Bronnen bij Fout in de krant, redactioneel

Ombudsmannen constateren velerlei zaken, maar er gebeurt op eerste gezicht niet veel mee. Sinds het opzetten van het instituut van een ombudsman bij de Volkskrant is er geen sprake van verbetering van de berichtgeving, inhoudelijk gezien. In onderstaand artikel wijst de ombudsman van de Volkskrant op een toenemend aantal fouten, maar die zijn voornamelijk fouten in feitenweergave, op zich al erg genoeg. Waar het het IRP omgaat zijn fouten in maatschappelijke aspecten van de berichtgeving, de manipulatie van het nieuws, al dan niet bewust, voor bepaalde doeleinden. Dat is het onderwerp van Fout in de krant.


De Volkskrant
, 12-02-2005, rubriek De ombudsman, door Thom Meens

Veelheid aan fouten schaadt geloofwaardigheid krant

In amper twee weken tijd plaatste de Volkskrant eind januari, begin februari veertig
aanvullingen of verbeteringen op eerder gepubliceerde stukken. Een ongekende hoeveelheid,
zeker omdat het vrijwel allemaal verbeteringen waren, rechtzettingen van wat eerder fout
werd gedaan. Als deze zondvloed aanhoudt, moet de krant dit jaar meer dan duizend keer
rectificeren, een onvoorstelbare en vooral hoogst ongewenste, hoeveelheid. Ter vergelijking:
negen maanden ruimhartig rectificeren in 2004 leidden tot 370 verbeteringen, ongeveer tien
per week.
    Lezers valt die enorme toename ook op. 'Hoe betrouwbaar bent u nog, als u zoveel moet rechtzetten?', vroeg er deze week een. Een ander zei dat hij ook twijfelt aan andere artikelen.    
     Dat zijn terechte, maar zeer zorgwekkende geluiden. Lezers die de krant niet meer vertrouwen, haken doorgaans snel af. Het is voor de redactie dus zaak iets te doen aan de grote hoeveelheid onzorgvuldigheden. De redactie is zich dat bewust. Menig redacteur liet deze week weten dat hij zich schaamt voor al die correcties. Anderen menen dat er teveel wordt verbeterd. 'Moet je wel rechtzetten dat de foto van commissaris van de koningin Hans Alders niet in het secretariaat is gemaakt, maar in zijn werkkamer'", vroeg iemand. Een tweede vond het overdreven een fout gespelde naam recht te zetten, alleen omdat een 'h' was vergeten. En weer een ander betwijfelde of de krant iets moet rechtzetten wat door persbureaus fout is aangeleverd.
    Zo bezien heeft elke redacteur een reden om niet in de rubriek Aanvullingen & verbeteringen terecht te komen, maar volgens mij ten onrechte. Bij de invoering van de rubriek is besloten ruimhartig fouten recht te zetten, in plaats van ingezonden brieven te gebruiken als correctiemiddel. Verkeerd gespelde namen, ook al gaat het om een ontbrekende letter, zijn hoogst ergerlijk voor degenen die het raakt. Bovendien: Als de krant al niet de moeite neemt de naam goed te spellen, hoe betrouwbaar is de rest van het bericht dan?' Dat geldt eigenlijk ook voor de foto en de plaats waar die is gemaakt. Kennelijk vond de redactie het van belang de lezer te laten weten waar die foto was gemaakt, anders had ze kunnen volstaan met de eenvoudige mededeling 'Commissaris Alders'. De toevoeging 'in het secretariaat' had geen meerwaarde, maar nu de redactie die - ogenschijnlijk nutteloze - informatie bewust heeft gegeven, vind ik dat ze die ook moet rechtzetten als ze niet blijkt le kloppen.
    Bij de vraag of de krant fouten van penbureaus moet rechtzetten, geldt hetzelfde. Als het de
moeite waard was het bericht in de krant te zetten, moeten fouten worden hersteld: de lezer
heeft er geen boodschap aan wie de vader van de fout is, het is immers de krant die de fout
verspreidt.
    Veel interessanter is overigens de vraag of de fouten hadden kunnen worden voorkomen.
Helemaal foutloos wordt de krant nooit, het blijft mensenwerk. Bovendien wordt vaak onder
grote tijdsdruk gewerkt. maar toch geldt voor veel fouten dat ze helaas volstrekt overbodig
zijn. Verhalen worden soms zonder overleg met auteurs veranderd, koppen gemaakt zonder de bijbehorende tekst helemaal te lezen. Dat is eindredactiewerk, maar nog meer fouten worden door de verslaggevers zelf gemaakt. Namen die niet kloppen, berekeningen die rammelen, vreemde woorden waarvan de spelling niet klopt of gebeurtenissen die los uit het geheugen in een verkeerd jaar worden geplaatst.
    Vaak volstaan drie muisklikken op internet om de juiste informatie te vinden. Maar dan moet elke individuele redacteur wel de moeite nemen om zijn of haar informatie te controleren, te beginnen door het eigen krantenarchief te raadplegen. Meer dan eens moeten fouten worden
rechtgezet, die voorkomen hadden kunnen worden door even in het archief te kijken.
    Bovendien heeft de redactie een goed werkende documentatiedienst die nooit te beroerd is
iets uit te zoeken. Redacteuren die zelf niet de weg weten op internet kunnen daar gewoon
terecht, liefst vóór ze een stuk maken: dat scheelt, schat ik, al de helft van de correcties, heel veel ergernis bij de lezers en nog meer schaamte bij de redactie.


Terug naar Fout in de krant, redactioneel ,  Media home , of naar site home .