FOUT IN DE KRANT                                               Juli 2004

20-07-2004, De Volkskrant, achtergrondartikel van Michael Persson: Maanlanding herdacht
‘Reuzensprong bracht mensheid geen centimeter verder’ … ‘Alleen dankzij de Russen vertoeft er nog een Amerikaan in de ruimte. Maar in Amerikaanse ogen is dat verblijf in het internationale ruimtestation inmiddels zo’n sleur geworden, dat ze er eigenlijk zo snel mogelijk mee willen stoppen.’ …’ een speciaal daarvoor opgezette advies-commissie kwam na maanden onderzoek tot de conclusie dat de grootste problemen voor een toekomstige ruimte reis niet bij de techniek liggen, maar bij de pr. Dat het moeilijk zal zijn om de aandacht van de belastingbetaler vast te houden, wanneer pas dertig jaar later de eerste voetstap op mars zal worden gezet. Dus ligt daar een taak voor de media, Hollywood en computerspelletjesmakers vindt de adviescommissie. Zodat die de mensheid kan voorhouden dat er een grote sprong gemaakt gaat worden.’
De laatste zin laat de voorinstelling van de schrijver zien: er moet een grote stap gesimuleerd worden, dus is het geen grote stap, net als de eerste maanlanding, zie de eerste regel van het citaat, wat de tevens de titel van het stuk is. De enige geldige vraag is dan wat de criteria van de schrijver zijn voor wat al dan niet een stap voorwaarts is. We mogen aannemen, dat hij daar niet de wapenindustrie toe rekent, wat in de VS al enkele tientallen malen groter bedrag betreft. En eigenlijk hoort de hele consumentenindustrie ook niet tot de vooruitgang, dat is alleen maar opsouperen. Daarmee valt een nog veel groter deel van onze economische inspanning af. Het is aan de schrijver om aan te geven wat hij wel van vooruitgang vindt getuigen, maar men mag vermoeden dat intellectuele nieuwsgierigheid daar een deel van uit maakt. En intellectuele nieuwsgierigheid is de belangrijkste drijfveer van allen die met het hart achter de ruimtevaart staan.
Blijft over de vraag waarom de schrijver zo’n stuk met een gemakzuchtig negatief oordeel opschrijft, en waarom het gepubliceerd wordt. Gemakzuchtige oordelen komen niet tot stand op de tijd van uitspreken, die had men al. En meestal is het dan ook zo dat op de tijd van ontstaan even gemakzuchtig gedacht werd. Een gemakzuchtig oordeel komt vrijwel altijd tot stand op dezelfde manier: men vindt dat het zo is, omdat het nu eenmaal zo is. Dat heet samengevat een vooroordeel. Je hoeft niet na te denken over wat “vooruitgang van de mensheid” betekent, want je weet dat ruimtevaart daar in ieder geval niet aan voldoet. Je hebt dan dus een negatief vooroordeel tegenover ruimtevaart. En waar ruimte vaart staat voor de meest ontwikkelde vorm van techniek, straalt dit dus ook af als een oordeel op techniek in het algemeen, en indirect ook op wetenschap.
Het stuk is een uitstekend voorbeeld een veelvoorkomend verschijnsel in alle, maar vooral de links georiënteerde media, dat een wetenschapper (of bij of een wetenschappelijke prestatie) gevraagd wordt naar het nut van zijn werk (of de ontdekking). Anderen, van alfa-weten-schappers tot de meest klunzige kunstenaars, wordt nooit gevraagd naar het nut van hun werk ('De ontwikkeling en vergelijking van het werkwoord in de Indo-Arische talen') of de ontdekking. De reden ervan is simpel: vrijwel alle mediamedewerkers zijn alfa's, die wel voeling hebben met alfa werk, en totaal niet met bèta. Het effect van de voortdurende nut-vraag aan bèta's  is dat daarmee het nut van het bèta werk in twijfel wordt getrokken, versterkt door het feit dat ze meestal ook moeilijk te beantwoorden is, en ook versterkt door de weinig empatische houding van de interviewers. Het resultaat van dit continu doorlopende proces is dat er een bèta-mijdende houding ontstaat bij het algemene publiek, en ook bij scholieren die hun vakkenpakket moeten kiezen, leidende tot een voortdurende afname van het aantal bèta studenten gedurende de laatste decennia. Het bovenstaande stuk is een bijdrage aan het proces.
