Klassenstrijd, globalisering: de pro-campagne
|
18 jul.2008 |
Onderstaand artikel hoort bij een nog niet gepubliceerd artikel over de
klassenstrijd. Vanwege de actualiteit en de aardigheid ervan een
"voorpublicatie".
Als we de normale berichten en opiniestukken mogen geloven, zijn we voor een
goede toekomst van de wereld volledig en uitsluitend aangewezen op
Europeanisering en globalisering. Het project van de Europeanisering is ooit
begonnen als een verzameling handelsovereenkomsten, maar wordt door de regerende
klassen van Europa regelrecht gestuurd naar een gezamenlijke Europese
grootmacht, een Europees Imperium van een vorm als de Verenigde Staten.
De globalisering wordt dezelfde groep mensen omarmd als een
noodzakelijke volgende fase in die richting, waarvan we nu al op economisch
gebied de eerst stappen moeten zetten. Helaas, voor hen, is er in de tussentijd een
steeds grotere weerstand tegen deze projecten vanuit de rest van de bevolking,
die echter alleen tot uitdrukking kan komen middels niet-regentenpartijen als de
SP (sterk voor Europeanisering en globalisering: VVD, PvdA, D66, en GroenLinks;
meelopers: CDA), en in de zeldzame gevallen dat er referenda worden gehouden - zoals in
Nederland en Frankrijk en recent Ierland, waar de Europese Grondwet verworpen is.
Tegen deze weerstand van onderen wordt een voortdurende
campagne gevoerd in vrijwel alle media, met diverse toonzetting, reikende van: "U zou toch beter kunnen weten",
of "Als u maar naar ons luistert ...", tot
regelrechte belediging. Dat het hier over vrijwel alle media gaat, komt omdat,
net als in vele andere van dit soort zaken, er sprake is van een ongeplande maar
daarom niet minder reële coalitie tussen links en rechts: links streeft ernaar
op grond van ideologie ("Eén wereld"), en rechts op grond van machts-, geld-, en
eigenbelang
Onderstaand een paar artikelen uit die campagne, naar
aanleiding van twee bijna achtereenvolgende afleveringen in de Volkskrant,
vergezeld van wat andere bronnen. Tezamen geven ze een glashelder beeld
van de rol van deze discussie in de klassenstrijd. Met de noot: eigenlijk hoeft
u de eerst artikelen niet echt goed te lezen, alleen de commentaren erachter want
daarin is alles
samengevat - en uiteindelijk gaat het alleen maar om de laatste, die alles in één klap
inzichtelijk maakt, op een zeer aanzichtelijke manier.
Eerst de "U zou toch serieus beter moeten" weten versie:
Uit:
De Volkskrant, 09-07-2008, door Theo Bovens e.a.
Globaliseren moet, in stapjes
De overheid moet de angst voor globalisering serieus nemen, maar niet vervallen
in conservatisme, betogen Theo Bovens e.a.
Tussentitel: Het verzet tegen globalisering ‘achterlijk’ noemen, is
kortzichtig
Uit het recente Ierse ‘nee’ tegen het Verdrag van Lissabon, blijkt wederom dat
er een sterker maatschappelijk draagvlak voor globalisering nodig is. Het was
een ‘nee’ dat, evenals eerder in Frankrijk en Nederland, niets te maken had met
een specifiek verdrag, maar alles met de Europese eenwording als zodanig. En die
eenwording is op zijn beurt zowel een reactie op als een onderdeel van
globalisering.
Veel bestuurders en commentatoren vinden het lastig te
reageren op dit protest. Hoe is het mogelijk dat zo’n Ierland zich verzet tegen
de Europese eenwording? De Ierse welvaart is te danken aan directe Europese
steun, en een gevolg van het vrije verkeer van producten, kapitaal en mensen.
Dat gold ook voor Nederland en Frankrijk; eveneens behorend tot de rijkste
landen ter wereld. Waarom wijzen mensen iets af dat ‘evident’ en ‘objectief’
goed voor hen is? ...
Het valt niet te ontkennen dat snelle globalisering, vooral
in landen waar wet- en regelgeving niet op peil zijn, erbarmelijke
arbeidsomstandigheden en milieuvervuiling verder kan doen toenemen. ...
De tweede categorie van verzet en stress ligt bij de
‘verliezers’: diegenen die niet of onvoldoende profiteren van de geweldige
economische groei in de afgelopen decennia. Die verliezers zijn natuurlijk
talrijk in een aantal ontwikkelingslanden (alhoewel lang niet alle, denk aan
China en India), maar ook in het ‘rijke Westen’. Als je 57 bent en net je baan
hebt verloren als gevolg van offshoring, met nauwelijks recht op WW en met niets
anders dan de sociale dienst in het verschiet, dan ziet de geglobaliseerde
wereld er even minder zonnig uit. Ook hier bestaat maar een oplossing: overheden
moeten hun eigen beleidsruimte benutten om het aantal verliezers als gevolg van
economische verschuivingen te minimaliseren. Die ruimte is in Nederland meer dan
toereikend. ...
