Bronnen bijLinkse denkfouten: privacy
|
30 jul.2007 |
Linkse intellectuelen hebben een grote angst dat anderen zich met hun
intellectuele vrijheden bemoeien. Die angst is terug te zien bij de
terughoudendheid in het bestrijden van misdaad
,
maar ook in de overdreven aandacht voor privacy. Men heeft het dan namelijk
meestal niet over de echte privacy die op de privé-omgeving slaat, of
handelingen die echt niemand raken, maar zaken die zich in de openbare ruimte
afspelen, of zaken die door hun gevolgen ander mensen raken. De eerste bron laat zien
hoe fundamenteel dit altijd bij de linkse beweging heeft gelegen:
Uit: De Volkskrant, 28-07-2007, door Marc Peeperkorn
Interview | Hans Spekman
‘Ik heb geen ontzag voor gezag’
Hans Spekman (41) is bij de PvdA een ‘coming man’. Mede op verzoek van Wouter
Bos zelf kwam hij in de Tweede Kamer. Daar wil hij ‘knokken’ voor gelijkheid en
betrokkenheid. Het is niet zomaar een volgend leuk baantje: ‘Ik ben geen
jobhopper.’
...
Wat ging er fout bij de PvdA?
‘Ik ben een oer-PvdA’er, het is me met de paplepel ingegoten. Ik heb nog de
logboeken van mijn opa, medeoprichter van de SDAP: Veldman, vakarbeider
organiseert U. De kracht van partij was dat ze voelhoorns had voor het
ongenoegen in de samenleving en dat wist te kanaliseren voor verandering. Die
genen zijn we kwijtgeraakt. Net als andere partijen zijn we gaan surfen op hypes.
Als je hip bent win je. Het is allemaal superkortademig, terwijl de problemen in
de samenleving vragen om politici met een lange adem. Daarnaast werd de PvdA
puur elitair. Privacybescherming was het hoogste goed, het donderde niet dat de
buurten dan nooit veiliger werden. ...
Red.: Duidelijker en uit betrouwbaarder bron kunt u het niet
niet krijgen. Dat het nog steeds opgeldt doet blijkt uit de volgende bronnen:
De Volkskrant, 13-10-2005.
Camera op flat: burger bespiedt burger in R’dam
De Horstenbuurt in de Rotterdamse Zuidwijk heeft sinds kort moderne spionnetjes:
woningbouwcorporatie Vestia heeft op flats camera’s geplaatst zodat bewoners de
omgeving via een gesloten circuit in de gaten kunnen houden.
Vestia zegt vooral de sociale cohesie in de wijk te willen bevorderen. Zo zouden
bewoners kunnen zien ‘of er al kinderen op het speelveldje zijn en wie er buiten
zitten op de bankjes’.
Maar ook kunnen met het systeem meldingen van onraad worden
gedaan. Met een druk op de knop worden beelden naar de woningbouwcorporatie
verzonden.
Volgens Vestia kunnen buurtbewoners hun buurt zo beter in de
gaten houden. ‘Als een bewoner zijn vuilnisbak naast de container zet, dan kan
een andere buurtbewoner hier melding van maken.’
Het College Bescherming Persoonsgegevens zet kanttekeningen
bij het project. Zo is een van de camera’s gericht op een tramhalte. ‘Dat is
openbare ruimte’, zegt een woordvoerder. ‘Dat moet worden overlegd met politie
en justitie.’