 
27-07-2004, de Volkskrant, AP/Reuters nieuwsbericht 'NAVO faalde in Kosovo'
'De NAVO en de VN-politie in Kosovo hebben 'op rampzalige wijze' gefaald bij de bescherming van minderheden in de Servische provincie Kosovo tijdens het etnische geweld eerder dit jaar. Dit concludeert de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch in een maandag verschenen rapport over de rellen van half maart, waarbij negentien doden vielen en negenhonderd gewonden.'
Het gaat hier om de vorm van het bericht, zijnde 30 regeltjes over twee kleine kolommetjes op een buitenland pagina. Tijdens de conflicten op de Balkan in de jaren negentig zijn er door alle betrokken partijen misdaden begaan. De eerste grote was de verdrijving van honderdduizenden Serviërs uit wat de Kroaten als hun grondgebied beschouwden. Het geweld uit het bericht is het laatst bekende. Waar het om gaat is dat het eerste en het laatste afgedaan zijn met kleine berichtjes van persbureau's, terwijl misdaden begaan door de Serven een ontelbaar aantal malen en op paginagrote wijze worden bericht en toegelicht. Aan de eis van onpartijdige berichtgeving dat over beide kanten bericht moeten worden is daarmee voldaan. Aan de bijkomende eis dat die berichtgeving ook een min of meer gelijke nadruk moet krijgen als het gaat over gelijke feiten, is niet voldaan. De standaard aanduiding van dit soort berichtgeving als het buitenlandse media betreft, ook door de Volkskrant, is "propaganda". In het kader van het conflict in de Balkan is de berichtgeving van de Volkskrant van een hoog propagandistische karakter.
30-07-2004, de Volkskrant, hoofdredactioneel commentaar over De zaak-Milosevic:
'Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens bepaalt dat een verdachte 'binnen een redelijke termijn' moet worden berecht. Toegepast op de zaak-Milosevic lijkt deze bepaling met voeten te worden getreden. De ironie wil dat in dit geval vooral de verdachte zelf alles in het werk stelt de behandeling van zijn zaak zo lang mogelijk te rekken.'
Op het moment van schrijven is de behandeling door de aanklagers net afgelopen, en moet de verdediging nog beginnen. Als op dit moment blijkt dat het proces te lang duurt, zijnde tweeëneenhalf jaar, kan dit dus alleen en enkel alleen de schuld van de aanklagers en de rechters zijn. De laatsten omdat ze de vertraging hebben toegelaten. Het toeschrijven van die vertraging door de Volkskrant aan de verdediging in de persoon van Milosevic is geheel en al onjuist, of een feitelijke leugen.
Vervolg: Hoezeer Milosevic iedereen ook tegen de haren instrijkt, men kan hem moeilijk verwijten dat hij als verdachte probeert zijn huid zo duur mogelijk te verkopen.
In het eerst citaat wordt Milosevic juist dit verwijt gemaakt. Het tweede citaat is dus retorische leugen.
Vervolg: 'Ter verdediging [van de vertraging] kan worden aangevoerd dat de aanklagers moeilijk voorbij konden gaan aan het door het Westen gecreëerde beeld van Milosevic als de verpersoonlijking van het kwaad op de Balkan. Het was in de ogen van de publieke opinie bijna ondenkbaar dat de voormalige president van Joegoslavië niet op zijn minst medeschuldig zou worden bevonden aan de wreedheden tijdens de burgeroorlog.'
