Sociologische begrippen: immigratie

Er zijn vele argumenten tegen immigratie , maar de meest fundamentele is deze: een vrij immigratiebeleid is in strijd met een sociale maatschappij. En dat 'in strijd met' moet op de meest strenge manier geïnterpreteerd worden: het ene gaat ten koste van het ander en omgekeerd. Hier een vroege constatering van deze waarheid (de Volkskrant, 05-03-2005, column van H.J. Schoo):
  Geplande rampspoed

Te pas en te onpas worden de Verenigde Staten tegenwoordig als voorbeeldig immigratie- en integratieland in de lucht gestoken. Nederland kan ook zeker wat leren van Amerika, maar niet alles wat daar gebeurt, verdient navolging. Het verdringen van laaggeschoolde arbeid door immigranten bijvoorbeeld. Sinds 2000, meldde The International Herald Tribune onlangs, zijn er in de VS per saldo iets meer dan twee miljoen banen bijgekomen. Het zijn evenwel geen werkloze Amerikanen geweest die van die werkgelegenheidsgroei profiteerden, maar verse lichtingen immigranten, hoofdzakelijk Hispanics en Aziaten.
    Deze cijfers spreken boekdelen over de toegankelijkheid van de Amerikaanse arbeidsmarkt, maar er is wel een schaduwzijde. De nieuwkomers hebben de arbeidsmarktkansen van `gevestigden', vooral de minder gekwalificeerde, ernstig verslechterd. Terwijl liefst 85 procent van de laaggeschoolde mannelijke immigranten werkt, geldt dat voor niet meer dan 60 procent van vergelijkbare 'geboren Amerikanen'.
    In 2000 werkte nog 45 procent van de laaggeschoolde jonge mannen, in 2004 was dat nog maar 36 procent. De groep die het traditioneel veruit het slechtst doet - laaggeschoolde jonge zwarte mannen - incasseerde de hardste klappen. In 2000 werkte 29 procent, in 2004 was dat percentage tot 19 gedaald. Ook de arbeidsparticipatie van volwassen zwarte mannen en laaggeschoolde blanken liep terug. In de lagere regionen van de arbeidsmarkt - bouw en horeca - doet zich dus grootscheepse verdringing voor. Meegaande, werklustige immigranten winnen het van degenen die door werkgevers als probleemgroep worden gezien. ...

Wat geldt voor Amerika, geldt voor Nederland natuurlijk nog veel harder, omdat Nederland sociale voorzieningen kent, en Amerika nauwelijks. De namen van de groepen zijn anders, maar het sociologische proces is precies hetzelfde: de goedkope arbeidskrachten verdringen de dure. In Nederland zijn de gezetenen de dure arbeidskrachten, en de buitenstaanders, de allochtonen en nieuwe immigrantengroepen, de goedkope. En hoe meer vrijheid de werkgevers hebben, des te eerder en sneller zal ze dat proces verlopen. En sinds dit artikel gepubliceerd is, 2005, nu schrijvende 2013/2014 kan met dit proces zeer concreet aanwijzen: in een kleine tien jaar is de positie van de werkende in Nederland sterk verslechterd.

Een heldere illustratie hiervan is het volgende artikel, dat een reactie is op een toespraak van minister Asscher van Sociale Zaken over banen die verloren zullen gaan door robotisering - iets dat trouwens al langere tijd aan de gang is: aan de lopende band van autofabrieken zijn de robots veruit in de meerderheid. De auteur van het artikel beseft één essentiële waarheid, inmiddels al verwoord door enkele briefschrijvers (economen en andere deskundigen zijn dusdanig verblind door eigenbelang dat dit ze ontgaat): robots kopen geen producten (de Volkskrant, 30-10-2014, door Bart Nooteboom, emeritus hoogleraar innovatiebeleid):
  Basisinkomen schept werk en sociaal dienstbetoon

Er is volop debat over ongelijkheid, versimpeling van het belastingstelsel en sociale voorzieningen, en stimulering van decentrale sociale initiatieven van burgers. Nergens komt in dat debat het basisinkomen aan de orde. Dat is vreemd want het is een middel bij uitstek voor alle drie. Het basisinkomen is een onvoorwaardelijk inkomen van 800 à 1.000 euro per maand voor iedereen boven, zeg, 18 jaar.    ...
    Hoeveel werk blijft er over als de robots komen? Zal de nieuwe werkgelegenheid die dat oplevert opwegen tegen het verlies doordat robots allerlei werk overnemen? Dat is onzeker. ...

