Bronnen bij Mediakongsi: beroepsclub
De houding van journalisten tegenover hun vak is aanzienlijk tweeslachtig. In de
ene reeks omstandigheden en discussies geven ze hoog op van de ethiek van hun
vak, aangaande de noodzaak en het streven naar objectiviteit van verslaggeving -
dit om de democratie te dienen, enzovoort. In een andere reeks omstandigheden en
discussies verklaren dat de wens naar strik objectiviteit journalistiek van
sommigen irreëel is, omdat een journalist nu eenmaal een mens is , de krant naar
een verslag ook duiding moet geven voor de gewone burger, enzovoort.
Het is volkomen duidelijk dat niet beide waar kan zijn.
Nu zou het mogelijk kunnen zijn dat het ook onmogelijk om één
van de twee visies in zijn volle procent waar te maken. dat er dus altijd zaken
tegen elkaar moeten worden afgewogen. Maar dan komt de volgende factor om de
hoek kijken: in hoeverre doe je dit afwegen consequent?
In de praktijk werkt het zo: moet een journalist een verslag
schrijven over een gebeurtenis die implicaties heeft waar hij het wel mee eens
is, bijvoorbeeld over een allochtoon die succesvol is in zaken of studie, dan
schrijft hij zijn verslag zonder verder commentaar of duiding. Moet hij echter
schrijven over een overval gepleegd door allochtonen of andere immigranten, dan
voorziet hij dat verslag van opmerkingen, soms uit eigen hand maar liefst door
citaten van zogenaamd objectieve medestanders, die zeggen dat dit een geval van
uitzondering is, en dat het in de regel goed gaat met allochtonen of
immigranten.
En het geval van allochtonen is hier genoemd omdat op dat
terrein het het meest en/of het meest opvallende gebeurt, maar het gebeurt op
vrijwel alle terreinen en op vele manieren- dit is alhier verzameld onder de
noemer van diverse vormen van mediavervorming
.
Dit proces heeft zo lang en in ernstig mate kunnen gebeuren,
omdat er vrijwel geen tegengeluid is te horen. Omdat vrijwel de hele
journalistiek in dit opzicht op dezelfde lijn zit. Iets dat ze natuurlijk zelf
nooit expliciet zullen toegeven, maar waarvan je af en toe de contouren kan zien
in de dingen die ze wel zeggen:
Uit: De Volkskrant, 18-12-2004, column door Jan Blokker:
Oude reus
...
'Je weet wat er gebeurt als je in een munitiemagazijn een sigaret opsteekt', zei
Laurens Jan Brinkhorst over de activiteiten van Ayaan Hirsi Ali, wier film
Submission in moslimkringen minder was gewaardeerd.
Hij had het nog niet gezegd - nauwkeuriger
uitgedrukt: de woorden die hem in een gesprek met Vrij Nederland waren
ontglipt lagen nog maar net op straat - of hij had er al spijt van.
Want hij wist: we houden in Nederland van de vrijheid van meningsuiting als van
onszelf, maar vóór je er iets uit wil flappen, is het verstandig om op het
juiste adres een nihil obstat te regelen.
Vroeger haalde je dat bij de paus. Later, toen de
samenleving ontkerstend was geraakt, kon je terecht bij figuren als Melkert en
Rosenmöller die als het ware de prelaten
vormden van de linkse kerk. Maar sinds ook die is leeggelopen, kom je niet meer
om Afshin Ellian, Sylvain Ephimenco, Leon de Winter of Bart Jan Spruyt heen, en
vergis je niet: die ruiken bij wijze van spreken dat je een ongewenste opinie
hebt doorgeslikt, ze grijpen je op Schiphol onmiddellijk in de kraag, en blijven
net zo lang wachten tot het bolletje er helemaal uit is.
Op zichzelf natuurlijk allemaal niet zo erg. Aan
het systeem als zodanig is immers niks veranderd. Iedereen moet vooral kunnen
zeggen wat hij op z'n lever heeft, maar hij moet er wel rekening mee houden dat
op het douanekantoor het oude personeel van tijd tot tijd in z'n geheel wordt
vernieuwd.
