De De-Jagerladder

Het woord jakobsladder heeft internationaal meerdere betekenissen. In zijn oorspronkelijke Bijbelse staat het voor de schier oneindig lange ladder waar Jacob over droomde om de hemel te kunnen bereiken. Een betekenis die het behouden heeft in het Engels.

De Nederlands versie duidt een wat andere en meer specifieke functionaliteit. Hier is een jakobsladder een rondlopende transportband, die gebruikt wordt om massagoed als zand of graan omhoog te transporten, bijvoorbeeld met emmertjes, zie het historische exemplaar uit een graanmolen hiernaast. De Nederlandse versie is op een wat subtiele manier ook oneindig: op ieder gegeven punt waar je boven of naast de ladder staat lijkt er inderdaad een oneindigheid aan emmertjes voorbij te komen.

Maar natuurlijk weet iedereen dat in zo'n geval wat naar boven gaat, ook weer naar beneden moet komen: aan de onder- of achterkant gaan evenveel emmertjes weer naar beneden. Met dit verschil: omhoog gaande zijn ze vol en naar beneden gaande zijn ze leeg.

Eigenlijk een prachtig functioneel ding, zo'n jakobsladder.

In de economie heb je ook een soort jakobsladder. En net als de echte jakobsladder is deze economische jakobsladder nogal selectief over in welke richting het dingen vervoert. De ladder wordt beneden gevuld met maatschappelijke lusten, door de gewone burgers, in de vorm van de vruchten van arbeid. Dat vervoert de ladder omhoog. Eenmaal boven keert het emmertje om, en leegt zich in de schoot van de rijken. Dan draait, aan de top van de ladder, het emmertje om, en gaat weer naar beneden 

Maar hier is er een klein verschil met de fysieke variant. Want het emmertje gaat nu niet leeg naar beneden, zoals bij de echte ladder, maar de rijken en anderen aan de top van de maatschappij vullen het emmertje weer nadat ze het ontdaan hebben van de maatschappelijke baten: met maatschappelijke lasten. Die vervolgens vervoerd worden naar beneden. En daar komen de maatschappelijke lasten terecht in de schoot van de gewone burgers.

Wie dit een wat kras verhaaltje van deze redactie vindt, laat zich misschien overtuigen door de versie van Volkskrant-columnist Pieter Hilhorst (de Volkskrant, 20-09-2011):

 

Goodbye Friedman

We leven in een zwartrijderseconomie, een wereld waarin mensen en bedrijven proberen de winst voor zichzelf te houden en de kosten af te wentelen op het collectief. De financiële crisis was daarvan een schoolvoorbeeld. Toen de banken de prijs moesten betalen voor hun roekeloze gedrag, werd de rekening doorgeschoven naar de samenleving. En ook in de Europese crisis proberen de banken hun verliesposten af te wentelen op het collectief. De omgang met het milieu laat hetzelfde patroon zien. Particuliere bedrijven strijken de winst op van de vervuiling en de samenleving draait op voor het verlies. De kernramp in Japan vormt het summum van deze logica. De winst was voor de aandeelhouders, maar de belastingbetaler moet nu tientallen miljarden ophoesten om de rommel op te ruimen.

Een van de voorbeelden die Hilhorst noemt, is die van de Europese crisis. Maar hoe kan dat nou, want, zoals de hele Europese elite en hun helpertjes in de media, waaronder ook Pieter Hilhorst, luidkeels roepen, die Europese eenwording die brengt toch alleen maar voordelen, en als er al een klein nadeeltje is, dan wint op den duur toch iedereen?

Kijk maar naar Jan Kees de Jager, de ultieme autoriteit in deze. In Pauw & Witteman van gisteravond (20-09-2011) uitleg of detail , legde hij het voor de zoveelste keer uit: "De EU is hartstikke voordelig".

Nou, dat zei hij toch niet helemaal. Dit is wat hij wel zei: (na 16:50 min.; parafraserend) "Van het oude wisselsysteem hadden de bedrijven veel last, en van de euro hebben we dus erg geprofiteerd".

Een leuke wisseltruc. Van de oude variabele wisselkoersen hadden de bedrijven nadeel, en, dus, van die vaste euro hebben niet 'wij', maar wel de bedrijven voordeel.

Nu gaat voordeel voor de een zelden zonder nadeel voor de ander. Ook voor de uitleg daarvan geeft Jan Kees de aanzet. Want, legt hij uit: de variabele wisselkoersen werden door de zuidelijke landen gebruikt voor afwaardering van hun munten, als, wat hij even vergeet te vermelden, ze door hun wanbeleid weer eens economisch verder achterop waren geraakt.

Kijk, dat afwaarderen kunnen die landen nu niet meer. Maar dat achteropraken gaat natuurlijk gewoon door. En, hé presto, daar is de verklaring voor bijvoorbeeld de Griekse crisis. En wie gaat er betalen voor de Griekse crisis? Bingo!

De Europese burger!

Wat is dus het nettoresultaat van de euro dat wil zeggen de vaste wisselkoersen: De bedrijven hebben voordeel, en de Europese burger hebben nadeel. Beide voor honderden miljarden.

En hoe heeft dit zulke waanzinnige bedragen kunnen oplopen:?

Precies: de tien jaar doordraaiende De-Jagerladder!

P.S.
In de erop volgende Pauw & Witteman van vandaag, tijdens het schrijven van dit stuk, wordt door de advocate Weski de staat Nederland al opgeheven verklaard, en mannetje Pechtold haalt daar de oorlog bij
uitleg of detail (na 17:50 min.). Hier komen we vast nog wel eens op terug.
 

   Rijnlandmodel - 21 september 2011