Bronnen bij Stedenbouw, megapolen: maximum en criteria

9 okt.2008

Het was de redactie van deze website ook allang opgevallen: het vertrek van de huismus. En de betekenis daarvan was ook vrij snel duidelijk. Het eerste is al diverse malen in het nieuws geweest, maar, enigszins opvallend, is nu ook het tweede opgedoken - de aanleiding voor dit artikel:


Uit: De Volkskrant, 09-10-2008, van verslaggeefster Anneke Stoffelen

Mus: kruiwagen voor groene stad

De huismus staat in de Randstad in de spotlights. 'De uitstervende mus symboliseert de verandering van de steden.'

'Vroeger was op Kijkduin je poffertje al opgepikt voor je zelf een hap kon nemen. Nu zie je er nog maar af en toe een musje hippen. Veel Hagenaars vinden dat een gemis.' Aan het woord is Willem Minderhout, PvdA-gemeenteraadslid in Den Haag. Vanavond beslist de raad over zijn voorstel om 25.000 euro uit te trekken voor het behoud van de huismus - onder meer door voorlichting aan inwoners en woningbouwcorporaties. En Den Haag is niet de enige gemeente die zich zorgen maakt over het 'meest Hollandse vogeltje'. Vorig weekend kwam GroenLinks in Rotterdam met een voorstel voor 'hegsubsidie' .In Amsterdam Oud-Zuid ruimen groenbeheerders afgebroken takken niet meer op - een 'rommelbeleid' moet zorgen dat de huismus zich weér thuis voelt in het stadsdeel. ...
    'De huismus is een mediageniek beestje', zegt Jip Louwe Kooijmans, specialist stadsvogels van de Vogelbescherming. 'Het verdwijnen van de huismus appelleert heel sterk aan het gevoel dat mensen zelf iets willen doen voor de natuur.'
   Want hoewel de mus nog steeds een van de meest voorkomende vogels is in Nederland, staat het beestje sinds 2004 op de Rode Lijst van bedreigde soorten. Waren er in de jaren zeventig naar schatting nog 1 miljoen broedparen, nu ligt dat aantal rond de 500 duizend en het worden er, met name in de Randstad, steeds minder. 'In de binnensteden van Amsterdam en Den Haag is de populatie met 90 procent afgenomen', stelt Louwe Kooijmans.
    Dat heeft alles te maken met het 'dichtmetselen' van steden, waardoor mussen bij gebrek aan woekerend groen niet voldoende voedsel vinden en geen plek om zich te nestelen.
    In Alkmaar en Heerhugowaard maken inmiddels zeven wijken zich sterk voor de terugkeer van de mus. Buurtbewoners hangen samen nestkastjes op en voeren om de beurt. Anton van Riel, voorzitter van IVN Noord-Holland, vertelt er vanuit zijn tuin enthousiast over - 'oh daar hippen net weer een paar mussen voorbij'. Het beestje fungeert voor de natuurorganisatie als kruiwagen om 'groene' veranderingen bij de gemeente af te dwingen. 'Vijf jaar geleden luisterde niemand als we zeiden dat ze het openbaar groen niet zo kort moesten snoeien. Nu sturen bewoners de gemeente een brief dat de mussen het zo niet overleven, en voilà, het is zo voor elkaar.'
    De Vogelbescherming begon in 2005 het Actieplan Huismus. Het heeft Louwe Kooijmans ook verbaasd hoeveel mensen zich willen inzetten. 'Het komt misschien ook doordat de mus symbool staat voor veranderingen in onze stedelijke maatschappij. Ik vergelijk het wel met mijnwerkers die vroeger een kanarie meenamen. Het overlijden van de kanarie was het teken dat er te weinig zuurstof was in de mijn, dan kwamen de arbeiders naar buiten. Zo zou je dat ook met het uitsterven van de huismus kunnen zien: als een vogel er niet overleeft, zijn onze dichtbebouwde steden dan wel goed voor mensen?'


