Bronnen bij Economen, fouten: Bas Jacobs |
5 mei 2009 |
Een naam die opgevallen was door vermelding door of in combinatie met
neoliberale marktfundamentalisten als Frank Kalshoven
en Jules Theeuwes
, is de ook altijd als topeconoom omschreven Bas Jacobs, werkzaam (geweest)
bij de Universiteit van Amsterdam en het Centraal Planbureau. Als warmloper
een paar stukken uit een column van Ronald Plasterk, van voor de tijd dat
hij minister werd:
Uit:
De Volkskrant, 26-01-2007, column van Ronald Plasterk
De heilige markt
Economie is een prachtig vak, maar een econoom die alleen in marktwerking
kan denken, is net zo primitief als de geneticus die denkt dat je aan
iemands dna kunt zien wat voor karakter hij heeft. ...Neem het taxibedrijf.
Ik knipte vorige week twee stukjes uit weekbladen. Het ene uit het als
rechts bekendstaande Elsevier; een redactioneel commentaar van Paul
de Hen. Het andere komt van een prominent lid van de socialistische Niet
Nix-beweging, en het staat in het linkse weekblad De Groene Amsterdammer.
Het ene stuk ‘Taxibeleid’ zegt: ‘De liberalisering van de
taximarkt is helaas een dankbaar object van anti-marktwerkingsentimenten
geworden ...’
Het andere stuk heeft als kop: ‘De vrije markt voor taxi’s is
een mislukking waar de klant niets aan heeft. Terug naar de regulering’. ...
... Degene die vasthoudt aan de heilige markt is de linkse
econoom Bas Jacobs. Voor mensen die regelmatig taxivervoer regelen, bestaat
er inderdaad een taximarkt. Ze kennen de service bij de verschillende
bedrijven, hebben de gelegenheid de tarieven te vergelijken, en als een
bedrijf herhaaldelijk te laat komt, of een chauffeur stuurt die de weg niet
kent, kies je de volgende keer een ander. Zo niet op straat. De enige manier
waarop het een vrije markt zou zijn bij het Centraal Station is als een
veilingmeester alle taxi’s in detail beschrijft (‘Chauffeur rookt niet,
heeft geen radio aan, spreekt Engels!’), en per rit verkoopt aan de hoogste
bieder. Wie het meest betaalt, is het eerst aan de beurt. Hoe stelt Jacobs
zich verkeerstechnisch voor dat de overheid klanten en chauffeurs moet
dwingen om niet de voorste wachtende taxi te nemen? Gaan we een voetbalveld
vol taxi’s neerzetten?
Dus in termen begrijpelijk voor economen: de transactiekosten
voor de klant zijn te hoog: de tijd en de moeite die het de klant zou kosten
om alle relevante informatie te vergaren weegt niet op tegen de kosten van
een rit. De aanname van volledige kennis van de producten is bovendien niet
waar te maken, door het niet-terugkerend gebruik. Ten slotte is de rijweg
niet oneindig breed, waardoor er inderdaad een natuurlijk monopolie bestaat
voor de taxi’s die vooraan staan.
Vrijwel overal in de wereld bestaat bij vliegvelden en
stations een keurig gereguleerd systeem dat voorkomt dat klanten
voordringen, dat ertoe leidt dat de taxi’s op hun beurt wachten, en dat
garandeert dat de tarieven uniform en billijk zijn. Marktwerking is in veel
sectoren ideaal, maar juist economen zouden moeten analyseren waarom het
soms niet de beste oplossing is.
Red.: Het stuk bevat ook het commentaar op de meningen
van de heer Jacobs, dus dat hoeven we niet over te doen. Het gaat ook
voornamelijk om de constatering van een derde persoon, die Jacobs ook ziet
als een martkfundamentalist die geen oog heeft voor de realiteit der dingen,
en de beperkingen die die realiteit oplegt.
Als tweede een herhaling van een stuk uit Economen, fouten
:
Uit: De Volkskrant, 23-11-2004, van verslaggever Michael Persson
Economen kraken innovatiebeleid
Economen van naam bogen zich over de vraag wat vernieuwing is. Ze trokken
tegendraadse conclusies. Een tekort aan bèta's? Waarom verdienen ze dan niet
meer?
