Linkse denkfouten, psychiatrische patiënten: care in the community

Eén van de gevolgen van het gelijkheidsideaal van links was dat psychiatrische patiënten, gehandicapten, en dergelijk als volkomen gelijkwaardige mensen werden beschouwd, die weliswaar een beetje hulp nodig hadden. Het idee is voor het eerst bedacht en uitgevoerd in Engeland, waar het care in the community werd genoemd. Het uiteindelijke doel was de sluiting van alle inrichtingen voor psychiatrische patiënten en verstandelijk gehandicapten, met één en slechts één motief: die instellingen zijn duur.

Het plan werd in Nederland ingevoerd toen er in Engeland al tekenen waren dat het niet goed ging: psychiatrische patiënten die moorden pleegden in de volkswijken waar ze terecht kwamen werden eerst genegeerd, maar toen een gestoorde er voor de ogen van de camera er in slaagde zich voor leeuwen in de Londense dierentuin te werpen, klonken daar ook in het openbaar kritische geluiden.

Intussen ging in Nederland wat al als waanzin was onthuld gewoon door, ondanks tegengeluiden van ouders. Hieronder een weergave van deze strijd.

Als eerste een artikel over de slotaktes van deze trend (de Volkskrant, 17-02-2006, van verslaggeefster Ellen de Visser):
  Dennendalbezetters waren tijd ver vooruit

Inrichting Dennendal voor verstandelijke gehandicapten gaat dicht. Wie de zelfstandigheid aankan, verhuist naar een nieuwe wijk om daar temidden van 'gewone' mensen te wonen.

 
...   Reinaerde biedt de Dennendalbewoners daarom straks de keuze. Wie de zelfstandigheid aankan, verhuist naar het buurtschap, waar plek is voor 102 bewoners. Wie meer bescherming nodig heeft, kan terecht bij een andere instelling van Reinaerde of op een zorgboerderij.
    Pas als de laatste bewoner is vertrokken, wordt het terrein ontmanteld. Alleen Donders blijft staan; de naastgelegen psychiatrische instelling wil het pand overnemen. Brandt hoopt op een soort afscheidsceremonie. Dennendal is immers historie, beseft hij.
    Binnenkort zal Dennendal alleen nog voortleven als webgemeenschap waar de mensen van toen schrijven over hun idealen die zo gek nog niet waren. Dertig jaar na dato hebben de Mulleriaanse integratie-ideeën in de hele gehandicaptensector hun weg gevonden. ...

Op dit artikel volgde één van de zeer zeldzame tegenberichten (de Volkskrant, 27-02-2006, door Marijke Malsch):
  Toezicht gehandicaptenzorg schiet tekort

De vermaatschappelijking van de zorg voor verstandelijk gehandicapten is volgens Marijke Malsch danig uit de hand gelopen.


'Dennendalbezetters waren tijd ver vooruit', kopte de Volkskrant van 17 februari. De sluiting van Dennendal lijkt naar tevredenheid te verlopen. Maar in andere instellingen voor verstandelijk gehandicapten leidt het nieuwe beleid tot dramatische gevolgen voor bewoners en personeel. De 'vermaatschappelijking van de zorg' is grotendeels mislukt. De nieuwe plannen zijn niet gebaseerd op wensen en behoeften van bewoners. Er gebeurt een toenemend aantal ongelukken en de bewoners krijgen niet de zorg die zij nodig hebben.
    Landelijk is de trend dat verstandelijk gehandicapten weer in de maatschappij moeten wonen. Daarom worden woningen in wijken gekocht en instellingsterreinen ontruimd.
    De psychiatrie, waar dit al langer aan de gang is, laat zien dat dit vaak niet goed afloopt. Vroegere bewoners gaan zwerven en raken aan lager wal. Er wordt soms helemaal geen zorg of begeleiding meer gegeven.
    Iets soortgelijks dreigt nu bij verstandelijk gehandicapten. In recente rapporten van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling, het Verwey-Jonker Instituut en het Sociaal- en Cultureel Planbureau is er op gewezen dat 'vermaatschappelijking van de zorg' niet werkt voor deze groep. Hoe mooi de ideeën ook zijn, tot integratie in de maatschappij leiden ze niet. ...
    Een voorbeeld van hoe dit soort landelijke ideeën kan ontsporen, is de instelling voor verstandelijk gehandicapten Sherpa. Door mijn betrokkenheid bij Sherpa heb ik de ontwikkelingen goed kunnen volgen.
    De onvrede is enorm. Sherpa ontwikkelde plannen voor uitplaatsing zonder daarbij behoorlijk de wensen en mogelijkheden van bewoners te peilen. Groepen die al dertig jaar met elkaar wonen, worden opgedoekt en de bewoners worden her en der in wijken geplaatst. ...

Het maakte geen indruk.

Een plek waar het gezonde verstand wel de ruimte kreeg (de Volkskrant, 04-04-2007, van verslaggeefster Margreet Vermeulen):
  Instelling haalt gehandicapten terug uit woningen in de wijk

Groot aantal verstandelijk gehandicapten vereenzaamt. Van integratie in de gewone wijk komt weinig terecht.


Tussentitel: Ruim de helft van de uitgeplaatsten wil terug naar veiligheid instelling

De Twentse Zorgcentra (TZC) halen zo’n honderd verstandelijk gehandicapten die al tien jaar gedwongen in gewone wijken wonen, terug naar de hoofdvestiging. ‘Een groot aantal van onze cliënten vereenzaamt. Van integratie met de wijk komt te weinig terecht’, aldus directeur Hans van der Molen van de TZC.
    Het besluit staat haaks op het streven van de overheid om verstandelijk gehandicapten zo veel mogelijk op te nemen in de maatschappij, in plaats van ze weg te stoppen in grootschalige instellingen in de bossen. Dat is sinds 1984 uitgangspunt van het beleid.
    Het is de eerste keer dat een grote zorginstelling in woord en daad afstand neemt van dit ideaal. ‘Voor een groot deel van onze populatie is het helaas niet haalbaar.    ...
    Het Platform Kritische Ouders vindt het moedig dat de Twentse Zorgcentra openlijk afstand durven te nemen van het ‘dogma’ dat verstandelijk gehandicapten zo veel mogelijk in gewone wijken moeten wonen. ‘Dit is not done in instellingenland. Hier maak je jezelf niet populair mee’, beklemtoont secretaris Piet Schuerman van het platform.
    In een reactie zegt het ministerie van Volksgezondheid dat bewoners keuzevrijheid moeten hebben. Dat geen sprake mag zijn van dwang. Maar dat is volgens betrokkenen een wassen neus. ‘Voor kleinschalige nieuwbouw in de wijk krijg ik gemakkelijk geld en een vergunning. Maar om te bouwen op het terrein van de instelling krijg ik geen toestemming’, aldus Van der Molen.
    Tien jaar geleden werden 180 bewoners van de Twentse Zorgcentra gedwongen uitgeplaatst. Aan hen is nu voor het eerst gevraagd wat hun voorkeur is. Ruim de helft wil terug naar de instelling.

De zware kogel door de kerk: het beleid van care in the community is een dwaling.

Het hek was meteen van de dam (de Volkskrant, 05-04-2007, van verslaggeefster Margreet Vermeulen):
  CDA: gehandicapte laten kiezen waar hij wonen wil

Keuzevrijheid is er al, maar In de praktijk voelen bewoners zich niet vrij om te kiezen.


Het CDA wil van staatssecretaris Jet Bussemaker de garantie dat verstandelijk gehandicapten zelf mogen kiezen of ze in een gewone woonwijk of in een instelling wonen. Officieel is die keuzevrijheid er al. Maar in de praktijk voelen bewoners en hun verwanten zich niet vrij om te kiezen. Bovendien bevordert het rijksbeleid de bouw van kleinschalige opvang in plaats van nieuw- of verbouw van gebouwen op het instellingsterrein.
    Gisteren maakte directeur Hans van der Molen van de Twentse Zorgcentra bekend dat hij honderd verstandelijk gehandicapten terughaalt naar het instellingsterrein. In totaal werden tien jaar terug 180 bewoners gedwongen te verhuizen naar een gewone woonwijk. Maar meer dan de helft van de bewoners zegt zich veiliger en prettiger te voelen in een woning op het instellingsterrein.
    Het is voor het eerst dat een grote instelling voor gehandicapten de integratie min of meer mislukt noemt.
    De Vereniging Gehandicapten Nederland (VGN) is blij met de publieke discussie die nu ontstaat. ‘Integratie is de norm, maar daarbij staat keuzevrijheid voorop’, aldus VGN-directeur Jopie Nooren.
    Sinds 1984 is het uitgangspunt van overheidsbeleid dat gehandicapten beter af zijn als ze in een gewone wijk wonen. Dat stuit geregeld op verzet van ouders en verwanten van de gehandicapten. 'Maar de mening van mensen die tegen uitplaatsing zijn, wordt in de media onderbelicht’, vindt Allan van der Staal, woordvoerder van het Platform Kritische Ouders, dat is verbonden aan de instelling voor verstandelijk gehandicapten Willem van den Bergh in Noordwijk. ...

Maar dat betekent niet dat het beid wordt veranderd, want de opbrnegst van de bezuinigingne is reeds in gecalculeerd, nast de geplande belastingverlagingen.

Nog meer alarmsignalen (de Volkskrant, 06-04-2007, van verslaggeefster Margreet Vermeulen):
  Wie sabbelt op Duplo, integreert niet

Kunnen verstandelijk gehandicapten integreren in woonwijken? ‘Onze zoon trekt ruitenwissers van auto’s.’


Tussentitel: ‘Een brommer kan een gehandicapte al zwaar uit balans brengen’

Op het zeil achter een houten traliehekje zit een volwassen man. Hij sabbelt op een rood Duploblokje. Als het bezoek binnenkomt, kijkt hij eventjes naar hun schoenpunten. Al snel gaat hij weer helemaal op in zijn spel.
    Directeur Hans van der Molen van de Twentse Zorgcentra geeft een rondleiding over een van de instellingsterreinen. ‘Wat heeft deze man eraan als we hem in de stad plaatsen?’, vraagt Van der Molen. ‘Hij heeft het ontwikkelingsniveau van een baby. Hij kan niet praten, vrijwel geen contact maken. Laat staan dat hij kan integreren.’
    Hans van der Molen heeft een open zenuw geraakt door openbaar te verkondigen dat de integratie van verstandelijk gehandicapten in gewone woonwijken in Almelo grotendeels is mislukt. Collega-directeur Piet van de Beemd, directeur van Arduin in Zeeland reageerde furieus. Hij vindt dat instellingsterreinen waar verstandelijk gehandicapten apart worden gezet, wettelijk verboden moeten worden. In Zeeland is het Van de Beemd naar eigen zeggen wel gelukt om alle verstandelijk gehandicapten te huisvesten tussen ‘gewone’ burgers.
    Van der Molen gelooft niet in het succes van Arduin. ‘Mijn mailbox zit vol met wanhoopsbrieven van ouders uit Zeeland en Zuid-Holland die wanhopig op zoek zijn naar een instelling die hun kind een beschermde woonomgeving kan bieden. Die hopen nu dat ik nog een plekje heb op het terrein voor hun zoon of dochter.’   ...
    Directeur Van der Molen is niet tegen integratie van verstandelijk gehandicapten. ‘Als het lukt is het heel mooi en doen we het ook. Ik noem dat het Twentse model. Maar integratie mag geen geloofsartikel zijn. Dat is het in instellingen zoals Arduin in Zeeland wel. De directeur daar, Piet van de Beemd, is een wereldverbeteraar. Hij droomt van een betere maatschappij, maar volgens mij gaat dat ten koste van de verstandelijk gehandicapten.’
    In het rijksbeleid is sinds 1984 de kleinschalige opvang van verstandelijk gehandicaspten het uitgangspunt. Dat beleid werd in 2006 genuanceerd toen de keuzevrijheid van bewoners (en hun verwanten) voorop kwam te staan. In de praktijk zijn veel instellingen nog bezig met de ontmanteling van hun terreinen en het uitplaatsen van cliënten in gewone woonwijken.

Gunst - ineens weet men wel wat gezond verstand is.
 
Ook bij het publiek ziet men de tegenstelling tussen ideaal en praktijk (de Volkskrant, 05-04-2007, ingezonden brief van Josien Hoogland (IJmuiden)):
  Verstandelijk gehandicapt

Woensdag was het voorpaginanieuws: vereenzamende verstandelijk gehandicapten in woonwijken. En weer wordt er naar de verkeerde oorzaak gekeken. Namelijk: de blije, rijke burger kijkt weg van alles wat hem of haar niet aanstaat. Als ik met mijn zus met Downsyndroom met ballon en parapluutje door de stad loop, tovert zij een vertederde glimlach op de gezichten en krijg ik een bezorgde meewarige blik: wat een zorg, zo iemand! Met andere woorden: prima, maar not in my backyard. Men is meer begaan met het lot van zijn four wheel drive en zijn twee-onder-een-kap dan met de afhankelijke medemens. ...

