Alfa en bèta, sociologisch: de historische canon

Naar aanleiding van de ondermijning van de Nederlandse cultuur die het gevolg was van het integratiedebat  , is er een commissie in het leven geroepen om een historische canon op te stellen. Volstrekt overbodig eigenlijk, omdat die canon aan ieder nog in de tijd van de Mammoetwet opgeleide burger bekend is. Niettegenstaande voelde men dus behoefte tot bevestiging, en het resultaat is een lijst van vijftig "vensters", ieder gerepresenteerd door een symbool of symbolisch persoon. Het enige symbool uit de bèta-hoek op deze lijst is de amateur-astronoom en planetariumbouwer Eise Eisinga. Dat is dermate eenzijdig, dat het zelfs sommigen uit het gewone publiek, opgegroeid in de anti-bèta houding van de Nederlandse culturele elite, opvalt (de titel in de krant slaat op een andere ingezonden brief en is gewijzigd tot het enkele woord 'canon') (de Volkskrant, 21-10-2006, ingezonden brief van M. Schutter (Vlaardingen)):
  Canon

De lijst met vijftig canonthema’s verdient hulde. Dat Michiel de Ruyter erin figureert als zeeheld en niet geafficheerd wordt als een door de natie gesanctioneerde zeerover beschouw ik als een bagatel.
    Wat mij onaangenaam verrast heeft, maar wellicht ook begrijpelijk kan worden gevonden, gezien de achtergrond van degenen die de canon hebben samengesteld, is de volstrekte afwezigheid van de verdiensten van uit Nederland afkomstige geleerden in exacte wetenschappen.
    Gallileo Gallilei kon zich pas bekeren tot het Copernicaanse wereldbeeld door in het toenmalige Holland de beschikking te krijgen over een telescoop.
    En wat te denken van de bijdragen van mensen als Kamerlingh Onnes, Van ’t Hoff, Lorentz en Oort die in de 19de en 20ste eeuw onnavolgbare impulsen hebben gegeven aan diverse ontwikkelingen in het begrijpen van de wereld om ons heen.
    Maar ja, dat maakt deel uit van de bèta-wetenschappen en daarin is het merendeel van de Nederlandse bevolking bij gebrek aan kennis niet geïnteresseerd. De samenstellers van de canon hebben er kennelijk ook niet aan gedacht. Jammer!

Een van de weinige "prominenten" die deze omissie is opgevallen was Ronald Plasterk, maar dat komt natuurlijk omdat deze zelf natuurwetenschapper is (TV Nederland 1, Buitenhof, 22-10-2006, gesproken column door Ronald Plasterk
  De canon van de alpha's

Afgelopen week is de canon gepresenteerd, een richtsnoer van wat we over onze geschiedenis en cultuur zouden moeten weten. Er is al veel aardigs over gezegd, terecht. De canon bestaat uit vijftig vensters. "Venster", zo noemt de commissie ieder van de vijftig plaatjes waarachter je een belangrijke historische ontwikkeling ziet. Dus achter Rembrandt staan de grote schilders van de Gouden Eeuw.
    Twee kanttekeningen. Eén: een gedachtenexperiment. De essentie van een canon is dat er consensus is, dus dat het echt gaat om een algemeen ervaren lijst, en niet een particulier lekker gek rijtje, een allerpersoonlijkste expressie van een allerpersoonlijkste emotie (verwijzing naar de dichter Kloos, hoeft u niet te herkennen want dat staat niet in de canon). Als eenvoudige experimentele onderzoeker denk ik dan: de manier om zo'n canon op te stellen is dus niet om een zeer geleerde commissie in te stellen, maar drie geleerde commissies. Je laat ze allemaal honderd vensters opstellen, en degenen die ze alle drie opnemen, die horen echt tot de canon. Ik zou voorspellen dat uit deze lijst dan Erasmus en Anne Frank nog steeds tot de canon zouden horen, maar De Stijl niet en Annie M.G. Schmidt ook niet.
    En hier mijn tweede duit in het zakje. De canon is geschiedenis, en geschiedenis wordt geschreven door alpha's, en alpha's hebben een apart, ik zou haast zeggen afwijkend, idee van waar het in de geschiedenis echt om gaat. De echte geschiedenis wordt gestuwd door exacte wetenschap en technologie. Mag ik twee vensters noemen? De ene zou ik noemen: de pil en de seksuele vrijheid. Voorbehoedsmiddelen maakten dat mensen seks konden hebben zonder dat er perse kinderen van kwamen, met grote maatschappelijke gevolgen.

