Bronnen bij Allochtone politieke integriteit: externe bronnen
| 4 mei 2007 |
Onder externe bronnen van verzamelingen van voorvallen met de integriteit van
allochtone bestuurders. De eerste wordt voorafgegaan door een flink stuk
verklaring van hoe het zover heeft kunnen komen:
Uit: HP/De Tijd, 23-03-2007, door Boudewijn Geels
Kleurenblind
Met de regelmaat van de klok zorgen immigranten in de Nederlandse politiek voor
opschudding en rumoer. Hoe komt dat? Ligt het alleen aan de immigranten, of ook
aan de Nederlandse politiek.
Tussentitel: Het verleden heeft bewezen dat van die fouten doorgaans alleen
de immigranten het slachtoffer worden, en niet hun lelieblanke 'antiracistische' supporters.
Het kan niemand zijn ontgaan: politici uit immigrantenkringen domineerden de
afgelopen weken het nieuws uit Den Haag. Het debat over de regeringsverklaring
van het vierde kabinet-Balkenende stond grotendeels in het teken van slechts één
kwestie: de dubbele nationaliteit van de Marokkaans-Nederlandse
PvdA-staatssecretaris Ahmed Aboutaleb (Sociale Zaken) en diens Turks-Nederlandse
collega en partijgenote Nebahat Albayrak (Justitie). Nauwelijks was de storm
rond Aboutaleb en Albayrak geluwd of er diende zich alweer een nieuwe kwestie
aan met een politicus uit immigrantenkringen in de hoofdrol. Aanleiding: de
onthulling van de Wereldomroep dat het Marokkaans-Nederlandse
PvdA-Tweede-Kamerlid Khadija Arib lid is van een werkgroep van de Conseil
Consultatif des Droits de l'Homme, een adviesraad voor de mensenrechten in
Marokko die onder meer rapporteert aan koning Mohammed VI.
In beide gevallen was het PVV-leider Geert Wilders die het
debat aanzwengelde. Op het Binnenhof leverde hem dat geen enkel applaus op, maar
elders in het land wél: opiniepeiler Maurice de Hond becijferde dat 52 procent
van de Nederlanders vindt dat overheidsfunctionarissen geen dubbele
nationaliteit horen te hebben en dat een even grote groep bezwaar heeft tegen de
buitenlandse adviesfunctie van Arib. Anders gezegd: in de Tweede Kamer leek
stokebrand Wilders het probleem, daarbuiten werd toch vooral een probleem
ervaren met drie politici van Marokkaanse en Turkse komaf.
Het recente rumoer rond Aboutaleb, Albayrak en Arib stond en
staat niet op zichzelf. Met de regelmaat van de klok is er de laatste jaren -
zie bijgaand overzicht - sprake van immigranten die in de politiek voor
opschudding zorgen. De aanleidingen daarvoor verschillen soms sterk van elkaar,
maar toch: het aantal casussen lijkt inmiddels te omvangrijk om nog van toeval
te kunnen spreken. ...
Om te beginnen ontbrak veelal het inzicht dat veel immigranten afkomstig zijn
uit culturen waarin het bedrijven van politiek dikwijls in het teken staat van
allerlei vormen van cliëntelisme: het behartigen van groepsbelangen in ruil voor
politieke steun. Een heel verschil met de Nederlandse politieke cultuur, waar
vriendjespolitiek in een kwade reuk staat en volksvertegenwoordigers worden
verondersteld 'zonder last of ruggespraak' het algeméén belang te dienen. Dat
van die norm weleens wordt afgeweken - in het verleden vooral ten gunste van
landbouwbelangen - doet aan het bestáán van de norm niets af.