De derde, en niet de minste vorm van globaliseringsstress is
echter minder eenvoudig te duiden. Het gaat hier in sociaal-economische termen
juist om ‘winnaars’: mensen die ondubbelzinnig geprofiteerd hebben van de
economische groei, die op zijn beurt weer het gevolg is van de geweldige groei
van het handels- en kapitaalverkeer in de afgelopen jaren. De neveneffecten van
die groei worden door hen echter bijzonder negatief ingeschat.
Die neveneffecten zijn te typeren als de afbrokkeling van de
vertrouwde sociale omgeving. Historisch gezien zijn vrijwel alle mensen altijd
afhankelijk geweest van de gemeenschap waarin ze leefden en werkten. Familie,
stam, dorp, bedrijf of de natiestaat: binnen gemeenschappen verwierven mensen
hun bestaansrecht, bestaanszekerheid en identiteit. Deze band met de gemeenschap
levert naast bestaanszekerheid en identiteit een groot aantal positieve effecten
op: verantwoordelijkheidsbesef, betrokkenheid en geborgenheid, zijn de
belangrijkste.
‘Globalisering’ betekent dat deze traditionele verbanden hun
invloed en betekenis verliezen. Ook de natiestaat heeft in veel opzichten aan
macht ingeboet: een toenemend aantal regels wordt niet meer in Den Haag, maar op
abstract EU-niveau of zelfs daarbuiten, bijvoorbeeld in de WTO, bepaald. Voor
bedrijven geldt dat zij in hoge mate afhankelijk zijn van besluitvorming over
kapitaalstromen waar ze weinig of geen enkele invloed op kunnen uitoefenen. Het
feit dat een bepaalde vestiging of divisie goed draait en zelfs voor een flinke
winst zorgt, is geen enkele garantie meer voor voortbestaan. Hoewel substantiële
nationale beleidsruimte blijft bestaan en deze zorg dus niet altijd reëel is,
blijft de perceptie van onmacht en afhankelijkheid bij burgers en politici een
realiteit.
Invloed en macht verschuiven niet alleen naar hoofdkantoren
in de wereld van politiek en kapitaal: het individu zelf krijgt meer
verantwoordelijkheid opgelegd voor zijn leven en zijn keuzen. Al decennialang
worden mensen er op gewezen dat de ‘baan voor het leven’ een fictie is. De
hedendaagse werknemer moet zich opstellen als de ‘BV-ik’ en de regie van zijn
loopbaan in eigen handen nemen. Loyaliteit richting het bedrijf is een zakelijke
voetnoot geworden.
De spagaat is voor vele burgers merkbaar. Enerzijds
profiteren zij volop als individuele producenten en consumenten van de
veranderingen in het economisch systeem. Anderzijds zien zij met de instroom van
vele categorieën nieuwe Nederlanders de vertrouwde gemeenschappen afbrokkelen,
en daarmee wankelen de vertrouwde identiteiten. Deels is dit natuurlijk al
eerder ingezet met de verdwijning van de verzuiling. ...
Een te hoog tempo van politieke ambities of tegenstrijdige
maatregelen voor integratie en globalisering kunnen juist het veranderingsproces
blokkeren. Zo moet de EU het ‘nee’ nooit proberen te compenseren met meer
regionaal steunbeleid, of, zoals Nicolas Sarkozy bij het Franse voorzitterschap
van de EU deze week suggereerde, proberen ‘om de burgers meer bescherming te
bieden’. Ook Den Haag moet zich niet ambivalent opstellen maar slechts daar waar
echt negatieve effecten optreden, steun bieden. Laten we er maar aan wennen:
‘Europa’ en ‘globalisering’ zullen vooralsnog even noodzakelijk als impopulair
zijn.
Theo Bovens (Open Universiteit), Louise O. Fresco (Universiteit van Amsterdam)
en Marco Wilke (Nicis) zijn Kroonleden van de de Sociaal Economische Raad.
Red.: Dit zijn de gematigden. Ze erkennen dat er problemen
zijn. Toch zegt men: 'globaliseren moet'. Maar omdat door de problemen de meeste
burgers ertegen zijn, moet het dus in stapjes.
Heel merkwaardig: nergens wordt uitgelegd waarom
globaliseren moet. Nergens wordt zelfs een gunstig aspect van globalisering
aangevoerd. Je zou bijna vragen: is dat gunstige aspect er dan wel? Dus maar op
naar de volgende voorstander, die het misschien wel weet:
Uit:
De Volkskrant, 16-07-2008, door Letty Reimerink
Erken dat niemand meer honkvast is
Steeds minder mensen wonen hun leven lang in hetzelfde land, dezelfde wijk of
hetzelfde huis. Letty Reimerink wil dat beleidsmakers dat nu eindelijk eens
erkennen.