... Zo betogen Bas Jacobs (Universiteit van Amsterdam) en Dinand
Webbink (CPB) dat er in Nederland, in tegenstelling tot wat doorgaans wordt
gedacht, helemaal geen tekort aan bètawetenschappers en ingenieurs is. Het zijn
er weliswaar weinig, zeker vergeleken met andere landen, maar het is zeker geen
tekort.
Hun redenering is niet nieuw. Kwestie van vraag en aanbod.
Als er daadwerkelijk een tekort zou zijn, dan zou het prijsmechanisme in werking
treden en zouden de salarissen van bèta's hoger zijn dan dat van niet-bèta's.
Terwijl, zeggen de economen, het al twintig jaar andersom is. Bèta-opgeleiden
verdienen 5 tot 10 procent minder dan anderen.
Jacobs en Webbink verwachten zelfs dat de arbeidsmarktpositie
van bèta's steeds verder zal afkalven, omdat ze zullen worden vervangen door nog
goedkopere buitenlanders. 'Het beeld dat hieruit naar voren komt, wijkt af van
de diagnose die ten grondslag ligt aan het huidige kabinetsbeleid.' Het kabinet
wil juist miljoenen uitgeven om scholieren te stimuleren een exacte studie te
kiezen.
De auteurs van de pre-adviezen baseren zich voornamelijk op
theoretische modellen. ...
Red.: Dit artikel is volledig in lijn met het
voorgaande: je kijkt naar de markt, in dit geval de arbeidsmarkt, waar de
lonen van bèta's laag zijn, dus moet de vraag laag zijn. Simpel, toch?
OK, volgende artikel (kennelijk ook volgende baan voor
Jacobs, want nu zit hij bij de Erasmus Universiteit):
Uit:
De Volkskrant, 23-04-2009, door Bas Jacobs en Ruud de Mooij, hoogleraar
economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en Lans Bovenberg, hoogleraar
economie aan de Universiteit van Tilburg
Ouderen verdienen te veel
...
Red.: We kunnen meteen stoppen met citeren, want hier
is het leed al geschiedt: de heren, onder aanvoering van onze vriend Bas
Jacobs, constateren dat de lonen van ouderen te hoog zijn. Wat de argumenten
zijn, doet er niet zo veel toe - het is al volstrekt in tegenspraak met het
voorgaande.
Want stel dat er goede argumenten zijn, anders dan gewoon de
markt, dat de lonen van ouderen, oftewel: de prijzen van de arbeid van die
ouderen, te hoog zijn. Dan kunnen er net zo goede redenen zijn dat de lonen
van bèta's, de prijzen van de arbeid van bèta's, te laag zijn. En dat in dat
laatste is geval de markt niet de oorzaak is van die lage lonen.
En een soortgelijk verhaal geldt andersom: stel dat het
eerste verhaal waar is: de lonen van bèta's zijn te laag doordat op de prijs
van de arbeid het marktprincipe van toepassing is. Dan is datzelfde
marktprincipe ook van toepassing op de arbeid van ouderen. En dus kan de
prijs van die arbeid nooit te hoog zijn.
Kortom: de heer Bas Jacobs beweert in het ene geval A, en het
andere, soortgelijke, geval B, terwijl A en B in directe tegenspraak met
elkaar zijn. Het eerst dat we daar dus direct van kunnen afleiden is dat Bas
Jacobs een leugenaar is.
Blijft over de interessantere vraag waarom hij dat doet. Onze
werkveronderstelling was dat Jacobs een marktfundamentalist is - en daar
hadden we goede gronden voor. Dan is zijn tweede positie de afwijkende, en
moeten daarvan de reden zien te doorgronden. Zelf zeggen ze het zo: 'Het
kernprobleem is dat loon naar leeftijd in plaats van loon naar werk wordt
betaald.'
Meteen kunnen we dus constateren dat als dit waar is, het
eerste verhaal van Bas Jacobs, geschreven tezamen met Dinand Webbink van het
CPB, de regelrechte leugen is. Als loon niet naar werken betaald wordt, dan
is er geen enkele reden om te veronderstellen dat de lage betaling van
bèta's ook maar iets te maken heeft met de markt voor bèta's, het
loon-naar-werken van bèta's - het aanbod van bèta's.