Een ander inzicht waar het bij de politieke partijen dikwijls
aan mankeerde, was dat de diverse aspecten van de in ons land van oudsher
dominante protestantische Ethik in kringen van immigranten niet altijd
gemeengoed zijn. Iets concreter geformuleerd: deugden als ijver, soberheid en
waarheidszin staan niet overal ter wereld even hoog op de morele agenda als in
het calvinistische Nederland, waar eerlijkheid - óók voor politici - altijd het
langst duurt, ledigheid des duivels oorkussen is en boontje steeds juichend
wordt begroet als hij om zijn loontje komt, 'zelfs' bij vergrijpen als het
'oppompen' van een cv of het doen van een onjuiste belastingaangifte.
Een derde factor die de politieke partijen bij hun
rekruteringswerk dikwijls over het hoofd zagen, was dat ze niet langer te maken
hadden met immigranten van het 'klassieke' soort dat alle schepen achter zich
heeft verbrand. In tegendeel: veel van de immigranten die sinds de jaren zestig
naar Nederland kwamen, bleven nauwe banden onderhouden met hun moederland. Soms
onder druk - omdat bijvoorbeeld de Turkse en Marokkaanse overheid op allerlei
manieren probeerden greep te houden op hun (voormalige) onderdanen - maar
meestal vrijwillig: door bijvoorbeeld geldelijke steun te verlenen aan
achtergebleven familieleden en die regelmatig te bezoeken, door met behulp van
schotelantennes het 'eigen' tv-aanbod te blijven volgen, door imams te laten
overkomen en/of door huwelijkspartners te zoeken in het land van herkomst.
Dankzij al die emotionele, financiële, culturele en godsdienstige banden met het
moederland bleven veel immigranten met minstens één been buiten de Nederlandse
samenleving staan. Het voor een soepele politieke carrière zo noodzakelijke
aanpassingsproces aan onze bestuurlijke zeden en mores verliep daardoor vaak
moeizaam.
Dat onze politieke partijen zich het bovenstaande niet of onvoldoende
realiseerden, mag - achteraf bezien - dom en naïef worden genoemd. Maar hoe is
te verklaren dat diezelfde politieke partijen niet léérden van hun fouten toen
in de (late) jaren tachtig en negentig de eerste politici uit immigrantenkringen
in de fout gingen of anderszins voor problemen zorgden?
De oplossing van dat raadsel heeft alles te maken met de omstandigheid dat ook
schuldbesef een prominente rol speelde bij het rekruteren van immigranten, met
name bij de linkse partijen. Immigranten, zo luidde een van de centrale leerstukken van het politiek correcte
denken, waren eerst en vooral slachtoffers: van armoede, kansloosheid, racisme,
discriminatie en - in een wat verder verleden - van kolonialisme en
imperialisme. De schuldgevoelens over dat onrecht lieten zich als het ware
'afkopen' door aan immigranten met politieke aspiraties lagere eisen te stellen
dan aan andere aankomend politici. Ook cultuurrelativisme, een tweede
belangrijke hoeksteen van de politiek correcte ideologie, speelde een rol: móchten onze politieke zeden en mores - niet bluffen over je cv, geen nepotisme
- eigenlijk wel worden opgelegd aan (kandidaat-)politici uit andere,
niet-westerse culturen? Of getuigde dat niet juist van chauvinisme en blanke
superioriteitsgevoelens?
De ogenschijnlijk geslaagde ontmanteling van de politiek
correcte kerk door Frits Bolkestein en Pim Fortuyn en de definitieve val, in
2001, van immigrantenboegbeeld Tara Singh Varma, leek de politieke partijen
verlost te hebben van deze preoccupaties. "Langzamerhand is de Nederlandse
houding ten opzichte van migranten zakelijker en rationeler geworden, steeds
minder wordt die gevoed door de sentimentele noties die politici als Varma zo
gemakkelijk wisten uit te buiten," schreef Bas Heijne in 2001 in NRC
Handelsblad. "Daar voelt iedereen zich beter bij, lijkt me, niet in de laatste
plaats de migrant zelf, omdat die eindelijk kan ontsnappen aan de door Varma
c.s. opgelegde stereotiepe slachtofferrol. In die zin kun je de affaire-Varma
beschouwen als een afsluiting: haar val betekent het definitieve einde van een
verkrampte en schuldbewuste omgang met migranten."