Tussentitel: Mensen komen en gaan, maar de regels lopen achter die feiten aan
Elke verandering is een bedreiging. Dat lijkt het adagium van veel politici,
opvallend vaak van SP-huize. Er heerst paniek over de Polen die ons land
overstromen en zogenaamd banen inpikken van Nederlanders. De grenzen moeten
dicht, wordt er dan meteen geroepen. Ondertussen zijn werkgevers ontzettend blij
met de goede arbeidskrachten en zijn de Polen de redding voor onder meer de
woningmarkt in het sterk krimpende Zuid-Limburg. ...
De mensen in Europa bewegen. Ze zijn op zoek naar werk, naar
een betere opleiding, naar ruimte, naar zon of naar avontuur. West-Europese
boeren trekken naar het oosten, omdat ze daar veel meer ruimte hebben en nog
echt kunnen boeren. Gepensioneerden trekken massaal naar de zonnige kusten in
Spanje. ...
Red.: Zo, dat is genoeg. De rest is meer van hetzelfde, met
als lering dat de overheid dit allemaal moet gaan faciliteren.
Dit is dus de ideologische benadering: door migratie en
globalisering krijgen we de pot goud aan het eind van de regenboog. Geen enkel
woord over hoe dat "goud" tot stand komt - er wordt gesteld dat het zo is.
Helaas worden we ook hier niet wijzer. Dat deze regenboog
bewering misschien iets minder betrouwbaar is moge blijken uit het feit dat hier
niet eens de nadelen genoemd worden die het eerste artikel nog wel heeft
gevonden. Zoals gezegd: dit is pure ideologie. Let ook op de opmerking over de
SP: "de weerstand komt opvallend vaak van SP-huize". Dat klopt - de overige
partijen zijn mordicus voor, maar durven het meestal niet zo te zeggen want ze
vinden de SP nu al te groot.
Van het derde artikel, voorbeeld van de "schelden"-variant,
hebben we alleen de kopteksten nodig:
Uit: NRC Handelsblad, 27-12-2006, door Ilja Leonard Pfeijffer
De boeren hebben de macht gegrepen
Nederland is in 2006 een
kleinburgerlijk, provinciaals, xenofoob land geworden. Nederland heeft definitief
gekozen voor de nostalgie van het verleden,voor de knusheid van benepen
burgerlijke bangigheid, voor nationale trots op de koekjestrommel, signaleert
Ilja Leonard Pfeijffer.
Red.: Nou, dat is toch duidelijk genoeg, is 't niet? Eveneens
karakteristiek: de auteur is prominent lid van de culturele elite - al dan niet
"links" (meestal wel, natuurlijk). Voor wie hem niet kent: Ilja Leonard
Pfeijffer is succesvol en prominent schrijver van gedichten en boeken.
Nou, we hebben volkomen representatieve voorbeelden van alle drie
de varianten van het pleidooi voor globalisering gezien. Van sociale
wetenschappers in het bestuur, van beleidsmakers, en van intellectuelen, al dan
niet cultureel. Maar nog geen hint van een goede reden waarom globalisering echt
zo noodzakelijk is, dat de wereld op geen enkele andere manier vooruit
kan.
Het volgende artikel maakt dat in één klap duidelijk. Het
onderwerp is hier iemand die middenin dit proces van globalisering functioneert
- die een archetype is voor bijna alle zaken die boven beschreven staan: ze
bestuurt, is ruimdenkend, en bereid tot verhuizen voor ander werk, want dat
heeft ze net gedaan. Het gaat over Evelien Herfkens, die voor de PvdA minister
van Ontwikkelingssamenwerking is geweest, en een aantal maanden terug een baan heeft
gekregen bij een VN-organisatie. Daarover ontstond recent ophef, toen bleek dat
ze, naast haar zeer ruime VN-inkomen, ten onrechte enkele tonnen (huur)subsidie had
ontvangen van Nederland, omdat, legde ze uit in een interview, "ze niet tegen een blinde muur wilde aankijken".
Hoe dat "niet tegen een blinde muur willen aankijken" eruit ziet, ziet u nu:
HP/De Tijd, 13-06-2008.
Jaloersmakend
De foto stond in Weekend, en is te mooi om niet over te nemen. We zien
PvdA-icoon Eveline Herfkens in een sneeuwwitte cabrio met het kenteken HRFKNS,
bij haar villa in een natuurpark vlak bij Washington DC. Sigaretje losjes
bungelend in de ex-ministeriële mond.
Kleinburgerlijk Nederlands geklaag over die twee ton ten onrechte ontvangen
huursubsidie is heerlijk ver weg.
Red.: Nou, is dit niet in één klap volkomen duidelijk?
Globalisering is er voor de elite, om het klootjesvolk nog beter een poot te
kunnen uitrukken!
En laten we even later dit nog uit het archief vissen:
Uit:
De Volkskrant, 07-02-2008.