Idioterie. De moderne burger heeft het ten eerste druk, en ten tweede is hij in overgrote meerderheid absoluut niet toegerust voor iets dat een professionele taak is: het omgaan met verstandelijk gehandicapten. En het is de vraag of deze vrouw echt ervaring heeft, wat gehandicapten komen niet terecht in wijken met twee-onder-een-kap's en four wheel drive's, maar in corporatiewijken op galerij- en portiekflats temidden van de sociaal zwakkeren. Met het al beschreven resultaat (de Volkskrant, 06-04-2007, ingezonden brief van Loes Overkempe (Tilburg)):
  Reactie: Verstandelijk gehandicapt

Josien Hoogland uit IJmuiden vraagt zich af waar de nuance ligt tussen verstandelijk gehandicapten ‘weg te stoppen in instellingen in de bossen’ en ‘volledig integreren in de maatschappij’ nu veel verstandelijk gehandicapten vereenzamen in woonwijken. Hieronder een reactie van de website.
    Ik ben ouder van een zoon met een zeer ernstige verstandelijke handicap. Veel ouders voelen zich onder druk gezet om hun gehandicapte kind te laten verhuizen naar woonwijken, waar meer zou kunnen. Maar zij willen niet dat hun kind achter de geraniums terechtkomt, gepest wordt of juist gemeden. Dat heeft niets met wegstoppen te maken. ...

Bij de patiëntenvertegenwoordigingsorganisaties wist men het natuurlijk al veel langer (de Volkskrant, 11-04-2007, van verslaggeefster Margreet Vermeulen):
 
Zorg negeert leefwensen van gehandicapten

Instellingen plaatsen mentaal gehandicapten zonder hen te horen. Rustgevende, bosrijke terreinen worden verkocht.

Tussentitel: 'Verzorgingsinstellingen worden steeds meer gezien als een bedrijf'

Veel verstandelijk gehandicapten moeten tegen hun zin verhuizen van een instellingsterrein naar een gewone woonwijk. Dat zeggen Dick Jager van het netwerk van verstandelijk gehandicapten KansPlus en Piet Schuerman van het Landelijk Netwerk Kritische Ouders.
    In een notitie voor het ministerie van Volksgezondheid schrijft KansPlus dat veel zorginstellingen bouwplannen ontwikkelen zonder eerst onderzoek te doen naar de leefwensen van de bewoners en hun verwanten. Zo’n ‘leefwensenonderzoek’ is tegenwoordig wettelijk verplicht.
    Als voorbeeld geldt zorginstelling Sherpa in Baarn. Daar hebben de afgelopen jaren 350 bewoners het instellingsterrein verlaten. ‘Bewoners en hun familie zijn niet in de plannen gekend’, aldus Marijke Malsch, die er een broer heeft wonen. Het instellingsterrein wordt in de nabije toekomst een gewone woonwijk, waarin de achtergebleven bewoners een plekje krijgen. ‘Maar we houden met alle individuele wensen rekening’, verzekert een woordvoerster van Sherpa.
    Het Landelijk Netwerk Kritische Ouders vindt dat een onjuiste aanpak. ‘In een persoonlijk gesprek met het management voelen cliënten en hun familie zich vaak onder druk gezet’, aldus Piet Schuerman.
    Van Dennendal in Den Dolder is bekend dat het terrein wordt ontruimd omdat het teruggaat naar de natuur. In de provincie Zeeland kunnen mentaal gehandicapten al geruime tijd niet meer op een instellingsterrein te wonen.
    In sommige instellingen worden demente, hele oude en meervoudig gehandicapte bewoners niet in staat geacht te integreren in een woonwijk. Zij mogen op het instellingsterrein blijven. ‘Dat betekent dus dat alle andere bewoners in principe weg moeten’, vertelt Allan van der Staal. Hij heeft een broer in Noordwijk wonen op het terrein van Willem van de Bergh. ‘Mijn broer heeft het verstand van een 2-jarige. Hoezo integreren?’
    Vorige week noemden de Twentse Zorgcentra de integratie van verstandelijk gehandicapten in gewone wijken in Almelo grotendeels mislukt. Ongeveer de helft van de uitgeplaatsten blijkt zich veel prettiger te voelen in een woning op het instellingsterrein. Die bekendmaking leidde tot een heftig debat over integratie van verstandelijk gehandicapten.
    Uitplaatsing van bewoners levert instellingen vaak veel geld op, benadrukt Dick Jager van KansPlus. ‘Ze worden steeds meer gezien als een bedrijf. En uit bedrijfseconomisch oogpunt is er wel wat voor te zeggen om je bosrijke terrein deels te verkopen.’

Dat soort instellingne is, net als de woningbouwverneigingne, in de handen gekomen van zich elite achtende "managers", die lakeien zijn in dienst van de ware elite, die zijn geld naar de Kaaiman Eilanden brengt.

De Volkskrant (beweert links te zijn, maar is zo neoliberaal als de pest) probeert haar positie uit te leggen (de Volkskrant, 10-04-2007, hoofdredactioneel commentaar ):
  Gehandicapten mogen kiezen voor 'de bossen'

In een ideale wereld zouden verstandelijk gehandicapten en niet-verstandelijk gehandicapten vrolijk door elkaar heen leven. Burgers zonder verstandelijke beperking zouden zich openstellen voor gehandicapte medeburgers die immers niet gelijk, maar wel gelijkwaardig zijn.
    Helaas, zo’n ideale wereld bestaat niet, concludeerden de Twentse Zorgcentra (TZC). Althans: niet overal en niet voor iedereen. De TZC brengen zo’n honderd gehandicapten uit woonwijken terug naar de hoofdinstelling ‘in de bossen’. Van integratie komt niets terecht, zegt de directeur. Veel gehandicapten vereenzamen in de stad, worden gepest of voelen zich onveilig.
    De maatregel van de TZC is een belangrijk signaal. De huisvesting van verstandelijk gehandicapten moet kritisch tegen het licht worden gehouden. Integratie is een waardevol ideaal, maar moet wel haalbaar zijn en niet ten koste gaan van de gehandicapten zelf.
    Voor zover mogelijk moeten gehandicapten zelf kunnen kiezen waar zij wonen. Dat is ook een begaanbare weg, suggereert de Twentse ervaring. Van een groep van 180 gehandicapten in de stad, wil ongeveer de helft terug naar een beschermde instelling. Met andere woorden: ook gehandicapten hebben verschillende woonwensen, die zo veel mogelijk zouden moeten worden gehonoreerd.
    Sinds het midden van de jaren tachtig is integratie het uitgangspunt bij de huisvesting van verstandelijk gehandicapten. De idealen van de jaren zestig en zeventig klinken er in door. Ook de verstandelijk gehandicapte moest worden geëmancipeerd. Hij was weliswaar anders, maar niet minder dan zijn medeburgers. Daarom mochten mensen met een verstandelijke handicap niet worden ‘weggestopt’ in de bossen. Evenmin mochten zij het slachtoffer worden van het not in my backyard-denken van de burgers die het beter hadden getroffen.
    Op de waarde van dit ideaal valt nog altijd weinig af te dingen. Maar de praktijk kan weerbarstig zijn. Normatieve en ideologisch uitgangspunten mogen niet ten koste gaan van hen om wie gaat, de verstandelijk gehandicapten. Sommigen voelen zich nu eenmaal veiliger en prettiger op het terrein van de instelling, waar zij afwijkend gedrag kunnen laten zien dat in de stad niet wordt getolereerd.    ...

Hier staat 'Op de waarde van dit ideaal valt nog altijd weinig af te dingen' - oftewel: dat het in de praktijk niet werkt dingt niet af aan de waarde van een ideaal. Snapt u nu waarom er gehandicapten tegen hun zin in gewone woonwijken wonen? Oftewel: waarom het kalf eerst moet verdrinken, voordat men de put dempt. Want dat men nu zegt: "Misschien moeten we het toch anders doen", is niet anders dan de put dempen, als je erbij zegt dat het ideaal wel deugt.
    Dit linkse ideaal, is net als de meeste linkse idealen, gebaseerd op zeer slecht redeneren, volgens het Aristoteliaanse denken: de ene waarheid volgt uit andere waarheden: Gehandicapten zijn gelijkwaardig. Dus zijn gehandicapten gelijk aan alle andere mensen. Dus hebben ze dezelfde rechten en plichten. Dus moeten ze in alle opzichten ononderscheidbaar zijn van andere burgers. Dus moeten ze tussen die andere, gewone, burgers wonen. En dus moeten ze in ieder geval uit die instellingen die ze onderscheiden van gewone burgers.
    Natuurlijk koste het niet veel moeite om dit uitgevoerd te krijgen, in tegenstelling tot andere linkse idealen. Het was zelfs erg makkelijk, en wel omdat ze medestanders hadden op de rechter vleugel. Het is namelijk ook goedkoper, want die instellingen in de bossen kosten handenvol geld, en die woonhuizen tussen de gewone burgers kwamen van de woningcorporaties, dus kosten alleen de huurders geld.
    Diezelfde huurders uit de zwakkere wijken hadden natuurlijk ook die andere last te dragen. want mensen uit instellingen doen natuurlijk ook niet allemaal normale dingen. Vooral daar waar het psychiatrische patiënten betreft, was er sprake van aanzienlijke hoeveelheden overlast, van simpele burenruzie door slechte woonstijl, tot enkele gevallen van moord (in Engeland)  . Ook ging zelfs (in Nederland) de politie klagen dat een flink deel van haar inspanningen nodig waren voor dit soort problemen. Omdat er dus ook meer politie-inzet nodig is, is dus uiteindelijk ook het bezuinigingsargument op zijn minst maar deels waar, en misschien zelfs geheel onwaar.
    Een paar alinea's terug is gesteld dat de links intellectuelen de gehandicapten en patiënten hebben mishandeld. Dat kan men uitleggen in de letterlijke zin: mis-handelt, of niet goed behandeld. Met enig voorstellingsvermogen is het snel in te zien dat dit ook figuurlijk mishandelen is - het door handelen toebrengen van leed en verwonding. Met wat meer voorstellingsvermogen, en gezien de zwakke mentale positie van dit soort mensen, lijkt hier zelfs de term "marteling" op zijn plaats: de linkse intellectuele hebben een grote groep mensen tientallen jaren laten martelen, omdat ze een ideaal hadden. En tientallen jaren niet wilde luisteren naar de mensen die ervaring hadden met de praktijk. Zie hier de kracht van het linkse intellectuele denken, het alfa-denken.
     Hier staat dat doodgewoon:
  ...    Sinds het midden van de jaren tachtig is integratie het uitgangspunt bij de huisvesting van verstandelijk gehandicapten. De idealen van de jaren zestig en zeventig klinken er in door. Ook de verstandelijk gehandicapte moest worden geëmancipeerd. Hij was weliswaar anders, maar niet minder dan zijn medeburgers. ...
    Op de waarde van dit ideaal valt nog altijd weinig af te dingen..

Want daar staat:
  Sinds het midden van de jaren tachtig is "gelijkheid" het uitgangspunt bij alles dus ook de huisvesting van verstandelijk gehandicapten. Het is een voortzetting van de "gelijkheid"sidealen van de jaren zestig en zeventig. Ook de verstandelijk gehandicapte moest "gelijk" gemaakt worden. Hij was weliswaar anders, maar niet minder dan zijn medeburgers.
    Op de waarde van dit ideaal valt nog altijd weinig af te dingen.

Dat laatste, hè ...
    We zien dat het niet alleen niet werkt maar doodgewoon contraproductief is, maar toch blijven we er mee doorgaan, want het is ons ideaal.

Wij blijven maar noteren (VARA TV Magazine, nr. 20-2007, door Clementine van Wijngaarden):
  Programma-aankondiging 20 mei 2007 | Zembla, Nederland 3, 20h45

Onbeschut

Wat is er terecht gekomen van het beschermd wonen van verstandelijk gehandicapten in Nederland? Niet veel, zo ontdekte Zembla.


Tussentitel: 'Een lachje en een groet, maar daar blijft het bij'

De laatste keer dat ze elkaar zagen was in het Ponypark Slagharen geweest. Met z'n allen in de Amerikaan. Peter Faber achter het stuur, de 'gekken' achterin. 'Hans, Jaap en hun meisjes. Het enige wat ze wilden toen we bij het park aankwamen: de vrouwen op een paard en de mannen op de Harley Davidson die er stond. En toen weer terug. Naar Noordwijkerhout, naar Sint-Bavo, de kliniek.'
    Faber had de mannen ontmoet tijdens de opnamen van Te gek om los te lopen, de in opdracht van Sint-Bavo gemaakte film uit 1981 waarin werd geprobeerd begrip te kweken voor psychiatrische patiënten, die, zo was het plan, 'de wijk in moesten'. Dus niet meer met elkaar achter hekken in instituten, maar onder gewone mensen. Het hoorde bij de democratiseringsgedachte die eind jaren 70 zijn opwachting maakte. Faber, die Piet speelde, de hoofdpersoon van de film, lukt het uiteindelijk niet om het in het 'wild' te redden. Hij komt erachter dat niet hij te gek is om los te lopen, maar dat het de maatschappij is die blijkbaar te gek is om als mens in los te lopen.
    Nu was het ook niet de bedoeling van De Bavo om de patiënten aan hun lot over te laten. 'Beschut wonen' heette het project van de psychiaters Jan van de Lande en Rob Offerhaus, een experiment met kleine wooninrichtingen buiten de kliniek. Dat de film zich uiteindelijk in een woning in Amsterdam-Zuid afspeelt, waar zes mannen en twee vrouwen het proberen te rooien, was smeuïger voor het filmverhaal.

