Alfa denken, anti-bèta: klimaat en de IPCC affaire
Een essentiële rol in de klimaatdiscussie wordt gespeeld door het
IPCC, het Intergovernmental Panel on Climate Change, een organisatie (Wikipedia
citerend) van de Verenigde Naties, opgericht in 1988, om de risico's van
klimaatverandering te evalueren. Het panel bestaat uit honderden experts uit de
hele wereld, vanuit universiteiten, onderzoekscentra, ondernemingen,
milieu-organisaties en andere organisaties. Het IPCC doet zelf geen onderzoek,
maar evalueert onderzoek dat is gepubliceerd in gereviewde wetenschappelijke
tijdschriften.
Het feit dat het IPCC ingesteld is door de VN laat zien dat het eigenlijk een
politieke organisatie is, of iedere geval een sterke politieke poot heeft. Dat
was noodzakelijk voor een organisatie die iets wil bereiken in de wereld, omdat
klimaatkwesties globale kwesties zijn, en globale kwesties per definitie
politiek zijn. Het betekent ook dat er politieke kwesties meespelen als
vertegenwoordiging. Het gaat niet alleen om zo goed mogelijke wetenschap, maar
ook om vertegenwoordiging vanuit alle, of zoveel mogelijk, continenten en
landen. En dat is niet hetzelfde als zo goed mogelijke wetenschap. De beste
wetenschap komt uit het westen - gemiddeld gesproken.
Het IPCC bestaat dus al vrij lang, maar haar rapporten hadden geen enkele
meetbare invloed, tot de klimaatrevolutie geïnstigeerd door Al Gore in 2006 met
de documentaire An Inconvenient Truth, gebaseerd op gegevens van het
IPCC. Welke revolutie natuurlijk ook alleen kon ontstaan door het dramatisch
stijgende aantal daadwerkelijke tekenen van klimaatverandering.
Met deze revolutie nam ook het belang van het IPCC dramatisch toe. Haar
rapporten werden nu de basis voor besprekingen tussen landen over maatregelen
tot beperking van de uitstoot van CO2. Dus werd
de inhoud van de rapporten de inzet van politieke strijd, zowel tussen landen
als tussen politieke en maatschappelijke stromingen. Het gaat hier om het
laatste.
De strijd tussen diverse maatschappelijke stromingen in het klimaatdebat wordt
op zijn meest dramatisch geïllustreerd door het op dit moment van schrijven
actuele aspect van het klimaatdebat: de fouten van de wetenschap, of eigenlijk:
de fouten van de IPCC, wat we nu gaan beschrijven.
Voor de goede orde eerst wat het IPCC eerder heeft gedaan (uit
de Volkskrant, 05-02-2010, door Marnix de Bruyne):
Uit deze korte beschrijving is meteen al duidelijk dat het niet zomaar een
rapport(je) is, maar grootschalig overzicht - een enorm karwei qua inhoud en
coördinatie.
Dan de kwestie waar het om gaat - uit hetzelfde artikel:
Wat er schadelijk was en waarvoor blijkt uit de volgende stukjes - het eerste is
van columnschrijver en schrander observator voor de Volkskrant Martin
Sommer:
En columnist in het wetenschapskatern van de Volkskrant Maarten Keulemans
ook (de Volkskrant, 30-01-2010):
Hierin is nogal wat parmantig taalgebruik weggelaten.
Dit zullen we gemakshalve maar omschrijven als de linkse hoek
in de media.
Nu de rechtse. Eerst de neoliberale wetenschapsjournalist
Marcel Hulspas (DePers.nl, 04-02-2010):
En in Elsevier, het weekblad voor neoliberalen (Elsevier,
30-01-2010, door Simon Rozendaal):
Achter de derde "..." bevindt zich het overgrote deel van het artikel, gaande
over hoe de foute voorspelling over het smelten van de Himalaya-gletsjers in het
rapport is gekomen. Interessant vanuit een ander perspectief, waarover later
meer.
Nu als derde groep van reacties die uit de politiek (uit de Volkskrant,
29-01-2010, van verslaggeefster Kim van Keken)
Zo, dat is al bijna het hele politieke spectrum dat hard hollend achter "de
kapitale blunder die alles onderuit haalt" aanloopt.