‘Topinkomens horen bij globalisering’
Topinkomens horen bij grote, internationale bedrijven. Een land dat dat niet
accepteert, zet zichzelf buitenspel. Dat zegt Bernard Wientjes, voorzitter
van VNO-NCW ... . ‘We moeten accepteren dat het internationale maaiveld minder vlak is
dan het Nederlandse, ook bij topbeloningen. Dat kun je leuk vinden of niet, het
is kiezen tussen mee doen of buitenspel staan.’
Red.: Dat laatste is natuurlijk een keiharde leugen van een
belangenbehartiger van de topinkomens - de VNO-NCW is de ondernemersclub, die in
de praktijk alleen voor de grote ondernemers opkomt (het midden- en kleinbedrijf
heeft een eigen club), en daarbinnen eigenlijk ook niet voor ondernemen, maar
voor de verdediging van exorbitant inkomen en bezit. Een club die in
alle opzichten voor een reactionaire politiek is - 'reactionaire' staande voor "Terug naar
de tijd van Dickens".
En de globalisering, met een voorraad van een paar miljard
armoedzaaiers die voor een grijpstuiver alles willen doen, is natuurlijk de
snelste weg terug naar de tijd van Dickens.
Het eerste artikel, dat van de SER-leden, is ook anderen opgevallen in zijn
contrast tussen werkelijkheden en wensen:
Uit:
De Volkskrant, 16-07-2008, door Paul Kalma, lid van de Tweede Kamer voor
de Partij van de Arbeid
De SER negeert het gevaar van globalisering
Paul Kalma is blij dat de SER het verzet tegen globalisering serieus neemt. Maar
waarom erkent de Raad dan niet ook dat die bezwaren veelal terecht zijn? ·
Tussentitel: Door meer concurrentie komt het arbeidsbestel in Europa onder
druk
Al sinds minister Koos Andriessen, begin jaren negentig, een 'globaliseringsshow'
organiseerde, probeert elk kabinet in Nederland het maatschappelijk draagvlak
voor internationale open markten te versterken. Voorlichtingscampagnes en
onderzoeksrapporten moeten de bezorgdheid van veel Nederlanders (over groeiende
internationale concurrentie, arbeidsonzekerheid, toenemende sociale
ongelijkheid) wegnemen. Dat die bezorgdheid misschien gerechtvaardigd is, wordt
zelden besproken.
Nu klinkt vanuit de Sociaal-Economische Raad een ander
geluid. Neem het verzet tegen globalisering serieus, schrijven de Kroonleden
Bovens, Fresco en Wilke naar aanleiding van een recent SER-advies over
globalisering (Forum, 9 juli). Daar bedoelen ze mee dat beleidsmakers met onze
tegenstribbelende bevolking wat meer geduld zouden moeten hebben.
'De belangrijkste les voor de politieke elite, aldus de auteurs, 'is dat mensen
tijd nodig hebben. Om aan nieuwe instituties en identiteiten te wennen terwijl
oude al aan het verdwijnen zijn.'
Geduld en begrip: dat klinkt erg pedagogisch. Alsof het om
kinderen gaat die naar een andere stad verhuizen ('niet leuk, maar met een
nieuwe school en nieuwe vriendjes gaat dat heus wel weer over'). Maar de
vaststelling van de Kroonleden dat het verzet tegen globalisering serieus moet
worden genomen, is zonder meer een vooruitgang. Misschien willen ze zelfs nog
een stap verder gaan. Is dat verzet, behalve begrijpelijk, niet ook terecht?
Hebben de betrokken burgers niet tot op grote hoogte gelijk, wanneer ze de
zegeningen van de globalisering in twijfel trekken?
Neem het meest uitgesproken voorbeeld van die globalisering:
de opmars van internationale financiële markten en machten. De liberalisering
van het kapitaalverkeer in de jaren tachtig heeft de financiële sector sterk
doen groeien - en, in combinatie met de jacht op
kortetermijn-aandeelhouderswinsten, grote, moeilijk in te schatten risico's
geïntroduceerd. Ze doen, zoals de Amerikaanse econoom Paul Krugman al tijdens de
vorige financiële crisis, eind jaren negentig, schreef, 'iedereen met enig
historisch besef de rillingen over de rug lopen'.
Daarnaast neemt de concurrentie tussen bedrijven toe. Die
zet, met de import en export van werk, het arbeidsbestel ook in Europa onder
druk. Langer en harder werken wordt overal het devies. Intussen krimpt de
sociale zekerheid en krijgen werknemers het beleggingsrisico van hun aanvullende
pensioen toegeschoven. We naderen een periode, zo luidt de plausibele stelling
van Arie van der Zwan 'waarin de druk op de factor arbeid groter zal zijn dan
die nu al is'.