Net als psychiatrische patiënten, zouden in de jaren die volgden, ook verstandelijk gehandicapten 'uitwaaieren': overal in Nederland - in dorpen en steden - werden woningen voor hen gebouwd. Tegelijkertijd werden de klinieken ingeperkt en in sommigen gevallen zelfs helemaal afgebroken.
    Inmiddels is de roep om terugkeer van een beschutte plek waar verstandelijk gehandicapten en psychiatrische patiënten onder begeleiding en onder elkaar kunnen wonen, groter dan ooit. Tenminste, zo ontdekten Frans Glissenaar en Erwin Otten voor hun Zembla-documentaire 'Sex, drugs en verstandelijk gehandicapt'. Naar aanleiding van een kranteninterview waarin de directeur van de instelling Twentse Zorgcentra zich beklaagde dat hij geen mogelijkheden had om woningen te bouwen op het instellingsterrein, terwijl dat wel de wens van cliënten was die nu nog 'in de wijken woonden' . onderzochten ze de (woon)situatie in de geestelijke gezondheidszorg. Glissenaar: 'We kwamen bijvoorbeeld bij de Stichting Arduin in Zeeland dat jarenlang gold als voorloper. en waar geen instellingstehuis meer is, alleen woningen in wijken. We kregen een rondleiding. Het zag er prima uit. Maar vervolgens werden we van alle kanten benaderd en werd duidelijk dat het niet goed ging met de verstandelijk gehandicapten in de woonwijken. Dat de bewoners in hetzelfde huis het niet goed met elkaar kunnen vinden; dat er seksueel misbruik is, er ruzies zijn, een gebrek aan aandacht, maar ook alcohol- en drugsgebruik komen onder verstandelijk gehandicapten in de wijk veel voor.' En van het ideaal - de integratiegedachte - komt al helemaal weinig terecht. 'Een lachje en een groet, maar daar blijft het bij. Wat wij met de documentaire laten zien is dat wat eens een emancipatiegedachte is geweest, is doorgeslagen.'
    Faber herinnert zich de boerenomeletten die hij met Hans at, de boekhandel die ze samen bezochten voor een boek over de Heer, maar toen dat boek niet voorradig was, een boek over seks ook goed zou zijn. Met plaatjes. 'Ze hadden zo veel plezier van die uitstapjes en dat deed mij ook goed. Maar op een gegeven moment verloren we elkaar toch uit het oog.' Het wonen in de wijk? Faber gelooft er niet in. 'Misschien dat het toen kon, maar nu is alles anders, regeert de firma eigenbelang. Terug naar het bos, maar dan niet in onderdrukking. Beschermd, beschut.'

Bekend.

En nog eentje (de Volkskrant, 23-05-2007, door Sander Bussink, jurist, lid van het Landelijk Netwerk Kritische Ouders en broer van Mark, een vroegere-cliënt van Sherpa):
  Weg met gelijkheid die fout uitpakt

In Zembla van 20 mei jongstleden was een ontluisterend beeld te zien van de ontsporingen in de gehandicaptenzorg, veroorzaakt door het dwangmatig doorzetten van de vermaatschappelijking van verstandelijk gehandicapten.
    Ook de instelling voor gehandicaptenzorg Sherpa te Baarn is daarvan een treffend voorbeeld. Na zes jaar ideologisch integratiebeleid, staat zij sinds juni 2006 onder verscherpt toezicht van de Inspectie.
    Het beleid dat de ideologie boven de mens stelt, riep vanaf het begin weerstand op bij de gehandicapten en hun vertegenwoordigers. Toch lappen sommige zorgbestuurders ongehinderd de inspraakrechten aan hun laars. Soms worden voorzieningen bij een instelling al gesloopt voordat de plannen met de gehandicapten, hun vertegenwoordigers en de cliëntenraad besproken zijn.
    Het blijkt voor cliëntenraden moeilijk te bijten in de hand die hen voedt. De wettelijk voorziene gang naar de rechter bij schending van de inspraakrechten is voor de meeste cliëntenraden een brug te ver omdat zij voor hun middelen afhankelijk zijn van diezelfde zorgbestuurder.
    Het van overheidswege verplichte leefwensenonderzoek is vaak hetzelfde lot beschoren als de inspraakrechten: ook hier marchandeert de zorgbestuurder met de inspraak. Men waardeert eigen, niet representatieve onderzoeken op tot onafhankelijke onderzoek.
    Door het gebrek aan werkelijke inspraak en invloed, is de keuzevrijheid een wassen neus geworden. De verstandelijk gehandicapte is de dupe van een ideologie die haar machtspositie misbruikt en zo het door haar geleende gelijkheidsideaal juist met voeten treedt. Dit beleid maakt slachtoffers. Of het nu gaat om de in de wijk vereenzaamde gehandicapte is of de gehandicapte die specialistische zorg moet ontberen omdat de instelling oplegt dat hij gewoon naar de huisarts moet.    ...

Bekend.

De zaak is weer een paar jaar uit de schijnwerpers geweest, dus steken de oude reflexen weer de kop op. Het begon met het volgende bericht (de Volkskrant, 27-08-2009, van verslaggevers John Wanders):
  Buurt is schizofreen Albert meer dan beu

Albert rent soms naakt over straat, dan weer zwaait hij met zwaarden. Het is net te weinig om hem uit huis te zetten.

Albert is een alleenstaande man van midden veertig met een zware psychische stoornis. Hij woont in een portiekwoning in een dichtbevolkte wijk in Rotterdam. Dat gaat goed, zolang hij zijn medicijnen slikt. Probleem is dat hij dit niet altijd doet. Zonder medicatie gaat Albert zeer ongewenst gedrag vertonen.
    De ene keer rent hij midden in de nacht in zijn blote kont luid schreeuwend door de wijk. Een andere keer slaat hij met een hakbijl zijn interieur kort en klein. Op slechte dagen gaat hij de deur uit met twee kromme zwaarden op de rug gebonden. ‘Hij raakt je niet aan, maar hij komt wel vlak voor je neus staan en neemt dan vechtsporthoudingen aan’, vertelt een buurtbewoner. ‘Hij schreeuwt je toe in een onverstaanbare taal. Het is enorm bedreigend en intimiderend.’ Ook trok Albert de aandacht door met een getrokken zwaard achter buurtkinderen aan te hollen.
    Albert is het prototype van de groeiende groep ‘draaideurpatiënten’ in Nederland. Hun gedragingen kunnen verschrikkelijk zijn, toch brengen ze net te weinig gedoe met zich mee om de huurovereenkomst te kunnen ontbinden, stelt Anja van der Sijde, regiodirecteur bij Woonstad Rotterdam. ‘Dit zijn de moeilijkste gevallen, een veel voorkomende tussencategorie. Je zou bijna gaan hopen dat zo’n man eens een ruit ingooit.’ Verschijnt zo’n overlastgever in goeie doen voor de rechter, dan ontstaat al gauw de neiging hem nog een kans te geven, is de ervaring van Woonstad Rotterdam.
    In de voorbije twaalf jaar is Albert tientallen malen met een officiële machtiging uit zijn huis gehaald en overgebracht naar een psychiatrische instelling. De laatste keer gebeurde dat door een arrestatieteam. Meer dan twintig agenten in kogelvrije vesten hadden het stratenblok afgezet na een melding dat Albert met een vuurwapen liep te zwaaien. Dat laatste bleek overigens niet het geval.
    Na weken op een van de locaties van het Delta Psychiatrisch Centrum keerde Albert steeds terug in zijn huurwoning van Woonstad Rotterdam.
    ‘Onze behandeling is erop gericht cliënten terug te laten keren in de samenleving’, verduidelijkt Emmy van der Sluijs van Delta Psychiatrisch Centrum. ‘Als de arts vindt dat hij naar zijn woning terug kan, wie zijn wij dan om te beweren dat dit niet kan?’, zegt Barbara van Steen, programmamanager bij Woonstad Rotterdam. ‘We leven in een maatschappij waarin deze mensen ook hun plek moeten hebben.’
    ‘Prachtig hoor, om vanuit je bureaustoel te redeneren dat ook zo’n gek recht heeft op een plek in onze samenleving’, smaalt advocaat Bernard Tomlow, specialist in procesvoering tegen overlastgevers. ‘Maar je piept echt wel anders als deze man naast je komt wonen.’
    Rechters krijgen steeds beter in de gaten waar het belang van buurtbewoners ligt, merkt de Utrechtse advocaat.
    ‘Wij hebben 150 tot 200 ontruimingen per jaar en daar zitten ook overlastzaken bij. Met een zwaard achter kinderen aanhollen biedt absoluut voldoende grond voor ontruiming.’
    Tomlow constateert een geleidelijke omslag in het denken over wat hij noemt ‘het gedogen van gekken’. Zorginstellingen hebben volgens hem jarenlang te gemakkelijk allerlei twijfelachtige figuren ‘de wijken in gegooid’: ‘Kwetsbare mensen, daar heb ook ik compassie mee. Maar je mag je best afvragen of deze mensen in de samenleving kunnen functioneren. Een buurt is niet opgeleid om schizofrenen op te nemen die de leefomgeving verzieken en kinderen bedreigen.’ ...

Allemaal het bekende spul.
    En hier is de reflex - vanwege het hoge aantal retorisch trucs een geval voor geval behandeling (de Volkskrant, 28-08-2009, door Malou van Hintum, redacteur van de Volkskrant):
  Albert verdient hulp, geen huisuitzetting

De psychiatrische patiënt Albert moet niet zijn huis worden uitgetrapt, maar geholpen worden door een multidisciplinair, mobiel team, betoogt Malou van Hintum.

Tussentitel: Psychisch zieken worden in Rotterdam behandeld als uitschot

Stoere taal in de krant: 'Buurt is schizofreen Albert meer dan beu' en 'voor overlast is geen ruimte in Rotterdam'. Strekking van het verhaal: mensen die overlast geven en hun gedrag niet beteren, worden uit hun huis gezet (Binnenland, 27 augustus).
    Prima. Een veilige, schone, groene buurt, bewoond door aardige, sociale mensen - dat wil ik ook. Maar in mijn buurt hoort ook onze 'dorpsgek' thuis, die zwaaiend met zijn staf ons af en toe de zegen geeft, en soms na middernacht luidkeels een liedje zingt.
    Hij is waarschijnlijk niet te vergelijken met Albert. Een man met schizofrenie (nee, niet een schizofreen; mensen zijn meer dan hun ziekte) die, vertellen buurtbewoners, dreigt, intimideert, mensen toeschreeuwt in een 'onverstaanbare taal' en met getrokken zwaard achter hun kinderen aan zit.
    Moet dat kunnen? Nee. Ik zou als de dood zijn dat mijn kinderen iets overkwam. ...

De nieuwst truc onder de politiek-correcten: eerst net doen of ze redelijk zijn. Maar het eerste schot voor de boeg is natuurlijk het 'stoere taal' - dit veronderstelt kwade bedoelingen bij degen die het probleem willen oplossen.
  Maar de 'oplossing' die de gemeente Rotterdam aandraagt, slaat nergens op. Die gooit drugsdealers, asocialen en 'draaideurpatiënten met een psychiatrische stoornis' op een hoop als overlastgevers die 'op een harde aanpak mogen rekenen'.

Een leugen. Wat de gemeente stelt is dat álle vormen van buurtoverlast aangepakt gaan worden, waaronder die van draaideurpatiënten. Maar nergens wordt gezegd of gesuggereerd dat ze samen met de drugshandelaren in hetzelfde hok worden gegooid - of op dezelfde hoop.
  Wat zijn dat voor bestuurders die chronisch zieke patiënten gelijkstellen aan criminelen? Wat maakt dat mensen met lichamelijke ziekten zelfs kunnen uitgroeien tot ware volkshelden, terwijl mensen met psychische ziekten in elk geval in Rotterdam een behandeling wacht zoals de melaatsen in de Middeleeuwen: als uitschot?

Twee retorische trucs. Ten eerste "Herhaling"  , van de onjuiste gelijkstelling. Ten tweede "Hellend vlak"  , door de kenschets als 'melaatsen'.
  Albert is de afgelopen jaren tientallen malen uit huis gehaald en overgebracht naar een psychiatrische instelling. 'De laatste keer gebeurde dat door een arrestatieteam. Meer dan twintig agenten in kogelvrije vesten hadden het stratenblok afgezet na een melding dat Albert met een vuurwapen liep te zwaaien. Dat bleek overigens niet het geval', schrijft de krant.
    Welke gek - want dat lijkt wel echt een gek - haalt het in zijn hoofd op basis van een gerucht een psychotische man te laten overmeesteren door een arrestatieteam?

Nu drie retorisch trucs: de eerste is "Anekdotisch bewijs"  , omdat één enkel geval, veroorzaakt door een misverstand, gelicht wordt uit tientallen waar het anders is gegaan. De tweede is weer herhaling, in de tweede alinea, en de derde is weer Hellend vlak, in de tweede alinea.
  Je stuurt toch ook geen arrestatieteam af op iemand met een hartaanval?
    Allebei zijn ze patiënten die een dokter nodig hebben. Allebei hebben ze recht op goede behandeling en zorg. De man met de hartaanval krijgt die ook. Maar de man met de psychiatrische ziekte niet. Die wordt, zo lees ik, van het kastje (de psychiatrische instelling) naar de muur (zijn woning) gestuurd.

Een voorbeeld van de retorische truc "Valse vergelijking". Beide gevallen zijn patiënten, maar de een is ene is bijvoorbeeld een eenmalig geval dat van harte meewerkt aan zijn behandeling, en dan ander een zich vele malen herhalend geval dat slecht of niet meewerkt met zijn behandeling.
   Hiernaast zit hierin een verborgen geval van Onjuistheid  . Want er staat dat de psychiatrische patiënt van het kastje naar de muur wordt gestuurd, maar Van Hintum heeft tot nu toe nog maar twee partij aangewezen: de klagende buren en de gemeente. Terwijl bij dat "sturen" nog een derde partij betrokken: de psychiatrische instelling. Kijk maar dit citaat uit het voorgaande artikel:
      Na weken op een van de locaties van het Delta Psychiatrisch Centrum keerde Albert steeds terug in zijn huurwoning van Woonstad Rotterdam.