Een idee dat nu al een zeer zinnig idee lijkt, waar zeker over gediscussieerd kan en misschien moet worden. Echter: die discussie is op dit moment onzin. En onmogelijk. Want een basisinkomen is "gratis geld". Op "gratis geld" zal iedereen afkomen die heel veel minder verdient, en dat is bij de huidige stand van zaken iets van de helft of meer van de wereldbevolking. Een basisinkomen kan uitsluitend en alleen met volledig dichte grenzen. En dat laatste is in het huidige politieke klimaat volkomen onmogelijk. De Joodse nomadistische cultuur is dusdanig invloedrijk dat het grenst aan dominantie.
    Welke argumentatie van dit speciale geval gewoon een duidelijker voorbeeld is van het algemene geval: sociale voorzieningen zijn in strijd met (vrije) immigratie.
    Een andere aanpak is die lijkt op die uit het ongerijmde, namelijk de analyse van de argumenten van  voorstanders. Een idee dat rees door de publicatie van een systematische aanpak hiervan door één hunner, tevens één van de meest prominente (de Volkskrant, Vonk, 22-06-2013, door Jonathan Witteman):
  Armoedebestrijding | Immigratie is de beste remedie

Angst voor de redder in nood

Het Westen kan niet zonder arbeidsmigranten uit de derde wereld. Maar voor succes is een radicaal andere aanpak nodig, aldus econoom Lant Pritchett.


Niet betere ontwikkelingshulp of eerlijkere handel, maar immigratie vanuit de derde wereld naar westerse landen is het beste medicijn tegen wereldarmoede. Immigratie is bovendien goed voor de Nederlandse economie. Maar dan moeten we wel af van een paar idées fixes. Niet iedereen die hier komt werken, moet meteen Nederlander worden en aanspraak maken op een uitkering.
    In zijn boek Let their people come ontrafelt Harvard-econoom Lant Pritchett het migratieprobleem als de zich steeds herhalende kettingbotsing tussen vijf 'onweerstaanbare' economische krachten versus acht 'onwrikbare' ideeën in de rijke landen (zie kader).
    De vijf krachten maken niet alleen dat laaggeschoolde buitenlanders graag naar het Westen willen, maar ook dat veel westerlingen bereid zijn ze werk te verschaffen: als huishoudster bijvoorbeeld, als slachtafvalverwerker of wasserettebediende, of bij een van de tweeduizend Nederlandse bedrijven die vorig jaar een boete kregen van de inspectiedienst van het ministerie van Sociale Zaken, omdat ze buitenlandse werknemers zonder de juiste papieren emplooi boden.    ...

Gevolgd door een tweepagina-groot artikel in het Opinie-katern van de Volkskrant, Vonk. Wat voorzien is van het grote gemak van een opsomming van de hoofdpunten van de argumentatie, in het boven al genoemde kader. Dit is de vorm waarin de argumenten voor immigratie geanalyseerd gaan worden:
  5 onweerstaanbare krachten volgens Pritchett

Inkomenskloof
Tussen 1836 en 1914 emigreerden 30 miljoen Europeanen naar Amerika, waar ze twee tot vier keer meer konden verdienen voor hetzelfde werk. Nu is de salariskloof tussen laaggeschoolden in arme en rijke landen vaak een staat tot tien.

De waarde hiervan als argumenten voor immigratie is duister, voor zover het het gastheerland betreft. De waarde voor de immigranten is helder, maar is een volstrekt losstaande kwestie, die apart wordt afgehandeld nadat alle varianten ervan zijn langsgekomen.
  Vergrijzing
Tegenover elke Nederlandse aow'er staan nu 3.7 potentieel werkenden, in 2040 nog 2.6.

Vergrijzing in Europa is een onlosmakelijk gevolg van de afname van de bevolking. De afname van de bevolking is een groot goed, want de wereld is zwaar overbevolkt. Dus vergrijzing is een zeer goede zaak en geen argument voor immigratie.
  De Afrikaanse beroepsbevolking verdubbelt in deze periode tot 1.2 miljard. Het jeugdoverschot legt een demografische bom onder de arme economieën.

De eerste herhaling van het immigranten-argument. Voorlopig niets mee te maken.
  Globalisering zonder arbeid
De migratiestroom valt in het niet bij de grenzeloosheid van geld, goederen, communicatie en ideeën.