En de betrokken minister zelf (de Volkskrant,
27-01-2010, van verslaggeefster Kim van Keken):
"Ja ja, het is zeer ernstig. Het hele onderzoek wordt onderuit gehaald, tezamen
met de conclusies.
Maar de stormval werd pas echt gehesen toen, hoe voorspelbaar
want natuurlijk ging men nu naar alles kijken en een rapport van die omvang
zitten natuurlijk vele fouten van diverse soort, nog een fout naar buiten kwam (Volkskrant.nl,
03-02-2010, van verslaggevers):
De oorzaak was eigenlijk meteen al bekend - uit hetzelfde artikel:
En uit een artikel van anderhalve dag later (De Volkskrant, 05-02-2010) :
|
Verantwoordelijk voor die fout is Maarten Hajer, directeur van
het Planbureau voor de Leefomgeving, een wetenschappelijk bureau dat
valt onder Cramers ministerie. Maar, zegt Hajer: ‘Wij zijn
onafhankelijk. Deze tekst hebben wij rechtstreeks naar de leading
author van het IPCC gestuurd, niet via het ministerie.’
Volgens hem is er geen sprake van opzet. ‘Dit is een
eenvoudige beschrijvende passage, geen belangrijk wetenschappelijk
werk.’ Er had moeten staan dat Nederland voor 26 procent onder de
zeespiegel ligt en dat nog eens 29 procent wordt bedreigd door
overstromingen door rivieren. Samen 55 procent. Mogelijk is de fout
gemaakt doordat de tekst moest worden ingekort. ‘Een redactionele
fout dus, maar het heeft niets te maken met slinkse motieven’ die
sommigen hem toedichten. |
De politici waren nu echt verontwaardigd - uit de printversie van het eerste
artikel (de Volkskrant, 04-02-2010, van verslaggevers Martijn van
Calmthout en Kim van Keken):
En de minister ging helemaal over de rooie:
|
‘Ik ben zeer verontrust’, zegt minister Cramer van Milieu. ‘En
wens geen enkele fout meer te accepteren.’ |
Dit is een redelijk representatief voor de reacties uit
deze groepen. Nu de realiteit zoals ook gepubliceerd (de Volkskrant,
01-02-2010, hoofdredactioneel commentaar)
Dit is geschreven onder de naam van de hoofdredactie, maar ongetwijfeld
afkomstig van chef-wetenschap, Martijn van Calmthout, die een aantal jaren
geleden om is gegaan van scepticus naar realist.
Even tussendoor: het doorslaggevende argument, dat helaas
buiten deze website niet bekend is, staat hier
- samengevat: als je de grote hoeveelheid kooldioxide in de atmosfeer ten tijde
van het broeikasklimaat van honderden miljoenen jaren geleden en opgeslagen
gedurende enkele tientallen miljoen jaren, er in een razend korte tijd in één
keer in terugblaast, dat kan je op je klompen aanvoelen dat er iets mis moet
gaan.
Pas na deze laatste reactie van Cramer voelden wetenschappers
zich geroepen om corrigerend op te treden (De Volkskrant, 05-02-2010, van
verslaggever Gerard Reijn):
Waarmee aangetoond is dat de eerste reactie van politici fout was, dat eerste
reactie van Cramer erg fout was (zij kon beter weten), dat de tweede reactie van
de politici erg fout was (ze hadden zich intussen kunnen laten informeren) en
dat de tweede reactie van Cramer uitzinnig was.
Dit was allemaal één lange inleiding naar de vraag waar het om gaat: hoe kunnen
mensen die belangrijke bestuurlijke functies vervullen zulke domme en foute
dingen zeggen - en doen.
Hier komen we terug bij de in de inleiding al genoemde strijd tussen
maatschappelijke stromingen. Ook wat betreft het klimaatdebat zijn daar meerdere
scheidingslijnen te trekken, waarvan de belangrijkste zijn links-rechts en
alfa/gamma-bèta. Links-rechts is in feite een samenvatting met veel-macht-weinig
macht, arm-rijk, conservatief-progressief en dergelijke. Rechts is bang dat er
een einde komt aan hun materiële welvaart, hun rijkdom, en links heeft dat
probleem niet en dus meer oog voor de materiële schade ten gevolge van die
materiële welvaart. Zogenoemde klimaatcritici of klimaatsceptici zijn vrijwel
allemaal rechts, of staande volledige vrije economie voor - het zijn meestal ook
neoliberalen met de recht van de sterkste
en
"winner takes all" mentaliteit.