Red.: Dit is het geschreven bericht. De mening blijkt wat
duidelijker in de mondelinge versies, en bovenstaand uit de toevoeging van de
mening van het College Bescherming Persoonsgegevens. Dat is natuurlijk je
reinste flauwekul: zodra je je in de openbare ruimte, of beter, buitenshuis,
begeeft, zijn totaal andere regels van toepassing dan die van de privacy - denk
maar aan seks: hartstikke vrij in huis, hartstikke verboden in de openbare
ruimte. Waar het om gaat is dit: de politiek correcte meute is tegen iedere vorm
van controle of beperking van gedrag. Onderstaand een sterk voorbeeld van het
stellen van het recht op privacy boven dat van de recht van de maatschappij op
vrijwaring van misdaad:
Uit: De Volkskrant, 23-08-2005, van verslaggever Toine Heijmans
Privacy van crimineel in ziekenhuis onder druk
Politie en justitie gebruiken het ziekenhuis steeds vaker als bron van
informatie. De bescherming van patiënten is de laatste jaren sterk afgenomen en
regels over het gebruiken van medische informatie zijn onduidelijk en soms
ondeugdelijk, waardoor criminelen in het ene ziekenhuis meer kans op ontdekking
maken dan in het andere.
Tussentitel: Medici staan onder druk vertrouwelijke gegevens te melden
Dat blijkt uit de studie Boeven in het ziekenhuis van arts en juriste Wilma
Duijst-Heesters, die volgende maand promoveert aan de Radboud Universiteit in
Nijmegen. 'Aan alle kanten wordt gemorreld aan het medisch beroepsgeheim', zegt
ze. 'Door de beroepsgroep zelf, door justitie en zelfs door de rechter. Het is
tijd voor duidelijkheid.'
Omdat het belang van opsporing zwaarder is gaan wegen, zijn
artsen en andere medici eerder geneigd hun beroepsgeheim op te geven. Bij een
vermoeden van criminaliteit, bijvoorbeeld wanneer een patiënt een wapen bij zich
heeft, wordt vaker aangifte gedaan.
Ook worden medici onder druk gezet om vertrouwelijke gegevens
van patiënten te melden. Rechters mogen die informatie terzijde leggen als
onrechtmatig verkregen bewijs, maar doen dat blijkens het onderzoek nauwelijks.
Daarnaast hebben justitie en politie meer mogelijkheden
gekregen om informatie te vergaren. Volgens de (verouderde) wetgeving mogen
brieven en geschriften niet zonder meer in beslag worden genomen. Maar dat geldt
niet voor bijvoorbeeld laboratoriummateriaal, röntgenfoto's, computerbestanden
met patiëntgegevens en CT-scans - enkel omdat ze in de wet niet worden genoemd.
Volgens Duijst-Heesters zijn nieuwe, landelijke richtlijnen
nodig om rechtsongelijkheid tegen te gaan. Sinds een paar jaar maken
ziekenhuizen aparte afspraken met politie en justitie over het leveren van
informatie, maar die lokale convenanten treden de rechten van verdachte
patiënten soms met voeten. Een aantal ervan is strijdig met de wet. Sommige gaan
veel verder dan ze mogen gaan. ...
Red.: Dat laatste betekent natuurlijk gewoon dat de wet
zodanig moet worden aangepast, dat die rechten niet langer bestaan. De ratio
daarachter is heel simpel: degene die met criminele doeleinden de privacy van
anderen schendt, heeft zelf geen recht op die privacy.
Ook de opslag van dna-informatie van gearresteerden en
veroordeelden hevven de linksen op grond van "privacy" zo lang als ze maar
konden tegengehouden. Hier is de reden:
Uit: De Volkskrant, 22-04-2009, van verslaggever Menno van Dongen
Databank Forensisch Instituut telt 73 duizend profielen en zal nog flink groeien
Elke week tientallen dna-voltreffers
NFI-directeur: 'Verheugend mnaar dna geen wondermiddel.'| Rechtspsycholoog
voorspelt 'enkele grote miskleunen'
Dankzij de dna-databank voor strafzaken komen steeds meer verdachten van
ernstige misdrijven in beeld. Wekelijks wordt 78 keer een match gevonden tussen
een mogelijke dader en dna-materiaal dat afkomstig is van de plaats delict. In
vier tot vijf gevallen per week gaat het om een moord of een zedenmisdrijf. Dit
maakte het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) dinsdag bekend.