 En venster twee: gezondheidszorg. In honderd jaar is de gemiddelde leeftijd die wij allemaal halen gigantisch toegenomen! Hier is het venster waar wat mij betreft qua belang alle mooie meubeltjes van de Stijl, prachtig hoor, en de watersnood van 1953, erg, en Hebban al vogalla, middeleeuw-se tekst, geinig hoor, drie keer op hun zijkant inpassen. Kijk: in 1880 werden we in dit land gemiddeld 40 jaar oud, hier ziet u dat stijgen, ziet u ook prachtig de dipjes van de twee wereldoorlogen, en dan nu worden mensen gemiddeld tachtig.
    Twee keer zo oud, in dik honderd jaar! Dat komt door gezondheidszorg (zoals de ontdekking van antibiotica en vaccins), beter drinkwater en sanitair, beter eten, kortom door exacte wetenschap en techniek.
    Geschiedenis wordt geschreven door alpha's, maar de geschiedenis wordt gemaakt door bèta's. Die hebben het zwarte garen uitgevonden, en het buskruit.

(Grafiek uit: Frans van Poppel e.a., Hoe lang leefden wij? Veranderingen in de levensduur en het doodsoorzakenpatroon, Bevolkingstrends, Vol. 53, 3, 2005, 13-25. (met dank aan Bennie Mols).)

Het feit dat de Volkskrant de argumenten van Plasterk, destijds columnist van de Volkskrant, en vele ander prominenten gesteund heeft middels het publiceren van een bèta-canon, heeft tot resultaat gehad dat de commissie op relatief zeer korte termijn is omgegaan (de Volkskrant, 04-07-2007, door Frits van Oostrom):
  Dit is de canon die iedereen moet kennen

Het gebruik van de geschiedeniscanon in het onderwijs hoeft niet meteen de vrees op te roepen voor ‘staatspedagogiek’, zegt Frits van Oostrom.


Tussentitel: Ook het immateriële erfgoed behoeft zorg en onderhoud

Onze commissie is verheugd dat zij haar slotrapportage mag presenteren in de canonieke ambiance van de Ridderzaal. Constantijn Huygens, destijds ’s lands hoogste ambtenaar en als zodanig kind aan huis hier op het Binnenhof, was trots op deze zaal. Vandaag zou hij hier ook nog eens een trotse vader zijn, omdat zijn zoon Christiaan het heeft gebracht tot venster in de canon zoals wij die vandaag herijkt ten doop houden. Hier zien we het wonderkind dat was voorbestemd voor de diplomatie, maar liever knutselde aan mechaniekjes, en in plaats van Latijnse verzen te schrijven liever cirkels tekende, en keek wat voor kringen er ontstonden als hij een stok in de vijver wierp – ‘mijn Archimedes’, zoals zijn vader hem liefkozend noemde: Christiaan Huygens die met zijn observerende, analytische instelling mede aan de wieg stond van de eerste wetenschappelijke revolutie, als een Nederlandse Newton.
    Wij hebben hem niet opgenomen in de canon om minister Plasterk te behagen. Het besluit ertoe was binnen onze commissie al genomen voordat hij als onze nieuwe principaal in beeld was. Wel speelde uiteraard een rol dat de columnist Plasterk en anderen al kort na onze eerste presentatie, op 16 oktober vorig jaar, een lans braken voor een betere representatie van de natuurwetenschappen in de canon van Nederland – klaarblijkelijk was het venster met Eise Eisinga en al zijn doorkijkjes onvoldoende.
    Deze kritiek maakte wel zo veel indruk op de commissie dat wij hebben besloten Christiaan Huygens en waar hij voor staat prominent in te ramen in de canon. De boekdrukkunst heeft er als venster het loodje voor gelegd, maar dat verlies is elders ondervangen. ...

Frits van Oostrom betoogt dus dat het zeer natuurlijk is dat Christiaan Huygens erbij hoort. Dat is erg fijn, want dan hoeven wij niet te betogen hoe grote een schande het is dat hij er oorspronkelijk niet bij was.
   De algemene verklaring voor het niet-waarnemen van iets dat op zich zeer opvallend is, is institutionele blindheid. Wat in dit geval die institutionele blindheid is, ligt voor de hand: de blindheid van alfa's voor alles wat bèta is. En die blindheid zit natuurlijk een even voor de hand liggende reden achter: hekel. Hekel, waarschijnlijk (groten)deels veroorzaakt door jaloezie.


Naar Alfa's en bèta's, sociologisch  , of site home  .