Uit deze uitspraken blijkt overduidelijk dat deze instelling op zijn minst een mede-dader is in het kastje-naar-de-muur-sturen. Zo niet de hoofddader, gezien het erop volgende:
      ‘Onze behandeling is erop gericht cliënten terug te laten keren in de samenleving’, verduidelijkt Emmy van der Sluijs van Delta Psychiatrisch Centrum.
    ‘Als de arts vindt dat hij naar zijn woning terug kan, wie zijn wij dan om te beweren dat dit niet kan?’, zegt Barbara van Steen, programmamanager bij Woonstad Rotterdam. ‘We leven in een maatschappij waarin deze mensen ook hun plek moeten hebben.’

Want dit is ideologie: er is geen enkele wet of regel die zegt dat psychiatrische patiënten in de samenleving moeten leven. Je kan als regel afspreken dat indien het mogelijk is, psychiatrische patiënten in de samenleving mogen wonen als ze dat willen. Waarbij het cruciale verschil : indien het mogelijk is. En dat laatste zijn simpele regels voor te formuleren: één keer terug naar de kliniek wegens overlast of iets dergelijks: geen probleem. Twee keer: geen probleem: drie keer: een klein probleem. Vier keer: een iets minder klein probleem. Twintig keer: een onoverkoombaar probleem.
    Natuurlijk ontgaat deze andere kant van de zaak onze schrijvende ideologe volkomen. Die blijft maar doorhameren op haar verkeerde aambeeld:
  Behalve de man wordt ook de buurt daar het slachtoffer van, en dat is niet goed. Maar dat los je niet op door met huisuitzetting te dreigen.

Maar voor de zekerheid wordt er nog een keer met het zand der "redelijkheid" gestrooid:
  Wat wel kan helpen, is de inzet van een Assertive Community Treatment-team. Een mobiel, multidisciplinair zorgteam, 24 uur per etmaal bereikbaar, dat onder meer bestaat uit een psychiater, een verslavingsdeskundige en een woonbegeleider. Zo'n team zoekt mensen als Albert ter plekke op, helpt bij de organisatie van hun dagelijks leven, controleert hun medicijninname en onderhoudt contact met alle betrokkenen en andere hulpverleners.

Nou, die ambulante hulp is er wel degelijk, maar kan natuurlijk dit soort gevallen niet voorkomen. Nog meer hulp omdat de problemen zo groot zijn? Dan is er een veel voor de hand liggender oplossing: permanente hulp! In de inrichting.
    Maar tot tot nog maar eens een herhaalde scheldpartij:
  Een sterke arm die Albert ondersteunt, in plaats van zijn huis uit trapt. Dat zou de ambitie van Rotterdam moeten zijn.

En dit allemaal met als effectief resultaat een virulente verdediging van het care in the community systeem.
    Ze leren het nooit, die linkse politiek-correcte ideologen.
    Die Van Hintum is een zeer ernstig geval uitleg of detail .

Maar weer lijden ze een nederlaag (de Volkskrant, 22-01-2010, van verslaggeefster Maud Effting):
  Kliniek voor zeer zware psychische patiënten

Kliniek gaat in februari in Amsterdam open | Nederland telt zo’n 300 zeer agressieve patiënten.

In Amsterdam komt een kliniek voor de allerzwaarste psychiatrische patiënten, die overal vastlopen. De stoornissen bij deze patiënten zijn zo ernstig dat de behandelaars hen doorgaans niet aankunnen. De nieuwe kliniek van Inforsa, die in februari open gaat, is de eerste in Nederland die dergelijke patiënten langdurig gaat opvangen.
    ‘Deze mensen zijn zeer agressief en manipulatief. Sommigen doen bijna continu zelfmoordpogingen’, zegt psychiater Marion van Bruggen, hoofd behandelzaken bij Inforsa. ‘Ze ontwrichten hele afdelingen. Het personeel is eigenlijk alleen maar bezig met crisisbestrijding. Daardoor komen ze niet toe aan de behandeling van de stoornis. Deze patiënten worden ook vaak gesepareerd.’    ...

Dit betreft mensen die al binnen zitten. Maar dit geldt natuurlijk onverkort voor de hele sector: er is in alle gradaties onderverzorging - er lopen er in alle varianten te veel "vrij rond".

In 2010 komt er een nieuwe aanval (de Volkskrant, 23-09-2010, van verslaggeefster Maud Effting):
  Psychiatrische zorg | Aantal bedden in klinieken kan met 30 procent omlaag

'Verzorg geesteszieke patiënt thuis'

Door psychiatrische patiënten thuis op te vangen, kan betere zorg worden geboden en kunnen veel kosten worden bespaard. Maar Nederlandse klinieken aarzelen.

Tussentitel: 300 euro kost een dag in een kliniek; thuisbezoek kost slechts 80 euro

Zo’n 20 tot 30 procent van de bedden in psychiatrische klinieken kan binnen een paar jaar verdwijnen. Door de zorg structureel anders te organiseren, kan bijna een op de drie zware psychiatrische patiënten die nu regelmatig of langdurig worden opgenomen, terug naar huis. Bovendien is dat ook nog eens goedkoper.
    Dit stellen psychiaters en bestuurders vandaag op een congres over een relatief nieuwe manier van zorg: Function Assertive Community Treatment (FACT). Behandelaars komen volgens deze methode dagelijks en soms meermaals per dag naar het huis van de patiënt, in plaats van te wachten tot de patiënt naar hen toekomt.
    Zodra het beter gaat, krijgt de patiënt minder bezoek. Als de toestand verslechtert, gaat de frequentie weer omhoog. ...

Tenzij er toevallig weer bezuinigd moet worden op de zorg...dan ook dit wat minder. En nog wat minder, enzovoort. Eindresultaat: zonder of met minimale zorg te midden van gewone burgers.
    En weer moet de werkelijkheidszin uit het veld komen (de Volkskrant, 30-09-2010, ingezonden brief van Geertje Paaij (Hoorn)):
  Kwetsbaar

Met interesse heb ik het artikel gelezen ‘Verzorg geesteszieke patiënt thuis’ (Ten Eerste, 23 september). Er zal zeker een categorie psychiatrische patiënten zijn die hierbij baat heeft. Gemakshalve noem ik hen maar de light versie.
    In mijn optiek wordt de zaak in dit artikel eenzijdig belicht. Twee geïnterviewden steken de loftrompet over de zorg thuis. Een citaat van de heer Remmers van Veldhuizen, voormalig directeur zorgontwikkeling van de GGZ Noord-Holland Noord, slaat werkelijk alles. Hij bagatelliseert de thuissituatie van een psychiatrische patiënt behoorlijk.
    Mijn 25-jarige dochter lijdt aan schizofrenie en is verslaafd aan speed. Ook zij woont zelfstandig, al moet je niet vragen hoe. Was het maar zo simpel dat ik slechts het toilet van mijn dochter af en toe boen, zoals Van Veldhuizen oppert. Bij haar moet een gespecialiseerd ontsmettingsteam komen, wil het weer leefbaar worden. Tot nu toe weigert zij dit onder het mom dat dit iets voor bejaarden is. Familie scheldt ze compleet stijf.
    Ik vraag me in alle gemoedsrust af of we in Nederland straks zo ver afzakken dat een bezuinigingsmaatregel als wondermiddel wordt gezien ten koste van de meest kwetsbare mensen in onze samenleving die nauwelijks ziekte-inzicht hebben en veroordeeld worden tot een zwalkend bestaan omdat wonen (lees: integreren in een reguliere woonwijk) te hoog is gegrepen.
    Nederland creëert zijn eigen daklozen. Hoezo bezuinigen? Overlast, verloedering en criminaliteit worden in de hand gewerkt. Mijn dochter staat iedere dag op de rol van bespreking bij het veel geroemde FACT-team en krijgt dagelijks bezoek (als ze al open wil doen) van een overigens zeer betrokken casemanager van de GGZ.
    Enige weken geleden is alle geluidsapparatuur in beslag genomen vanwege aanhoudende geluidsoverlast. De buren dreigden het heft in eigen hand te nemen. Alle geluidsapparatuur in beslag nemen is echter zoiets als een groot kind straffen dat iets fout heeft gedaan. Het is slechts een repressieve maatregel om escalatie te voorkomen.
    Mijn dochter bezorgt echter nog steeds overlast door schreeuwen, zingen en dansen tot diep in de nacht. Ze is bij vlagen psychotisch. Ook een door haar geredde hond blaft de longen uit z’n lijf en krijgt niet de zorg die hij nodig heeft. En dan heb ik het nog niet over de stankoverlast.
    Ik ben ervan overtuigd dat uiteindelijk een opname voor mijn dochter aanzienlijk langer zal duren dan wanneer er tijdig zou zijn ingegrepen. De tijd van de instellingen ver weg in de bossen moet zeker niet terugkeren. Ik droom van fatsoenlijke woonvormen waarin mijn dochter met mensen zoals zij een eigen huishouding kan voeren, met toezicht en zorg in de nabijheid.
    Ik zie het als een gemiste kans dat deze kant van de medaille niet wordt belicht.

Maar 'fatsoenlijke woonvormen' is te duur. Wat een smeerlapperij ...

Nog een tegengeluid (de Volkskrant, 27-06-2011, door Mieke Smilde
  Buren willen geen 'zot' over de vloer

Mieke Smilde | De auteur is freelance journalist en schrijfster. Eerder dit jaar publiceerde ze Raarboek, over een halve eeuw geestelijke gezondheidszorg.

Vrijdag 10 juni gaf minister Schippers van Volksgezondheid een persconferentie over de voorgenomen bezuinigingen in de zorg. De geestelijke gezondheidszorg (ggz) moet van de minister 600 miljoen euro inleveren. Chronisch psychiatrische patiënten moeten hulp dichter bij huis krijgen, vindt de minister. 'Hulp zoeken in de buurt', noemt ze dat. Een instelling is te duur. Bovendien moeten mensen die kampen met psychische problemen vaker een beroep doen op hun eigen sociale netwerk. De minister zei letterlijk: 'Moet je niet een aantal dingen dat bij het leven hoort veel meer in je eigen sociale kring zien uit te vogelen en zul je niet echt een beroep op de gezondheidszorg moeten doen als je echt last hebt van ziekte.' Het is lelijk Nederlands, maar ze zei het echt.    ...
    De tragiek van de voorgenomen bezuinigingen is dat ze zijn gestoeld op een aantal vooronderstellingen over medemenselijkheid die helaas lang niet altijd opgaan. Het is fijn als we er voor elkaar zijn. Het is mooi elkaar te helpen in goede en in slechte tijden. Wie de trein neemt naar huis, mag erop rekenen dat er iemand staat te wachten op het station. Een aantal dingen hoort bij het leven. Mensen worden geboren, mensen gaan dood. Het is waardevol die momenten te kunnen delen met vrienden en familie.
    De werkelijkheid is gespeend van deze medemenselijkheid. De buren doen namelijk helemaal niet open. Er staat niemand op het station. Mensen zijn als de dood voor psychiatrische patiënten. Meer dan twintig jaar 'vermaatschappelijking' van de zorg heeft bewezen dat mensen niet beter worden van opvang in de buurt en lekker dicht bij huis.    ...
    De onberekenbaarheid en onvoorspelbaarheid van het gedrag van veel chronisch psychiatrische patiënten leiden ertoe dat zij geen plaats vinden in de gemeenschap waartoe zij wel zijn veroordeeld. Minister Schippers ontkent deze realiteit als een struisvogel op de vlucht. Kop in het zand, niks aan de hand.
    In de jaren tachtig van de vorige eeuw moest de ggz ook veel bezuinigen. Dat werd toen verkocht met het woord 'vermaatschappelijking van de zorg'. De grootste prijs die psychiatrische patiënten daarvoor hebben betaald, is eenzaamheid. Zij zijn namelijk chronisch ziek en worden in veel gevallen nooit meer beter. Dankzij de hulp van buren, vrienden, familieleden en professionele hulpverlening weet een enkeling zich nog net staande te houden. Deze mensen mogen straks van de minister 300 euro eigen bijdrage gaan betalen voor hun behandeling. Dat betekent dat zij niet langer naar de sportvereniging kunnen gaan en de laatste activiteiten die hen verbinden met de maatschappij moeten opgeven. Ze kunnen de contributie namelijk niet meer betalen.
    Bijna een miljoen mensen kampen in Nederland met meer of minder ernstige psychiatrische aandoeningen. 175 duizend mensen zijn chronisch ziek. Minister Schippers vindt dat wij hen liefdevol moeten opnemen in onze gemeenschap. Dat vind ik ook. Maar de geschiedenis leert dat mensen hun eigen angsten vooral bezweren door anderen te verstoten. Niemand weet dat beter dan psychiatrische patiënten.    ...

Waarna de auteur nog woorden wijdt aan het zogenaamde "liberale" gedachtegoed van de rechtse politica die dit nu weer verzonnen heeft. Dat is zeer naïef. Waar de linkse variant van "de zelfstandige psychiatrische patiënt" berust op de ideologische dwaasheid van de absolute gelijkheid, berust de rechtse op iets veel simpeler: materieel gewin ten kost van de psychiatrische patiënt. Op regelrechte ploertigheid  .

