Bronnen bij Klassenstrijd: retorica

 jan.2009

Op het slagveld van sociale klassenstrijd is de retorica één van de belangrijkste wapens. Daarom maar eens gekeken naar een specifiek geval waarin dit wapen veelvuldig gehanteerd wordt, het antwoord van media-historicus Maarten van Rossem op de oproep van minister van Binnenlandse zaken Guusje ter Horst, dat de elite zich moet laten gelden na de stemmenwinst van de PVV bij de Europese verkiezingen (Vrij Nederland, 18-07-2009, door Maarten van Rossem)

  Het Volk bestaat niet

De reactie van de media op het succes van de PVV bij de verkiezingen voor het Europees Parlement was op zijn minst zonderling. Kijkers en lezers konden gemakkelijk de indruk krijgen dat dit de eerste keer was dat het rechtse populisme in Nederland flink had gescoord. De PVV kreeg zeventien procent van de stemmen en dat was evenveel als de LPF in 2002 en de aanhang van Verdonk vorig jaar in de peilingen. Het rechtse populisme is kortom opmerkelijk constant gebleven over de afgelopen zeven jaar.

Dit is onvolledig. Volgens alle waarnemers, en gezien de heftigheid van de reacties ook in de ogen van zijn tegenstanders, is Wilders veel extremer dat Fortuyn en Verdonk. Dus met dezelfde numerieke aanhang is dan toch de hoeveelheid "populisme" sterk gestegen. In zijn onvolledigheid is dit argument dus onjuist.

  Nog vreemder was de soms impliciete, soms expliciete suggestie dat het succes van de PVV de stemming van Het Volk, of De Burgers representeerde. Dat is eigenlijk alle jaren dat het populisme in Nederland van zich deed spreken het geval geweest. Het Volk is boos, Het Volk is bang voor de mondialisering, Het Volk is zus en Het Volk is zo.
    Maar Het Volk is niets, Het Volk bestaat helemaal niet als een coherente entiteit.

De retorisch truc van de stroman: eerst wordt iets geïntroduceerd dat er niet is, en vervolgens wordt datgene aangevallen. Nee, er bestaat inderdaad niet een 'Het Volk'. Maar er is ook niemand die dat gezegd heeft, en iedereen weet dat de bevolking divers is.
   Maar het is een intro naar het volgende:

  Als zeventien procent van de kiezers op de PVV heeft gestemd, dan betekent dat dat drieëntachtig procent van de kiezers niet op de PVV heeft gestemd.

Dit is de retorische truc van Non sequitur. Want het wil niet zeggen dat 83 procent van de keizers tegen Wilders gestemd heeft. Misschien heeft die 83 procent wel allemaal Wilders als tweede partij. In realiteit is dat ongetwijfeld niet zo, maar de logica klopt niet, en wat wel zo is dat een grote groep mensen ideeën waar Wilders voor staat steunt (De Volkskrant, 26-03-2008, van verslaggever Peter Giesen) :

  ... de Geschiedenismonitor van de Volkskrant, het Historisch Nieuwsblad en Andere Tijden.
    In de monitor werden ook vragen gesteld over de Nederlandse identiteit. Van de respondenten was 66 procent het oneens met prinses Maxima’s stelling dat ‘de’ Nederlandse identiteit niet bestaat. Ook noemde 56 procent de islam een bedreiging voor de Nederlandse identiteit, terwijl 57 procent het toelaten van grote groepen immigranten als de grootste vergissing uit de Nederlandse geschiedenis beschouwde.   ...

Volgende:

  Het rechtse populisme is een beperkt verschijnsel dat zijn ontstaan dankt aan het ontbreken van een zeer conservatieve partij in Nederland

Gewoon onjuist: als een 'zeer conservatie partij' zou bestaan waar "populisten" op zouden stemmen, zou die partijen "populistisch" genoemd worden. Want het zeer conservatieve waar het hier om gaat is goed gedefinieerd: tegen immigratie en islam, en mondialisering.

  Juist daarom is het zo vreemd dat de zittende politieke elite kennelijk doodsbang is voor de populisten en dat de media, uitzonderingen daargelaten, aanvankelijk Verdonk en nu Wilders onvoldoende kritisch bejegenen.

 Een doodgewone leugen: tegen Verdonk en Wilders zijn ordinaire hetzes gevoerd, zie voor Verdonk hier . Het stuk van Van Rossem steunt Ter Horst en is dus deel van de hetze tegen Wilders.

  De volkomen onterechte suggestie dat de populisten namens Het Volk

De retorisch truc van de Stroman: niemand zegt dat Wilders namens het hele volk spreekt - hij spreekt namens een deel van het volk - en omdat het het deel is dat tot de lagere klassen behoort, worden de woordvoerders ervan populisten genoemd. Bovendien de retorische truc van de herhaling - deze stroman is al eerder gebruikt.

  Wilders verdient een principiële en harde oppositie en zeker niet de vergoelijkende en gefascineerde aandacht die hij bijvoorbeeld in Het Journaal krijgt

Hier wordt gesteld dat de neutrale behandeling van Wilders door Het Journaal onjuist is. Dit is de retorisch truc van de zwartmakerij (nieuw! of opzoeken)

  Vrijwel alles wat Wilders beweert, is aantoonbaar nonsens. Van een 'islamitische tsunami' of een ‘islamisering’ van Nederland, laat staan Europa ('Eurabië'), is geen sprake.

Feiten: in 1970 waren er circa 80 duizend moslims in Nederland, in 2009 circa 800 duizend. Op basis van gelijkblijvende groei zou het aantal in 2060 15 miljoen bedragen.

  Zijn retoriek en 'oplossingen' zijn in strijd met de grondbeginselen van onze rechtsstaat en trouwens ook met de elementaire regels van het burgermansfatsoen. ...Laten de media en de politieke elite dat nu eens onomstotelijk duidelijk maken, in plaats van steeds vaag te suggereren dat de populisten misschien wel een beetje gelijk hebben.

De media maken dat met grote regelmaat duidelijk. Wat Van Rossem kennelijk wil, is dat dat het enige is dat gezegd mag worden. Van Rossem stelt dus hier ook dat "de populisme" op geen enkel punt gelijk hebben. Dus dat er geen bezwaren tegen immigratie en mondialisering mogen worden geuit. Van Rossem is dus een 100 procent voorstander van immigratie en mondialisering. Dit is de laatste zin van het stuk. Waaruit dus tevens al zijn andere uitlatingen vallen af te leiden.
 

Naar Klassenstrijd , Sociologie lijst  , Sociologie overzicht  , of site home .