Voor alle duidelijkheid: globalisering is niet de grote
boosdoener waarvoor sommigen haar houden. Het is een fascinerend proces, dat
elders miljoenen mensen uit de armoede trekt. Maar het brengt - in sociaal en
ecologisch opzicht ook grote nadelen en gevaren met zich mee. De Europese
sociale markteconomie, zo laten de voorbeelden zien, zal het in ieder geval
moeilijk krijgen. Is het dan vreemd dat veel mensen vermoeden dat hun kinderen
het slechter zullen hebben dan zijzelf? En zal het, zonder een politiek en
maatschappelijk tegenoffensief, ook niet feitelijk die kant op gaan?
En dan nog een vraag: waarom valt er in het SER-advies zelf
van zo'n tegenoffensief niets te bespeuren? Sterker nog: waarom komen de hier
aangesneden globaliseringsvraagstukken niet of nauwelijks aan de orde? Het
advies is een degelijk werkstuk, dat langs klassiek-economische lijnen de
positie van Nederland in de internationale arbeidsverdeling' in kaart brengt.
Vol lof voor 'vrijhandel met flankerend beleid'; rijk aan relativeringen; en
afgesloten met een mooi voorstel voor globaal maatschappelijk verantwoord
ondernemen. Maar aandeelhouderseconomie en superkapitalisme blijven buiten
beschouwing.
Ook de financiële markten worden, op een enkele zin na, niet
besproken. En de inkomensverdeling in ons land, inclusief topmanagers, wordt als
relatief bevredigend beoordeeld, mede op basis van cijfers tot 1999 (!). Gebrek
aan urgentie: dat is de indruk die het advies achterlaat. De nationale
beleidsruimte, zo constateert de SER terecht, is vaak groter dan gedacht. Maar
hoe die, los van evergreens als de kennisinfrastructuur, moet worden aangewend,
blijft in het vage. Of het zou de dubieuze oproep van de Raad voor maximale
interne marktwerking in de EU moeten zijn. Of de suggestie om, in het kader van
het vestigingsklimaat, over een sterk denivellerende 'vlaktax' te praten.
... wellicht vindt voorzitter Rinnooy Kan te zijner tijd gelegenheid om uit
te leggen waarom de Raad - terwijl voor het Rijnlandse model al af en toe een
alarmbel rinkelt - zo'n plichtmatig, alle brisante globaliseringsthema's
ontwijkend advies heeft uitgebracht.
Red.: Hier staat in uitgebreidere en wat nettere woorden
precies hetzelfde als de conclusies van de redactie - behalve die omtrent wie er
profiteren, en hoeveel ze profiteren.
Overigens is Paul Kalma wel Tweede Kamerlid voor de PvdA,
maar zijn partij heeft zich in de praktijk volledig achter de Europeanisering en
globalisering geschaard.
Overigens 2: SER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan, allerwegen
een verlicht en intelligent man geacht, wat hij waarschijnlijk ook is vergeleken
met zijn omgeving, hoeft natuurlijk helemaal niet toe te lichten waarom zijn
club zo'n slecht onderbouwd stuk heeft afgeleverd want dat kan iedereen zelf
verzinnen: hij is zelf ook voor globalisering, en weet ook geen manier om dat te
verkopen.
Voor de volledigheid en van wat eerder terug, een variant
tussen die van Kalma en de redactie in:
Uit:
Volkskrant website, Opinie, 06-05-2008, door Thomas von der Dunk
Democratisering is geen oplossing
...
CDA, PvdA en VVD
bieden al twintig jaar slechts lichte varianten van dezelfde neoliberale
eenheidsworst: meer marktwerking, open grenzen, flexibele lonen, want dat heet
goed voor u. Elke afwijking naar links of rechts werd als onmogelijk of
onfatsoenlijk buiten discussie verklaard.
Daarmee hebben zij geen bevredigend antwoord op de angsten van de
moderniseringsverliezers van de globalisering. De sociaal-culturele en
sociaal-economische prijs van de grenzenloze markt van mensen en banen wordt
immers niet in de villawijken, maar in de Schilderswijken betaald - in de vorm
van de intocht van mensen uit andere culturen en van de uittocht van banen naar
andere landen. ...
Red.: En tegenover 'moderniseringsverliezers', wat de elite
ziet als de boeren, het klootjesvolk, staan "moderniseringswinnaars". En
daar hebben we boven al mee kennis gemaakt.
Maar er kwam een vervolg. Het commentaar van Paul Kalma na de
twee inhoudsloze jubelstukken, was kennelijk dusdanig welgemikt dat er weer een
pro-globaliseringsreactie geplaatst werd:
Uit:
De Volkskrant, 30-07-2008, door Joop Hazenberg, voorzitter van stichting
Prospect, een denktank van jonge academici die zich richt op grote
maatschappelijke thema’s
Benut het enorme succes van globalisering
Open grenzen zijn geen gevaar voor Nederland, noch ‘best belangrijk’, stelt Joop
Hazenberg. Globalisering verrijkt ons leven. Laten we zorgen dat dat nog lang zo
blijft.
