Bronnen bij Retorische trucs: verwarring
De meest actuele bron voor een aanzienlijke hoeveelheid "scheppen van
verwarring" is de eurocrisis. Natuurlijk is volkomen duidelijk wat er gebeurd
is: financiële instellingen uit de hele Europese Unie hebben geld geleend aan
financiële instellingen in de zuidelijk landen en hun regeringen, zonder acht te
slaan op de kredietwaardigheid van de instellingen en landen, waardoor ze veel
te veel hebben uitgeleend. De kredietwaardigheid van die instellingen en landen
is gebaseerd op de mogelijkheden om, door economische productie, terug te
betalen. van de financiële instellingen, die niets produceren, is die kans
absoluut nul, en van de landen, die zwakkere tot zeer zwakke economieën hebben,
ligt die kans dicht (voor Spanje) tot oneindig dicht (voor Griekenland) bij nul.
Het enige waarmee ze aan hun schulden kunnen voldoen is
landbezit, maar dat is politiek onvoorstelbaar. Vermoedelijk niet omdat het niet
zou werken, maar omdat dat uiteindelijk wél een oplossing zou kunnen vormen.
Want het is dus de vraag of men eigenlijk wel een oplossing wil, althans nu.
Want nu die eurocrisis er eenmaal is, is het ook een prachtig middel om verdere
Europees integratie af te dwingen. Een Europees Imperium wordt
noodzakelijkerwijs een neoliberaal imperium
, dat zorgt voor meer tweedeling, dus meer rijkdom voor de rijken (en meer armoe
voor de armeren) als in alle andere imperia
.
Dus in plaats van een oplossing liever verwarring gesticht,
en hoe meer verwarring, hoe beter.
Dit alles heeft Geert Wilders ertoe gebracht om in het
verkiezingsprogramma van de PVV een vertrek uit de Europese Unie op te
nemen, onder het motto: "Nog meer geld daarin stoppen is zinloos, want dat
krijgen we ook niet terug'. Vanwege de helderheid van die boodschap is dus
weer een nieuwe stroom anti-Wilderspropaganda in de media verschenen. Met
bijvoorbeeld deze reactie op een eerder stuk (Volkskrant.nl, Opinie,
20-07-2012, door Chris Aalberts, auteur van 'Achter de PVV: waarom burgers
op Geert Wilders stemmen'):
Nee hoor, dat hoeft Fretz niet uit
te rekenen. Want het antwoord luidt: dat geld is verdient door de bedrijven, en
die geven het aan hun topmensen en aandeelhouders. Dus voor de gewone burgers is
er een verwaarloosbaar klein tot geen voordeel.
Maar voor de zekerheid:
Oftewel: niemand kan het weten. Dus maakt het eigenlijk niet uit wat u stemt.
Of toch wel...?
Ongetwijfeld dezelfde experts als voorheen, want in één of twee maanden leidt je
niet zomaar mensen op tot experts. Dat wil zeggen: die experts zijn dezelfde
experts die die fatale investeringsbesluiten hebben genomen. Want zulke grote
investeringsbesluiten laat je niet aan de gewone man, maar aan experts.
En dus ook allemaal allemaal hoogopgeleiden.
Want lageropgeleiden waren daar niet ingestonken.
Die zijn in alle opzichten veel voorzichtiger in dit soort
zaken - dat is bekend genoeg.
Maar van voorzichtigheid wordt je niet rijk in het casino dat
de financiële wereld is
.
Dus die lageropgeleiden moeten vooral hier buiten blijven,
want anders kunnen we niet meer profiteren.
En wat is één van de methoden om ze er buiten te houden: Je
schept verwarring. Door te stellen dat het allemaal zo ingewikkeld is.
Hier is de kortst mogelijke versie van dit verhaal - van iemand met een
zeer korte maar bekende en "gerenommeerde" naam (de Volkskrant, 12-07-2012, column door Wouter Bos, econoom en
politicoloog
Hartstikke moeilijk, dat
pro-Europa-verhaal. (Tussen twee haakjes: als je niet wilt vertellen dat het
gewoon een graai-verhaal is).
De aanvoerder van de wetenschappelijke variant van het
"verwarring"s-offensief is de "angry young"-socioloog met de volkomen
anthraciet-grijze oligarchische opvattingen Willem Schinkel
(de Volkskrant, 02-06-2012, door Wilma de Rek)
Ja, ja, ja, alle oligarchische partijen zijn oligarchisch geworden. Of
anders gezegd: er is voor de zoveelste keer bevestigd dat de enige partij
die ooit eens op de grens heeft gezeten, de PvdA, toen het erop aankwam, met
onder andere dat ESM-fonds, de kant van de oligarchie heeft gekozen. Want er
zijn wel niet-oligarchische partijen, maar dat zijn geen partijen (de Volkskrant, 07-04-2012, door René Cuperus):
Nee, dat verbaast helemaal
niet. En de SP is ongetwijfeld een stelletje maoïsten die erop uit zijn iedereen
in Nederland te onteigenen en instantaan de communistische dictatuur in te
voeren. Kijk, als je alleen de oligarchische partijen ziet als echte partijen,
dan is er inderdaad weinig te kiezen.
Naar Retorica, trucs
,
Alg. semantiek lijst
, Alg. semantiek overzicht
, of site home
.
|