Volkskrant-verslaggever Maud Effting zijn we al eerder tegengekomen als auteur van een artikel waarin het "care in the community"-geloof werd beleden. Hier is een nieuwe variant (de Volkskrant, 24-01-2012, van verslaggeefster Maud Effting):
  Interview | Louk van der Post (68), psychiater

Aantal dwangopnames stijgt sterk

Steeds vaker worden mensen tegen hun zin opgenomen in de psychiatrie. Onze tolerantie neemt af.


Het aantal dwangopnames van psychiatrisch patiënten is in twintig jaar tijd sterk gestegen. In Amsterdam is het aantal dwangopnames in klinieken tussen 1983 en 2007 meer dan verdrievoudigd. Landelijk gezien gaat het om een verdubbeling.
    Dat constateert de Amsterdamse psychiater Louk van der Post (68) in zijn promotieonderzoek bij de Vrije Universiteit. Vrijwillige opnames komen steeds minder voor: in 1983 was nog 40 procent van de opnames onder dwang. In 2005 was dat gestegen naar ruim 70 procent. In Amsterdam werden in 2007 per 100 duizend inwoners zo'n 120 personen gedwongen opgenomen.    ...

Allemaal volkomen verklaarbaar: als je massaal de psychiatrische klinieken sluit, komen er massaal psychiatrische patiënten los in de maatschappij te lopen. Aangezien er onder de psychiatrische patiënten een vast percentage overlast-veroorzakers en terugvalles in symptomen zijn, zal het aantal heropnames dus per definitie toenemen.
    De psychiater heeft kennelijk een vooroordeel, en is blind voor deze simpele verklaring. Hij zoekt die daar waar "care in the community"-ideologen die altijd zoeken: bij de niet als behandelaar opgeleide gemeenschap - die is niet tolerant genoeg:
  Hoe komt het dan dat er meer dwangopnames zijn?
'De maatschappij is minder tolerant geworden. Mensen kunnen het steeds slechter verdragen dat iemand op straat staat te schreeuwen van angst, of vervuild in een portiek ligt. Het aantal contacten van psychiatrisch patiënten met de politie is tussen 1983 en 2007 verviervoudigd.'

Gek hè .... Waarna de psychiater van de Volkskrant een heel interview de gelegenheid krijgt om zijn onzinnige conclusies te ventileren.

Het is 2012 en er zijn nieuwe rondes bezuinigingen, dus ook weer nieuwe rondes care in the community (de Volkskrant, 19-06-2012, van verslaggever Gijs Herderscheê
  Vijf vragen over | De nieuwe aanpak in de geestelijke gezondheidszorg

Ggz gaat vaker thuis behandelen

Gedwongen door bezuinigingen kondigt minister Schippers (VVD) een trendbreuk aan in de geestelijke gezondheidszorg: patiënten minder vaak laten opnemen.


Wat is het probleem?
De laatste tien jaar zijn de uitgaven aan de geestelijke gezondheidszorg (ggz) jaarlijks met 5 procent gestegen. Volgens het ministerie van Volksgezondheid ligt het percentage mensen met psychische problemen die zijn opgenomen in een instelling, in Nederland zo'n eenderde hoger dan in omliggende landen.    ...

In de derde wereld is het percentage mensen met psychische problemen die zijn opgenomen in een instelling op nul. Een goed argument om alle kliniek te sluiten, dus.
    Maar goed, de rijkeren willen geen extra belasting betalen ter compensatie van het geld dat ze aan de Grieken en de overige zuidelijke landen geven, dus moeten de armeren maar de lasten dragen:
  Kortom, de psychische gezondheidszorg wordt anders. Patiënten worden niet meer weggestopt in instellingen, maar blijven thuis, in de wijk. Marleen Barth, voorzitter van GGZ Nederland, waarschuwt al: 'De tolerantiegrens voor mensen die zich soms wat mal gedragen, moet omhoog.'

Mensen als Marleen Barth dus: PvdA, dus hartstikke voor Europa, en hartstikke voor hinderden miljarden aan Griekenland enzovoort, maar er zelf geen cent voor over, dus de geesteszieken maar laten opvangen door de armeren. Want in háár wijk zullen ze nooit komen te wonen.
    Net als deze meneer (de Volkskrant, 19-06-2012, van verslaggeefster Anneke Stoffelen):
  Skypen met verpleegster als de angst opspeelt

'Zolang iemand die aliens op zich af ziet komen, rustig in zijn stoel blijft zitten, kan hij ook thuis worden geholpen', zegt zorgmanager Rob Veldkamp. 'Pas als een patiënt onder invloed van die wanen een gevaar vormt door met spullen te gooien of dreigt de boel in brand te steken, is opname noodzakelijk.'    ...
    Dat psychiatrische patiënten minder vaak worden opgenomen, betekent dat meer wordt gevraagd van de omgeving, zegt Veldkamp. Dat blijft niet beperkt tot een hogere tolerantie voor mensen die zich afwijkend gedragen. 'Het betekent ook dat je de dochter van een patiënte met een ernstige depressie vraagt telefonisch bereikbaar te zijn voor moeilijke momenten 's nachts', zegt Veldkamp. 'Of dat je een buurman een oogje in het zeil laat houden. Het vergt meer inspanning van mensen rondom de patiënt.'

Maar niet van meneer Veldkamp!
    En als je het hieruit al niet kan lezen, dan maakt dit het volgende wel duidelijk (de Volkskrant, 19-06-2012, hoofdredactioneel commentaar, door Carlijne Vos):
  Ambulante zorg beter

Akkoord duwt de geestelijke gezondheidszorg in de goede richting, maar de financiering moet wel volgen.


De psychiatrie moet het aantal bedden drastisch reduceren. Daarover heeft minister Schippers (Volksgezondheid) maandag met de sector overeenstemming bereikt. Afgesproken is dat de kostenstijging hierdoor beperkt wordt tot 2,5 procent per jaar. De afgelopen jaren stegen de kosten voor de geestelijke gezondheidszorg (ggz) met 5 procent per jaar.    ...
    Belonen naar resultaat zal de gewenste verschuiving naar ambulante zorg ten goede komen. De ervaring leert dat patiënten die thuis in hun eigen omgeving behandeld worden, zich beter voelen en stabieler zijn. Het aantal crisisopnames neemt hierdoor af evenals het risico op maatschappelijke overlast en - uitsluiting. De kosten zullen dus lager uitvallen.    ...
    Met het akkoord wordt de ggz zonder meer in de goede richting geduwd. ...

De Volkskrant is weer hartstikke voor. Ze willen tenslotte niet meebetalen, want dat moet allemaal uit de belastingen komen. Hún belastingen, opgebracht met economisch uitermate nuttig werk, tenslotte ...

Hier de realiteit (de Volkskrant, 25-06-2012, ingezonden brief van A. Cense, Stoutenburg, psychiater):
  'Zelfmanagement'

Jammer dat Carlijne Vos zich positief uitlaat over het bestuurlijk akkoord tussen minister Schippers en diverse partijen uit de GGZ (O&D, 19 juni).
    Dat mijn beroepsvereniging zich genoodzaakt zag mee te doen kan ik nog begrijpen, maar doordat ze dit akkoord aan ons mee-presenteert onder de vlag van 'in het belang van de patiënt' profileert ze zich als politieke papegaai, in plaats van als vertegenwoordiger van professionals. Voor de professie en de patiënt bevat het akkoord namelijk verwerpelijke tegenstrijdigheden en gevaren:
    Met voorbij gaan aan het holle jargon, kan niemand tegen 'zelfregie en zelfmanagement van de patiënt zijn'. Maar dit soort termen zijn paradoxale onzin in een context van een psychiatrie die door een oneigenlijk gebruik van richtlijnen steeds meer neigt naar vaste programma's waaraan zowel professionals als patiënten zich maar hebben aan te passen.
    Ten tweede zullen ze, in de context van al lang plaatsvindende verschraling, slechts andere woorden voor verwaarlozing blijken. En ten derde moet de patiënt vrezen dat verdere ambulantisering, al decennia politiek omarmd en om financiële en ideologische redenen gepromoot zodat het nu een geloofsartikel is (opname = slecht, ambulant = goed) van zijn zelfbeschikking, laat staan 'zelfmanagement', niet veel heel zal laten...
    Ook de psychiatrie laat zich het neoliberale mensbeeld opdringen, en daarmee wordt ze een politieke psychiatrie. Enerzijds verbaast dat niet, omdat de psychiatrie de laatste decennia steeds mechanistischer is geworden, en zich nauwelijks nog realiseert dat ze überhaupt vanuit een mensbeeld werkt of zou moeten werken.
    Anderzijds verbaast het wel, omdat juist de psychiatrie en psychologie kunnen teruggrijpen op stapels bewijzen dat het beeld van de zelfredzame, individuele, rationeel kiezende mens, nergens op slaat. Laat staan als je goed in de war bent.

Maar ja, daar bij de Volkskrant zijn het ook bijna allemaal neoliberalen, net als de rest van de media.

Een aantal jaren geleden is voorspeld dat de zon zou opgaan. De zon is inderdaad opgegaan (de Volkskrant, 08-05-2013, van verslaggever Bart Dirks):
  Zieken horen niet in een politiecel

Ongeveer 4.000 verwarde mensen worden jaarlijks in de Haagse regio door de politie opgepakt en vastgehouden. Voor hen komen er speciale zorgcellen. En binnen drie uur is er passende hulp.


Tussentitels: Het is ons een doorn in het oog dat we zo veel tijd kwijt zijn aan patiënten - Paul van Musscher hoofd Operatiën Haagse politie
De veiligheid op straat neemt toe en de politie wordt ontlast - Jozias van Aartsen burgemeester Den Haag


Het Haagse hoofdbureau van politie krijgt naast de 46 arrestantencellen tien zorgcellen voor de opvang van verwarde personen. 'Zieke' mensen komen daardoor niet langer in een politiecel terecht en ze worden ook niet zonder hulp terug op straat gezet.
    Jaarlijks gaat het in de Haagse regio om ongeveer vierduizend verwarde personen die worden aangehouden. De opzet is uniek voor Nederland.
    'Het is ons allang een doorn in het oog dat we ongelooflijk veel tijd kwijt zijn aan patiënten', zegt Paul van Musscher, hoofd Operatiën van de politie Den Haag. 'Verwarde personen die geen strafbare feiten hebben gepleegd, worden door ons vervoerd en vastgehouden, maar zieke mensen horen natuurlijk niet in een politiecel.'
    Nu nog 'kost' een verwarde arrestant gemiddeld vier uur begeleiding door twee agenten, in totaal dus acht uur. Straks is dat nog maar een half uur per agent, omdat zij alleen het vervoer hoeven te verzorgen en de hulpverlening het sneller kan overnemen dan nu het geval is.    ...

De voorspelling geluid hebbende: sluit de klinieken en je krijgt de problemen op straat. De klinieken zijn toch gesloten. De problemen zijn nu op straat.
    En het kost mensenlevens (de Volkskrant, 24-06-2013, van verslaggeefster Elsbeth Stoker):
  Verdachte Cuijk had allang opgenomen moeten worden

Dennie J., de verdachte van de woningbrand in het Brabantse Cuijk, had allang opgenomen moeten worden in een kliniek. De brand kostte donderdagnacht aan een moeder en haar twee tienerdochters het leven. .
    Volgens zorginstelling Trajectvol hadden haar medewerkers al twee weken eerder geconstateerd dat het niet goed ging met de 23-jarige psychiatrisch patiënt en dat de hulp die Trajecvol hem kon bieden niet voldoende was.
    'In de nacht van 5 op 6 juni werd hij ook aangetroffen in een mast. Toen hebben zijn behandelaars al gezegd: hij moet opgenomen worden. Ze hebben hem aangemeld, maar zonder resultaat', aldus een woordvoerder van Trajectvol, een instelling die patiënten helpt met dagbesteding en training. 'Een psychiater moet het eens zijn met de opname en er toestemming voor geven. Je kunt concluderen dat deze hier de noodzaak niet van inzag.'
    De zorginstelling heeft een melding gedaan bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg. ...

Opnemen mag niet, hè ... Care in the community ...

En men blijft maar nederlagen boeken - zelfs de Volkskrant voelt nattigheid, want het volgend stond op de voorpagina (de Volkskrant, 29-07-2013, van verslaggeefster Anneke Stoffelen):
  Wijkbewoners klagen over gehandicapten

De huisvesting van gehandicapten in woonwijken leidt op minstens zes plekken in Nederland tot conflicten over ernstige geluidsoverlast. Volgens buren worden er veel zwaardere gehandicapten geplaatst dan hen vooraf was toegezegd en gaat het geschreeuw door merg en been. .
    De afgelopen twintig jaar zijn de grote woonterreinen van instellingen voor gehandicaptenzorg voor een groot deel opgedoekt. 'Community care' is het credo: door kleinschalige woonvoorzieningen in de wijk zouden mensen met een verstandelijke beperking beter integreren en volwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving.
    In de praktijk blijkt dit soms tot ernstige conflicten te leiden. Onder meer in Terheijden, Hengelo en Eemnes worden buren gek van het schreeuwen, grommen en slaan van cliënten. 'Ik heb verschillende keren 's nachts de politie laten komen', zegt Frans Eussen uit het Zuid-Limburgse Hoensbroek, wiens tuin grenst aan woningen van de stichting Pergamijn. 'Je hoort hier schreeuwen, slaan, kloppen, we hebben af en toe gewoon geen nachtrust.'
    Instellingen zijn bang voor negatieve beeldvorming en proberen buren soms het zwijgen op te leggen. Zo zegt Eussen van een locatiemanager een schadebedrag aangeboden te hebben gekregen als hij voortaan zou zwijgen over alles wat hij ziet en hoort. Hij ging er niet op in. Stichting Pergamijn is sinds vrijdagochtend niet bereikbaar voor commentaar.    ...