Vorig jaar werden vierduizend delicten en personen aan elkaar
gekoppeld – een stijging van ruim 20 procent. De meest spraakmakende dna-match
leidde tot een doorbraak in de Puttense moordzaak. In mei hield de politie
Ronald P. aan op verdenking van de moord op stewardess Christel Ambrosius in
1994.
De dna-databank, die 73 duizend profielen bevat, is flink in
omvang gegroeid sinds in 2005 de Wet dna-onderzoek bij veroordeelden van kracht
werd. Op grond hiervan hebben daders van gewelds- en zedenmisdrijven genetisch
materiaal afgestaan. De komende jaren zal ook dna worden opgeslagen van
veelplegers en veroordeelden voor minder ernstige delicten. ...
De algemeen directeur van het NFI, Tjark Tjin-A-Tsoi, noemt
de cijfers verheugend. ‘Dna-onderzoek is een buitengewoon krachtig instrument.
Maar het is geen wondermiddel. Je hebt meer bewijs nodig.’ ...
Red.: De reden zijnde dat je er teveel misdaad mee oplost, en
links heeft iets met misdaad: het geeft reuring aan de maatschappij -
dingen waar ze over kunnen schrijven met hun literaire beroepen en hobby's
.
Tussengevoegd, van wat later:
Uit: De Volkskrant, 06-05-2010, ingezonden brief van Pieter Markus
(Geldrop)
DNA
In het onderzoek naar de moord op Andrea Luten zijn 2.100 personen gehoord.
Vijf zijn er verdacht, één is vervolgd en vrijgesproken. Driehonderd mannen
hebben DNA afgestaan. Van even zo veel onschuldigen is de privacy geschonden.
Dit onderzoek heeft veel geld, tijd, politie- en
justitie-inzet gevergd, en niets opgeleverd. Nu, zeventien jaar later, wordt de
zaak opgelost met een eenvoudige DNA-match (Ten eerste, 4 mei).
Hieruit blijkt weer eens hoe nodig het is een databank aan te
leggen met de DNA-profielen van alle burgers, waarin de computer een match
maakt. Onschuldige burgers komen hierbij niet in beeld, hun privacy is niet in
het geding. Hiermee was de moord in een week opgelost, en had de politie zijn
tijd aan andere misdrijven kunnen besteden.
Ik zal de eerste zijn om mijn DNA-profiel af te staan, al was
het maar om gevrijwaard te blijven van onnodige verhoren en onterechte
verdachtmakingen.
Red.: De moord op Andrea Luten was een geruchtmakende
zaak. De dader moest zijn profiel afstaan vanwege geweld - in de huiselijke
kring. Ook tegen deze verplichting hebben de privacy-ridders bezwaren. Femke
Halsema, erover ondervraagd bij Pauw & Witteman (06-05-2010)
(na 11:20), wees er onmiddellijk op dat (parafraserend uit twee uitspraken) "Ook
DNA-onderzoek tot fouten kan leiden zoals de Schiedammer moordzaak heeft laten
zien." Wat een aperte leugen is, omdat de fouten in die zaak juist te
wijten zijn aan het veronachtzamen van het DNA-bewijs, dat de onschuldig
veroordeelde Cees B. vrijpleitte.
En geen enkele misdaad is te erg:
Uit: De Volkskrant, 13-04-2010, hoofdredactioneel commentaar
Verboden beelden
Misdaadjournalist Peter R. de Vries heeft de met een verborgen camera gemaakte
beelden van kindermoordenaar Koos H. uitgezonden, ondanks een verbod van de
rechter in Amsterdam. Die actie moet worden afgekeurd. Burgers moeten zich aan
rechterlijke uitspraken houden. Dat geldt ook voor De Vries.
