De Rijnlandse economie
Het allereerste uitgangspunt voor een Rijnlandse economie is dat het een systeem
moet zijn dat niet alleen nu, maar ook in de toekomst moet kunnen werken. Dat
lijkt een voor de handliggende opmerking, maar dat is het niet. Onze huidige
economische systeem kan niet goed functioneren zonder een economische groei van
enkele procenten. Dat blijkt eruit dat zodra het percentage minder wordt dan die
drie, bijvoorbeeld een halve procent of nul procent, men spreekt van economische
problemen of zelfs van een economische recessie. Ons huidige economische systeem
gaat dus uit van een eeuwig voortdurende groei van op zijn minst enkele
procenten, hetgeen op op niet al te lange termijn betekent dat de natuurlijke
hulpbronnen van de aarde uitgeput raken. Ons huidige economische systeem voldoet
dus niet aan de simpele voorwaarde dat het ook in de toekomst moet werken.
Het is dus nodig om een nieuw economisch systeem te formuleren. Het bovenstaande
laat zien dat de eerste voorwaarde is dat het moet kunnen werken bij nulgroei.
Dat lijkt te conflicteren met een fundamenteel lijkende menselijke behoefte,
namelijk om het steeds beter te krijgen. Het huidige economische systeem draait
om het voorhouden van die belofte aan hen die een maatschappelijk onbevredigende
positie hebben: de maatschappelijk bevredigden, de top, houdt de onbevredigden
voor dat ze telkens iets meer krijgen, als ze ze maar schikken in hun
onbevredigende positie.
De eerste voorwaarde voor een Rijnlandse economie is dus het veranderen van het
criterium van maatschappelijke bevrediging
.
Dat vereist een onderzoek naar de werkelijke waarden van een goed en bevredigend
leven. Vrijwel alle morele systemen, inclusief alle bekende religies, gaan ervan
uit dat een belangrijk deel van het verwerven van een goed en bevredigend leven
ligt in het afzweren van materiële bevrediging. De Rijnlandse versie hiervan is
rekbaar in die zin dat een een beperkt aantal materiële zaken als
basisvoorwaarden voor een goed leven wordt gezien, en de rest vrijer ingevuld
kan worden. Tot de basisvoorwaarden behoren zaken als voldoende voedsel,
onderdak, veiligheid en dergelijk; iedereen kan dit zelf invullen. Wat daar niet
duidelijk niet bij hoort zijn alle luxe zaken: jachten, kastelen, en dergelijke;
ook dit kan iedereen verder invullen. Daar tussenin liggen de zaken waarover men
wel wil discussiëren, beginnende met koelkast en televisie, en eindigende met
zaken als gsm en spelcomputer. De eerste twee kan men heel moeilijk zonder, de
laatste twee heel makkelijk. Als er afwegingen gemaakt moeten worden over het
inleveren van economische activiteit ten behoeve van een goed en bevredigend
leven, zou men over het opgeven van dit soort zaken moeten kunnen spreken.
Ergens tussen die twee uitersten liggen de zaken waarvan het opgeven moeilijk
zou worden gevonden, maar die toch wenselijk zouden kunnen blijken. Het ultieme
voorbeeld daarvan is natuurlijk de auto. Vrijwel iedereen beseft dat het luxe
is, maar er is een grote weerstand om hem op te geven. Het is een luxe, omdat er
zeer goed mogelijk is om alternatieve systemen te ontwerpen, die functioneel
vrijwel even goed zouden voldoen als de het particuliere autobezit. vervoer van
en naar werk van georganiseerd worden door bedrijven zolang het openbaar daar
niet in kan voldoen. Het openbaar vervoer kan sterk verbeterd worden door een
fijnmazig aanvoersysteem, het huidige bussysteem, gekoppeld aan een efficiënt
langeafstandssysteem, de huidige trein.
Dit verbeterde openbaar vervoersysteem kan niet voldoen aan drie zaken waarin
het particuliere autobezit wel voldoet: een willekeurige oproepbaarheid, het
gevoel van individualisme, en het gevoel van status. Het eerste kan opgevangen
worden door een aanvullend systeem van particulier vervoerverhuur, wat nu
autoverhuur is. De andere twee zaken kan nooit in voorzien worden door welk
georganiseerd systeem ook, omdat het individualisme wat erin zit strijdig is met
het collectivistische van een maatschappelijk georganiseerd systeem.
Het is duidelijk dat hier uitgewerkt is voor het geval van de auto, geldt voor
een groot aantal zaken die in ons huidige economische systeem als min of meer
vanzelfsprekend worden gezien. Het opgeven van die zaken zal alleen kunnen in
het kader van een verandering van de mentaliteit van een aanzienlijk tot groot
deel van de bevolking. Het is een elementaire psychologisch waarneming dat dit
soort veranderingen gewoonlijk alleen plaats vinden als zich een dringende
noodzaak voordoet. Voor de hier besproken gewenste verandering is die dringende
noodzaak al bekend, voor iedereen die het wil weten: de aanstaande globale
milieurampen van uitputting en klimaatverandering
.
De algemene verbinding tussen de genoemde processen rond auto's en dergelijke
individualistische producten en de toekomstige milieu- en klimaatramp is het
begrip "consumentisme": het produceren van oneindig veel nieuwe wegwerpproducten
voor een consument die bevrediging behoeft uit het kopen van dit soort producten
.
Dit laatste proces leidt op de langer termijn, noodzakelijkerwijs, tot de
uitputting van natuurlijke hulpbronnen, en, waarschijnlijk veel eerder, tot een
klimaat- en/of milieuramp. Het is volkomen duidelijk dat een lange-termijn
productiesysteem alleen kan werken door grootschalige zo niet volledige
recycling van reeds gebruikte grondstoffen en producten - en ook is volkomen
duidelijk dat dit mijlenver afstaat van enig nu denkbare vorm van kapitalisme
.
De conclusie is dat een Rijnlands economisch systeem binnen het huidige
kapitalistische systeem niet haalbaar is. Het enige dat binnen dat systeem
gedaan kan worden is dat bij de economische en maatschappelijke beslissingen
waar we nu en in de nabije toekomst voor staan, nu al die oplossingen worden
gekozen die gaan in de richting van een Rijnlandse economie. Dat betekent ruwweg
dat die beslissingen moeten gaan in de richting van een collectivistische
maatschappij, en weg van het individualisme, zoals gekenmerkt door het
particuliere autobezit. Deze maatregelen kunnen alleen succesvol zijn als
tegelijkertijd voortdurende gewezen wordt op de voordelen van die keuzes, en de
nadelen van het individualistische alternatief. Dit vereist een nieuw
leiderschap bij alle partijen en instanties die nu zich erop voorstaan te
strijden voor behoud van ons menselijke leefmilieu, maar in de praktijk kiezen
voor hun individualistische behoeftebevrediging.
Wat er in feite gedaan zou moeten worden, is het het direct omvormen van het
kapitalistische systeem, dat wil zeggen: het systeem waarin de grote economische
beslissingen door particulieren worden genomen. Meer daarover en de methode om
dit te doen hier
.
Naar Rijnlandmodel lijst
,
Rijnlandmodel overzicht
, of site home
.
|