Haatzaaiers, creolen: Nina Jurna

De naam "Nina Jurna" was bekend genoeg bij deze redactie, van nogal gekleurde berichtgeving vanuit het Latijns-Amerikaanse continent waarvan ze correspondent was voor één of ander medium dat deze redactie niet leest, maar die met enige regelmaat ook langskwam bij NOS Journaals.

Die gekleurdheid was kennelijk ook opgevallen bij de VPRO uitleg of detail , die omroep waar alle moslims verlicht zijn en de beschaving komen brengen, jihadi's vrijheidsstrijders, en alle zwarten de dagelijks gemartelde slachtoffers van kolonialisme en slavernij.

En die gekleurdheid van mevrouw Jurna, zag de VPRO, was van dusdanig vrolijke aard dat ze een plaatsje verdiende in de Tempel van Politiek-correct Nederland: Zomergasten.

Allemaal een kwestie van gesproken woord, dus lastig noteren voor deze redactie, maar gelukkig is dat werk nu voor ons gedaan (elsevier.nl, 21-08-2019, door Geerten Waling, historicus en schrijver van o.a. de boeken Zetelroof (2017) en 1848 – Clubkoorts en revolutie (2016), uitleg of detail ):
  Bloed en bodem zijn niet voor niets taboe

Waling gaat het zometeen zelf corrigeren, maar ook vooraf is het essentieel om vast te stellen: bloed en bodem zijn helemaal niet taboe. Bloed en bodem worden zelfs warm omarmd.
    Als het gekleurde bloed en bodem is.
    Wat taboe is, is blanke bloed en bodem.
    Blanke bloed en bodem ... : dat is THIERRY BAUDET!!! uitleg of detail
    En bijna net zo erge dingen als Adolf Hitler enzo.
    Maar goed, Waling gaat het in wat beleefdere taal ook zeggen:
  Het is van tweeën één. Je kunt niet tegen racisme zijn en intussen mensen beoordelen op hun huidskleur. Je kunt niet discriminatie willen bestrijden en tegelijk minderheden ‘positief discrimineren’. Je kunt niet enerzijds de trots van Nederlanders op hun nationale cultuur verafschuwen, terwijl je anderzijds wegzwijmelt bij de zogeheten puurheid van een inboorlingenstam uit Afrika of de betoverende rituelen uit een oosters land, schrijft Geerten Waling.

Toch gebeurt het. ...

Het gebeurt niet alleen: het is de standaard.
    Als er iets over opgemerkt wordt ondanks dat het de standaard is, is die opmerking van de soort hoe prachtig het wel niet is.
    En dat allemaal met diezelfde uiterst simpele verklaring, maar die bewaren voor het einde.
    Eerst het verslag van Waling:
  Nina Jurna, NRC-correspondent in Latijns-Amerika, mocht in het VPRO-programma Zomergasten zonder enige kritische wedervraag leeglopen over haar obsessies met ras en identiteit. Ook al is Jurna geboren in een kindertehuis in Renkum en opgegroeid in een blank pleeggezin in Paasloo, zij wist dat ze pas echt thuis zou zijn in… Suriname, het land van haar biologische moeder. ...


En met die illustratie erbij mag je dus veilig aannemen dat de biologische vader een blanke was.
    Maar ja, het is net als met oogkleur en Joodse genen, hè: de gekleurde genen domineren.
    In ieder geval in dit soort opzichten:
  ... Ze wist cliché aan cliché te rijgen over het wonderschone Suriname, terwijl ze over het Nederland waarin zij opgroeide weinig positiefs te zeggen had.

Waarbij we gewoon zonder meer aannemen dat dat 'weinig positiefs te zeggen had' beleefde mainstream-publicatie-taal is voor, eerst stap 1: "veel negatiefs te zeggen had", en , stap 2, in gewone taal: "de huid volschold".
    Want dat zijn we gewend van zwarten in de media.
  ... Nu staat het iedereen vrij om op zoek te gaan naar een eigen identiteit, vreemd is het wel.  ...

Neen. Voor de tweede keer. Het staat blanken niet vrij. THIERRY BAUDET!!!
    Maar ook dat corrigeert Waling:
  ... Wat als we het omdraaien? Stel: Jurna was een blanke vrouw uit – zeg – Zuid-Afrika, met ‘Nederlands bloed’, die al haar hele leven verlangde naar de Hollandse luchten, Volendamse klederdracht en Sinterklaas? Die niet zoveel op had met bobotie en braai, maar wel met stroopwafels? Zij zou voor gestoord, misschien zelfs racistisch, zijn versleten.    ...

