Rijnlandse architectuur: hergebruik

06 nov.2006

Onderstaand een voorbeeld van iets waar het Rijnlandmodel een groot voorstander van is: het hergebruik. Beneden gaat het om het hergebruik van een bestaand gebouw, maar de redactie is ook zeer sterk voor het hergebruik van een ontwerp. waarom een architect een nieuw ontwerp laten maken, met, naar is gebleken, een grote kans op allerlei troep. Er is een bijna onuitputtelijk aanbod aan bestaande ontwerpen, waaruit gekozen kan worden, met in achtneming van de bestaande omgeving, iets waar architecten vrijwel altijd lak aan hebben.


Uit: i>De Volkskrant, 02-11-2006, door Hilde de Haan

De onbetwist meesters van het hergebruik

Van de Inktpot in Utrecht tot de Amsterdamse Vondelkerk – Joop en André van Stigt hebben veel bouwwerken van de sloophamer gered. Bijzonder daarbij: ze deden alles wat een architect meestal niet doet.


Fotobijschrift: Het voormalige koelpakhuis De Zwijger in Amsterdam.

Iedereen kent het: machteloos moeten toezien hoe een pront, karaktervol bouwwerk wordt gesloopt. Vaak zijn er eerst actievoerders die wel argumenten maar geen middelen hebben om het gebouw te redden. Het verpietert. Dan volgt sloop en is er jaren braak terrein en bouwgeweld. En wéér heeft een markant herkenningspunt met weidse uitstraling plaats gemaakt voor nieuwbouw die ‘rendabel’ heet, maar haast per definitie minder interessant is.
    Natuurlijk kan dat anders. En om te bewijzen dat dat anders moet, heeft Agora Europa (stichting voor democratie en cultuur) twee aanstekelijke boeken gemaakt. Allereerst een gids: een verleidelijk zakformaatje dat uitnodigt om langs zo’n vijftig geredde bouwwerken in Amsterdam te gaan en met eigen ogen te aanschouwen hoeveel moois er bijna was verdwenen als niet voor herbestemming was gevochten. ...
    Het kloeke Bouwmeesters met draagvlak vult daarop aan zoals een mooie maaltijd na een prikkelend voorgerecht. Het is een gedegen standaardwerk dat uitlegt hoe veelzijdige inspanning nodig is opdat een reddingsactie slaagt. ... En het behandelt alleen gebouwen waarbij het hergebruik vorstelijk is gelukt, namelijk 25 projecten van de architecten die op dit gebied onbetwiste meesters zijn: Joop en André van Stigt. Zij droegen er in Amsterdam toe bij dat in 1985 de Vondelkerk op het nippertje werd gered; zij transformeerden het al opgegeven Entrepotdok tot een stad op zich van zo’n 400 woningen en 100 bedrijfsruimten (en zetten en passant de herleving van de wijde omgeving in gang). Ook wisten ze het Olympisch Stadion van Jan Wils te sparen en begon het koelpakhuis De Zwijger een ander leven. In Utrecht gaven ze nieuw bestaansrecht aan de Inktpot (de majestueuze baksteenkolos die ooit hoofdkantoor van de NS was) en in Rotterdam namen ze het trotse Groothandelsgebouw onder handen.
    Het bijzondere is: ze deden daarbij alles wat een architect meestal niet doet. Zo halen zij rücksichtslos de haalbaarheidsstudies van deskundigen onderuit met eigen analyses en constructieonderzoek. ...
    Daardoor kan vader Joop tot pertinente uitspraken komen als: ‘Sloop is altijd duurder, als je de kosten van slopen, leegstand en bouwrijp maken meetelt. Alleen doordat al die kosten uit andere potjes komen, kan men doen of het goedkoper is.’ ...

Eisse Kalk: Bouwmeesters met draagvlak, architectenbureau Van Stigt. Stichting Agora Europa; € 22; ISBN-10: 90 811002 1 1.
Annemarie Wijn: Nieuw leven voor oude gebouwen. Stichting Agora Europa; € 7,50; ISBN-10: 90 811002 2 x.


Terug naar Rijnlandmodel, kleinschaligheid  , Inrichting, lijst , Rijnlands beleid, lijst , Rijnlandmodel overzicht , of naar site home .