De sociale zekerheid op lange termijn
De belangentegenstelling tussen de top en de rest van de maatschappij valt op
meerdere manieren samen met de discussie over de sociale zekerheid. De directe omslag van de kosten van de improductieven, het korte termijn
probleem; dit is al behandeld. Hier gaat het om de opvang van economische slechte
tijden voor de gehele bevolking, het lange termijn probleem.
Het tweede probleem is in feite ook en simpele vraag: als we in goede tijden
extra verdienen als samenleving, wat doen we dan met dat extra geld: apart
leggen voor mindere tijden, of opmaken. De Angelsaksische opvatting is dat dit
geld aan de burger gegeven moet worden, en wel meer naarmate deze burger rijker
is. Natuurlijk zeggen ze dat niet, maar ze doen het. En als ze het doen, noemen
ze het anders - het heet dan lastenverlichting.
De term lastenverlichting is een effectief propagandawapen. Het wapen gaat uit
van de vooronderstelling, levende bij vrijwel iedereen, dat het inkomen dat
mensen krijgen in zijn geheel het geld is dat zij verdienen, en dat wat de
overheid daarvan afhaalt middels belasting een vermindering van die verdienste
is. Deze vooronderstelling is onjuist, omdat het loon wordt uitgekeerd door
bedrijven, en die grotendeels bedrijven vrijgesteld zijn van de collectieve
lasten van hun activiteiten: ze hoeven niet het opvoeding, onderwijs, en de
(deels) oudedagvoorziening van personeel te betalen. Dus moeten die kosten via
een algemene afdracht betaald worden. Dit is wat belasting heet. Dat deel van
het inkomen dat naar de belasting gaat hoort dus niet bij wat men verdient, maar
is een systematische vergissing bij het uitbetalen: eigenlijk had het geld
meteen naar de overheid gemoeten. Die systematische vergissing is ingebouwd in
de kapitalistische maatschappij; in een communistische maatschappij bestaat geen
belasting op inkomen.
Als rechts de term "lastenverlichting" gebruikt, denkt vrijwel iedereen dus dat er
iets onrechtmatigs wordt rechtgezet
. Dat betekent dat ook ten eerste dat ook
onder de linkse topinkomens een aanzienlijk steun is voor het uitvoeren van
lastenverlichting. Tijdens het kabinetten Kok I en II, met grote inbreng van de
PvdA, is onder stimulans van de VVD en leiding van minister van Financiën en
VVD'er Gerrit Zalm voor circa 30 miljard aan lastenverlichting uitgegeven. Die
lastenverlichting is voor een groot deel terecht gekomen bij de hogere inkomens.
Het begrip lastenverlichting, als een van de antwoorden van de vraag: wat doen
we als we extra verdienen, is dus het antwoord dat in het belang is van de top van de
samenleving. Het andere antwoord: sparen voor slechtere tijden, is het antwoord
dat in het belang is van de rest van de maatschappij, omdat dan in slechtere
tijden minder of niet bezuinigd hoeft te worden op de gewone inkomen en de zwakkerenzorg.
Naar Angl. vs Rijnl., vertrouwen
, Angl. vs Rijnl., links II
,
Angl. vs. Rijnl. lijst
,
Angl. vs. Rijnl. overzicht
, of
site home
.
|