Alles valt in het niet ten opzichte van de oneindigheid van het heelal. Oftewel: dit is een volstrekt onzinargument. Of ook: als het toch onbelangrijk is, hoeven we er ook niet aan te beginnen.
  Terwijl juist de globalisering van arbeid nog de meeste economische groei biedt. aldus Pritchett.

Dit is de te bewijzen bewering. Oftewel: dit is een cirkelargument.
   Merk op dat hier al het punt nabijkomt waarop je de hele argumentatie kan gaan afschrijven. Met zulke opzichte redenatiefouten is a priori ook de rest niet te vertrouwen, tenzij het tegendeel bewezen is. Maar uit hoofde van overtuigendheid gaan we door tot het einde.
  Kappen en hamburgerbakkers
Terwijl de banen voor de middenklasse slinken door automatisering en uitbesteding aan het buitenland, groeit de vraag naar kappers, vuilnismannen. schoonmakers, obers, thuiszorgers, verkopers, hamburgerbakkers en bewakers.

Uit het slinken van het aantal banen in de middenklasse volgt niet de toename van het aantal lageropgeleide banen, maar een afname. Want die lageropgeleide banen staan dienst van de hongeropgeleiden, en daarvan zijn er minder. Dit is een groteske redenatiefout, officieel van de vorm "non sequitur" , oftewel: "de conclusie volgt niet uit het gestelde", hier naar een archetypische vorm te vereenvoudigen tot: "Omdat de zon 's morgens opgaat, gaan de bloemetjes dicht" - de werkelijkheid zijnde het omgekeerde.
  Zombies
Als een stad geen emplooi meer biedt. trekken mensen weg en ontstaan spooksteden. Maar grenzen voorkomen dat staten als Zambia en Tsjaad uitgroeien tot spooklanden. Ze leven voort als zombies: de economie is dood, maar de mensen zitten vast.

Het derde voorkomen van het immigranten-argument. Niet ter zake.
    Dit waren de vijf onweerstaanbare krachten, volgens Pritchett. De enige kracht die over is gebleven is "De immigranten willen naar West-Europa komen". Of die kracht onwrikbaar is, moet nog besproken worden.
    Dan de tweede rubriek:
  8 onwrikbare ideeën volgens Pritchett

Nationaliteit is een legitieme grond voor discriminatie
Mensen benadelen om hun geslacht, ras of seksualiteit achten we onacceptabel. Maar veruit de belangrijkste factor voor iemands lot is zijn geboorteland.

Zo als het er staat, is het antwoord: "Ja, wat dan nog?" Wat er ongetwijfeld bedoeld wordt is: "Mensen benadelen om hun geslacht, ras of seksualiteit achten we onacceptabel, dus mensen benadelen vanwege hun geboorteland is dat ook".
    Als argument is dit weer van de vorm "non sequitur". Je zou ook kunnen stellen: "Mensen benadelen vanwege aan lagere intelligentie is onacceptabel', of "Mensen benadelen vanwege aan minder hard werken is onacceptabel'. In die laatste gevallen moet je aantonen dat er een relatie is tussen benadelen of bevoordelen en de activiteit, en voor het geval van geboorteland geldt dat idem. Pritchett vindt ongetwijfeld dat die relatie er niet is, maar moet dat bewijzen. Want andere mensen, bijvoorbeeld deze redactie, beweert dat die relatie er wel is, en dat selecteren op geboorteland sterk lijkt op selecteren op hard werken en andere zaken als goed samenwerken.
    Maar los van deze formele kwestie, is ook dit weer een immigranten-argument, en voorlopig niet ter zake.
  Morele verplichtingen gelden voor wat nabij is
Westerse landen hanteren een zeer hoge standaard van mensenrechten voor vreemdelingen wanneer ze eenmaal voet zetten op ons grondgebied. Maar paradoxaal genoeg zijn vluchtelingen vaak beter af in landen met iets lagere standaarden, want daar komen ze tenminste binnen.

De vijfde herhaling van het immigranten-argument.
  Ontwikkeling gaat over staten, niet staatsburgers
Als ontwikkelingshulp de levensstandaard van staatsburgers wil vergroten. is migratie het beste middel.

Migratie gaat niet over ontwikkelingshulp. Ontwikkelingshulp gaat over de verbetering van de economie van niet-westerse landen. Migratie gaat over het verhuizen van burgers van niet-westerse landen naar hier. En bij iedere vorm van selectie op (productieve) functionele eigenschappen, is het niet-westerse land slecht af met (im)migratie, want zo verliezen ze hun beter burgers. Het argument van "ontwikkeling" pleit sterk tegen immigratie.
  Maar als ontwikkelingshulp vooral de belangen van staten moet dienen. dan wordt migratie vaak als onwenselijk gezien.