Maar die conclusie kwam te vroeg, zo weten we nu. Want de affaires rond politici
uit immigrantenkringen bleven zich de afgelopen zes jaar opstapelen, en ook met
de verkrampte omgangsvormen die hun zo dikwijls ten deel vielen, is het nog
steeds niet gedaan. ...
Het is, al met al, geen vrolijk stemmend beeld. Enerzijds hebben immigranten de
afgelopen jaren een razendsnelle opmars gemaakt in onze politieke arena. Ter
vergelijking: 85 jaar na invoering van het vrouwenkiesrecht is nog altijd
slechts 36,7 procent van de Tweede-Kamerleden van vrouwelijke kunne, terwijl
niet-westerse allochtonen - amper 45 jaar na aankomst van de eerste
gastarbeiders - nu al nagenoeg evenredig in het parlement zijn vertegenwoordigd:
8 procent van de Tweede-Kamerleden behoort tot die categorie, tegen 9 procent
van het totaal aantal kiesgerechtigden.
Toch is er geen sprake van een succesverhaal: daarvoor zijn
er de afgelopen twintig jaar te veel ongelukken gebeurd die - als de politieke
partijen zich rationeler en zakelijker hadden opgesteld - vrij eenvoudig
voorkomen hadden kunnen worden. ...
Tussentukken:
Brokkenpiloten
1985: De Surinaams-hindoestaanse Tara Singh Varma (CPN), gemeenteraadslid
in Amsterdam, wordt beticht van verduistering van gelden van het Grenada-comité,
waarvan zij secretaris-penningmeester is. Een onderzoekscommissie van de CPN
pleit haar vrij.
1992: De Surinaamse schrijfster Astrid Roemer (Groenlinks),
gemeenteraadslid te Den Haag, komt in conflict met haar fractiegenoten, die haar
onder meer afwezigheid bij vergaderingen, onvoldoende samenwerking en een
marginaal politiek functioneren verwijten. Roemer verlaat de fractie, maar
weigert haar raadszetel op te geven. De andere stadsbestuurders horen of zien
haar vervolgens nauwelijks meer.
1994, januari: De Marokkaans-Nederlandse Mohamed Rabbae (Groenlinks),
samen met Ina Brouwer duolijsttrekker, verklaart in een interview niet tegen een
verbod op Salman Rushdies De duivelsverzen te zijn.
1994, juni: Het Surinaamse Tweede-Kamerlid Evan Rozenblad (PvdA) stapt
op. Hij blijkt geen kandidaatsexamen rechten te hebben gehaald en is evenmin
directielid van de Anton de Kom Universiteit in Paramaribo geweest, zoals hij
had beweerd. Ook blijkt dat hij pas op de dag van zijn beëdiging als Kamerlid
Nederlander is geworden.
1994, december: Een onafhankelijke commissie onder leiding van
ex-staatssecretaris De Graaff-Nauta (CDA) doet alsnog onderzoek naar de 'Grenada-affaire'
en constateert dat Tara Singh Varma (Groenlinks) bonnetjes heeft vervalst
en haar voorgangster ten onrechte heeft beticht van fraude. Volgens de commissie
heeft ze zichzelf daarbij echter niet verrijkt. Voor Groenlinks is daarmee de
kous af.
1997, juni: Het gemeenteraadslid Faiz Yerlibuçak (PvdA) uit Beverwijk
wordt door twaalf Beverwijkers beticht van banden met de Turks-nationalistische
Grijze Wolven. Na een kort geding moeten de twaalf rectificeren, omdat ze
hardnekkige geruchten als feiten hebben gepresenteerd. Toch waarschuwt minister
van Binnenlandse Zaken Hans Dijkstal (VVD) enkele maanden later tegen de
politieke activiteiten (lees:
mogelijke infiltratie) van de extreemrechtse Grijze Wolven.