IRP: Blokker zegt hier het volgende: ten eerste: er bestaat al
langer een club die bepaalt wat je wel en niet mag zeggen, de censorclub. Ten
tweede: de huidige club bestaat uit Afshin Ellian, Sylvain Ephimenco, Leon de
Winter of Bart Jan Spruyt. Ten derde: vroeger bestond die club uit andere
mensen.
Het is niet moeilijk dit verder aan te vullen. De
nieuw club is ontstaan met de moord op Fortuyn, en heeft invloed gekregen met de
moord op Van Gogh. De oude club, merendeels journalisten en een paar politici,
is verzameld hier
. De oude club is niet vervangen door de nieuwe club, meer dan de helft is nog
volop actief. Het feit dat Blokker stelt dat de nieuwe club als censor de oude
club vervangen heeft, terwijl dit overduidelijk niet het geval is, laat zien dat
Blokker het verdwijnen van de almacht van de oude censorclub betreurt. Jan
Blokker is naast een actief lid van de oude censorclub, dus ook nog een
zelfverklaard tegenstander van de vrije nieuwsgaring en meningsuiting.
Een min of meer afsluitende aanvulling komt vele jaren later:
Uit: De Volkskrant, 24-05-2011, door Paul Onkenhout
Profiel | 45 jaar school voor (de) journalistiek Utrecht
Lessen in Marx en biljarten
Het revolutionair elan nam al snel bezit van de eerste
Nederlandse opleiding journalistiek.
Als journalist van het Utrechts Nieuwsblad was Louis
Engelman regelmatig te gast in het gebouw aan de Palmstraat, en nooit met een
volle blaas. 'Ik zorgde er altijd voor dat ik thuis al naar de wc was geweest.
Ik heb daar één keer een deur van een toilet opengedaan. Nee, hier niet, dacht
ik.'
Opstanden, chaos, eindeloze discussies en vleugjes seks,
drugs en rock-'n'-roll: de 45-jarige geschiedenis van de School voor (de)
Journalistiek in Utrecht bevat het allemaal. Engelman maakte er een (betaalde)
website over, svjgeschiedenis.nl. ..l.
Engelman was zelf docent van 1991 tot 2006. Vooral de jaren
tot ongeveer 1980 waren turbulent. De School werd meegezogen door studenten met
revolutionair elan. Leerplannen bestonden niet, structuur ontbrak volledig.
In een anarchistisch klimaat, voortgekomen uit de
veranderingsgolven van de late jaren zestig, kon iedere student zijn eigen gang
gaan. ...
De SvdJ was de eerste opleiding waar studenten werden
geschoold tot journalist. Tot 1966 werd het vak in de praktijk geleerd, bij
kranten, tijdschriften en omroepen. Het onthaal door de journalistiek was lauw,
maar welwillend. 'Dat veranderde toen de revolutie uitbrak.'
... 'De ASV, de Algemene School Vergadering, had de macht. Dat had
mooie kanten, maar het betekende ook dat in de periode 1966-1980 studenten een
enorme vrijheid hadden. In veel gevallen ontaardde dat in totaal nietsdoen. Heel
veel studenten verdwenen ook in die tijd. Degenen die met warmte aan hun studie
terugdenken, hadden de kracht om zich in de chaos te ontwikkelen. Je kon doen en
laten wat je wilde.'
Alles kon, niets moest. Studenten rookten in de lokalen, ook
drugs, aten er hun boterhammen of zaten gezellig te breien. Ze beslisten zelf
hoe laat de lessen begonnen - nooit voor half tien - en bepaalden de inhoud van
de vakken. 'Daar werd dan een docent bijgezocht. Er was bijvoorbeeld een les
biljarten voor vrouwen.'
... Engelman. 'Een nieuwsbericht konden de meeste studenten
niet maken, maar ze hadden zich wel politiek ontwikkeld. Als de les eindelijk
was begonnen, werd er fel gedebatteerd over Marx en Hegel, terwijl de
boterhammen werden gesmeerd.'
