Bronnen bij Alfa denken, anti-bèta: anti-techniekOnder wat voorbeelden van een anti-bèta houding in de media en de intellectuele top van de maatschappij. Hier gaat om diverse zaken uit de wereld van de techniek (de Volkskrant, 20-07-2004, achtergrondartikel van Michael Persson):
De laatste zin laat de voorinstelling van de schrijver zien: er moet een grote stap gesimuleerd worden, dus is het geen grote stap, net als de eerste maanlanding, zie de eerste regel van het citaat, wat de tevens de titel van het stuk is. De enige geldige vraag is dan wat de criteria van de schrijver zijn voor wat al dan niet een stap voorwaarts is. We mogen aannemen, dat hij daar niet de wapenindustrie toe rekent, wat in de VS al enkele tientallen malen groter bedrag betreft. En eigenlijk hoort de hele consumentenindustrie ook niet tot de vooruitgang, dat is alleen maar opsouperen. Daarmee valt een nog veel groter deel van onze economische inspanning af. Het is aan de schrijver om aan te geven wat hij wel van vooruitgang vindt getuigen, maar men mag vermoeden dat intellectuele nieuwsgierigheid daar een deel van uit maakt. En intellectuele nieuwsgierigheid is de belangrijkste drijfveer van allen die met het hart achter de ruimtevaart staan. Blijft over de vraag waarom de schrijver zo’n stuk met een gemakzuchtig negatief oordeel opschrijft, en waarom het gepubliceerd wordt. Gemakzuchtige oordelen komen niet tot stand op de tijd van uitspreken, die had men al. En meestal is het dan ook zo dat op de tijd van ontstaan even gemakzuchtig gedacht werd. Een gemakzuchtig oordeel komt vrijwel altijd tot stand op dezelfde manier: men vindt dat het zo is, omdat het nu eenmaal zo is. Dat heet samengevat een vooroordeel. Je hoeft niet na te denken over wat “vooruitgang van de mensheid” betekent, want je weet dat ruimtevaart daar in ieder geval niet aan voldoet. Je hebt dan dus een negatief vooroordeel tegenover ruimtevaart. En waar ruimte vaart staat voor de meest ontwikkelde vorm van techniek, straalt dit dus ook af als een oordeel op techniek in het algemeen, en indirect ook op wetenschap. Het stuk is een uitstekend voorbeeld een veelvoorkomend verschijnsel in alle, maar vooral de links georiënteerde media, dat een wetenschapper (of bij of een wetenschappelijke prestatie) gevraagd wordt naar het nut van zijn werk (of de ontdekking). Anderen, van alfa-weten-schappers tot de meest klunzige kunstenaars, wordt nooit gevraagd naar het nut van hun werk ('De ontwikkeling en vergelijking van het werkwoord in de Indo-Arische talen') of de ontdekking. De reden ervan is simpel: vrijwel alle media-medewerkers zijn alfa's, die wel voeling hebben met alfa werk, en totaal niet met bèta. Het effect van de voortdurende nut-vraag aan bèta's is dat daarmee het nut van het bèta werk in twijfel wordt getrokken, versterkt door het feit dat ze meestal ook moeilijk te beantwoorden is, en ook versterkt door de weinig empatische houding van de interviewers. Het resultaat van dit continu doorlopende proces is dat er een bèta-mijdende houding ontstaat bij het algemene publiek, en ook bij scholieren die hun vakkenpakket moeten kiezen, leidende tot een voortdurende afname van het aantal bèta studenten gedurende de laatste decennia. Het bovenstaande stuk is een bijdrage aan het proces. Uit het onderwijsveld, over het tekort aan bèta studenten (de Volkskrant, 05-08-2004, hoofdredactioneel commentaar):
Zowel onderzoek als praktijk heeft uitgewezen dat voor succes in een exacte studierichting een hoger dan gemiddeld IQ nodig is, en wel een IQ hoger naarmate de studie exacter is, volgens de bekende reeks: geneeskunde, biologie, scheikunde, natuurkunde, wiskunde. Dit gegeven is nauwelijks te beïnvloeden door de methode van lesgeven. Wel te beïnvloeden is het enthousiasme voor een studierichting. Dit hangt in aanzienlijke mate af van het enthousiasme van de leraar en van het algemeen maatschappelijk klimaat ten opzichte van het vak. Er zijn geen aanwijzingen dat het enthousiasme voor hun vak aanzienlijk verschilt voor de leraren van verschillende vakken op school (zie hier voor een tegenvoorbeeld). Er zijn wel concrete