1997, november: De Marokkaanse Nederlander Hamid Houda (PvdA) beëindigt
zijn Tweede-Kamerlidmaatschap na beschuldigingen van belastingfraude met zijn
importbedrijf Houda Textiel BV. Al langer was er kritiek op zijn gebrekkige
functioneren als Kamerlid.
1999: Ahmet Daskapan (Groenlinks), een Turk die in de Haagse gemeenteraad
zit, wordt beschuldigd van gesjoemel met subsidies. Ook zou hij werknemers van
zijn restaurant Turkiye intimideren. Een onderzoekscommissie onder leiding van
partijcoryfee Peter Lankhorst pleit Daskapan min of meer vrij.
2000, januari: De rijksrecherche houdt Sam Pormes (GroenLinks),
gemeenteraadslid te Assen, aan op verdenking van malversaties bij Masiun, een
opvangcentrum voor drugsverslaafden.
2000, december: Het Amsterdamse raadslid van Marokkaanse afkomst Fatima
Elatik (PvdA) toont zich ingenomen met de afgelasting van het toneelstuk
Aisja (over de vrouwen van de profeet Mohammed): "De vrijheid van meningsuiting
is in Nederland te ver doorgeschoten." Spelers en medewerkers van de
voorstelling waren met de dood bedreigd.
2001, juli: Tara Singh Varma (Groenlinks) vertrekt uit de Tweede Kamer
omdat ze terminale kanker heeft, maar al snel blijkt de ziekte geveinsd. Ze
wordt opgenomen op de psychiatrische afdeling van het Amsterdamse Sint Lucas
Andreas Ziekenhuis en is daar nog steeds in dagbehandeling.
2001, september: Na de aanslagen op het WTC verklaart parlementariër Mohamed
Rabbae (GroenLinks) dat er geen beledigende grappen over islamieten gemaakt
mogen worden.
2001, november: Partijvoorzitter Ruud Koole laat de ledenlijst zuiveren van de
afdeling Amsterdam Zuidoost na geruchten dat de Surinaamse
kandidaat-lijsttrekker Wes-ley Amzand (PvdA) vrienden en familie heeft
geronseld om de kandidatenlijst te beïnvloeden. Vijftig tot zeventig mensen
blijken collectief geworven. Hun contributie is door slechts een handjevol
personen betaald. Van 150 aspirant-leden is de contributie niet of te laat
gestort.
2001, november: Het vermoeden bestaat dat het Turkse raadslid Ahmet Daskapan
(GroenLinks) spookleden heeft geworven om stemmingen naar zijn hand te zetten.
Daskapan, bijgenaamd 'De sultan van Groenlinks', stapte op 8 oktober uit de
fractie maar weigert zijn zetel op te geven. Groenlinks kondigt een ledenstop af
voor de afdeling Den Haag.
2002: De Surinaamse Philomena Bijlhout (LPF) treedt enkele uren na haar
beëdiging af als staatssecretaris van Sociale Zaken. Aanleiding: een foto van
Bijlhout in het uniform van de burgermilities van Desi Bouterse, gemaakt ná de
'Decembermoorden' van 1982.
2003: Ali Lazrak (SP) ontdekt enkele maanden na zijn aantreden in de
Tweede Kamer dat partijleider Jan Marijnissen een 'dictator' is en wil niet
langer een deel van zijn salaris in de partijkas storten. De Marokkaan vormt de
eenmansfractie Groep Lazrak en laat zich zelden nog op het Binnenhof zien.