Erger: die zou versleten worden voor THIERRY BAUDET!!!
   ... Jurna toonde bij Zomergasten een fragment uit de Surinaamse film Wan Pipel (1976), waarin de hoofdpersoon – een creool geboren in Suriname, studerend in Nederland – een handvol Surinaamse aarde in zijn mond stopt: ‘Ik hou van mijn land. Ik kan het wel opvreten! Kijk, lekker, lekker, lekkerrr!’ Een ‘fantastisch’ fragment, volgens Jurna, dat haar diep ontroerde en waarin de ‘liefde voor Suriname heel mooi wordt neergezet – en ik voel die liefde ook zo’. Okay. Laten we ook dit even omdraaien: als een blanke Nederlander polderklei in zijn mond propt om zijn geboortegrond te bejubelen, zou Jurna dat dan even mooi vinden? Of hebben gekleurde mensen soms een recht op zulk hysterisch nationalisme dat de blanken ontberen?    ...

JA!!!
    Weer: verklaring aan het einde.
    Dan het algemene proces:
  ... ‘Bloed en bodem’ – het is niet voor niets een taboe. Bij een liberale, open samenleving past geen al te sterke etnische identificatie met je voorvaderen of de fysieke grond onder je voeten. Etnisch nationalisme – vanaf de late negentiende eeuw tot in de gaskamers van Auschwitz – heeft een harde les geleerd: reduceer burgers nooit tot hun aangeboren eigenschappen. ...

En ook als regel niet waar op deze manier: etnisch nationalisme vindt je overal ter wereld. Etnisch nationalisme heeft niet geleid tot de gaskamers - sec. Er zijn vele zaken die geleid hebben tot de gaskamers, waaronder etnisch nationalisme. Waaronder het etnisch nationalisme van de Joden. Een etnisch nationalisme dat nog steeds bestaat. A. Grunberg, bijvoorbeeld, haalt bij voorkeur Joden aan uitleg of detail . Ook deze vorm van "bloed en bodem" is hartstikke toegestaan.
   Met tot slot nog een voorbeeld van de zwarte vorm van etnisch nationalisme:
   ... Onlangs ontmoette ik een zwarte Amerikaan die een T-shirt droeg met de tekst ‘Back to Ghana 2019’. Deze geboren en getogen Californiër bleek op het punt te staan naar Ghana te verhuizen als onderdeel van een repatriëringsmissie voor de ‘Afrikaanse diaspora’, de nazaten van ooit weggevoerde slaven. ...
    De enthousiaste Californiër bracht zijn plan als een groots avontuur, maar dat neemt niet weg dat zijn Afro-nationalisme diep etnisch was gemotiveerd. Hij verkoos een band met bloed en bodem door minimaal vijf (en vaak meer) generaties heen boven zijn banden met Amerika. Zo’n ‘zwarte trots’ is misschien niet direct schadelijk, maar zou hij beseffen dat Afro-Amerikanen zoals hij hiermee geheel tegemoetkomen aan de wensen van blanke etno-nationalisten? Die vonden immers allang dat Afrikanen niet in Amerika (of Europa) thuishoren, vanuit vergelijkbare ideeën over bloed en bodem. Zij denken: eens een Afrikaan, altijd een Afrikaan – dus gauw ‘terug naar waar je vandaan komt’. We zien hier het pijnlijke falen van de Amerikaanse droom en van de inclusieve, multiculturele samenlevingen in het Westen. ...

Neen.
    Dat laatste:
  ... We zien hier het pijnlijke falen van de Amerikaanse droom ...

Het geval Amerika heeft te lijden van de Amerikaanse slavernij-voorgeschiedenis.
  ... het pijnlijke falen van ... de inclusieve, multiculturele samenlevingen in het Westen. ...

NEEN!!!
    Wat we hier, in Europa, waar de zwarten volkomen vrijwillig naartoe gekomen zijn, zien, is:
  Het pijnlijke falen van de gekleurde culturen in de inclusieve samenlevingen in Europa.

En dat is dus tevens, nummer 1: de verklaring voor het etnische gezwijmel van etnisch anders-culturele figuren als Nina Jurna, en nummer 2: de verklaring waarom hierop, ondanks de uiterst voor de hand liggende opmerkingen hier gemaakt door Geerten Waling, er niet met afkeuring, maar met liefde gereageerd wordt.
    Op het uiterst afkeurenswaardige etnische nationalisme niveau "Bloed en bodem".
    Oftewel: die twee verklaringen zijn samen te nemen tot:
  Bloed en bodem zijn niet voor niets NIET taboe

Dat moet, vanwege het etnische mislukken

Gevolgd door een brullende lach omdat met deze ene kleine omkering alles weer klopt als een bus.