Voor de rechter in Amsterdam gaf de privacy van Koos H. de doorslag. Ook een
meervoudig kindermoordenaar heeft recht op privacy. Hij mag niet zo maar in zijn
woonomgeving gefilmd worden. Voor sommige mensen is dat onzin. Een
kindermoordenaar heeft al zijn rechten verspeeld, vinden zij. Maar in een
rechtsstaat hebben veroordeelden rechten, hoe monsterlijk hun misdrijven ook
mogen zijn. ...
Red.: Hierbij dus even voorbijgaande aan het feit dat
misdaad automatisch een vermindering van die rechten inhoudt - een vermindering
ongeveer evenredig met de ernst van de misdaad. Neem nu dit geval van 'privacy'.
Een levenslang veroordeelde komt nooit meer buiten - dus welke privacy hebben we
het over? Toch vinden rechter en de Volkskrant dat de privacy zwaarder
weegt:
|
In theorie zijn er gevallen denkbaar waarin het maatschappelijk belang zwaarder
weegt dan een rechterlijke uitspraak. Dat geldt zeker niet voor deze zaak. De
verborgen-camerabeelden dragen niet bij aan de oplossing van een moordzaak, want
Koos H. is al tot levenslang veroordeeld. |
Maar dat laatste is niet waar het om gaat. Waar het om gaat is een factor
waar rechters en linkse ideologen zelden of nooit aan denken - waar het om
gaat zijn de belangen van de slachtoffers en de nabestaanden. Die, zoals ze ook
aangegeven heven, ten zeerste geholpen zijn door beelden van een bekennende Koos
H. Waarmee de schaaltjes van het recht gevuld kunnen worden: aan de ene kant het
recht op privacy van een moordenaar die gefilmd tijdens een rustig gesprekje
waarin hij voor het eerst zijn misdaden bekent en vertelt hoe hij het gedaan
heeft, en aan de andere kant de gemoedsrust van een dozijn of zo nabestaanden
van zijn slachtoffers. Mensen die gevoelens hebben als deze;
Uit:
De Volkskrant, 16-04-2010, ingezonden brief van Fred Rohde (Leiden)
Verwerken
In 1979 was ik wiskundedocent aan de vooropleiding van het Koninklijk
Conservatorium in Den Haag. Ik gaf les aan jonge musici en balletleerlingen. De
12-jarige, door Koos H. vermoorde, Tialda Visser was één van mijn leerlingen. Op
de dag van haar vermissing zag ik haar tegen het einde van de middag met haar
zware John Travolta-schooltas langs het water lopen. Toen ik een paar dagen
later hoorde dat Tialda niet meer leefde, ben ik door vele diepe dalen gegaan.
Ik voelde me schuldig omdat ik haar niet heb kunnen beschermen en ben me altijd
blijven afvragen wat er met haar is gebeurd. Zelfs in het boek Zuidwal
van Sytze van der Zee vond ik onvoldoende antwoord. De uitzendingen van Peter R.
de Vries zijn daarom van onschatbare helende waarde. De Vries is erin geslaagd
het monsterlijke gezicht van het kwaad, dat altijd achter stilzwijgen en
ontkenning verborgen bleef, te laten zien. Als deze beelden alleen aan
nabestaanden zouden worden getoond, zou geen recht worden gedaan aan het leed
dat Koos H. bij andere betrokkenen heeft veroorzaakt. Bij de laatste uitzending
zal ik weer op het puntje van mijn stoel zitten. Tenminste, als de rechter mij
deze voorlopig laatste kans op verwerking niet ontneemt en Koos H. alsnog aan
het langste eind trekt.
Red.: Die rechters en aanverwante juristen en de Volkskrant-redacteuren
en aanverwante linkse ideologen zouden gedwongen moer worden hun schaaltje van
het recht op te eten ... hun houding is die van psychopaten. Een bekend gevolg
van ideologie...
Naar Linkse denkfouten
, Politiek lijst
, Politiek
& Media overzicht
, of site home
.
|