Het einde van de wilde jaren viel ongeveer samen met de
verhuizing van de Palmstraat naar de Ravellaan, in 1982. ...
Red.: verdere uitleg is nauwelijks nodig. Misschien
had dit allemaal iets te maken met zaken politiek en propaganda, maar absoluut
niets met nieuwsgaring en berichtgeving. Iets dat al snel duidelijk was, voor
iedereen die niet volledig blind was geslagen door de linkse ideologie:
|
Het bewijs wordt geleverd door de Leeuwarder Courant. Zes
jaar na de oprichting van de School schrijft de krant een
hoofdredactioneel commentaar. 'Deze school moet broodnodig worden
gesloten en uitgezwaveld en in een nieuwe opzet onder kundige leiding
worden heropend. Zoals het nu gaat, is het een door alle betrokkenen
gedeelde schande.' |
Maar voor dit soort gezond verstand is kennelijk een ruime afstand
tot de Randstad noodzakelijk.
Overigens: auteur Engelsman behoort beslist niet tot de
critici:
|
Alles kon, niets moest. Studenten rookten in de lokalen, ook drugs,
aten er hun boterhammen of zaten gezellig te breien. ...'
Het had een gunstig neveneffect, volgens Engelman. Een
nieuwsbericht konden de meeste studenten niet maken, maar ze hadden zich
wel politiek ontwikkeld.'... |
Oftewel: de smid kon dan wel niet smeden, maar maar schonk een
aardige pint bier ...
Deze volstrekte ramp strekt zich tot dit moment uit tot in
het hart van de Nederlandse journalistiek:
|
3.500
Naar schatting 3.500 studenten hebben in Utrecht de
opleiding aan de School voor (de) Journalistiek de afgelopen 45 jaar
succesvol afgerond. Bekende oud-studenten zijn Max Pam, Arnold Karskens,
Jan Tromp, Marjolijn Uitzinger, Cécile Narinx, Sierd de Vos, Kees
Driehuis, Erwin Olaf, Tom Egbers, Jan Kuitenbrouwer, Sven Kockelmann,
Daan Dijksman, Frénk van der Linden, Lia van Bekhoven, Tomas Ross,
Heleen van Royen, Barbara van Beukering en Jeroen Grueter.
Tussenstukken:
Noortje van Oostveen(1966)
'Bij protestvergaderingen ...
Kees Schaepman(1968)
'Nog voor ik overging naar het tweede jaar ...'
Cees Grimbergen(1970)
'De structuur op de school was heel anders dan ik gewend was. ...'
Frits van Exter(1974)
'De Algemene School Vergadering was het hoogste orgaan ...'
Wim de Jong(1975)
'Van diezelfde feestcultuur op de SvdJ staan me ook nog de beelden bij
...'
Hans Laroes (1974)
'Vergeleken met nu was het natuurlijk nog de totale anarchie (...) ...'
|
De fine fleur van de Nederlandse journalistiek, met als meest prominent Hans
Laroes, tot voor kort (mei 2011), hoofdredacteur van het NOS Journaal.
Het Journaal is actief ondersteuner van de multiculturele samenleving -
alle berichten die de negatieve aspecten daarvan wel moesten belichten, werden
gecompenseerd door voor het nieuws totaal irrelevante berichten over geslaagde
allochtone immigranten in diverse vorm. Volgens het CBS is één op de tien
Nederlanders van de diverse soorten allochtone afkomst. Als het Journaal
de straat op gaat om mensen om hun mening te vragen, stijgt dat percentage tot
ergens tussen de één op twee en één op één. Voordat er iemand te zien was die
het het wel eens was met Geert Wilders, of vroeger Pim Fortuyn, waren er al
tientallen en misschien wel honderden langs gekomen, met en zonder kleur, om ons
te vertellen dat die mannen niet deugden.
En in de rest van de media zijn deze mensen eveneens veruit
dominant.
Naar Mediakongsi
,
Media lijst
,
Politiek & media overzicht
, of site home
.
|