Zoals uit het bovenstaande blijkt, is het proces tegen Milosevic een juridisch proces. Dat wil zeggen dat de bijbehorende regels gelden. Dat houdt onder andere in dat een verdachte onschuldig is tot het tegendeel is bewezen, en Milosevic dus onschuldig is aan het kwaad in de Balkan, tot aan de uitspraak. Iedere handeling binnen het proces die wel van die schuld uitgaat, is juridisch onrechtmatig, en maakt het proces direct ongeldig. Wat de Volkskrant hier zegt is dat het proces Milosevic op dit moment allang ongeldig is. De doelstelling om iemand te veroordelen naar een bestaand beeld is de doelstelling van een politiek proces, zeker als dit beeld gecreëerd is door vijanden van de verdachte.  Door het proces in dit soort termen te formuleren, geeft de Volkskrant toe dat het Joegoslavië Tribunaal formeel misschien een juridisch proces is, maar dat het in feite een politiek proces is.
Vervolg: Om het verwijt van 'overwinnaarsrecht' voor te zijn, hechten de rechters op hun beurt aan een eerlijke rechtsgang met alle ruimte aan de verdachte. Nu Milosevic heeft laten weten honderden getuigen à decharge te willen horen, kan een vonnis nog wel tot 2006 op zich laten wachten. Het is daarom begrijpelijk dat de rechters naar mogelijkheden zoeken het proces alsnog te bekorten.
Wie de uitgezonden beelden van het proces heeft gezien, heeft kunnen constateren dat de rechters in het geheel niet alle ruimte aan de verdachte hebben gegeven, en de pogingen van Milosevic om getuigenissen in hun context te plaatsen meestal afgekapt hebben (ieder Albanees heeft een historische reden (vijandschap) en een materieel belang (het verkrijgen van land) om een getuigenis tegen een Serviër af te leggen, en kan nauwelijks als een objectieve getuige worden gezien).
P.S. (september 2004): Middels hebben de rechters besloten dat de openingsverklaring van Milosevic als advocaat in zijn eigen verdediging in tijd beperkt wordt tot vier uur. De aanklagers kregen bij het begin van het proces drie dagen voor hun openingsverklaring.
P.S. (oktober 2004): Middels hebben de rechters besloten om Milosevic het recht zichzelf te verdedigen to ontnemen, op grond van een dubieus en weersproken medisch rapport. Dit besluit moest weer ingetrokken worden, omdat de getuigen van Milosevic weigerden te komen als hij niet zichzelf mocht verdedigen.
Conclusie: Beide handelingen zijn grove schendingen van het principe van een eerlijke rechtsgang. De eerste zin in het voorgaande citaat is daarmee ook definitief ontmaskerd als een retorische leugen. (In feite heeft hiermee het proces iedere rechtmatigheid verloren, en zou onmiddellijk beëindigd moeten worden).
Vervolg: 'Nu Milosevic heeft laten weten honderden getuigen à decharge te willen horen, kan een vonnis nog wel tot 2006 op zich laten wachten. Het is daarom begrijpelijk dat de rechters naar mogelijkheden zoeken het proces alsnog te bekorten.' ... 'Toch is er reden de rechtvaardigheid hier ondergeschikt te maken aan de doelmatigheid.'
Deze citaten zeggen met zoveel woorden dat waar de aanklagers het recht is gegund om tweeëneenhalf jaar te gebruiken voor het horen van honderden getuigen, de verdediging dit recht onthouden moet worden. Dit is in strijd met alle regels van een rechtvaardige procesvoering.
Vervolg: Wil het tribunaal niet alleen recht doen, maar ook bijdragen leveren aan het verwerken van het verleden, dan is enige haast geboden.
Zoals al opgemerkt, is het Joegoslavië tribunaal een juridisch proces. Een juridisch proces heeft één en slechts één doel: het vast stellen van de schuld van de verdachte, en het toebedelen van een passende straf. Als men kiest voor de verwerking van het verleden, dan is het gebruik van een waarheidscommissie zoals gehanteerd in Zuid-Afrika de voor de hand liggende procedure. Daarvoor is hier niet gekozen. Een oproep aan het tribunaal zoals boven gesteld is een oproep tot veroordeling, en een grove inmenging in de onafhankelijke juridische procesgang.
 

Naar Fout in de krant home , of naar site home .