aanwijzingen dat de maatschappelijke houding ten opzichte van de verschillende vakken aanzienlijk verschilt. Techniek en (exacte) wetenschap hebben gedurende de laatste decennia een negatieve, vieze, bijklank gekregen in de media. In het bedrijfsleven worden de goede praters veel beter betaald dan de goede ontwerpers. En op school zijn de vele vernieuwingen gegaan ten koste van het aantal lesuren in de exacte vakken, die daardoor nu ruim onder hun noodzakelijke minimum zitten. Het bovenstaande stuk is een voorbeeld van de negatieve houding van de media ten opzichte van techniek en wetenschap, en de bijbehorende vakken. Op formeel niveau staat er een impliciete ontkenning van het gegeven dat voor een exacte studie een minimaal noodzakelijke slimheid nodig is, een minimaal aantal lesuren, door te suggereren dat enthousiasme en methodiek die zaken kunnen compenseren, hetgeen onjuist is. Op het emotionele niveau staat er dat degenen die beter exact kunnen werken 'bollebozen' zijn, een volwassenenvariant van "stuudje" en bottere vormen van pesterij, en de schuld van het afnemende aantal bèta studenten wordt zonder bewijs op grove wijze in de schoenen van de exacte docenten geschoven met termen als leerlingvijandigheid, gebrek aan vernieuwingsdrang en didactisch tekortkomen. In de krant staan vele vormen van deze vijandige houding ten opzichte van techniek en wetenschap. Een bekend deelaspect (de Volkskrant, 12-01-2005, door Ewout Irrgang, econoom en politicoloog):
Het artikel is een volledige uitwerking van een enkel argument: minder bemande ruimtevaart geeft meer wetenschappelijk resultaten. Het eerste deel hiervan: met onbemande ruimtevaart zijn wetenschappelijke resultaten goedkoper dan met bemande ruimtevaart is een feit dat al meer dan een decennium vast staat. Toch is er nog steeds bemande ruimtevaart, en is er zelfs een ruimtevarende natie bij gekomen: China. Er moeten dus andere redenen zijn dan wetenschappelijk nut. Die redenen zijn er twee: prestige en avonturendwang. De bestedingen aan bemande ruimtevaart worden niet gedaan uit wetenschappelijke overwegingen, maar uit prestige en avonturendwang. Zowel emotioneel als financieel is het terrein dat het nauwste contact heeft met prestige en avonturenruimtevaart dat van de defensie. Sowieso is het budget van het Pentagon voor ruimtevaartactiviteiten meer dan drie maal zo groot als dat van NASA. Dat betekent dat besparingen op het gebied van bemande ruimtevaart in eerste instantie ten goede zullen komen aan defensie, en dus niet aan de wetenschap. Dat betekent dat Irrgangs verhaal irrelevant is: het verminderen van bestedingen aan bemande prestige en avonturen-ruimtevaart betekent niet een toename van wetenschappelijk onbemande ruimtevaart. De inhoud van het artikel deugt niet, er is geen directe aanleiding voor het artikel, en de grote vraag is dus waarom het geplaatst is. Ook de bron, een econoom en politicoloog, is nauwelijks aanleiding voor plaatsing; men kan er ook direct op wijzen dat economen en politicologen nog stukken onnutter en zinlozer zijn dan welke ruimtevlucht dan ook, bemand of onbemand, en hun aantal over de hele wereld zal ook tot grote financiële lasten leiden. Kortom, dit artikel lijkt voornamelijk geplaatst vanwege de negatieve boodschap, die weerslaat op de houding ten opzichte van techniek in het algemeen. Een kenmerkende voor de alfa-attitude (de Volkskrant, 15-01-2005, door verslaggever Michael Persson):
Van alle mogelijke positief gekleurde bijvoeglijke naamwoorden is 'keurig' wel een van de zwakste. In de meeste media, vooral in Amerika, werden veel enthousiastere termen gebruikt. Op zich geen spectaculair gebeuren, maar volledig passend in het patroon van weerstand tegen techniek en natuurwetenschappen. Een onbekende variant van een bekend thema (DePers.nl, 25-08-2009, door Marcel Hulspas):
Het bekende thema: wetenschap is de schuld van de atoombom en de gruwelen van de oorlog, en de variatie is: de techniek is de schuld van de gruwelen van de Eerste Wereldoorlog. Vindt Marcel Hulspas. Naar Alfa denken, anti-bèta , Wetenschap, cultuur , Linkse denkfouten , of site home .
|