Oftewel: Pritchett erkent dit.
  Arbeidsmigratie is niet nodig voor een beter welvaartspeil
Arbeidsmigratie is de beste manier om armoede te bestrijden. betoogt Pritchett. Hij vergeleek onder meer Peruaanse arbeiders in Peru met landgenoten die in de Verenigde Staten werkten. Hoewel ze statistisch identiek waren (o.a. dezelfde leeftijd en scholing) verdienden Peruanen vier keer meer in de VS dan in eigen land.

De zesde herhaling van het immigranten-argument.
  Laaggeschoolde migranten pakken onze banen af
Banen zijn geen vaten olie: heb jij er een. heb ik er geen. Sterker nog het kost juist banen als er geen migranten zijn om laaggeschoold werk te vervullen; de productie verplaatst zich bijvoorbeeld naar het buitenland. of wordt geautomatiseerd.

Dit argument gaat uit van een verborgen veronderstelling: er zijn in West-Europese landen geen burgers die laagopgeleide banen willen vervullen. Wat bijna hetzelfde is als: er zijn in West-Europese landen geen lageropgeleiden. Dat is onjuist. Dus laaggeschoolde immigranten pikken inderdaad de banen van laaggeschelde West-Europeanen af.
  Migranten ondermijnen de verzorgingsstaat
Een veelgehoorde angst is dat open grenzen en de verzorgingsstaat onverenigbaar zijn. Deze angst is terecht. zegt Prlichett: ze zijn onverenigbaar. Maar zoals toeristen geen recht hebben op een uitkering in een vakantieland. hoeven ook gastarbeiders niet per definitie toegang te krijgen tot de verzorgingsstaat.

Dit argument gaat uit van de veronderstelling dat immigranten geen toegang krijgen tot de verzorgingsstaat - in ieder geval voor een zekere periode. Dat argumenten maakt dus gebruik van de invoering van eersterangs of echte staatsburgers, en tweederangs of onechte staatsburgers. Als je dat als moreel aanvaardbaar ziet, zijn volgens dezelfde moraal ook zaken als het totaal weigeren van immigranten aanvaardbaar. Dit als voorloper van de analyse van het immigranten-argument.
  Migratie verhoogt de kans op terrorisme en misdaad
Hoewel het om de acties van een kleine minderheid gaat. laten de aanslagen in New York. Madrld. Landen en recent Boston volgens Pritchett zien dat geen enkel migratiepleidooi levensvatbaar kan zijn zonder de veiligheidsrisico's het hoofd te bieden.

Oftewel: immigratie vergroot het gevaar op terreur. Dit is een sterk argument tegen immigratie. Het geldt ook voor zaken als rellen en brandstichting, zie Parijs 2005, Londen 2011, en Stockholm 2013.
  Ze zijn niet zoals wij
Het belangrijkste en moeilijkst te bestrijden idee is dat immigratie de cultuur van een land bedreigt. Volledig open grenzen en staatsburgerschap voor iedereen zouden nationale culturen inderdaad onder druk zetten. zegt Pritchett. Daarom pleit hij voor tijdelijke immigratie, zonder aanspraak op staatsburgerschap.