2005, mei: Het Tweede-Kamerlid Farah Karimi (Groenlinks) onthult in een
boek dat ze in haar geboorteland Iran en ook in Duitsland en Frankrijk actiefis
geweest voor de terreurbeweging Volksmoedjahedien. Zo verzon ze in Frankrijk
zeker 150 vluchtverhalen om ook andere leden aan asiel te helpen. Femke Halsema
noemt Karimi's onthulling 'moedig' en 'dapper'.
2005, april: Mohammed El Yaakoubi (PvdA) treedt terug als deelraadslid
van Amsterdam Geuzenveld Slotermeer na beschuldigingen van mishandeling en
'dumping' van zijn echtgenote in Marokko. Een jaar later geeft zijn partij hem
een tweede kans.
2005, november: Sam Pormes (Groenlinks) is opnieuw in opspraak. Zijn
eigen partijbestuur doet een vergeefse poging hem te royeren. Onderzoek had
aangetoond dat het Eerste-Kamerlid van Molukse komaf zijn eigen partij onjuist
heeft geïnformeerd over zijn deelname aan een terroristisch trainingskamp in
Zuid-Jemen en zijn mogelijke betrokkenheid bij de tweede treinkaping in 1977.
2006, februari: Het Ghanese deel raadslid Ama Carr (PvdA) van Amsterdam
Zuidoost wordt betrapt op illegaal autorijden. Ze geeft de politie een valse
naam en een vals adres op. "Dit is de Bijlmer. Jonge mensen doen dat," stelt een
lokale partijbons.
2006, mei: Elvira Sweet (PvdA), stadsdeelvoorzitter van Amsterdam
Zuidoost van Surinaamse komaf, blijkt tweemaal te zijn veroordeeld wegens
dronken autorijden.
Ze overleeft een motie van afkeuring van de oppositie.
2006, mei: Ayaan Hirsi Ali (VVD) komt in moeilijkheden als Zembla
meldt dat het Tweede-Kamerlid heeft gelogen over haar werkelijke naam,
geboortedatum en vluchtverhaal. Het hoofdbestuur van de VVD was bij de
kandidaatstelling van de geboren Somalische op de hoogte, maar zag toen geen
bezwaar, zo blijkt.
2006, september: De Turkse Nederlanders Erdinc Sacan (PvdA), Ayhan
Tonca (CDA) en Osman Elmaci (CDA) worden door hun partijen van de
verkiezingslijsten gehaald omdat zij de Armeense genocide niet erkennen. De drie
geschrapte kandidaten krijgen een erelintje uit Turkije.
2006, december: Stadsdeelbestuurder Tino Pattipilohy (Groenlinks) van
Amsterdam Slotervaart kondigt om persoonlijke redenen zijn vertrek aan
(collega's zeggen dat hij het werk niet aankan) en is vervolgens wekenlang
spoorloos. Probleem: zolang de Molukker niet officieel ontslag heeft genomen,
kan hij ook niet worden opgevolgd.
2007, januari. Het Surinaamse Kamerlid Patricia Remak (VVD) wordt
veroordeeld tot een celstraf van één jaar (waarvan drie maanden voorwaardelijk)
wegens uitkeringsfraude van ruim een ton. Ze verzweeg inkomsten als lid van de
Provinciale Staten van Noord-Holland en als medewerker van het ministerie van
Financiën.
2007, februari: De rechter bevindt het Turkse gemeenteraadslid Selcuk Altun
(VVD) uit Weert schuldig aan het ronselen van stemmen. Hij moet duizend euro
boete betalen of twintig dagen de cel in.
2007, maart: De in Turks Koerdistan geboren Düzgün Yildirim (SP),
lijsttrekker voor de Provinciale Staten-verkiezingen in Overijssel, liegt over
zijn opleidingen in een radiouitzending van RTV Oost door te stellen dat hij
twee hbo-diploma's bezit. Tegenover De Telegraaf biecht hij vervolgens op
alleen de basisschool te hebben afgerond.
Naar Allochtone integriteit
, Allochtonen lijst
, Allochtonen overzicht
, of site
home
.
|