Bronnen bij Anglicisme in de EU, de toekomst: politiek links

De woordvoerders van de linkse politiek partijen beseffen dat door het referendum over de Europese grondwet de tegenstelling tussen de standpunten die ze uitdragen en de belangen van hun achterban in de openbaarheid is gekomen, en zijn daarom voorzichtig in hun reacties op de uitslag. De reacties uit het invloedrijke deel van hun achterban zijn echter overduidelijk, zoals bijvoorbeeld van socioloog-uit-GroenLinks-hoek Dick Pels. Met bekende retorisch trucs als het associëren  van de linkse tegenstemmers met de rechtse en rechts radicale tegenstanders (de Volkskrant, 09-06-2005, door Dick Pels):
  ... in haar 'museumcoalitie met de rechtse krachten' (De Beus, Forum 21 mei) sloot de SP zich zelfs aan bij de essentialistische retoriek van politici als Wilders en Herben en intellectuelen als Spruyt en Verbrugge'), en het gebruik van termen als populisme ('het linkse populisme speelt daarbij in op het nationale sentiment en de angst voor het vreemde. Marijnissen blijft hardnekkig rekenen in guldens en geloven in de opvoedende waarde van een unieke vaderlandse geschiedenis ...

... probeert hij de woordvoerders tegenstanders uit linkse hoek in een kwaad daglicht te stellen, zonder inhoudelijke argumenten te gebruiken. En dat het ergens om ging waar de nee-zeggers heel duidelijke belangen bij hadden is door meerderen geconstateerd uitleg of detail en op deze site al uitvoerig behandeld .
    De analyse van deze houding is simpel en voor de hand liggend, als blijkt uit de volgende citaten uit de reactie van Willem Bos, voorzitter van het Comité Grondwet Nee :
  Blijkbaar is het Pels ontgaan dat de ondertekening van zijn geliefde Grondwet in Rome onder leiding stond van de toenmalige Europese voorzitter Berlusconi en blijkbaar heeft hij gemist dat in het Oostenrijkse parlement de FPU, de partij van Haider, met deze constitutie heeft ingestemd.'... 'Wat een hypocrisie.' ...  ''Opvallend', zo schrijft hij, 'was dat de klassentegenstelling zich niet zozeer manifesteerde in de klassiek ideologische termen van links en rechts, maar samenviel met de haaks daarop staande populistische tegenstelling tussen boven en beneden'. Vooral die toevoeging 'populistische' is typerend.

Een andere vertegenwoordiger uit de links-intellectuele PvdA elite, Anet Bleich, uit zich in soortgelijke termen (de Volkskrant, 08-06-2005, column van Anet Bleich):
  Het gevoel leeft dat de scheidslijn tegenwoordig loopt tussen een elite die de politiek beheerst, profiteert van de vrijhandel en zich beter thuis voelt in New Orleans of Peking dan in Purmerend, en een aan z'n lot overgelaten, van reële invloed op z'n eigen bestaan verstoken volk.

Retorische smeerlapperij, want dat is geen gevoel, maar de werkelijkheid.
  'Het gaat veel te snel', 'ze doen maar', enzovoorts. Zulke gevoelens van onbehagen openen uiteraard de deur wagenwijd voor populisten, wier raison d'être het is om reële of veronderstelde kloven tussen volk en elite, volk en politiek systeem te exploiteren. En het succesvolle optreden van populisten versterkt op zijn beurt weer het idee dat deze kloof essentieel is en door de handjeklap spelende politieke elite verborgen wordt gehouden.' ... '... zowel in Frankrijk als in Nederland is de tendens dat de partijen van centrum-links en centrum-rechts aanhang verliezen aan de extremen ter linker en rechterzijde. In Nederland Fortuyn en de SP, in Frankrijk Le Pen en diverse linkse splintergroepen.

Nog meer retorische smeerlapperij gebouwd op de eerdere retorische smeerlapperij.
  Een stuk of vier ontwikkelingen vooral fungeren als aanjagers van de diepe onzekerheid. Ten eerste de razendsnelle technologische vooruitgang - als je eindelijk weet hoe je met een videorecorder moet omgaan, moet je alweer op dvd omschakelen. Ten tweede de angst voor terrorisme (11 september, de moorden op Fortuyn en Van Gogh). Ten derde het gevoel dat de eigen identiteit, de zeggenschap over eigen levensstijl van binnenuit wordt aangetast door een getalsmatig forse immigratie. En tenslotte de gestaag voortgaande afslanking van de verzorgingsstaat waarvan het einde nog lang niet in zicht lijkt.

Let is dit verband op het noemen van het overschakelen van video op dvd als oorzaak van tegenstemmen bij het referendum; over minachting voor de gewone burger gesproken. Het erbij halen van de migratendiscussie is al even laag, omdat er verder geen enkele aanwijzing voor is; het gaat hier ongetwijfeld om de bekende obsessie van Bleich met deze zaak, zie elders uitleg of detail .

De conclusie uit deze onthullingen van links elitair denken kan weer letterlijk van Willem Bos worden overgenomen:

  Zowel de ja- als de nee-stemmers wisten dus heel goed waar hun belang lag en hebben ernaar gehandeld. Wat dat betreft was de klassentegenstelling volstrekt duidelijk.
    Iets anders is de opstelling van de linkse partijen PvdA en GroenLinks. In tegenstelling tot een groot deel van hun achterban kozen zij ervoor de Grondwet te steunen. En bleken niet in staat om hun kiezers van de juistheid van die keuze te overtuigen. Wederom heeft de achterban van deze partijen het gevoel dat hun belangen niet gevoeld en begrepen worden. En daar ligt precies het gevaar van het populisme.
    Als linkse partijen en belangenorganisaties systematisch voorbijgaan aan de belangen van de groepen die hen zien als de natuurlijke verdedigers van hun belangen, als grote delen van de bevolking zich systematisch door links in de steek gelaten voelen, dan zet dat de deur open voor populisten die makkelijke en directe oplossingen suggereren. Dat is de belangrijkste les uit de Fortuyn-revolte. En dat zou ook de belangrijkste les voor links uit het referendum moeten zijn.
    Het zou mooi zijn als een linkse denktank zich daar op zou richten in plaats van wild om zich heen te slaan naar die delen van links die nog wel contact hebben met hun achterban.

Amen.


Naar Anglicisme vs Rijnlandmodel, links , Algemeen, overzicht , of site home .