Bronnen bij Kalshoven, analyse: egoïsme als heilsleer

25 sep.2007

Een decennium of wat terug heeft ene Margaret Thatcher de maatschappij dood verklaard. In haar Angelsaksische wereld is dat inderdaad al grotendeels het geval, ernstig geholpen door het feit dat haar eigen land, Engeland, sowieso al een klassenmaatschappij was waar een dubbeltje evenveel kans heeft om een kwartje te worden, als een sneeuwvlok kans heeft op een lang leven in de hel.
    In Nederland is zelfs na jaren gestaag sloopwerk door Frank's soortgenoten deze verlichte staat nog niet bereikt. Tijd om de sloperskogel weer eens los te laten op een van de nog staande muren van een fatsoenlijke maatschappij:
 

Uit: De Volkskrant, 22-01-2005, column van Frank Kalshoven

De bv Ik, de emancipatie van de werknemer en 100 jaar vakbonden

Wim Kok, oud-voorzitter van de Federatie van Nederlandse Vakverenigingen (FNV), sprak deze week op een jubileumbijeenkomst in Amsterdam, over de honderdjarige geschiedenis van de vakbeweging.... Nee, het was een opvallende speech omdat Kok uitsluitend sprak over het Haagse overlegmodel, en met geen woord repte over de kerndoelstelling van de vakbeweging: de emancipatie van de werknemer.
    Het is extra aardig daarover na te denken omdat FNV-voorzitter Lodewijk de Waal ... zijn vertrek heeft aangekondigd.
    Diens opvolger is nog niet benoemd, maar vice-voorzitter Agnes Jongerius schijnt hoge ogen te gooien. Wat moet de nieuwe voorzitter gaan doen, gegeven de honderd jaren die achter ons liggen, nadenkend over de 21ste eeuw?
    Het korte antwoord: investeren in de bv Ik (of emigreren naar China).
    Een mini-geschiedenis van de vakbeweging past in één alinea.
    Vijfenzeventig jaar gerechtvaardigde en succesvolle strijd voor werknemersrechten, vijfentwintig jaar ongerechtvaardigde en matig succesvolle strijd voor verworven rechten en tegen werknemersplichten. Van een linksemancipatorische beweging is het vakbondswezen veranderd in een links-conservatieve beweging, van een voorhoede in een achterhoede. Deze geschiedenis wordt geïllustreerd door de plekken waar bondsbazen zich bevinden: vroeger overdag vooral op de werkvloer en op straat, en 's avonds in de studeerkamer; thans vooral in Haagse vergadervertrekken.
    Ik teken deze geschiedenis zonder vreugde op, omdat de emancipatie van de werknemer van eminent belang is. Dat was zo toen werknemers in de 19de eeuw rechteloze dingen werden - de fabrieksarbeid beroofde mensen van hun individualiteit, lees Marx er maar op na. Dat was zo toen werknemers in het eerste driekwart van de 20ste eeuw dingen met rechten werden. Dat werd niet minder toen werknemers, in het laatste kwart van de vorige eeuw, individuen met rechten werden.
    En die emancipatie is nog net zo belangrijk in de 21ste eeuw, waarin werknemers weerbare individuen zullen (moeten) zijn die kansen grijpen en zichzelf wapenen tegen bedreigingen. Deze laatste stap moet, door het overgrote deel van 's lands werknemers, nog worden gezel.
De emancipatie van de werknemer in Nederland is dus nog niet voltooid, de aloude missie van de vakbeweging is hartstikke modern, maar de nieuwe voorzitter zal, net als haar verre voorgangers, de studeerkamer moeten opzoeken om die missie opnieuw betekenisvolle inhoud te geven.
    Ik beveel haar aan te beginnen met de bv Ik. Tijdens een managementcursus die ik een jaar of zes geleden volgde, werd de bv Ik gepresenteerd als een Amerikaanse psychologische methode uit, ik meen, de jaren zeventig, die decennialang met succes is toegepast door olieconcern Shell. Het basisidee van dit zelfmanagementmodel is simpel: bekijk jezelf als een bedrijf met één werknemer. Deze metafoor dwingt je een hoop gemene vragen over jezelf te beantwoorden.
    Wat is de strategie van de bv Ik; welke doelstellingen heeft de onderneming op lange termijn? Over welke competenties beschikt de onderneming, en zijn die voldoende ontwikkeld om de doelstellingen te verwezenlijken? Wat moet er worden geleerd? Hoe waren de resultaten over het afgelopen jaar? Beter of slechter dan het jaar ervoor? Is de huidige klant van de bv ik nog tevreden? ...
    Het aardige van de metafoor, vind ik, is dat hij de zelfredzaamheid bevordert. De bv Ik is een weerbare onderneming die tijdig investeert in nieuwe vaardigheden, doelbewust nagaat of er over vijf jaar ook nog brood op de plank is, uitgaat van eigen kracht. Voor iemand in loondienst betekent de metafoor een wisseling van perspectief: de baas wordt een klant. En voor een goede klant doel de bv Ik zijn best, maar voor een rotklant niet, die kan oprotten. ...
 

Red.:   Eerst het volgende citaat:
Ik beveel haar aan te beginnen met de bv Ik. Tijdens een managementcursus die ik een jaar of zes geleden volgde, werd de bv Ik gepresenteerd als een Amerikaanse psychologische methode uit, ik meen, de jaren zeventig, die decennialang met succes is toegepast door olieconcern Shell. 
   
En nu het volgende citaat uit een artikel over de stand van zaken bij Shell:
 'Noem het een toespraak op de zeepkist: iedereen mag vragen stellen', zegt Glezer. 'Het is een voorbeeld van de directe en heldere manier waarop Van der Veer zich opstelt.'
    De 'zeepkist' is een direct gevolg van de koerswijziging die Jeroen van der Veer bij Shell tracht in te voeren. Door de affaire met de afgeboekte olie- en gasreserves was Shell (120 duizend werknemers, vijftien miljard euro winst) in 2004 in grote problemen gekomen. Bestuurders werden de laan uitgestuurd, onder druk van boze aandeelhouders werd de tweehoofdige structuur van Shell aangepakt en de Nederlander Van der Veer moest de orde herstellen.
    Vooral de ik-cultuur van zelfverrijking en eigenbelang moet worden aangepakt, zo vertelde Van der Veer een jaar geleden de hoogste vierhonderd managers van het bedrijf tijdens een bijeenkomst in het Amerikaanse Houston. Soberheid en bescheidenheid waren het nieuwe devies: de belangen van het bedrijf moesten zwaarder tellen dan die van de individuele werknemers. 'Enterprise First', zegt Van der Veer dan. Ofwel: de bezem gaat door de bonussen en door het jobhoppen. Door minder vaak van baan te wisselen, zou de betrokkenheid en de kennis van werknemers toenemen.
    Dus Kalshoven wordt keihard en lijnrecht tegengesproken door zijn eigen bron. Harder kan je niet onderuitgaan in een inhoudelijke discussie. En natuurlijk is het niet dit ene voorbeeld, maar het hele filosofietje van Kalshoven dat niet deugt. Want ze kan samengevat worden in één enkel zinnetje: "Ikke, ikke, ikke, en de rest kan stikke".


Naar Houding van de top, deel I , Toelichting bij Macht en ik-cultuur , Kalshoven, analyse Sociologie overzicht , Psychologie lijst , Psychologie overzicht , of site home .