Creativiteit en slechtigheid

De intellectuele capaciteiten van de mens zijn uniek in de natuur - daarover bestaat geen twijfel. Maar voor ieder van de deelcapaciteiten lijkt dat nauwelijks het geval te zijn: dieren kunnen in allerlei omstandigheden net zo adequaat, of adequater, reageren op zaken in de natuur als de mens. Het unieke van de mens kan dus vertaald worden als het idee dat de mens juist aanzienlijk meer capaciteiten heeft dan nodig voor het reageren op de natuur.

Omdat de mens die extra capaciteiten heeft, kan hij ook iets maken of doen dat nog niet eerder in de natuur bestond. Zelfs dat is iets dat niet uniek lijkt, maar bij de mens zit daar planning in: hij kan op zoek gaan naar iets dat nog niet in de natuur bestaat: hij kan uitvinden, creëren. Als er geen bizons om op te jagen te vinden zijn, kan hij met behulp van gekleurde aarde bizons op de rotswand schilderen, en die met zijn geschilderde speer doden. Op het niveau van de toenmalige beschaving is geen groter wonder denkbaar.

Maar zodra de mens dingen kan creëren of doen die boven de natuurlijke orde der dingen uitgaan, kan hij ook dingen creëren of doen die tegen de natuurlijke gang van zaken of natuurlijke orde ingaan. Je kan dat erin vertalen als dat de mens met zijn creativiteit ook de capaciteit tot slechtheid verkregen.

Het idee dat het unieke van de mens zit in zijn boven de natuur staande creatieve vaardigheden vindt men onder andere terug in het feit dat op vele terreinen en op veel manieren de houding te bespeuren valt dat iedere vorm van creativiteit te prefereren is boven al het gewone  . Er zijn bijvoorbeeld vele boeken geschreven waarin weerzinwekkende ideeën worden gepropageerd, waarop andere mensen positieve en bewonderende reacties geven, daar waar die mensen op geen enkele wijze met de gevolgen van de gepropageerde ideeën geconfronteerd zouden willen worden: “Het is zo mooi geschreven” is daarbij een veelgehoorde uitdrukking. Wat men daarmee doet is de creatieve component stellen boven de inhoudelijke, en daar waar de inhoud zelf niet deugt: creativiteit boven slechtheid.

Het genoemde voorbeeld gaat over romans, maar in feite strekt het zich uit tot het hele terrein van de kunst. De overwaardering van creativiteit aldaar was in de jaren zeventig en tachtig tot dusdanige hoogte gestegen dat het moderne schilderen was verworden tot het besmeuren van meters canvas met éénkleurige rauhfaserverf, de moderne muziek tot het afdraaien van een bandrecorder met twintig minuten aan motorlawaai, en het moderne bouwen tot het neerkwakken van vierkante kolossen van beton en glas  - dit alles onder het motto: het was allemaal nog nooit eerder gedaan ...

Aan de andere kant van het maatschappelijke spectrum, in de lagere regionen, kan de drang tot creativiteit ook makkelijk tot uitwassen leiden. Wie creatief wil zijn, en niet de talenten heeft op dat op positieve manier ten toon te spreiden, kan het ook een andere manier kwijt: wie niet mooi kan schilderen, kan wel een bushokje vernielen - ook een daad van het creëren van de nieuwe toestand - "Kijk eens wat ik hier heb gedaan" is wel degelijk een component van veel vernielzucht - met als tussenvorm iets als graffiti - vernieling en kunst tegelijk.

Allerlei bekende vormen van slechtheid kunnen dus ook als vormen van creativiteit gezien worden - en er zijn zelfs nogal wat mensen die dat dat ook zo zien. Die mensen achten de gewone dingen, de dagelijkse routine, te saai, en wel zodanig saai dat ze het niet deugende alternatief voor de dagelijksheid beter achten dan de dagelijksheid. Veel van met name de moderne kunstuitingen als literatuur en film, beelden die slechtigheid dan weer uit, in alle mogelijke vormen van de detective-story tot horror en erger. Oftewel de creativiteit van de hogere klassen gebruikt de creativiteit van de lagere lagen om aan zijn ideeën te komen. Die afhankelijkheid van slechtigheid is zelfs terug te vinden in uitspraken van kunstenaars en andere intellectuelen, waarvan er een aantal zijn verzameld hier  .

Deze analyse tot dusver zal velen misschien nieuw in de oren klinken, maar dat komt alleen door de toon. Op andere manier geformuleerd is het allemaal heel bekend, uit diverse andere morele systemen. Zo kan het idee dat de mens zijn uniekheid ontleent aan zijn extra capaciteiten direct teruggevonden worden in het begin van de bijbel. Daar staat dat de mens heeft zijn val uit het Paradijs te wijten heeft aan het eten van de appels van de boom van Kennis - en "kennis" kan dus heel makkelijk gelijk gesteld worden met die extra mogelijkheden die de mens heeft om zijn natuurlijk wereld te overstijgen, en daardoor de gaan waarderen en te begrijpen - de capaciteit tot kennis leidt tot zonde, of slechtheid.

En ook het idee dat de mens zijn omarmen van de slechtheid min of meer bewust doet, is daar terug te vinden als de erfzonde - en op andere manier in het maxime uit In het kort, luidende: God may forgive you for your sins, but your nervous system won't.

Er is door velen al opgemerkt dat het merkwaardig is dat er nog zo veel slechtheid bestaat ondanks de toegenomen materiële welvaart, en dat slechtheid bij degenen die meer rijkdom hebben juist eerder groter dan kleiner lijkt te zijn   . De reden daarvan is in het licht van het voorgaande nu een heel simpele: men verkiest het creatieve in de slechtheid boven het gewone natuurlijke. Ongeveer op dezelfde manier waarop de intellectueel zijn neuroticisme verkiest boven het gezonde verstand  .

Het laatste laat dus ook meteen zien dat waar er discussie kan bestaan over de sterkte van de beïnvloeding van de mens door zijn omgeving, de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor zijn slechte daad in de meeste gevallen uiteindelijk bij hemzelf ligt. Iets dat in alle daders, behalve de echt biochemische of neurologische psychopaten, dan ook duidelijk zichtbaar is - voor het velen onwaarschijnlijke voorbeeld van directeuren hier   .

Meer over de behandeling van de misdadige natuur hier  .


Naar Geest en werkelijkheid  , Vrije wil  , of site home  .

23 dec.2003