Hé, dat is makkelijk, een compleet verslag (de Volkskrant, 12-06-2023, tv-recensie, door Arno Haijtema):
  Huidskleur

'Van Bahia tot Brooklyn' is onthullend, pijnlijk en hoopgevend tegelijk.


'Wat is jouw kleur?', vraagt de Braziliaanse politicus aan NOS-correspondent Nina Jurna. De interviewer, onzeker: 'Uhm, de vraag overvalt me.' 'Welke kleur ben je in Nederland?', vraagt de politicus door. 'Zwart', zegt Jurna dan maar, en alsof ze het even moet checken staart ze naar de huid van haar arm. Een schurende dialoog die een wereld blootlegt waarin 'elke huidtint een eigen betekenis heeft', aldus Jurna in haar VPRO-serie Van Bahia tot Brooklyn. Daarin onderzoekt de Overijsselse met Surinaamse wortels de gevolgen van eeuwenlange slavernij, waartoe fixatie op huidskleur behoort. Vanuit haar woonplaats Rio de Janeiro, naar Bahia in het noorden van Brazilië, langs Suriname en de Cariben, eindigt Jurna haar zoektocht in Brooklyn, New York, tienduizend kilometer verderop.

Onthullend, veelbelovend, pijnlijk, ontroerend en ook hoopgevend was vrijdag de eerste aflevering van de serie die, in aanloop naar de Nationale Herdenking Nederlands Slavernijverleden op 1 juli, in zeven delen laat zien hoe duister verleden het heden overschaduwt. Kijk naar de politicus die zichzelf als 'wit' heeft geregistreerd, al heeft hij onloochenbaar een gemengde achtergrond. Luister naar een meisje met zwart kroeshaar dat hoorde dat een wit kind bang voor haar was vanwege die weerspannige haardos. Na al die jaren emotioneert het haar nog steeds - Jurna omhelst haar troostend. En hoor de broer van het meisje, die met zijn afro voortdurend door de politie werd aangesproken: 'Hé, zwarte, waar ga je stelen?'

Wit is in Brazilië de kleur van de macht en de rijkdom. Hoe donkerder je huidskleur, hoe lager je plekje op de maatschappelijke ladder en hoe minder kansen, zo laat Jurna keer op keer zien. Op tal van manieren worstelt Brazilië met de koloniale geschiedenis, en ontkent het land die vaak. De enorme haven waar talloze slaafgemaakten vanuit Afrika zijn aangevoerd, is vrijwel bedolven onder een metrolijn die werd aangelegd voor de Olympische Spelen van 2016. Een begraafplaats met zeker veertigduizend doden, op de plek waar de slavenmarkt was, is onder een woonwijk verdwenen. 'Toen we onder ons huis gingen graven, stuitten we op honderden botten. Een schedel was van een kind, er zat maar één tandje in de kaak', vertelt een vrouw die haar huis als herdenkingsplek heeft ingericht.

Het is, althans voor mij, een goeddeels onbekende wereld die Jurna voorschotelt. Met een treurig verleden, maar ook veelzijdig, kleurrijk en poëtisch. Vrouwen roffelen samen in een drumband op hun trommel, voorheen het instrument dat het werktempo van de slaafgemaakten dicteerde: 'We voelen ons oppermachtig', zegt een vrouw. Jurna, duidelijk in haar element, drumt bezield mee. Twee vrouwen brouwen hun eigen bier en brengen het op de markt met een etiket waarop eer wordt betoond aan belangrijke, anders vergeten zwarte vrouwen. Kleine verhalen van kracht en hoop. Ze leggen het Jurna uit in de zangerigste taal ter wereld, een feest voor het oor.

Lust u nog peultjes ...
    P.S. Op het allerlaatste moment voor afsluiten viel het oog ook nog op dit:

Binnenkort in dit theater: pigmentmeters om de hoeveelheid pigment objectief te meten ten einde vast te stellen of de betreffende persoon donker genoeg is om een Zwarte Cleopatra of een Zwarte Landvrouwe in historische BBC-series te spelen ...


Naar Haatzaaien, allochtoon , Creolen, cultuur , Allochtonen, respect , of site home ·.

26 aug.2019