Bronnen bij Rijnlandmodel, algemeen: onderwijsinvestering
|
14 feb.2010 |
Het gegeven dat investeringen in onderwijs goed redeneren, is al vrij lang
bekend. Onder een recente bron waarin het gaat over het voordeel voor de
betrokkenen in de vorm van inkomen. Maar je kan rustig veronderstellen dat dat
hogere inkomen een belangrijke mate correleert met het nut dat ze voor de
maatschappij hebben:
Uit:
De Volkskrant, 23-01-2010, door Hessel Oosterbeek
Menselijk kapitaal
Investeren in mensen voldoet aan dezelfde wetten als investeren in
machines.
Tussentitel: Een jaar extra onderwis geeft gemiddeld 5 tot 10 procent meer
inkomen
Het klinkt niet aardig om mensen met machines te vergelijken. Zelfs binnen de
economische discipline duurde het enige tijd voordat het begrip ‘menselijk
kapitaal’ gemeengoed was.
Wie zich echter over de morele verontwaardiging heen zet,
komt tot de ontdekking dat het inzicht dat je ook in mensen kunt investeren een
krachtig analytisch instrument is.
Ten eerste is het begrip menselijk kapitaal behulpzaam bij de
analyse van onderwijsbeslissingen. Kort en goed gaat de human capital-theorie
ervan uit dat iemand onderwijs blijft volgen zolang de opbrengsten van een extra
jaar (of extra maand, of extra dure opleiding) hoger zijn dan de kosten ervan.
Daarbij gaat het niet alleen om opbrengsten en kosten in financiële zin, maar
ook om immateriële opbrengsten en kosten. ...
De afgelopen vijftien tot twintig jaar hebben economen veel
onderzoek gedaan naar het oorzakelijke effect van onderwijs op inkomen. De
lastigheid is daarbij dat mensen die meer onderwijs volgen, ook in andere – vaak
niet geobserveerde – kenmerken verschillen van mensen met minder opleiding.
Idealiter zouden we een experiment willen uitvoeren waarin
sommigen door toeval bepaald wel een extra opleiding kunnen volgen en anderen –
eveneens door toeval bepaald – niet.
Dat is vanzelfsprekend niet mogelijk. In het onderzoek is men
daarom op zoek gegaan naar omstandigheden die dit gerandomiseerde experiment zo
goed mogelijk nabootsen.
Voorbeelden van zulke ‘quasi-experimenten’ zijn eeneiige
tweelingen die een verschillend opleidingsniveau hebben; mensen die zijn geboren
vlak voor of vlak na de datum die geldt als grens waarop het verplicht is om
naar school te gaan; plotselinge veranderingen in de duur van de leerplicht; of
plotselinge veranderingen in de duur van bepaalde opleidingen. Een mooi
voorbeeld van dat laatste is de verkorting van de universitaire opleiding in
Nederland van vijf jaar naar vier jaar, die in 1982 plaatsvond.
Het empirisch onderzoek van de laatste jaren laat overtuigend
zien dat onderwijs voor degenen die het volgen, een behoorlijk rendabele
investering is.
Een jaar extra onderwijs leidt gemiddeld genomen tot een
inkomenstoename van zo’n 5 tot 10 procent. ‘Gemiddeld genomen’ omdat het
rendement van een extra jaar onderwijs niet voor elk jaar hetzelfde is en
bovendien verschilt tussen personen; de een heeft er meer baat bij dan de ander.
De hoogte van het rendement op onderwijs hangt verder af van
de vraag naar en het aanbod van hoger opgeleiden, en kan daardoor verschillen
tussen landen en perioden. Hoe groter de vraag naar hoger opgeleiden en hoe
geringer het aanbod, des te hoger het rendement.
In dat verband heeft de Nederlandse Nobelprijs-winnaar Jan
Tinbergen het beeld gebruikt waarin de mate van inkomensongelijkheid de uitslag
is van een wedren tussen technologische ontwikkeling en deelname aan onderwijs.
Technologische ontwikkeling leidt tot een toename van de vraag naar hoger
opgeleide werknemers en daarmee tot grotere inkomensverschillen.
Een grotere deelname aan hoger onderwijs daarentegen leidt
tot een toename van het aanbod van hoger opgeleiden en daarmee tot kleinere
inkomensverschillen. Omdat het rendement op onderwijs de laatste jaren is
gestegen, kunnen we concluderen dat de vraag naar hoger opgeleide werknemers
sterker is gegroeid dan het aanbod. ...
Red.: Iets dat ze elders op de wereld goed begrepen
hebben:
Uit:
De Volkskrant, 05-01-2009, AP.
China steunt economie met geld in onderwijs
De Chinese premier Wen Jiabao kondigde zondag aan de economie te willen
steunen door meer beurzen te verstrekken aan getalenteerde studenten. Momenteel
spendeert China jaarlijks 2 miljard euro aan beurzen.
De Chinese regering wil op deze manier de lasten van burgers
verlichten, en zo de binnenlandse consumptie verhogen om de dreigende recessie
tegen te gaan. ...
Red.: Onderstaand het argument de andere kant op
geredeneerd:
Uit:
De Volkskrant, 07-06-2011, van verslaggever Robin Gerrits
Alarmerend rapport Centraal Planbureau
Groei economie stokt door slecht onderwijs
De
achterblijvende onderwijsprestaties van Nederlandse leerlingen beperken de
economische groei. Volgens een alarmerend rapport van het Centraal Planbureau
(CPB) kost de daling van de prestaties bij wiskunde Nederland op de lange
termijn waarschijnlijk jaarlijks enkele procenten van het bruto binnenlands
product.
Het CPB constateert na analyse van eerdere grootschalige
internationaal vergelijkende onderzoeken als PISA, TIMSS en PIRLS, dat vooral de
beste leerlingen in Nederland sterk achterblijven in rekenen/wiskunde, lezen en
natuurwetenschappen. In andere landen presteren de excellente leerlingen zowel
op 9- als op 15-jarige leeftijd veel beter.
'Hun (de Nederlandse, red.) prestaties blijven consequent
achter bij die van de beste leerlingen in veel andere ontwikkelde landen',
schrijft het CPB. In de groep meest getalenteerde leerlingen staan de
Nederlanders nergens in de internationale top-10. ...
Red.: Het op de televisie genoemde bedrag in euro's
was vier à vijf miljard - per jaar.
Naar Rijnlandmodel
, Rijnlandmodel, lijst
,
Rijnlandmodel, overzicht
, of site home
.
|