Maar waarom pleegt hij deze leugen? Terug naar de ouderen, en
de bewering dat deze te veel verdienen. Dit is gebaseerd op twee andere
beweringen: het loon stijgt gedurende het ouder worden, en de productiviteit
daalt. De eerst is waar, maar als de productiviteit ook zou stijgen, maakt
dat niets uit. Het zit allemaal dus in de bewering dat de productiviteit van
de oudere werknemer daalt.
Nu gene ze geen enkele onderbouwing van deze bewering -
misschien omdat hij zo veelvuldig gedaan wordt, dat iedereen het voor zoete
koek slikt. Het argument dat je achter die veelvuldige herhaling en het
slikken van die koek kan verzinnen is dat men de havenarbeider of mijnwerker
voor de geest heeft, die, als hij boven de vijftig komt, steeds minder kan
versjouwen. Maar daar stuit te dan meteen op een probleem, want er zijn in
Nederland geen havensjouwers en mijnwerkers meer - het overgrote deel van
het Nederlandse werk wordt zittend gedaan: in een hijskraan, of achter een
bureau. En er is geen enkele reden om te veronderstellen dat je daarin
minder handig wordt boven de vijftig.
Integendeel: in de vliegtuigindustrie is onderzoek gedaan
naar de tijd benodigd voor taken die herhaald wordne, zoals in de seriebouw,
en dan blijkt dat gemiddeld de tijd benodigd voor iedere volgende keer dat
je dezelfde taak uitvoert, gedurende lange tijd voortdurend met circa 11
procent daalt - iets waar iedereen die dit soort werk heeft gedaan, qua
trend, van kan getuigen.
Kortom: de heer Jacobs, en consorten, moeten eerst maar eens
bewijzen dat hun basisveronderstelling juist is.
Maar neem nu eens aan dát die veronderstelling juist is. Dat
wil tevens zeggen: de veronderstelling dat mensen naar hun
arbeidsproductiviteit betaald moeten worden. Dan geldt dat niet alleen voor
ouderen, maar voor iedereen, natuurlijk. En in "iedereen" zit iedereen
ingesloten. Ook de heer Bas Jacobs - en consorten. En dan kunnen we, met
hetzelfde gemak als zij dat doen, meteen iets aannemen: zij produceren
helemaal niets. Ja, zwarte inkt op wit papier, maar daar is nog nooit een
zak kolen mee gedolven of een vervoerd. Dan kunnen we niet alleen het loon
verlagen van de heer Bas Jacobs - en consorten, maar ze doodgewoon ontslaan.
Als het al niet dit verhaal is, dan is de kredietcrisis van 2008-2009, en
hun totale onbenul ervan eraan voorafgaande, ruim meer dan voldoende bewijs
dat het vak dat ze beweren uit te oefenen: iets zinnigs zeggen over de
economie, totaal nutteloos is. Het ontslaan van alle mensen in banen als die
van Bas Jacobs en consorten zou zo veel besparen, dat de vermindering van
het loon van ouderen meteen overbodig wordt. Want er zijn talloze groepen
waarvoor precies hetzelfde geldt als voor de Bas Jacobs - en consorten: ze
produceren helemaal niets.
Kortom: waar de heren het hier over hebben is
loon-naar-werken => , maar dat willen ze alleen toepassen op degenen die
produceren. Natuurlijk vinden ze dat dit niet van toepassing op henzelf, en
lotgenoten in soortgelijke beroepsgroepen - dat is ook de reden dat de
lagere betaling van bèta's OK is volgens hen: dat zijn toch ook maar een
soort veredelde blauwe-boorden-werkers waarvan de witte oorden mogen
profiteren. Nog korter: dit is gewoon weer de aloude klassenstrijd van
hogere midden- en topgroepen tegen de lagere: de lagere moeten voor steeds
minder geld gaan werken, zodat de hogeren een steeds makkelijker en
luxueuzer leventje kunnen leiden.
De aloude klassenstrijd. Dickensiaans kapitalisme, in het
jasje van het neoliberalisme.
De troonrede en miljoenennota 2009 zijn uitgekomen. Reden
voor Jacobs om zich weer eens te roeren:
Uit:
De Volkskrant, 16-09-2009, door Bas Jacobs, hoogleraar economie en
overheidsfinanciën aan de Erasmus Universiteit Rotterdam
Hou vervroegde verkiezingen
De regering onderneemt niets concreets. De werkloosheid zal hoog oplopen.
Toekomstige generaties betalen dan de rekening van de crisis.