Dit laatste is redelijk bekend en zichtbaar genoeg voor iedereen die het wil
weten, of beter: iedereen die geen geestelijke barrière heeft tegen het
kennisnemen ervan. Wat minder of eigenlijk niet bekend is, is dat dit ook
grotendeels samenvalt met de scheidslijn tussen alfa/gamma en bèta. Voor wie dat
laatste onbekend in de oren klinkt, staat dat qua mentaliteit uitgewerkt hier
.
In de maatschappelijke context gaat het hier ook om een strijd om de macht:
alfa's/gamma's hebben de maatschappelijke macht, en voelen die bedreigd door de
bèta's met hun feiten
. Feiten maken beperkingen aan het aantal geldige meningen, dus eigenlijk het
aantal meningen. En alfa's/gamma's zijn dol op meningen - want daarover kan je
discussiëren. Bij feiten ligt dat heel veel moeilijker.
In de politiek gaat het bij uitstek over meningen - de verzameling van die
meningen heeft meestal een inspiratiebron, en daarvan zijn er twee hoofdsoorten:
eigenbelang (macht en dergelijke) en ideologie. Ideologie verhoudt zich op geen
enkele manier met de feiten - dat kennen we van de eerste vorm van ideologie:
religie. Eigenbelang en macht hebben maar voor helft iets met feiten: alleen
voor zover ze overeenstemmen met het eigenbelang of de eigen macht.
Bij wetenschap gaat het voornamelijk, of eigenlijk: alleen, om de feiten. je kan
tussendoor wel allerlei ideeën koesteren, wat wetenschappers dan ook doen al was
het maar omdat het helpt bij het verwerken en rangschikken van de grote
hoeveelheid feiten, maar uiteindelijk draait het om de feiten. En dat gaat dus
op geen enkele manier samen met de meningen en ideologie van de politiek.
Nu is het volkomen duidelijk dat alle meningen en ideologie van de politiek
zaken uit de alfa en gamma wereld zijn: het heeft alle kenmerken van de
alfa-wereld en weinig tot geen van de bèta
. En omgekeerd wat betreft wetenschap. Dus de scheidslijn tussen politiek en
wetenschap is vrijwel dezelfde als die tussen alfa/gamma en bèta.
Deze stand van zaken blijkt al duidelijk genoeg uit de hele gang van zaken rond
de klimaatdiscussie: de feiten zijn al op zijn minst twintig jaar duidelijk en
al tien jaar onweerlegbaar. Zeker in samenhang met de al genoemde logica over de
oorsprong van de fossiel brandstof. De reden dat er niets mee gedaan is, ligt
bij de alfa/gamma wereld van de politiek en bestuur - de alfa- en gammawereld
die daar de baas is
.
Het geval van de discussie rond de IPCC-fouten maakt alles wat al duidelijk was
in één keer kristalhelder. Want politici als journalisten als Marcel Hulspas en
Simon Rozendaal,en politici als Diederik Samsom en Jacqueline Cramer hebben wel
degelijk een wetenschappelijke opleiding gevolgd - respectievelijk natuurkunde,
scheikunde, technische natuurkunde en biologie. Ook dus allemaal
natuurwetenschappelijke vakken.
Allemaal weten ze dus eigenlijk wel hoe het zou moeten, zoals ook beschreven
wordt in de laatste reactie op Cramer.
Kennelijk is er een zeer sterke kracht die hen van het rechte pad heeft
afgebracht. Die kracht is af te leiden uit het hele klimaat debat: zolang de
wetenschappers aangaven dat de klimaatopwarming een aanzienlijk kans had op
bestaan, regeerde er geen hond. Toen de wetenschappers aangaven dat er grote
kanswas op klimaatopwarming, reageerde er nog geen hond. Toen de klimaatextremen
steeds duidelijker werden, vroeg men aan de klimaatwetenschappers: "Is het zeker
dat er klimaatopwarming komt?" Toen de klimaatwetenschapper zeiden "Dat is
vrijwel zeker", vond men dat niet zeker genoeg. Pas toen Al Gore van de
bestaande klimaatextremen een film maakte en tegelijkertijd de wetenschappers
(tegen beter weten in) maar zeiden dat de klimaatopwarming zeker was (niets is
absoluut zeker), was men in politiek en bestuur bereid te gaan nadenken en
praten over maatregelen.