Het zoveelste bewijs: ideologie leidt tot alle mogelijke uitwassen. Niet alleen die van het nazisme, maar ook de ideologieën van de politike-correctheid. Terreur, mag je het best wel bestempelen. Met hulp van overheidsinstellingen:
  Inmiddels heeft Eussen een schadeprocedure gewonnen tegen de gemeente Heerlen, die Pergamijn in strijd met het bestemmingsplan toestemming gaf midden in Hoensbroek zorgwoningen te bouwen.

En morele terreur:
  Er rust een taboe op klagen; je zult zelf maar een gehandicapt kind hebben, is een bekende reactie.

Terwijl het voor het overgrote deel volkomen symboolbeleid ids:
  De onderzoeken zijn verdeeld over het effect dat wonen in de wijk heeft op de levenskwaliteit van verstandelijk gehandicapten. Een deel van hen lijkt op te fleuren van wonen tussen 'normale' mensen. Maar vooral zwaardere gehandicapten lijken beter af te zijn op een instellingsterrein, blijkt onder meer uit een studie van de Twentse zorginstelling Talant in samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen.

Maar zoals gezegd:
  Stichting Dichterbij huisvest 2.300 cliënten, merendeels in de wijk. 'Het instellingsterrein is voor ons een gepasseerd station', zegt woordvoerder Bart Janssen. 'Wij staan voor een ongedeelde samenleving.'

Ideologie. het achtergrondartikel bevatte nog meer gore details, zoals een gemeente die papieren vervalst:
  In Hengelo zitten Bert en Anne Beernink tussen de stapels dossiers. Ze hebben vorig jaar een kort geding aangespannen om een einde te maken aan de overlast van het naastgelegen kinderdagcentrum De Toermalijn, waar rond de zeventig zwaar verstandelijk gehandicapte kinderen zes dagen per week worden opgevangen. De rechter oordeelde dat de partijen via mediation tot een oplossing moesten komen.
    Slechts een heg scheidt het huis van de Beerninks van de speelplaats van De Toermalijn. In de tuin is het geschreeuw vandaag goed hoorbaar. Binnen valt het nu mee. 'Maar soms zit ik 's ochtends de krant te lezen en lijkt het of er verderop iemand ligt te sterven', zegt Anne Beernink. 'Ik snap dat het voor deze kinderen een manier van communiceren is, maar je kunt dat geluid niet buitensluiten, dat gaat door merg en been.'
    Volgens de familie Beernink is de gemeente Hengelo de boosdoener. Uit stukken blijkt dat er rond 2002, voorafgaand aan de bouw van het complex in de woonwijk, vreemde dingen zijn gebeurd met het bestemmingsplan. Bert Beernink: 'Uit de documenten blijkt dat ons adres destijds door de gemeente tijdelijk is aangewezen als bedrijfspand. Dat is vreemd, want er woonde hiervoor ons een ouder stel en zelf hebben we nooit een bedrijf op deze plek gehad. Nadat het kinderdagcentrum was gebouwd, werd ons adres ineens weer een woonbestemming.'
    Het stel denkt dat de gemeente zo heeft gehandeld om problemen met milieuvergunningen voor het centrum te vermijden. 'Het is ook vreemd dat de gemeente De Toermalijn milieucategorie 1 heeft gegeven. Op de vorige locatie, waar minder kinderen werden opgevangen, gold milieucategorie 2.' Voor milieucategorie 1 geldt een geluidsgrens van 10 meter; terwijl er in categorie 2 een minimale afstand van 30 meter moet zijn tot een woonhuis.
    De gemeente Hengelo distantieert zich van elke suggestie dat er frauduleus zou zijn gehandeld. 'Destijds zijn er bedrijfsmatige activiteiten aangetroffen op het adres waar de familie Beernink nu woont. Welke dat zijn geweest, kunnen we niet meer terughalen', zegt JacqueIine Kok van de afdeling Handhaving. ...

Het zekere teken van frauduleus handelen: de papieren laten verdwijnen.

En weer worden de ideologen teruggefloten door de werkelijkheid (de Volkskrant, 29-07-2013, ingezonden brief van Willem Jan van Andel, Vleuten):
  Ongedeelde samenleving

'Wij staan als organisatie voor een ongedeelde samenleving. Het instellingsterrein is voor ons een gepasseerd station', zegt Bart Janssen van Stichting Dichterbij over de keuze om verstandelijk gehandicapten in wijken te plaatsen (Ten eerste, 29 juli).
    Merkwaardig. Als het gaat om mensen zonder verstandelijke beperking onderkennen we dat de een beter gedijt in een stad of dorp en de ander juist beter op het platteland of in een bosrijke omgeving. Maar een genuanceerde kijk op het verschil in behoeften tussen mensen gaat kennelijk niet op voor verstandelijk gehandicapten. Die moeten van Dichterbij allemaal verplicht de wijk in.
    Mijn verstandelijk gehandicapte zoon heeft behoefte aan veel ruimte in een rustige, landelijke omgeving. Dat biedt hem vrijheid en daar vaart hij wel bij. In een woonwijk zou hij veel minder op zijn plek zijn. Hij begrijpt het verkeer niet en heeft in het geheel niet de behoefte om volop mee te doen aan het maatschappelijk leven of om te integreren tussen andere buurtbewoners - de twee belangrijkste redenen die genoemd worden voor de beleidsverandering in de jaren negentig.
    Welbeschouwd kunnen die redenen naar hun aard alleen voor licht verstandelijk gehandicapten opgaan. Het wekt geen verbazing dat de gesignaleerde overlastproblemen zich juist voordoen in die gevallen waarin ernstig verstandelijk gehandicapten zonodig in een woonwijk werden gehuisvest. Niet leuk voor de buren, maar vaak ook niet voor de bewoners. Het is te hopen dat instellingen als Dichterbij in de toekomst openstaan voor een genuanceerdere benadering ten aanzien van de huisvesting van verstandelijk gehandicapten.

Feiten. O zo vervelend voor de ideologen.

Maar op de hun kenmerkende manier slaan ze keihard terug (de Volkskrant, 02-08-2013, door Pol Maclaine Pont, sociaal-wetenschappelijk onderzoeker en moeder van drie kinderen):
  'Fijn onder elkaar' is stomvervelend

Integratie van verstandelijk gehandicapten in de samenleving is niet een 'mooi streven' maar een feit. Dit vergt tolerantie en aanpassingsvermogen van alle betrokkenen.


Tussentitels: Mag enige empathie worden verwacht voor raar gefladder
Verstandelijk gehandicapten kunnen een impuls geven aan de wijk

Die kenmerkende manier dus zijnde: retorisch trucs, valse voorstelling van zaken en leugens.  In de volgorde in het artikel:
  In de opening van 29 juli neemt de Volkskrant burenklachten als indicator van een Groot Maatschappelijk Onrecht: geluidsoverlast door mensen met een verstandelijke beperking.

Truc 1: burenklachen zijn altijd onterecht - daar hoef je niet op in te gaan. Truc 2: neem het verschijnsel, en maar het zwart-wit: 'Groot Maatschappelijk Onrecht', met hoofdletters.
  Een wel erg makkelijke komkommer. Verwacht men werkelijk in Nederland geen klagende buren te vinden?

Truc 3: het verschijnsel is onbelangrijk en alleen door willekeur in de krant gekomen. Truc 4: herhaling - van truc 1.
    Vier retorische trucs. mevrouw de sociaal-wetenschappelijk onderzoeker is allang af. Niet meer serieus te nemen.
  Wanneer een sociaal probleem het verdient om op de kaart gezet te worden, dan is het wel de onwelwillendheid om problemen van twee kanten te bekijken.

Truc 5: de leugen: de betrokken hebben wel degelijk de problemen van de andere kant bekeken.
  Integratie is niet een mooi streven, maar een feit.

Truc 6: dit is tot een feit gemaakt door de ideologen, en daarom niet iets dat niet teruggedraaid mag worden.
  Verstandelijk gehandicapten behoren de samenleving toe, evenals mensen die hoogbegaafd zijn, adhd hebben of een bril dragen dat doen.

Truc 7: zinledige begrippen: iedereen behoort dus de samenleving toe. Met dit argumenten kan je verstandelijk gehandicapten ook naar de universitiet sturen, want de universiteit behoort ook de sameleivng toe.
  Wegstoppen lijkt aardig ...

Truc 8: het emotioneel zwartmaken van de alternatieven (formeel: de truc van de associatie).
  Wegstoppen lijkt aardig, maar het kost de samenleving op termijn veel meer geld ...

Truc 9: contradictie: het gaat over de levenswaarde van verstandelijk gehandicapten, niet over geld.
  ... verhindert bovendien het recht van medemensen om deel te nemen aan onze - gezamenlijke - maatschappij.

Truc 10: eenzijdigheid: er is een recht op deel te nemen aan de maatschappij voor hen die dat kunnen. Er is een recht om niet deel te nemen aan de maatschappij voor hen die dat niet kunnen.
  Het samen leven is een feit,

Truc 11: herhaling van truc 6.
  ... maar vergt inzet van een ieder om goed te functioneren. Zo zou er best eens aandacht besteed mogen worden aan de enorme inzet die mensen met een beperking plegen om zich te leren 'gedragen'.

Truc 12: valse voorstelling van zaken, of eenzijdigheid: die mensen vallen onder "verstandelijk gehandicapt" juist omdat ze dat níet kunnen. "verstandelijke gehandicapt" is niet alleen een kwestie van IQ, maar ook van vele sociale handicaps.
  Mag enige empathie verwacht worden voor een luidere toon, raar gefladder of ongepast gelach?

Truc 13: herhaling van truc 5.
  Het stuk legt op pijnlijke wijze bloot dat integratiebeleid nodig is om het 'samen leven' actief vorm te geven. Mensen zijn in meerderheid immers geneigd om hun sociale contacten te beperken tot die mensen die op hen lijken. Dit geldt voor hoger opgeleiden evenzogoed als voor mensen met het syndroom van Down.

Klopt. Dit om de moeite te steken in het leven te beperken, in verband met de vele eisen gesteld erdoor. Daarin is geen tijd voor een extra baan als begeleider van verstandelijk gehandicapten. Die verstandelijk gehandicapten worden begeleid door mensen wier baan het is verstandelijk gehandicapten te begeleiden. En dat is een moeilijke en fulltime baan:
  Het geroep over de schutting wordt nog verder versterkt door te negeren voor welke uitdaging de zorginstelling staat: mensen met een beperking leren zich zo goed en zelfstandig mogelijk te redden in de maatschappij. Dat vraagt iets van deze mensen, maar ook van hun omgeving,

Nee, dus. Dat vergt dus niets van hun omgeving, want niemand heeft het recht anderen overlast te bezorgen, ook dus ook geen verstandelijk gehandicapten. Want verstandelijk gehandicapten maken ook deel van onze maatschappij. Oftewel: behandel ze gelijk, of behandel ze ongelijk, maar niet de twee tegelijkertijd.
  De echte vraag die op tafel ligt, is waarom instelling en buren niet samen rond de tafel gaan zitten om te kijken hoe alle bewoners een prettige omgang met elkaar kunnen vinden.

Dat is gebeurd en de zorginstellingen bleken onredelijk tot onbeschoft in hun omgang met de buren.
  Er zijn allerlei voorbeelden in Nederland waar woonvoorzieningen een positieve impuls geven aan een buurt, soms zelfs door een café of andere voorzieningen waar de buurt gebruik van kan maken.

Een leugen: niet met zwaar verstandelijk gehandicapten
  Bij scholen met een integraal beleid voor het mengen van verstandelijk beperkten in reguliere klaslokalen, zoals in de VS en Canada, verbetert sociaal gedrag en komt pesten minder voor, zo leert onderzoek en weet ik uit eigen ervaring.

Een herhaling van de leugen: dit zijn geen zwaar verstandelijk gehandicapten. En gezien de hoeveelheid leugens geproduceerd door dit soort onderzoekers, is de uitslag van dit onderzoek volkomen onbetrouwbaar - ze zullen nooit en te nimmer het negatieve resultaat publiceren, en er dus wel voor waken, door de inrichting van het onderzoek, dat ze een negatief resultaat zullen vinden.