Red.:   Het had niet beter uitgedrukt kunnen worden: de mus als mijnkanarie - de aanwezigheid van vogels als de mus is niet alleen een maat voor de leefbaarheid wat betreft de natuur, maar ook wat betreft de mens. Als vogeltjes als de mus verdwijnen, is er iets mis met het leefklimaat. En wat dat is, is ook niet moeilijk te definiëren: het is de menselijkheid. Ook in de kleinere steden beginnen de grootschalige neigingen te overheersen. Steeds meer steen, steeds hoger opgestapeld, steeds meer rechtlijnigheid, en steeds minder groen, en wat er nog aan groen is, in de vorm van "versiering" in plaats van in natuurlijke vormen.
    De redactie kan daar nog wat uit eigen observatie aan toevoegen, want het verdwijnen van de mus is samengegaan met het verschijnen van andere vogels: eerst de kauw, toen de kraai en de ekster, nu de raaf en diverse vroeger uiterts zeldzame gaaien - allemaal zijn ze tegenwoordig in de stad te vinden - de kauw bijna in de vorm van een plaag. Allemaal grote en zwarte vogels. In sommige randsteden vergezeld van zijn optische tegenpool: de meeuw, die tegenwoordig de inhoud van vuilniszakken over de straat uitschudt, en alleen opzij wil gaan als je er bovenop stapt.
    De algehele trend is dus de volgende: de kleine, kleurige, gezellige, zangvogels zijn in de loop van enkele decennia verdrongen door grote, brutale, overlastgevende zwart en wit exemplaren. Telkens bij de ontmoeting met een troep zwarte vogels denkt de redactie: daar zijn de kraaien die aan de rand van het graf van de mensheid zitten.
    Meteen ook gevonden:


Uit: De Volkskrant, 08-10-2008, column door Evelien Tonkens

Buiten spelen

...    Sommige problemen zou je een crisis toewensen. Twee problemen van deze week: buitenspelen en eenzaamheid. 10 procent van de Nederlanders is eenzaam, berichtte het Leger des Heils gisteren. En kinderen hebben veel minder ruimte om buiten te spelen dan in uw jeugd, berichtte de belangenorganisatie voor veilig spelen Jantje Beton bij zijn 40-jarig bestaan. Er is tweemaal zo veel grond bebouwd als 25 jaar terug, en er zijn miljoenen auto’s bijgekomen. De straten zijn dankzij drempels en 30-kilometerzones veel veiliger geworden, maar er is minder speelruimte. Zo worden Hollandse kinderen steeds dikker en ongezonder. Ze leren onvoldoende om te gaan met risico’s, minder bewaakte situaties en relatieve vreemden.    
    ...Welke crisis gaat nu leiden tot meer ruimte voor buitenspelen? Of tot een deltaplan tegen eenzaamheid? Dat buitenspelen nuttig is, helpt weinig. Vooral groen, de favoriete speelomgeving van kinderen tot 12 jaar, helpt aantoonbaar tegen overgewicht. Als er in hun omgeving groen beschikbaar is om te spelen, neemt overgewicht met 18 procent af (Potenties van Groen, onderzoeksbureau Alterra/Universiteit Wageningen). Gebrek aan buitenspeelruimte heeft trouwens ook met eenzaamheid te maken. Ouders in een verkeersveilige wijk hebben meer contacten in de buurt en kunnen ook makkelijker een beroep doen op burenhulp, aldus een Zwitsers onderzoek (site SP). Er is dus meer speelruimte nodig. Maar maak daar maar eens politiek van. Zonder crisis is het ondenkbaar dat we dat massaal gaan eisen.   ...
    Veertig jaar Jantje Beton is een goede reden voor een kadootje. Het wetsvoorstel ligt nog steeds klaar. Ik stel het me vaak voor, als ik al die auto’s in hun blikkerige opdringerige lelijkheid de openbare ruimte zie inpikken. Stel je voor dat we zouden ruilen: alle ruimte voor auto’s naar kinderen, en de schaarse ruimte voor kinderen naar auto’s. Stel u die lelijke parkeerterreinen eens voor vol spelende kinderen. Anton Pieck voor de 21ste eeuw. Wereldvreemd? Jazeker. Maar voor kleine stappen moet je grote dromen koesteren. Bij ontstentenis van een crisis kunnen alleen dromen ons in beweging brengen.


Red.:   Dat is dus nog een criterium voor een leefbare stad: genoeg speelruimte voor kinderen. Dat gaat natuurlijk ook meteen samen met meer ruimte, meer groen, kleinschaligheid, en dergelijke. De metropool is van nature volkomen ongeschikt voor kinderen. Er is weinig verbeelding nodig om te stellen dat, in de huidige omstandigheden, een voor kinderen leefbare stad zich tot dezelfde getalsmatige criteria leidt als het mussen-criterium


Naar Stedenbouw, megapolen , Rijnlandmodel, kleinschaligheid  , Inrichting, lijst , Rijnlands beleid, lijst , Rijnlandmodel overzicht , of site home .