Bronnen bij Anglicisme vs Rijnlandse model, strijdmethodes: vertrouwensstrijd

Er zijn ook aanwijzingen dat het begrip vertrouwen zelf direct onder vuur ligt van de huidige rechtse politiek. Onder een aantal bronnen:


Uit: De Volkskrant, 17-02-2005, rubriek Gemengde berichten door Martin Sommer

Spanning op de lijn

In de jaren negentig voltrok zich een even onopgemerkte als fundamentele omslag. Nederland verliet het begrip 'vertrouwen' en werd een 'wantrouwenssamenleving'.

...    Spanning op de lijn. Wat vindt Greet Prins van de man die een baan had gevonden, twee maanden later kon beginnen maar van het UWV toch moest blijven solliciteren om zijn uitkering niet kwijt te raken'.' Dat is toch om je bus door de gevel te rammen? Ze kan zich de frustratie voorstellen. 'We moeten weer van proceduregericht naar klantgericht. Van de letter van de wet naar de geest.'
    Greet Prins mag zich alleen met klanten & communicatie bemoeien. Maar hier raakt ze iets wezenlijks. Ergens is de publieke dienst overgeschakeld van dienstverlening naar dorknoper-Bewijs gehoorzamen aan de procedure. Het moet in de jaren negentig zijn gebeurd, onder invloed van de beginselen van New Public Management. Lees over dat proces in het nieuwe en mooie rapport Dienstverlening van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Een even stille als 'fundamentele transformatie' (WRR) die veel van het ongenoegen verklaart dat uiteindelijk Pim Fortuyn heeft gebaard. New Public Management komt zoals de meeste managersmodes uit Amerika, en belichaamt niet verbazingwekkend het wantrouwen tegen 'big government'. Het bestuur moest weer van de burger worden, de 'ijzeren ring' van instituties moest worden gebroken. 'Meer met minder was het devies, de radicale scheiding tussen beleid en uitvoering de uitwerking, afrekenen en controle de praktijk.
    Helaas werkte het uithalen van het politiek-bureaucratische breiwerk met name in Nederland juist het tegendeel in de hand, schrijft de WRR. De ambtenarij werd alleen maar ondoorzichtiger. Het Nederlandse openbaar bestuur was bij uitstek een gemengde cultuur. waar partijen, vakbonden en instellingen de zaken in gezamenlijkheid bedisselden. Het sleutelwoord was vertrouwen. Nederland werd tot voor kort in allerlei literatuur over 'vertrouwens-' en 'wantrouwenssamenlevingen' stelselmatig als het voorbeeld van vertrouwen beschreven. Besluitvorming in gezamenlijk overleg, een man een man, een woord een woord - zo is besturen aanmerkelijk efficiënter en goedkoper dan via een logge overheidsbureaucratie met onafzienbare controlestelsels.
    Het uitgangspunt van New Public Management luidt dat de mens geneigd is tot alle slechts. Zowel instellingen als klanten zijn doortrokken van 'opportunisme, list en bedrog', schrijft de WRR, messcherp voor zijn deftige doen. Uitvoerders zullen hun competentie misbruiken, klanten calculeren erop los. Daarom moesten al die publieke diensten opgeknipt worden, en moest er zoveel afgerekend en telbaar gepresteerd worden. Het UWV is daarvan alleen maar een pregnant voorbeeld. Wel een irritant voorbeeld. van valse precisie in percentages arbeidsongeschiktheid en computerprogramma's met zevenduizend niet bestaande banen.
Het gevolg was een pracht van een selffullfilling prophecy - directeuren gingen zichzelf verrijken, diensten alleen presteren voorzover dat in cijfers meetbaar was. De mens bleek inderdaad tot alle kwaad geneigd. Een jaar of tien nieuw openbaar bestuur leidde in Nederland tot massief wantrouwen. Daar valt ook met een centraal telefoonnummer niet tegenop te communiceren.


De Volkskrant, 04-06-2005, door Peter Giesen

Achtergrond Kabinet Balkenende | Twee jaar terug vormden CDA, VVD en D66 een kabinet dat precies ging doen waar de boze burger om vroeg. Toch is dat kabinet ongekend impopulair - en dat ligt niet alleen aan de gebrekkige presentatie.