En ook dit keer krijgt de pedante politieke-correctheid een klap in het gezicht van de ervaringsdeskunige (de Volkskrant, 06-08-2013, ingezonden brief van Mieke Westmeijer, moeder van een zwaar verstandelijk gehandicapte, autistische dochter, Langbroek):
  Door merg en been

De ene gehandicapte is de andere niet. In 'Fijn onder elkaar is stomvervelend' heeft Pol Maclaine Pont blijkbaar een bepaalde verstandelijk gehandicapte voor ogen (O&D, 2 augustus). Een gehandicapte die kan meedoen op een gewone basisschool, kan werken in een buurtcafé en daarom in een woonwijk kan wonen.
    Echter, het artikel eerder in de Volkskrant (Ten eerste, 29 juli) ging over zwaar tot zeer zwaar verstandelijk gehandicapten met een zeer laag verstandelijk niveau. Mensen die niet kunnen praten vanwege autisme of omdat ze verstandelijk levenslang in het pre-verbale stadium zitten. Dat zijn vaak mensen die communiceren door te gillen, te kreunen en te grommen. Geluid dat letterlijk door merg en been gaat en waar je je niet voor kunt afsluiten.
    Dergelijke mensen zien we nooit in het straatbeeld of op televisie en daarom denken we als samenleving, met Pol Maclaine Pont voorop, dat ze niet bestaan. Maar deze mensen bestaan wel en ook zij hebben recht op een goede plek in de samenleving.
    Iedereen snapt dat je van een dreumes van anderhalf jaar niet kunt vragen om glazen te spoelen in het buurtcafé. Zo'n dreumes bied je een beschermde woonomgeving, een zandbak met een hekje erom en rust en ruimte om zijn zintuigen te ontdekken. Datzelfde vragen de zwaar verstandelijk gehandicapten in onze samenleving.
    Daarom zal de beste plek voor hen niet altijd midden in een woonwijk zijn. Niet alleen voor hun plezier, maar ook voor dat van hun omgeving.

Het zal waarschijnlijk ook dit keer weer niet helpen - politiek-correcten zijn op hun manier ook zwaar geestelijk gehandicapt. Op een manier waar nog veel meer mensen last van hebben ...

Maar dit is wel een heel rumoerige patiënt (de Volkskrant, 14-08-2013, van verslaggeefster Maud Effting):
  Slachtoffer dreigde al eerder flat op te blazen

Vrouw komt om bij gasexplosie


Een 55-jarige vrouw uit Arnhem heeft maandagnacht hoogstwaarschijnlijk zelfmoord gepleegd en daarbij meerdere woningen in haar flat volledig verwoest. De vrouw veroorzaakte een gasexplosie. Volgens omwonenden had ze psychische problemen en zou ze al eerder hebben gedreigd de flat op te blazen.
    Drie uur 's nachts werden bewoners opgeschrikt door een explosie op de tweede verdieping. In de flat brak brand uit. Van sommige woningen werden de gevels weggeblazen. In totaal raakten 14 van de 138 woningen voor langere tijd onbewoonbaar. Vijf verdiepingen moesten worden gestut. Ruim 150 ouderen en hulpbehoevenden moesten hun huis uit. Sommigen werden met hoogwerkers uit de twaalf verdiepingen tellende flat gehaald.    ...

Care-in-the-communty is een tijdbom. Een tijdbom die heel langdurig kan tikken:
  De politie bevestigt dat de vrouw een bekende van hen is en dat er alleen al in juni drie meldingen over haar binnenkwamen. 'De vrouw dreigde of zichzelf of anderen iets aan te doen', aldus een woordvoerder. 'Wij hebben toen de hulpverlening ingeschakeld. Wat daarmee is gebeurd, weten we niet. Wij grijpen in bij acute situaties, maar op een gegeven moment houdt onze bemoeienis een keer op.'

En heel hard kan tikken:
  Volgens de bewoonster, die niet was geëvacueerd, zou de vrouw eerder opgenomen zijn geweest in een psychiatrisch ziekenhuis. 'Een paar weken geleden heeft ze haar hondje vermoord - dan moet je toch weten dat iemand gestoord is.

Zonder dat iemand iets doet. want is het de verantwoordelijkheid van de gemeenschap. En al die mensen opnemen is echt veel te duur, hoor:
  Volgens de bewoonster, die niet was geëvacueerd, zou de vrouw eerder opgenomen zijn geweest in een psychiatrisch ziekenhuis. ... Ik vind dat de hulpverlening eerder had moeten ingrijpen. Dit kost pas geld, in plaats van een beetje gezondheidszorg.'

Tja, gewone mensen, hè. Die hebben geen "Iedereen is gelijk"-ideologie. Die zeggen gewoon als iemand haar hondje vermoordt: "Dat mens is niet goed snik - die moet opgenomen worden". De ideologen roepen dan: "Dat is discriminatie - die mensen zijn evenveel waard als u en ik. Je mag ze niet opsluiten."
'   Natuurlijk wens je al die ideologen een woning naast deze mevrouw toe.

Cijfers (Elsevier, 18-04-2015, door Gerlof Leistra):
  Met mij is niks aan de hand

PAVILJOEN 7 / In de 'gekkentorens' vangt de Bijlmer-bajes de allermoeilijkste gevallen op uit het gevange-niswezen en de geestelijke gezondheidszorg. Elsevier verbleef achter de schermen, tussen de man-nen en vrouwen met ondoorgrondelijke blikken.

...
Tussenstuk:
Meer 'verwarde' mensen of niet?

Het aantal verwarde personen in de samenleving neemt toe, schreef minister Edith Schippers (VVD) van Volksgezondheid eind maart in een brief aan de Tweede Kamer. De oorzaak is volgens haar lastig te achterhalen. ...

De keiharde leugens van de politiek. Want natuurlijk is het deze:
  Gesloten afdelingen van psychiatrische ziekenhuizen zijn grotendeels verdwenen. Jeugd-tbs mislukt te vaak.

En uit de sector:
  Het afgelopen jaar kreeg de politie meer meldingen over verwarde personen: zestigduizend, achtduizend meer dan in 2013. Zijn het er inderdaad meer dan vroeger? Behandelcoórdinator Ton Boorsma schudt zijn hoofd. 'De meest kwetsbare groep, die tussen de 20 en 35 jaar, neemt door de vergrijzing in omvang af. Misschien is de samenleving wel harder geworden, maar ik zie geen stijging.' Het zijn er niet meer, zegt ook directeur Zorg en Behandeling Jessica Wesselius ...

De keiharde leugens van de zachte sector. Want hier zijn de cijfers:
  Verwarde mensen

Wat iedereen die het nieuws volgt allang wist.

En daar is weer een gevalletje "verward persoon" met desastreuze afloop (de Volkskrant, 21-04-2017, door Marc van den Eerenbeemt):
  Slachtoffer dreigde al eerder flat op te blazen

Regel hulp voor achterstandhuurder'


Problemen met betalingsachterstanden, met overlastgevers: woningbouwcorporaties vragen om meer ruimte voor samenwerking met hulpverleners. ...

...    De gasexplosie in een sociale huurwoning in Veendam, waarbij woensdag een 37-jarige psychiatrisch patiënt omkwam, lag donderdag op ieders lippen tijdens een speciale vergadering van de 350 Nederlandse woningcorporaties. Buurtbewoners speculeerden over de mogelijkheid dat de bewoner de ontploffing zelf heeft veroorzaakt. De politie verklaarde later op de dag dat dit niet meer is vast te stellen. De plaatselijke woningbouwvereniging liet weten dat zij met de man in gesprek was over verhuizing naar een andere woning. Hij veroorzaakte al enige tijd overlast.    ...

En alleen de huurders dragen de lasten ...

Na vele jaren krijgen we weer eens een herinnering (de Volkskrant, 23-06-2022, door Marijke Malsch, auteur van Hoe gehandicapten hun thuis verloren. De gevolgen van een falend beleid. Zij is curator van een instellingsbewoner, is hoogleraar bij de Open Universiteit en onderzoekt de empirische onderbouwing van wetgeving en beleid):
  Zelfstandig wonen was geen succes voor verstandelijk gehandicapten; erken dat

Ondanks vele rapporten met de conclusie dat verstandelijk gehandicapten niet integreerden in woonwijken maar er zelfstandig vereenzaamden, ging de sloop van instellingen door. Tot verdriet van families, en vreugde van vastgoedbazen.


Staatssecretaris Erica Terpstra (VWS) hanteerde eind vorige eeuw persoonlijk de sloophamer om een gebouw van de Zeeuwse gehandicapteninstelling Arduin met de grond gelijk te maken. Alle bewoners moesten naar 'de maatschappij' verhuizen. Bij andere instellingen gebeurde iets soortgelijks.

Sinds enkele jaren worden gehandicapte bewoners echter weer teruggehaald naar de instellingsterreinen. De grootschalige plannen van toen zijn dus gestrand. Maar daar wordt weinig ruchtbaarheid gegeven. Het lijkt niet de bedoeling toe te geven dat de 'community care' heeft gefaald, terwijl dat wel is wat is gebeurd. Ten koste van de bewoners zelf. En van het geld en de beeldvorming die erin zijn gestopt.

De community care werd rond de eeuwwisseling met veel fanfare ingevoerd, in navolging van de 'antipsychiatrie' uit de jaren zestig en zeventig, zoals bepleit door mensen als Laing, Cooper, Basaglia, Szasz en in Nederland psychiater Jan Foudraine. De antipsychiatrie stond sluiting van (erg verouderde) instituten voor, en dat is ook op grote schaal in andere landen gebeurd. Nederland kwam later.

Enkele gehandicapteninstellingen kregen begin deze eeuw tientallen miljoenen om hun terreinen leeg te maken. Zij zouden als voorbeeld dienen, waarna ook andere instellingen zouden worden gesloten of op zijn minst grotendeels ontruimd, zo was de gedachte. Beleidsmakers reisden naar Nieuw- Zeeland en Noorwegen en vertelden toen zij terugkwamen aan de familie dat instellingen het best konden worden opgeheven.

De beeldvorming, vanuit instellingen maar ook vanuit de overheid, was lange tijd vooral gericht op het positief belichten van de 'vermaatschappelijking'. Kritische geluiden waren niet erg welkom. Bewoners werden op grote schaal van hun terreinen, waar ze vaak al decennialang naar tevredenheid woonden, weg verhuisd. Dit gebeurde bijvoorbeeld bij het Zeeuwse Arduin, bij de Gooise instellingen Sherpa en de Amerpoort, en bij de Willem van den Bergh (Noordwijkerhout), en andere instellingen. Dat ging in veel gevallen onvrijwillig.

Op de zorg, ook de medische, werd flink bezuinigd. Gehandicapten moesten immers zoveel mogelijk als 'gewone' mensen worden behandeld. Met incidenten en overlijdensgevallen als gevolg. De - laagbetaalde - groepsleiding deed veel moeite de situatie nog enigszins te redden, maar kon gedwongen verhuizingen en bezuinigingen natuurlijk niet tegenhouden. Het instellingsgeld ging steeds meer naar uitdijende managementlagen en naar de bestuurders.

Vanaf 2002 verscheen onafhankelijk, wetenschappelijk onderzoek dat liet zien dat de meeste verstandelijk gehandicapten niet integreren in woonwijken. Dat onderzoek werd gedaan door onder meer SCP, het Verwey-Jonker Instituut en de Universiteit van Amsterdam. Ook buitenlands wetenschappelijk onderzoek liet zien dat er van integratie meestal geen sprake is.

Gehandicapten vereenzamen in woonwijken, worden er gepest en komen vaak niet meer buiten. Hun buren willen hen daar vaak niet hebben, want ze veroorzaken overlast en hebben afwijkend gedrag. Dat wetenschappelijk onderzoek had echter geen effect op de trein die in gang was gezet, en hetzelfde gold voor de mediaberichtgeving. Ook de steeds krachtiger wordende protesten van de familie werden genegeerd. Het dankzij de Tweede Kamer verplicht gestelde 'leefwensenonderzoek' werd hetzij niet gehouden door de instellingen, hetzij raakte onder twijfelachtige omstandigheden kwijt.

Maar als er wél een onafhankelijk leefwensenonderzoek werd gehouden, kwam daar steevast uit dat de meeste bewoners liever op het terrein bleven. Soms schrapte een instelling op eigen initiatief de wens om op het terrein te wonen uit het zorgplan van de bewoner. Achter de rug van de familie om. Dat gebeurde onder meer bij Sherpa.

Kamervragen hierover werden met onwaarheden beantwoord. Ook de inspectie, waar de familie vergeefs bij aanklopte, deed niets tegen de gedwongen verhuizingen. De Nationale ombudsman schreef diverse rapporten en gaf vrijwel altijd de familie gelijk.

Was de ideologie van de vermaatschappelijking de enige achtergrond voor het ontruimen van de instellingsterreinen? Nee. Veel van deze terreinen zijn prachtig gelegen. Bovendien hebben de bestuurders soms goede contacten met de bouwwereld. Een groot bouwbedrijf met belangstelling voor de terreinen had via een stichting invloed in de raden van toezicht van diverse instellingen en kon zo het beleid sturen.

Een dergelijke connectie verontrustte toenmalig staatssecretaris Jet Bussemaker, daarop geattendeerd in Kamervragen, echter geenszins. Ambitieuze vastgoedplannen uit die periode leidden uiteindelijk tot financiële problemen en (bijna-)faillissement van enkele instellingen. Sommige instellingsbestuurders die meer geïnteresseerd leken in vastgoed dan in hun bewoners, moesten gedwongen vertrekken.

Maar ondertussen waren wel grote aantallen bewoners onvrijwillig verhuisd en was er stevig gekort op hun zorg en bescherming. Op diverse voormalige instellingsterreinen, zoals in Noordwijkerhout, bij Parnassia in het westen van het land en bij Apeldoorn ('s Heeren Loo), wonen nu ándere mensen, vaak in luxe villa's in het groen.

Binnen de psychiatrie hebben net zulke bewegingen plaatsgevonden als in de gehandicaptenzorg. In golven zijn psychiatrisch patiënten de afgelopen decennia van beschermende terreinen afgehaald en in wijken geplaatst.

