Bronnen bij Rijnlandse democratie: decentralisatie
|
7 nov.2006 |
Twee jaar na het verschijnen van het Rijnland-artikel
blijkt ook dit idee verder te
worden opgepikt:
Uit: De Volkskrant, 26-09-2006, door Jouke de Vries, hoogleraar
bestuurskunde
Beleidsambtenaar kan in school of zorg aan de
slag
Departementsambtenaren moeten op regionaal of lokaal niveau worden ingezet om de
problemen daadwerkelijk op te lossen, vindt Jouke de Vries.
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) heeft een oud prakje
uit de bestuurskunde – de lerende overheid – in de magnetron gezet. Dit
onderwerp werd eind jaren tachtig van de vorige eeuw druk bediscussieerd, maar
heeft weinig opgeleverd. Het openbaar bestuur moest leren de
beleidsdoelstellingen bij te stellen of betere beleidsinstrumenten te kiezen.
Het openbaar bestuur is er niet beter door gaan functioneren. Het vertrouwen in
de politiek en het openbaar bestuur is nog nooit zo gering geweest. Het is
opmerkelijk dat de WRR de lerende overheid nu als een nieuw wasmiddel verkoopt,
terwijl dagelijks blijkt dat publieke organisaties nauwelijks leren en niet goed
functioneren. Daar is geen filmpje van Hans Emans over de Schipholbrand voor
nodig, dat weten wij allang. ...
Een belangrijke structurele wijziging is dat de centrale
departementen een draai maken naar de uitvoering. Medewerkers van de centrale
departementen kunnen ook op het regionale of lokale niveau worden ingezet om de
problemen daadwerkelijk op te lossen. Veel ziekenhuizen en scholen kunnen
personele versterking gebruiken. Op dit moment wordt er door beleidsmedewerkers
nog altijd met dédain naar de uitvoering gekeken. De uitvoering wordt ook niet
goed betaald.
Het centraal stellen van de uitvoering hoeft niet te
betekenen dat alle beleidsmedewerkers uit Den Haag moeten verdwijnen. Een aantal
staatstaken zal altijd op het centrale niveau moeten worden behartigd en ook
internationaal dienen wij onze taken niet te verwaarlozen. Een deel van de
topambtenaren moet zich met lange- termijnproblemen bezig blijven houden, maar
zij moeten daarbij veel meer gebruik maken van spontane denktanks dan van de
traditionele adviesorganen.
Red.: Vele jaren later een eerste echte voorbeeld - de praat
in de tussentijd was voornamelijk die cvan gevaar van de "popularisering" en
"populisme":
Uit: De Volkskrant, 07-03-2011, van verslaggeefster Charlotte Huisman
Inwoners van Utrecht mogen meepraten over bezuinigingen
Utrecht wil de inwoners laten meepraten over de geplande omvangrijke
bezuiniging op het ambtenarenapparaat in de stad. Op een in april te lanceren
site kunnen bewoners besparingsvoorstellen plaatsen en die van elkaar aanvullen,
wat uiteindelijk moet resulteren in een toptien van door bewoners aangedragen
ideeën. Die wordt aan de gemeenteraad voorgelegd.
'Er kan een toptien uitkomen van voorstellen waarvan het
college zegt: dat kan echt niet. Stel bijvoorbeeld dat er wordt geopperd: stop
maar met alle cultuuruitingen. Maar we hebben vertrouwen in onze stad', zegt
wethouder Jeroen Kreijkamp (D66).
De voorstellen worden dus beschouwd als een niet bindend
advies. Kreijkamp: 'Maar als op sommige ideeën veel wordt gestemd, kun je die
niet zomaar naast je neerleggen.' ...
Naar Rijnlandse democratie
,
Rijnlandmodel lijst
, Rijnlandmodel
overzicht , of site home
.
|