En om dit alles te benadrukken: zodra het eerste de beste foutje in de honderden
onderzoeken ontdekte, was men woest. Toen het tweede foutje we ontdekt, ging men
over de rooie. En het idee dat wetenschappers misschien hadden geprobeerd hun
resultaten te presenteren als zeker, vond men absoluut schandalig.
Geen enkele psycholoog zou moeite hebben dit gedrag te beschrijven als het over
een individu ging. De betrokkenen zouden lijden aan een combinatie van de
denkfouten van wensdenken, zwart-witdenken, anekdotisch bewijs, irrationaliteit,
ik-denken, en machtsdenken
. Vergelijk dit met de elders gegeven verschillen tussen alfa/gamma en
bèta-denken
:
De conclusie is duidelijk: de reden dat zelfs echte wetenschappers die zich in
de wereld van de politiek begeven volledig gecorrumpeerd gedrag vertonen ten
opzichte van de door hen aangeleerde wetenschappelijke normen en gedrag, is de
sterke overeenkomstige houding van die wereld van politiek en macht zelf.
Vermoedelijk heeft deze corrumperende invloed ook een rol gespeeld bij het tot
stand komen van de fout over de Himalaya gletsjers. Uit het Elsevier-artikel:
Het patroon is duidelijk: de fout kwam uit India. Een westers journalist is hier
op ingegaan en zo ontstond een deelrapport. Dat deelrapport kwam in behandeling
bij de groep die over de Himalaya-gletsjers moest schrijven, en dat waren ook
Indiërs - Indiërs zonder de gespecialiseerde kennis. Die de fout hebben laten
passeren. Waarop er door Westerse onderzoekers gewaarschuwd is, en het via
Westerse onderzoekers en media in de openbaarheid is gekomen.
Je kan je prima voorstellen hoe dat die ondeskundige
Himalaya-gletsjers groep tot stand is gekomen: het waren Indiase gletsjers, dus
moesten het Indiase onderzoekers zijn - nationalisme - patriotisme- politiek
erbij - corruptie.
De wetenschap maakt fouten. Maar de politiek ís voor belangrijk deel fout.
Die politiek gaat over macht, en, weet iedereen: macht corrumpeert. En het
is volkomen duidelijk dat deze corrumperende mentaliteit samenvalt met de
mentaliteit van de alfa- en gamma-wereld. Kijk maar naar de volgende
vergelijking (de Volkskrant, 06-02-2010, column door Martin Sommer):
Hier zet Martin Sommer een onderzoek gedaan door sociologen naast dat door
natuurwetenschappers. In de redactie van het natuurwetenschappelijke onderzoek
is een fout gemaakt - door de politicoloog die, natuurlijk aangesteld door de
politiek, de overkoepelende leiding heeft. En daarnaast heb je het onderzoek van
sociologen, die hun hele onderzoek baseren op hun maatschappelijke en politieke
voorkeur.
Het is volkomen duidelijk dat de alfa-en gammawetenschappers
in hoge mate net zo corrupt zijn als de politiek - en om dezelfde reden: het
draait om belangen en ideologie in plaats van de werkelijkheid
.
De redding van een waarschijnlijke klimaatramp valt samen met
de redding van de corruptheden van de alfa- en gamma-denkwereld. Als dat laatste
er niet komt, gebeurt het eerste
.
Over de IPCC-kwestie is verder nog eindeloos over gediscussieerd, met
het voorspelbare gevolg (de Volkskrant, 07-08-2010, door Michael Persson):
Een paar weken later komt het onderzoek naar het IPCC-rapport uit.
Naast de bekende fouten is er niets nieuws te melden. Onthullend is de
analyse (de Volkskrant, 31-08-2010, door Martijn van Calmthout):
Een van de vele bewijzen van een campagne.