Ook daar heeft empirisch onderzoek de gevolgen laten zien, die net zo min als in de gehandicaptenzorg erg positief waren. In de psychiatrie wil men evenmin graag afstand doen van het optimistische idee dat veel patiënten met weinig ondersteuning wel zelfstandig kunnen wonen.

De community care heeft duizenden tot meer dan tienduizend instellingsbewoners geraakt, zowel in de psychiatrie als in de gehandicaptenzorg. Ook hun familie en de groepsleiding hebben hieronder geleden. Medewerkers waren het vaak ook niet eens met de gedwongen verhuizingen en de bezuinigingen, maar mochten daar niks van zeggen.

Hoe is het mogelijk dat deze beweging lange tijd niet te stoppen viel en niettemin werd doorgezet? De achtergrond wordt gevormd door een boterzachte maar aantrekkelijke ideologie ('gehandicapten kunnen prima integreren in een woonwijk'), onwil om naar empirisch aangetoonde feiten te kijken en vastgoedbelangen op de achtergrond.

Dit mengsel gaat gepaard met minachting voor gewone mensen. Familie die tegen de gedwongen verhuizingen protesteerde, werd gezegd dat hun nog maar eens goed moest worden verteld wat de voordelen van het wonen in een wijk waren. Want uit zichzelf zouden ze dat niet snappen. Terwijl de familie gelijk had en de instellingsbestuurders en het ministerie niet.

Het wordt tijd om toe te geven dat de community care vooral negatieve effecten heeft gehad. Er zou weer meer terreinbescherming moeten komen voor die bewoners die daar behoefte aan hebben. Empirisch vastgestelde feiten en het oordeel van de familie en de groepsleiding zouden daarbij leidend moeten zijn, en niet een ideologie en vastgoedbelangen.

Dta laatste laat zien: het maakt allemaal deel uit van de strijd van de elite tegen de gewone blanke Nederlander; ieder 'voordeeltje"dat deze geniet, zoals rustig leven op lommerrijk terrein ter compensatie van veel pech in het leven, wordt ingepikt.
    Gepaard gaande met de meest weerzinwekkend hypocriete uitingen over idealen.

De Volkskrant doet de discussie nog een dunnetjes over (de Volkskrant, 28-06-2022, lezersreacties):
  ‘Community care’

Je kunt een instelling nóg zo mooi maken, er gaat niets boven zelfstandigheid

Een wijd open deur. Niemand zal dit ontkennen.
  Hoogleraar Marijke Malsch betoogde onlangs in de Volkskrant dat het zelfstandig wonen van verstandelijk gehandicapten geen succes was. Lezers reageren: ‘Wij hebben de ongemakken die het wonen tussen mensen met een verstandelijke handicap met zich mee brengen aanvaard'.

Daar is dat "we" van de politiek-correcten dat alleen slaat op zichzelf weer.
  Kwaliteitsverbetering

Het opiniestuk van Marijke Malsch doet geen recht aan een proces dat voor veel mensen met een verstandelijke beperking tot een ontegenzeggelijke verbetering van de kwaliteit van hun leven heeft geleid. Een kwaliteitsverbetering waarbij het wonen in een ‘gewone’ woning hand in hand is gegaan met het anders en op maat inrichten van de ondersteuning. Dat is geen gemakkelijk proces en vergt nauwe samenwerking tussen alle betrokken partijen, de persoon met een beperking en zijn of haar ouders, de medewerkers en het bestuur van een zorginstelling. In verschillende rollen, maar in een gelijkwaardige rolverhouding. Het is goed om te leren van fouten die ongetwijfeld worden gemaakt. En om in gesprek te blijven. Zodat de beweging van vermaatschappelijking niet stopt maar met nieuw elan wordt doorgezet.

Henk Steen, Castricum

Daar ging het artikel van Malsch niet over. Dat ging over de gevallen dat deze mooie zaken NIET haalbaar zijn.
  Tweederangsburger

Ik ben 40 jaar en ik heb een licht verstandelijke beperking. Mijn IQ ligt dus iets onder het gemiddelde. Maar dat is meer dan voldoende om me boos te maken over het opiniestuk van Marijke Malsch. Zij leeft in een andere wereld dan ik. Ze vindt dat verstandelijk gehandicapten terug moeten naar de instellingen, omdat ze zelfstandigheid niet aankunnen. Ik voel me gediscrimineerd, weggezet als een tweederangsburger. Want ik leef in een andere wereld.

Na een lange periode bij een instelling geniet ik nu anderhalf jaar in mijn eigen appartement. Eén keer per week krijg ik begeleiding. Ik ken heel veel licht verstandelijk beperkten die net zo gelukkig zijn met hun leven als ik. Natuurlijk heb ik ook wel eens een discussie met een buurman. Dat is heel normaal. Terug naar een instelling? Dat kost alleen maar meer zorggeld. Ook mijn ouders zouden daartegen zijn.

Je kunt een instelling nóg zo mooi maken, er gaat niets boven zelfstandigheid. Er is niet voor niets een VN-verdrag Handicap, waarin iedereen gelijke rechten krijgt. Ik sta midden in het leven en krijg alle kansen. Die laat ik niet afnemen door mensen met gedachten die niet meer van deze tijd zijn.

Tim Holierhoek, Rotterdam

Daar ging het artikel van Malsch niet over. Dat ging over de gevallen dat deze mooie zaken NIET haalbaar zijn.
  Kille werkelijkheid

Marijke Malsch beweert dat mensen met een verstandelijke beperking beter af zijn in instellingen. Gelukkig heeft uw beeldredactie begrepen wat dit betekent; de kille werkelijkheid van kale gangen. En dat noemt zij ‘thuis’.

Astrid Greven, Amersfoort

Iemand die zich door de Volkskrant heeft laten hersenspoelen. Zielig dat in de krant wordt gezet.
    Er was ook één reactie van iemand die de werkelijkheid had meegemaakt.

Marijke Malsch mag nog een keer reageren (de Volkskrant, 02-07-2022, ingezonden brief van Marijke Malsch, Amsterdam ):
  Community care

Op mijn artikel over ‘community care’ zijn veel reacties gekomen. Zelfstandig wonen zou juist een verbetering zijn. Verschillende voorbeelden worden gegeven waar integratie wél werkt. Het is fijn dat het in die gevallen wel is gelukt. Ik heb niet beweerd dat het nooit kan. Maar een paar zwaluwen maken nog geen zomer. Wetenschappelijk, onafhankelijk onderzoek dat over veel méér situaties gaat, laat zien dat de gedwongen verhuizingen naar woonwijken vaak tot eenzaamheid en ellende leiden.

Een kind van drie jaar laat je niet ‘zelfstandig’ in een wijk wonen. Maar dit is wel gebeurd met gehandicapten met een ontwikkelingsniveau van een klein kind. Die soms ook nog voor veel overlast zorgden, waardoor de buurt ze liever weg wilde hebben.

In mijn boek Hoe gehandicapten hun thuis verloren laat ik de manipulatie en druk zien om gehandicapten van hun terreinen af te krijgen. Tot in de top van het ministerie en van instellingen werden de bezwaren van familie weggewuifd. ‘Community care’ was vooral een beweging om te bezuinigen. Ideologen, bestuurders en vastgoedmensen hebben er het meeste van geprofiteerd, naast enkele gehandicapten bij wie het wél lukte.

Wat is de werkelijkheid toch saai, hè ... Je kan hem alleen maar herhalen.

Maat niet getreurd, we proberen het gewoon nog een keer (de Volkskrant, 09-07-2022, door Charlotte Huisman):
  Grootschalige gesloten jeugdzorg in 2025 afgeschaft of omgevormd, zegt staatssecretaris Van Ooijen

De grootschalige gesloten jeugdzorg bestaat in 2025 niet meer. In dat jaar moeten al die instellingen dicht zijn, of zijn omgevormd tot kleinschalige, meer open woonvoorzieningen voor jongeren met complexe problemen. Daar is dan nog een bescheiden aantal 'gesloten' plekken.


'Mijn streven is dat uiteindelijk in 2030 geen jongere nog in de gesloten jeugdzorg zit', zegt staatssecretaris Maarten van Ooijen (ChristenUnie, Jeugdzorg). 'Al zou het kunnen dat voor een kleine groep een gesloten setting nodig blijft: bijvoorbeeld als jongeren ernstig suïcidaal zijn, heel agressief zijn, of in handen dreigen te vallen van een loverboy.' Vrijdag stuurde Van Ooijen zijn hervormingsplan met harde deadlines naar de Tweede Kamer.

De gesloten jeugdzorg ligt al jaren onder vuur, vanwege het repressieve regime in de veelal grote, afgelegen en afgesloten instellingen. Daarin verblijven nu, na een besluit van de kinderrechter, zo'n 1.800 tieners tussen de 12 en 18 jaar: bijvoorbeeld omdat ouders het kind geen veilig thuis kunnen bieden, het kind zichzelf of anderen in gevaar brengt, of behandeling weigert voor ernstige gedragsproblemen.

Jongeren met zeer ernstige problemen zijn straks beter af in de nieuw op te zetten kleinere en open woonvoorzieningen, zegt Van Ooijen. Of ze moeten thuis de hulp krijgen die ze nodig hebben. Omdat er mogelijk een kleine groep is voor wie de gesloten setting toch nodig is, wil de staatssecretaris de mogelijkheid tot een gesloten machtiging niet uit de wet schrappen.
Isoleercellen

Veel jongeren komen slechter de gesloten jeugdzorg uit dan ze erin gingen, vertelde een aantal van hen begin dit jaar in een campagne van stichting Het Vergeten Kind. Ook de Tweede Kamer drong er bij Van Ooijen op aan deze zwaarste vorm van jeugdzorg te hervormen. Het aantal jongeren in de gesloten jeugdzorg neemt de laatste jaren af: in 2016 waren het er nog 2.200. Ook is inmiddels de helft van de isoleercellen in de instellingen gesloten. De andere helft moet nog dit jaar dicht.

De eerste jeugdzorgorganisaties zijn al begonnen met het opzetten van kleinschalige woonvormen in woonwijken voor circa acht jongeren, als alternatief voor de grote gesloten instellingen met vaak meer dan tien keer zoveel plekken. Maar dat brengt nieuwe dilemma's met zich mee. 'Grootschalige gesloten jeugdzorglocaties zijn niet het beste voor het kind, maar ze zijn wel veilig voor de samenleving', zegt Van Ooijen. 'Bij kleinschalige woonvormen, waar het kind centraal staat, is de deur 's nachts open en gaat het kind gewoon naar een school in de buurt. Dat zou overlast kunnen geven, daarover moet ik eerlijk zijn. Dan kies ik voor de vrijheid en veiligheid van het kind, met de kleine maar reële risico's die je neemt met kleinschalige voorzieningen in een buurt.'

Daarom vraagt Van Ooijen van de samenleving om tolerant te zijn. 'In de maatschappij leeft veel weerstand tegen de gesloten jeugdzorg zoals die nu is. Daarom hoop ik dat als zich een moeilijke situatie voordoet, we dan niet meteen denken: laten we teruggaan naar het oude regime en deze jongeren opsluiten met de deuren dicht.'    ...

Goh ... Dat was precies hetzelfde wat gezegd werd bij die mooie eerdere plannen ...
    De politie zal het wel weer moeten oplossen ...

En daar zijn ze al (Telegraaf.nl, 01-09-2022, door Mick van Wely, uitleg of detail ):
  ’Stijging aantal incidenten is zorgelijk’

Gespecialiseerde arrestatieteams politie hebben handen vol aan verwarde personen

Levensgevaarlijke incidenten rond verwarde personen nemen in snel tempo toe. Arrestatieteams van de Dienst Speciale Interventies (DSI) van de politie rukten in 2021 twee keer zo vaak uit voor verwarde personen als in het jaar ervoor. De leiding van de dienst noemt de aanzienlijke stijging zorgelijk.


Tussentitel: "’Het is schrijnend, het gaat om patiënten’"

Fotobijschrift: In 2021 waren er ruim 130.177 voorvallen met verwarde personen waarbij de politie moest ingrijpen. Alleen als er echt sprake is van een levensbedreigende situatie, rukt een arrestatieteam uit. Dat gebeurde vorig jaar 125 keer.

Een jaar geleden liep het in Almelo volledig uit de hand. Een verwarde man stak twee vrouwen dood en schoot met een kruisboog vanaf een balkon op omstanders. Een arrestatieteam van de DSI schakelde de man met een schot in de borst uit. Hij overleefde het ingrijpen wel.
    In dat jaar behoorde het ’kruisboogincident’ tot een van de 125 inzetten van het Aanhoudings- en Ondersteuningsteam (AOT), in de volksmond arrestatieteams of AT’s, bij levensbedreigende situaties rond verwarde personen. Het jaar ervoor waren dat er nog 65. Dit jaar rukten de AT’s al 92 keer uit voor verwarde personen, zo blijkt uit gegevens die De Telegraaf opvroeg bij de Nationale Politie. Het totaalaantal inzetten van de teams is al jarenlang vrij stabiel.

De ideologen en die lui van de Volkskrant zijn geen gewoen misdadigers, maar massa-misdadigers.
    Twintig jaar werkkamp, en een tatoeage op het voorhoofd.

Er is brutaliteit, en er is dit (de Volkskrant, 28-01-2023):
 
 
 

Wat naturlijk de schud is van alles en iedereen, behalve de sluiting van de instellingen en de rol van de Volkskrant daarin.
    Schavot, dan toch maar ... ?


Naar Linkse denkfouten  , Rijnlandmodel, normen en waarden  , of site home  .

12 apr.2007