Dit preciseert het eerdere argument van Pritchett van een beperkt staatsburgerschap, tot een de facto niet-staatsburgerschap. Iemand met een tijdelijke verblijfsvergunning is bijna per definitie geen staatsburger, hoewel de meeste van zijn rechten niet hoeven te verschillen. Het staatsburgerschap zit onlosmakelijk vast aan een vast recht op verblijf. En als er geen staatsburgerschap verbonden is aan de reis van migranten, dan zijn het geen (im)migranten in de gewone zin van het woord, maar op zijn best arbeidsmigranten, en in de praktijk gewoon contractarbeiders in een ander land - verblijf in dat land zonder het al hebben van een arbeidscontract is dan onmogelijk. Bovendien is dit systeem praktisch alleen haalbaar, als het voor beperkte tijd is, zeg maximaal vijf jaar. Ook deze arbeidsmigranten zijn tweederangsburger, in nog sterkere mate dan in de eerste variant.
    Na deze laatste opmerking van Pritchett staan de eerdere argumenten in een vreemd licht - ze lijken op zijn minst contradictoir aangaande de "morele" argumenten: Desalniettemin alsnog een bespreking van het immigranten-argument, zijnde de samenvatting: het is goed voor de immigranten". Dat is wat betreft de beoordeling van zaak van immigratie bekeken vanuit de immigratielanden een volkomen nul-argument.
    Blijft over de analyse van het veronderstelde voordeel voor de immigranten. Dat is ook niet meer dan een veronderstelling. De ervaringen met immigranten uit niet-westerse landen in Nederland laten zien dat deze vele nadelen van hun immigratie ondervinden, met als uitvloeisel de al door Pritchett aangehaalde terrorisme en criminaliteit - dat doet men niet uit genoegen, maar uit onvrede. En de rassenrellen in Parijs 2005, Londen 2011, en Stockholm 2013 wijzen nog sterker op onvrede. Zie ook de uitingen hiervan van de hogeropgeleiden onder hen uitleg of detail .
    Er zijn dus meer zichtbare tekenen van nadelen dan voordelen, behalve het materiële. En dat laatste is minder belangrijk dan het geestelijke welbevinden, zeker omdat ze ons met hun slechts geestelijke welbevinden lastig vallen.
    Alles bij elkaar optellend zijn de argumenten van Pritchett die bedoeld zijn als argumenten voor immigratie, een keihard pleidooi ertegen. Voor zover zichtbaar zijn ook bij deze Pritchett het gevolg van een totaal onbegrip over de samenstelling van de bevolking als geheel, er kennelijk van uitgaand dat de bevolking in zijn geheel bestaat uit hogeropgeleiden. En een daaruit volgende volkomen blindheid voor de belangen van de middelbaar en lageropgeleide onderste tweederde.   
    Overigens werd er naar aanleiding van dit artikel in miniatuur gedemonstreerd hoe dit in de maatschappij is ingebed {de Volkskrant, 24-06-2013, column door Arnon Grunberg):
  Arbeidsmigrant
.
Iedereen zou eigenlijk even het interview moeten lezen van Jonathan Witteman met de econoom Lant Pritchett dat zaterdag in de Volkskrant stond. Pritchett betoogt dat arbeidsmigratie de beste manier is om armoede te bestrijden. Iets wat allang bekend is, maar wat veel mensen niet willen weten. Een laaggeschoolde in Nepal verdient in eigen land 10 dollarcent per uur, terwijl hij in Nederland 10 dollar per uur kan verdienen. De gedachte dat hij banen afpakt van Nederlanders is onwaar, omdat het om werk gaat dat Nederlanders niet willen doen.    ...

Eerst even de weerlegging hiervan (de Volkskrant, 25-06-2013, ingezonden brief van Jaap van der Pol, Burdaard):
  Betaald werk

Arnon Grunberg stelt dat Nederlanders bepaalde werkzaamheden niet willen doen. Dat is onzin. Uiteraard wilden Nederlanders destijds wel toiletten en zo schoonmaken. Alleen wilden ze er, volkomen terecht, voor betaald worden. Dit houdt automatisch in dat Turken, Marokkanen en Spanjaarden toen werden uitgebuit. En natuurlijk willen Nederlanders thans aardbeien plukken en asperges steken. Maar ze willen er (weer volkomen terecht) voor worden betaald. En dit houdt per definitie in dat nu Oost-Europeanen worden uitgebuit.
    En in de toekomst zullen Nederlanders weer alle werkzaamheden willen doen, als ze er maar, volkomen terecht, voor worden betaald. ...

En als men aanvoert dat dan dit werk verdwijnt naar andere landen voor zover mogelijk, dan worden die mensen in die andere landen uitgebuit.
    Dus er worden wel degelijk banen van Nederlanders ingepikt dan wel mensen uitgebuit.
    En Arnon Grunberg geeft ook nog even aan wat hij vindt van mensen die gewoon, middelbaar- en lageropgeleid, werk doen:
  Het is hoog tijd om migratie te beschouwen als een aanbod van arbeidskracht, wat het veelal is. En over arbeidskrachten hoeft niemand hysterisch te doen.

En waar hij en Pritchett de inspiratie van die ideeën vandaan hebben:
  Pritchett pleit kortom voor het model dat in bijvoorbeeld Dubai bestaat

Uit het rijk van het feodalisme. Het neoliberalisme in de economie, en het neoliberalisme in de maatschappij-inrichting.