Hoera, Nederland kiest voor de wereld! Het kabinet en de Sociaal-Economische
Raad hebben in een recent charmeoffensief het globaliseringsproces omarmd.
Volgens de SER hoeven we niet bang te zijn voor globalisering (Economie, 30
mei). Mits we de beleidsknoppen wat aandraaien, blijft Nederland competitief en
sociaal sterk, aldus een advies van de raad. ‘Een race to the top’,
schatte staatssecretaris Frank Heemskerk van Economische Zaken onze kansen op de
mondiale markten in, ‘waarbij we zelf aan het roer zitten.’
Met dat ‘we’ bedoelde hij zeker niet zijn partijgenoten. Want
de PvdA verschuilt zich liever achter hoge dijken tegen nieuwe economieën: zo
hekelt Tweede Kamerlid Paul Kalma de optimistische toon van het kabinet en de
SER over globalisering. Hij verwijt hen ‘gebrek aan urgentie’ (Forum, 21 juli)
en ziet globalisering als een ontregelend proces. Volgens hem schuilen in een
open markt verschrikkelijke gevaren, van ‘superkapitalisme’ tot ‘concurrentie
tussen bedrijven’. Verharding van de wereldeconomie zet het Europese sociale
model onder grote druk. Kalma begrijpt daarom niets van het zonnige advies van
de SER. Die heeft in zijn ogen ‘alle brisante globaliseringsthema’s’ ontweken.
...
... Kalma jaagt het angstdenken aan en doet een bedenkelijke
oproep tot een maatschappelijk tegenoffensief. Enkele Kroonleden van de SER
zitten op een ander, niet minder onverstandig spoor. Theo Bovens, Louise Fresco
en Marco Wilke vinden dat zo’n offensief begrijpelijk is, maar dat de bevolking
gewoon moet ‘wennen’ aan globalisering (Forum, 9 juli). Ze stellen een
‘proactieve beleidsmix’ voor om eventuele negatieve effecten ‘te redresseren’.
Dit doet denken aan de campagne Europa, best belangrijk,
bedoeld om het draagvlak voor de EU te vergroten. De Kroonleden passen deze
filosofie nu toe op globalisering; ze stellen dat een ‘sterker maatschappelijk
draagvlak nodig is’.
Leren ze dan niets van het referendum? Een draagvlak bouw je
niet op propaganda of op het ‘serieus nemen van zorgen’. Wel op leiderschap en
op getoonde visie.
Trouwens, er valt anno 2008 nog geen oordeel te vellen over
omvang en gevolgen van globalisering. Volgens economen als Richard Baldwin
hebben we er nog niet een kwart van gezien; winnaars en verliezers zijn er nog
niet. Het proces kan nog versnellen, vertragen, of zelfs omdraaien.
Wel staat vast dat globalisering tot nu toe voor de meeste
landen bijzonder gunstig is geweest. Ook voor Nederland, dat zijn welvaart zag
stijgen en het aantal banen zag toenemen. De uitbreiding van de EU heeft ons
veel opgeleverd en zal dat wellicht lang blijven doen. ...
... Babyboomer Kalma spreekt vooral voor zijn eigen generatie
als hij zegt dat burgers ‘globalisering in twijfel trekken’. Die fout maken de
SER-leden óók, met hun constatering dat nieuwe generaties open grenzen niet
omarmen. Waar halen ze dat vandaan? Voor jongeren is Europa een gegeven, de
wereld een speeltuin. Zij zijn in tien jaar veel pro-Europeser geworden,
bevestigt het SCP-onderzoek Marktplaats Europa uit 2007. ICT, goedkope
vliegtickets en sociale netwerken op internet zijn hun tools om de wereld te
verkennen. Daarom moeten ze zich meer gaan roeren in dit debat. Kalma’s
doemdenken en de ‘beleidsmix’ van de SER brengen ons niet verder.
Red.: En ook na naarstig zoeken: weer geen enkel inhoudelijk.
Oh ja, toch wel: globalisering zorgt voor economische groei. Misschien klopt dat
- er is economische groei. Maar economische groei is tot nu toe een ordinair
cyclisch verschijnsel geweest, en morgen is er weer een economisch dal - ook mét
globalisering. Een ander verschijnsel staat wel vast: met globalisering stijgt
de maatschappelijke tweedeling, en het kan dus best zo zijn dat er een
economische groei is, terwijl een kleine top daarvan profiteert, en de grote
onderkant erdoor minder af is.
Kijk, en dat laatste proces, daar zijn natuurlijk wel heel
veel mensen voor, maar dan vooral mensen uit die top. Dat dit ook geldt voor Joop Hazenberg,
blijkt uit deze kleine "biografie"
Uit:
NRC Handelsblad, 20-03-2006
Jongerenbeweging ‘Lux Voor’ wil politiek veranderen
Het moet allemaal anders in de politiek, vinden twintig jonge leden van de PvdA,
VVD, CDA, D66 en GroenLinks. Ze verenigden zich in de beweging Lux Voor. Niet
links, niet rechts maar wel progressief, zeggen ze zelf. Joop Hazenberg (29),
ooit medewerker van VVD-aanvoerder Jozias van Aartsen, is een van de oprichters.