Tussentitel: De deeltijd-WW zal de vut van deze crisis worden als kabinet
niet ingrijpt
De Miljoenennota 2010 laat zien dat de overheidsfinanciën een nooit eerder
vertoonde optater krijgen. De belastinginkomsten nemen sterk af en de uitgaven
aan werkloosheidsuitkeringen nemen toe. ...
Met de crisis komen de structurele zwaktes van de Nederlandse
arbeidsmarkt aan het licht. De contractlonen groeien nog steeds harder dan de
inflatie, terwijl de werkloosheid in rap tempo stijgt. De Nederlandse
arbeidsmarkt reageert volkomen rigide op de economische schok, waardoor de
werkloosheid onnodig hoger en langduriger zal zijn. Loonmatiging is vereist om
de werkgelegenheid te herstellen, maar ook om de concurrentiepositie te
verbeteren en te profiteren van het voorziene herstel van de wereldhandel.
Werknemers die meer verdienen dan ze opleveren, zoals ouderen
en laaggeschoolden, worden nu ontslagen. Deze werknemers hebben na de recessie
alleen perspectief op werk als hun lonen meer in de pas lopen met hun
productiviteit. Hervormingen van het ontslagrecht en de WW zijn nog altijd
urgent om de gouden kooi te openen waarin veel oudere werknemers gevangen
zitten. ...
De deeltijd-WW moet worden afgebroken, want die vergroot de
problemen op de arbeidsmarkt. Publiek geld wordt verspild aan bedrijven die niet
levensvatbaar zijn of aan bedrijven die ook zonder deeltijd-WW zouden overleven.
...
Red.: De truc van het overbrengen van een
propagandaleugen is herhaling. En economen zijn nooit te moe om hun leugens
te herhalen. Want economen hebben niets anders te doen dan het produceren
van propagandaleugens, en het herhalen ervan. Dat is hun beroep. Economie is
namelijk geen wetenschap, weet nu ook de rest van de wereld sinds de
kredietcrisis, en wat er dan overblijft is waarzeggerij. En waarzeggerij die
jokt ten eigen gunste van de eigen groep en klasse, dat is het verkondigen
van propagandaleugens. Want hoe onproductief ouderen en laagbetaalden ook
zijn, ze zijn nog altijd oneindig veel productiever dan economen (en andere
hogere werknemers
) - die zijn namelijk volgens het sommetje waarbij improductiviteit het
quotiënt is van wat je kost gedeeld door wat je opbrengt, oneindig
improductief - want dat laatste is nul voor economen.
Een heet item in 2010 is de vergrijzing: er komen relatief
steeds meer ouderen, deels omdat we langer leven. Dit is de mening van
Jacobs, dit keer tezamen met een andere partner:
Uit:
De Volkskrant, 06-05-2010, door Lans Bovenberg en Bas Jacobs,
respectievelijk hoogleraar economie Universiteit van Tilburg en hoogleraar
Erasmus Universiteit Rotterdam
Vergrijzing is een bron van private rijkdom en van publieke
armoede
De kosten van de vergrijzing zullen moeten worden gedragen door de mensen die
profiteren van de hogere levensverwachting. En dat doen we allemaal.
Tussentitel: De pensioenleeftijd zou moeten mee groeien met de
levensverwachting
Red.: Meer hebben we van dit artikel niet nodig,
omdat het gaat over de redenatie die erachter steekt: als we langer gaan
leven, moeten we ook meer betalen dus langer gaan werken. Maar als dit geldt
voor de tijd die we extra met pensioen zijn, geldt het natuurlijk ook
voor alle
tijd die we met pensioen zijn. Haal maar gewoon het werkwoord "gaan" uit de
redenatie, en je krijgt: "als we langer leven, moeten we ook meer betalen
dus langer werken".
Nu is het inmiddels alom bekend dat de hogere opgeleiden en
de hogere inkomens veel langer leven dan de lagere - het verschil is maar
liefst
zeven jaar.
Dus als we iets gaan veranderen aan de pensioenregeling op de
basis van "langer leven", moet eerst dat rechtgezet worden.
Maar dat is in het nadeel van de heren Bovenberg en Jacobs,
die het hier dus angstvallig niet over hebben, zie het originele artikel
.
Voor meer over het geval van Lans Bovenberg, zie hier
.
Naar Economen, fouten
, of
site home
.
|