En instantaan een voorbeeld van hoe het uitwerkt op de werkvloer (Joop.nl, 26-06-2013, door Tayfun Balcik - Historicus uitleg of detail ):
  We zijn geen ezels, maar toch worden we zo behandeld

Hoe en waarom de spontane staking bij PostNL ontstond


Dinsdag hebben de chauffeurs van PostNL – zo'n 50 à 75 arbeidskrachten – bij Amsterdam Sloterdijk spontaan het werk neergelegd. Ze gingen over tot deze wilde staking omdat ze vinden dat ze worden uitgebuit.
    Mehmet geeft aan dat ze al vanaf 9 uur hier staan, en meer mensen willen praten. Jamal, ook een koerier, zegt dat ze lange dagen maken: ‘We werken op een “normale” dag van 9 uur in de ochtend tot 19.00 uur in de avond. Ik ken collega’s die soms 15 uur per dag draaien.’ ‘Tijdens het laden krijgen we geen moer betaald’, merkt Mo boos op. ...
    De druppel die de emmer vandaag deed overlopen was het feit dat de stopprijzen werden verlaagd. Dus per stop die je maakt om pakketjes af te leveren bij de klanten krijg je nu €1,14, terwijl het eerst €1,40 was. Tegen een paar jongens hebben ze vandaag gezegd ‘je accepteert dit of je vliegt eruit’. Mehmet, Jamal, ‘Mo’ en Rachid: alleen maar Turkse, Marokkaanse, Surinaamse of Antilliaanse Nederlanders als stakende chauffeurs. Toen hoorde ik achter me geroezemoes. De leidinggevenden – allemaal witte Nederlanders, strak in pak – komen samen met de Turkse woordvoerder van de chauffeurs (Celil, zelf ook een chauffeur) naar buiten om te vertellen wat ze bereikt hebben. De chauffeurs wordt gevraagd om te rijden. De arbeiders worden boos op hun woordvoerder.    ...
    Het feit dat alle leidinggevenden witte Nederlanders zijn en alle chauffeurs allochtoon geeft de uitbuiting een nog viezere smaak. ...

Bekijk het hoe je wilt, maar de feiten erachter zijn dat de huidige chauffeurs, in dit geval zelfs "oudere" immigranten waarvan beweerd wordt dat het arbeidsimmigranten zijn, hebben geen poot om op te staan omdat achter hen nieuwe arbeidsmigranten staan die het werk voor nog minder willen doen. En als die groep er eenmaal een tijdje zit, zijn er weer nog goedkopere arbeidsmigranten te vinden. In één term samengevat: arbeidsimmigratie leidt per definitie tot een "race to the bottom". Dat is ook waarom de feodalen ervoor zijn, want dan houden zij meer over om hun kastelen mee in te richten.

De VVD heeft een aardige zet gedaan, en de ophef zorgt voor wat waarheden (de Volkskrant, 28-03-2015, rubriek Vrij zicht, door Martin Sommer):
  Heerlijk die schone handen

Kamer wil niet nadenken over pervers asielstelsel en helpt zo mensensmokkelaars


... Toen deed Malik Azmani van de VVD zijn voorstel om het perverse asielstelsel op te doeken. Vluchtelingen opvangen in de regio, geen recht op asiel meer in Europa. Hij had het nog niet gezegd of eenpartijstaat Nederland ontplofte. Een kleine bloemlezing van de verontwaardiging donderdagavond in de Tweede Kamer:'Aanwakkeren van angst' (Gesthuizen, SP); 'Vissen in troebel water' (Schouw, D66); 'Stuitende schaamteloosheid' (Voortman, GroenLinks).     ...
    Het systeem barst van de perverse gevolgen. De elite trekt naar Europa en ontwricht hele landen in Afrika of Azië. Steeds nieuwe immigratiegolven leveren in Europa telkens nieuwe integratieproblemen op. Over het al of niet slagen van die integratie wordt druk gezwegen, net als over het percentage werklozen of de gevolgen voor de woningnood onder de oorspronkelijke burgers. ...

Hoe veel meer nadelen wilt u nog ... Oh ja, deze:
  En dan is er nog de woede wanneer vluchtelingen die op grond van mensenrechten mogen blijven, zich vervolgens beroepen op hun religie om zich tegen de rechten van vrouwen of homo's te keren.

Alleen gekken willen die lieden hier houden. Iedereen met gezond verstand gooit ze het land uit.


Naar Sociologische krachten , of site home ·.

24 jun.2013