Wat is er mis met de politiek?
„De scheidslijnen tussen de huidige partijen zijn niet echt meer. Dit bestel
heeft zichzelf overleefd. Nu zit de strijd veel meer tussen de conservatieven en
progressieven binnen de partijen. Wouter Bos wil wel vooruit, maar is gebonden
door de mastodonten in zijn partij. Bij de VVD hebben we de discussie tussen
Wiegel en Hirsi Ali. Er is een generatieconflict.”
Wat willen jullie eigenlijk?
„We willen dat de rechten van het individu centraal staan, geen starre
verzorgingsstaat. We willen een civil society zonder al die verstikkende
verkokering.” ...
Red.: Lust u nog peultjes? 'Starre verzorgingsstaat' is
de uitdrukking van neoliberalen voor iedere maatschappij met sociale
voorzieningen. Wat deze neoliberale VVD'er wil is de aloude ieder-voor-zich
maatschappij, waarin de getalenteerden en de rijken zich naar believen kunnen
uitleven ten koste van de rest van de maatschappij. Welkom in de wereld van de
globalisering! Welkom in de Wereld van Peter Stuyvesant
.
Er was weer een aanleiding voorvernieuwde kracht bij de
globaliseringwinnaars: de uitverkiezing van Barack Obama tot president van de
VS:
Uit: De Volkskrant, 15-11-2008, door Wim Bossema
Kosmopolieten aller landen, van Erasmus tot Obama
Over: Wat heeft het 'nieuwe kosmopolitisme' Europese jongeren te
bieden? Door: Milena Oda, Marcin Senderski, Juliane Schmeltzer Dybkjaer,
Eleni Aristotelous, Bryan Walker, Sorina Buzati, Sadik Al-Azm, Eduard Nazarski.
Waar: Felix Meritis, Amsterdam.
Wat een gelukkig toeval voor de uitreikers van de Erasmusprijs dat in diezelfde
week Barack Obama tot president van de VS werd gekozen. 'Het nieuwe
kosmopolitisme' is dit jaar het thema van de prijs en wie belichaamt het
wereldburgerschap beter dan Obama?
Blanke Amerikaanse moeder, zwarte Keniaanse vader,
Indonesische stiefvader, zwarte Amerikaanse echtgenote. Obama's boek Dreams
from my Father leest als een ode aan het kosmopolitische levensgevoel. Met
de herinneringen aan zijn jeugdjaren in Indonesië, pubertijd bij zijn blanke
grootouders op Hawaii, studietijd in Los Angeles, New Vork en Harvard, zijn
buurtwerk in Chicago, zijn politieke carrière en natuurlijk het zoeken naar
familiebanden in Kenia (zijn vader verliet het gezin toen Barack 2 jaar was en
kwam in 1982 om bij een autoongeluk).
De Erasmusprijs ging naar Ian Buruma, ook een genetisch
bepaalde kosmopoliet - zij het minder exotisch dan Obama - met een Nederlandse
vader en Britse moeder. De prins van Oranje (ook een kind van ouders uit
verschillende naties, merkte Buruma op) roemde de open visie op de wereld van de
laureaat en plaatste diens kosmopolitisme in de traditie van Erasmus zelf met
diens credo: waar het goed is, is mijn vaderland (ubi bene, ibi patria).
Maar zo vanzelfsprekend is dat ideaal van kosmopolitisme
helemaal niet meer, zei Buruma in zijn dankwoord (zie: erasmusprijs.nl). Het is
veeleer mode het ideaal van tafel te vegen als antinationaal en als 'moreel
relativisme'. Maar de enige hoop voor een goede wereld blijft: tolerantie.
Wel toonde hij zich gevoelig voor het verwijt dat
kosmopolitisme elitair is. En gek genoeg was dat het dominante thema bij een
discussie tussen een groep jonge Europeanen en Erasmuslaureaten uit eerdere
jaren, vorige week in Felix Meritis.
'Ik weet dat ik bevoorrecht ben door mijn opleiding en mijn
milieu, dat ik veel kan reizen en daarom kosmopoliet kan zijn', was de teneur in
de opstellen die 'veelbelovende jongeren' uit heel Europa hadden geschreven. De
winnaars van die opstelwedstrijd mochten naar Amsterdam komen.
Zes van hen spraken onder leiding van Paul Schnabel,
directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau, met de oud-laureaten Sadik
al-Azm, de Libanese geleerde, en Eduard Nazarski, directeur van de Nederlandse
tak van Amnesty International.
Het was Schnabel opgevallen dat de opstelschrijvers zich
haast verontschuldigden voor hun luxe levenshouding. Hun 'embarrasment of
richess', zo leende hij de titel van Simon Schama's beroemde boek over de
Nederlandse Gouden Eeuw.
