetzelfde als neoliberalisme.
Een specifiek voorbeeld van de economische werkingen:
Uit:
De Volkskrant, 06-12-2011, rubriek De Kwestie, door Peter de Waard
Is jong en mooi oneigenlijke concurrentie?
De Singapore Girl is altijd mooi. De EasyJet-steward altijd goedkoop.
Oneigenlijke concurrentie is een keerzijde van de mondialisering.
De eerste stewardessen werden sky girls genoemd.... Na de oorlog werden ze
vaak geselecteerd op grond van hun uiterlijk.
Passagiers - toentertijd vooral mannen - wilden nu eenmaal
het liefst bediend worden door knappe meisjes. ...
Toen waren er vaste ticketprijzen. Omdat ze niet konden
worden verlaagd, gingen luchtvaartmaatschappijen op service concurreren. Dat
betekende dat ze elkaar probeerden te overtreffen met lekkerder eten, betere
stoelen en aantrekkelijker bedienend personeel. Stewardessen werden voor een
periode van vijf jaar aangenomen. Wie te dik werd, zwanger raakte, de dertig
passeerde of aan de bril moest, werd simpelweg ontslagen.
Veel van de glamour van de baan van stewardessen is
verdwenen. ...
p 1 januari 1978 werd de luchtvaart gedereguleerd en
verdwenen de vaste ticketprijzen. Sindsdien kozen luchtvaartmaatschappijen voor
mensen die het werk voor de laagste prijs wilden doen.
Bij de KLM hadden stewardessen echter in 1977 eindelijk een
vast dienstverband tot hun 56ste jaar gekregen, wat in 2006 werd verlengd tot
hun 60ste. Wie ook daarna wilde blijven, kon zelfs dat doen, tot de
AOW-gerechtigde leeftijd. Maar die voorwaarden werden niet wereldwijd
geharmoniseerd. Vooral de maatschappijen uit Azië en de golfstaten konden
blijven adverteren met hun mooie stewardessen. Een Singapore Girl van 40 jaar is
op geen vlucht te zien.
In de jaren negentig kwamen budgetmaatschappijen op als
EasyJet en Ryanair, die het cabinepersoneel alleen op jaarcontract aannamen,
zodat ze nooit last zouden hebben van zwangerschapsverloven.
... Dat Air France-KLM verliezen lijdt en EasyJet zoveel
winst maakt, is niet alleen te danken aan een betere en slimmere
bedrijfsvoering. Het is ook het gevolg van oneigenlijke concurrentie - de
keerzijde van de mondialisering.
Red.: Globalisering en mondialisering, meer specifieke
termen voor kosmopolitisme, leiden altijd tot een race to the bottom voor
de werkenden. Globalisering, mondialisering, en kosmopolitisme zijn geen mooie
zaken, maar nieuwe terminologie voor Dickensianisme - de Verelendung van
de werkenden.
Een bevestiging van de relatie tussen de drie begrippen door
een onoplettende economie-journalist:
Uit:
De Volkskrant, 19-06-2012, rubriek De Kwestie, door Peter de Waard
Stierf het antiglobalisme in Hotel California?
Nooit was er zo veel reden om te protesteren als nu. Ratelslangen en cactussen
schrikken de antiglobalisten misschien af.
De twintig machtigste wereldleiders zijn bijeen op het uiterste zuidpuntje van
wat Californië heet. Plus een ontelbaar aantal ministers, captains of industry,
de topbestuurders van alle internationale organisaties die er toe doen en de
rest van het wereldestablishment. ...
Het antiglobalisme - het verzet tegen het neoliberalisme en
de vrije markt -
Red.: Globalisme, neoliberalisme, en de vrije markt
... In de praktijk één en hetzelfde ding.
Naar Kosmopolitisme
,
Sociologie lijst
, Sociologie overzicht
, of site home
.
|