Misschien niet op reguliere basis georkestreerd, maar wel dooreen grote
belangengroep onderhouden. Waaronder dus de media, zoals dit voorbeeld bewijst.
De reeks van tegenslagen bestaat dus nog steeds uit de bekende twee. Maar
daar gaat het natuurlijk allemaal eigenlijk niet om. Iedereen weet dat er overal
fouten worden gemaakt. Waar het om gaat is het proces achter dit:
Dar gaat het natuurlijk allemaal om: die slechte pers. Van Calmthout, zelf
redelijk onjectief, probeert dit te verzachten of snapt het niet:
Flagrante onzin. Er was geen publieke verontwaardiging. Wat er was, was
verontwaardiging van de alfa's van de media, en de groep van rechtse graaiers en
angsteigen. Die door het gebrek aan tegengeluid in de media de kans kregen tot
een aanhoudende campagne:
Wat leidt tot een roep om professionalisering:
Wat niet zal helpen, omdat het niet over het publiek gaat maar over
belangengroepen, en de belangen van die groepen veranderen niet.
En dit is één van de gevolgen:
En het is volkomen duidelijk dat dit zwijgen onterecht is.
Nog een heldere visie over "de fouten" (de Volkskrant, 01-09-2010, ingezonden brief van Andree de Miranda (Zeist)):
En een bevestiging van waar het probleem ligt (de Volkskrant, 04-09-2010, column door Michael Persson, redacteur van
de Volkskrant ):
Het probleem ligt bij de politici en andere
maatschappelijke krachten.
En als andere aanwijzing de beroerde positie
van de critici, uitgelegd door hun belangrijkste woordvoerder (de Volkskrant, 01-09-2010, door Bjørn Lomborg, hoofd van de Copenhagen
Consensus center
Hier gaat het al mis: of de aangevoerde feiten
voor opwarming kloppen, en dan is er opwarming, of die feiten kloppen niet - en
dan hoef je geen opwarming te veronderstellen.
|
Stelt u zich eens voor dat een reusachtige havenstad – Tokio
bijvoorbeeld – over 70 of 80 jaar te kampen krijgt met een zeepeil dat
4.5 meter stijgt. Miljoenen inwoners zouden in gevaar zijn, nog los van
de infrastructuur ter waarde van triljoenen dollars. |
Waarna een uitgereid exposé volgt over zeespiegelstijging. Wat fout nummer
twee is: het grote gevaar van CO2-toename is
een plotselinge klimaatverandering. Het valt absoluut niet te voorspellen op
welke manier dit zal uitwerken. Wat wel te voorspellen valt, is dat het voor de
mens en een groot deel van de natuur onaangenaam zal zijn. Dat zijn dit soort
grote snelle veranderingen tot nu toe altijd geweest, zoals de fossiele vondsten
bewijzen.
|
Klimaatwetenschap is waanzinnig gecompliceerd. Zelden komen er
eenduidige voorspellingen of pasklare aanbevelingen uit voort. ... Maar
je helpt de zaak niet door mensen een doodschrik aan te jagen. |
Volkomen onjuist. je helpt de zaak niet door de wereld maar door te laten
sudderen, zodat ze in één keer overvallen worden.
|
Schokkende cijfers zorgen ervoor dat we rechtop gaan zitten en
luisteren. Maar we raken er snel aan gewend en dat vraagt steeds
uitzinniger scenario’s om ons in beweging te brengen. Naarmate de
angstaanjagende verhalen meer en meer opgeblazen worden, neemt de kans
navenant toe dat ze worden gezien voor wat ze zijn – overdrijvingen – en
het eindigt ermee dat het publiek de aandacht verlegt.
Dat kan een verklaring zijn voor recente cijfers, waaruit
blijkt dat de verontrusting over opwarming van de aarde de laatste drie
jaar enorm daalt. |
Omdat de machthebbers die cijfers bagatelliseren uit eigenbelang. Waaraan
mensen als Bjørn Lomborg een belangrijke bijdrage leveren.
Naar Alfa denken, anti-bèta
,
Wetenschap, cultuur
,
Linkse denkfouten
,
of site home
.
|