Het tweede kabinet Balkenende is een curieuze mengeling van stunteligheid en pedanterie

... Wat is er misgegaan met Jan Peter Balkenende en zijn ploeg? In 2002 rekende de 'opstand der burgers' af met acht jaar Paars. Na een valse start met de LPF vormde het CDA in het voorjaar van 2003 met VVD en D66 een kabinet dat precies leek te doen waar de boze burger om vroeg: een streng vreemdelingenbeleid, een straffe aanpak van uitkeringsfraudeurs en luiwammesen, ruim baan voor de dynamische, hardwerkende burger. Ook het motto `eigen verantwoordelijkheid' leek helemaal in lijn met de tijdgeest, waarin de mondige en zelfredzame burger, de 'bv Ik', de boventoon voerde. ...
    Het kabinet-Balkenende bezingt juist het evangelie van de dynamiek en liberalisering. Tegen bange burgers wordt gezegd dat ze straks alleen maar meer op zichzelf teruggeworpen zullen zijn. ...
    Lampert: 'Burgers voelen zich bedreigd. en het kabinet zegt alleen: je moet het zelf regelen, de liberalisering gaat door en we moeten van al die collectieve arrangementen af.'
    Het kabinet gelooft nog in de 'bv Ik', de mondige en zelfredzame burger, die altijd de concurrentie opzoekt, dolgraag zijn stroomleverancier wil uitzoeken en avond aan avond op internet uitpluist welk ziekenhuis de beste knie-operaties uitvoert. De burger ook die zijn baan zo leuk vindt dat hij graag tot zijn 67ste doorwerkt en zijn pensioen zelf wil regelen, omdat hij gruwt van one size fits all arrangementen.
    `Het zijn vooral hoger opgeleiden die in staat zijn lot zulk "strategisch navigeren". ...


Red.:   De interpretatie van de gebeurtenissen die leidden tot Balkenende II is op zijn minst dubieus. De opstand der burgers was gericht tegen de politieke correctheid en de multiculturele samenleving, en de uiting daarvan was de sterke opkomst van de LPF. Toen die partij verviel in onderling geruzie, vluchtte een groot deel van dit electoraat naar het CDA, omdat dit ook niet geassocieerd was met het politiek-correcte en multiculturele paars, en omdat Balkenende zich niet tot pertinente anti-Fortuyn uitspraken had laten verleiden. Het publiek dacht steun voor zijn oude, veilige, zorgzame, samenleving van de jaren voor de immigratiegolf te krijgen, en kreeg een radicaal-liberale kabinet, zoals ook de citaten boven laten zien. Dit verklaart alle andere citaten over de impopulariteit van het kabinet.
    Meer over deze visie en de bv-Ik in de volgende bron.


Uit: De Volkskrant, 29-01-2005, column van Frank Kalshoven

Jan Peter Balkenende heeft visie, en die willen we niet horen

... Balkenende wil een breuk forceren: `Die ordening voldoet niet meer in deze tijd van geëmancipeerde burgers en een toenemend mondiaal bewustzijn.'
    Ofschoon de premier al tot vervelens toe heeft gesproken over de `eigen verantwoordelijkheid' van burgers, koppelt hij dat nu - en ik lees het voor het eerst, maar dat kan aan mij liggen - aan emancipatie. Hij wil, zegt hij SER-voorzitter Herman Wijffels na, `mensen in hun kracht brengen en houden'. Opdat die afhankelijke houding plaatsmaakt voor een onafhankelijke.
    Ik zie veel overeenkomsten met de BV Ik, waarover we vorige week met elkaar spraken: Balkenendes 21ste eeuwse participatiemaatschappij is bevolkt met onafhankelijke, geëmancipeerde mensen die nauwelijks nog werknemers kunnen worden genoemd. De
CDA-leider stelt dat de baan voor het leven uitsterft, en hij ziet de vaste functie-inhoud verdwijnen. ...
    Aan het slot van zijn betoog formuleert Balkenende vier voorstellen. Dit is in mijn optiek het zwakste deel. ... Belangrijker dan deze ideetjes is de visie zelf. Want op grond hiervan moet worden vastgesteld: de drie grote politieke stromingen zetten voluit in op vrijmaking van de burger. De liberalen doen dat van huis uit. De PvdA benadrukt in het beginselprogramma dat `mensen zelf als eerste verantwoordelijk zijn voor hun toekomst'. Balkenende sluit zich met zijn participatiemaatschappij hierbij aan. ...


Red.:   Dit artikel staat vol met eufismes die neerkomen op het verlies van baanzekerheid, het verdwijnen van een sociaal vangnet, en verhoging van inkomensverschillen - het genoemde 'bv Ik' artikel giet dat in een enkele term:


Uit: De Volkskrant, 22-01-2005, column van Frank Kalshoven

De bv Ik, de emancipatie van de werknemer en 100 jaar vakbonden

... omdat FNV-voorzitter Lodewijk de Waal ... zijn vertrek heeft aangekondigd.
    Diens opvolger is nog niet benoemd, maar vice-voorzitter Agnes Jongerius schijnt hoge ogen te gooien. Wat moet de nieuwe voorzitter gaan doen, gegeven de honderd jaren die achter ons liggen, nadenkend over de 21ste eeuw?
    Het korte antwoord: investeren in de bv Ik (of emigreren naar China).
    Een mini-geschiedenis van de vakbeweging past in één alinea.
    Vijfenzeventig jaar gerechtvaardigde en succesvolle strijd voor werknemersrechten, vijfentwintig jaar ongerechtvaardigde en matig succesvolle strijd voor verworven rechten en tegen werknemersplichten. Van een linksemancipatorische beweging is het vakbondswezen veranderd in een links-conservatieve beweging, van een voorhoede in een achterhoede. ...
    En die emancipatie is nog net zo belangrijk in de 21ste eeuw, waarin werknemers weerbare individuen zullen (moeten) zijn die kansen grijpen en zichzelf wapenen tegen bedreigingen. Deze laatste stap moet, door het overgrote deel van 's lands werknemers, nog worden gezel.
De emancipatie van de werknemer in Nederland is dus nog niet voltooid, de aloude missie van de vakbeweging is hartstikke modern, maar de nieuwe voorzitter zal, net als haar verre voorgangers, de studeerkamer moeten opzoeken om die missie opnieuw betekenisvolle inhoud te geven.
    Ik beveel haar aan te beginnen met de bv Ik. Tijdens een managementcursus die ik een jaar of zes geleden volgde, werd de bv Ik gepresenteerd als een Amerikaanse psychologische methode uit, ik meen, de jaren zeventig, die decennialang met succes is toegepast door olieconcern Shell. Het basisidee van dit zelfmanagementmodel is simpel: bekijk jezelf als een bedrijf met één werknemer. Deze metafoor dwingt je een hoop gemene vragen over jezelf te beantwoorden.
    Wat is de strategie van de bv Ik; welke doelstellingen heeft de onderneming op lange termijn? Over welke competenties beschikt de onderneming, en zijn die voldoende ontwikkeld om de doelstellingen te verwezenlijken? Wat moet er worden geleerd? Hoe waren de resultaten over het afgelopen jaar? Beter of slechter dan het jaar ervoor? Is de huidige klant van de by ik nog tevreden? Kan ik iets doen om die tevredenheid te vergroten? Is het verstandig of onverstandig om maar één klant te hebben? Maakt de bv deel uit van een vitaal netwerk? Is het werkplezier binnen de onderneming een beetje op niveau? U begrijpt de strekking.
    Het aardige van de metafoor, vind ik, is dat hij de zelfredzaamheid bevordert. De bv Ik is een weerbare onderneming die tijdig investeert in nieuwe vaardigheden, doelbewust nagaat of er over vijf jaar ook nog brood op de plank is, uitgaat van eigen kracht. Voor iemand in loondienst betekent de metafoor een wisseling van perspectief: de baas wordt een klant. En voor een goede klant doel de bv Ik zijn best, maar voor een rotklant niet, die kan oprotten. ...


Red.:   Wat Kalshoven beschrijft zijn precies het soort zaken dat slaat op het hoger-opgeleide en initiatiefrijke deel van de bevolking, de top eenderde. En dat zijn zaken die voor de rest van de bevolking niet bereikbaar is. Geen wonder dat deze mensen zich onzeker gemaakt voelen en somber zijn over maatschappij en politici (voor een voorbeeld uit de eigen kring van Kalshoven zie hier ). En aangezien zij de grote meerderheid uitmaken, en niet degenen die profiteren van de visie van Jan Peter Balkenende en Frank Kalshoven, bepalen zij de uitkomst van de stemmingspeilingen. Het term 'bv Ik' term van Frank Kalshoven krijgt hiermee een onbedoelde maar zeer passende betekenis voor de houding van de mensen in de top van de maatschappij, waaronder hijzelf.
    Wat de ideeën van Balkenende, Kalshoven en consorten doen is het vergroten van de tweedeling in de maatschappij,m en het ondermijnen van het maatschappelijke vertrouwen. Of in de termen van een ander: de veroorzaken rot in de samenleving:


Uit: De Volkskrant, 28-04-2005, column van Marcel van Dam

Samenlevingsrot

... Het verontrustende van het extreem lage vertrouwen in het kabinet-Balkenende is dat het heeft geleid tot een extreem laag vertrouwen in de politiek in het algemeen. En dat moet weer worden gezien tegen de achtergrond van een groeiend wantrouwen dat steeds meer de hele samenleving in zijn greep krijgt.
    Overal worden wanprestaties en oneerlijkheid verondersteld, overal wordt de roep om toezichthoudende colleges groter. Overal worden criteria ontwikkeld waarop mensen kunnen worden afgerekend. Ik zou wel eens willen weten hoeveel banen er de laatste jaren zijn gecreëerd om andere mensen te controleren. Het lijkt wel of niemand meer te vertrouwen is.
    Wansink heeft in ieder geval gelijk als hij constateert dat het politieke klimaat sinds 2002 radicaal is veranderd. Maar niet omdat de betrokkenheid bij de politiek zoveel groter is geworden, maar vooral omdat het onderlinge wantrouwen enorm is toegenomen. Niemand wordt daar beter van. Want wantrouwen is een vorm van rot in de samenleving.


Red.:   Voor citaten uit het oorspronkelijke artikel van Hans Wansink, zie hier .


Naar Anglicisme vs Rijnlandmodel, strijdmethodes , Algemeen verzicht , of site home .