Milena Oda is een Tsjechische die schrijft in het Duits en
dat maakt haar bevoorrecht, zei ze. Maar in Duitsland schrikken mensen nog
steeds als ze zegt dat ze uit Oost-Europa komt. 'Dat wordt geassocieerd met
gevaar, met misdaad.' Gewone burgers hebben het nog niet zo op met de
'diversiteit en harmonie' die Oda aanprijst voor Europa. ...
De Roemeense journaliste Sorina Buzati wees erop dat de blije
blik op de wereld de problemen dicht bij huis niet moet vertroebelen. Zoals die
met een minderheid als de Roma in Oost-Europa. Die maken geen contact en worden
gediscrimineerd. Een kosmopolitische houding van beide partijen zou helpen, maar
is ver te zoeken. Oda reageerde: alleen als Roma worden opgenomen in
bestuurslagen zullen ze integreren, al zijn er ook die 'wild willen blijven'.
...
In hun opstellen bezingen de jonge, enthousiaste
kosmopolieten wel de zegeningen voor hun eigen leven. Oda: 'De nieuwe
kosmopoliet reist overal, zingt overal, draagt de kleren die hij wil, verspreidt
het verlangen opgewekt te leven.'
Er was maar één deelnemer die echt kritisch is op het ideaal,
de levenshouding van kosmopolieten: de Poolse economiestudent Marcin Senderski.
'Ik zocht bewijzen dat kosmopolitisme mogelijk is', zei hij, 'maar het is
onuitvoerbaar: de verschillen in de wereld zijn domweg té groot.'
Het ideaal 'gaat in tegen het gezond verstand', zei hij. Het
relativisme dat je ervoor nodig hebt, leidt nergens toe. De dilemma's zijn veel
te groot om weg te wensen. 'Neem die Roma. Die laten heel jonge kinderen al
trouwen. Wat moet dan zwaarder tellen: hun traditie of de wet van de staat?'
...
Al-Azm gaf de jongeren weerwoord. Het had hem verbaasd hoe
technisch en wijd hun definitie van kosmopolitisme was in hun opstellen.
'Samenleven in vrede', vond hij een veel te armzalige omschrijving. Het ging hen
zo sterk over hun eigen voordeeltjes, zoals reizen, internationale contacten
opdoen.
Eurocentrisch vond hij hun stukken ook. Ze moeten verder
kijken dan zichzelf; een kosmopolitische houding betekent ook
'verantwoordelijkheid nemen voor anderen', een 'wereldpatriot' worden. ... '
Red.: Ze weten het dus eigenlijk zelf wel: het hedendaagse
kosmopolitische ideaal is niets anders dan het egoïstische streven van een groep
alfa-intellectuelen - de genoemden zijn achtereenvolgens schrijfster,
economiestudent, studente, lerares, onbekend, journaliste, filosoof, en
cultureel antropoloog - de usual suspects.
Nog een specifiek geval eruit gelicht: Roma worden
gediscrimineerd, en dat moeten we bestrijden door ze op te nemen in het bestuur.
Wat een idioterie: laten de Roma eerst gewoon gaan werken en bijdragen aan de
maatschappij:
De Volkskrant, 19-11-2008, programma-aankondiging PREMtime,
19-11-2008, NPS, Nederland 2, 23:30 uur.
Roma in Nieuwegein
Horecaondernemers en winkeliers in Nieuwegein klagen over intimidaties door in
Nieuwegein woonachtige Romazigeuners. Prem Radhakishun en Jalal Bouzamour
onderzoeken in PREMtime hoe het is gesteld met de integratie van de ruim
vierhonderd Roma, die eind jaren zeventig in Nieuwegein werden opgevangen, nadat
ze jarenlang statenloos door Europa hadden gezworven. De overheid ging ervan uit
dat ze zich na enige tijd zouden aanpassen, maar dertig jaar later blijkt daar
weinig van terecht te zijn gekomen. De werkloosheid is bijna 100 procent en de
ongeschoolde Romajongeren hebben geen toekomstperspectief.
Red.: Het essentiële kenmerk van kosmopolieten is het volgende: ze
doen allerlei dwaze voorstellen van hoe thuisblijvers hun land zouden moeten
organiseren. En als het dan uit de hand loopt, kunnen zij weer verder trekken
naar het volgende land, en de thuisblijvers zitten met de brokken.
Oftewel: de positie van de kosmopolieten is dezelfde als die
van nomaden: als ze een stukje grond uitgeput en/of platgebrand hebben, pakken
ze hun spullen op en trekken naar het volgende. Het is de aloude tegenstelling
tussen nomaden en landbouwers. Het kiezen van de journaliste voor de Roma is nu
begrijpelijk: de ene nomade steunt de andere.
Naar Klassenstrijd, hoger
, Klassenstrijd
, Sociologie lijst
, Sociologie overzicht
, of naar site home
.
|