Meritocratie en de intellectuele klassen
De houding van alfa-intellectuelen tegenover meritocratie komt het meest
direct naar buiten in haar houding tegenover de beoordeling van
schoolprestaties. Het eerste voorbeeld is uitgebreider beschreven elders op
deze website
,
waarvan hieronder een kortere versie (de Volkskrant, 22-02-2006,
column van Evelien Tonkens):
Het krijgen van een objectieve beoordeling van intellectuele prestaties is dus
een slachtingsmoment. Het is een slachtingsmoment, omdat op dat moment de roze
wolk van "Het is toch zo'n lief kind" en "Hij/zij heeft toch zoveel sociale
capaciteiten" wordt verdreven door objectiveerbare cijfers, iets dat in deze
context dan meestal de "koele cijfers" of "kille cijfers" heet. Dit is het
eerste moment waarop de verschillen in capaciteiten op het maatschappelijke vlak
mee gaan tellen, en dat roept bij de "zachte sector" grote bezwaren op.
Omdat men uiteindelijk toch niet heen kan om het feit dat er toch ergens een
selectie gepleegd moet worden, want niet iedereen kan naar de universiteit
(hoewel zelfs dit wel eens gezegd is), pleit men op dit niveau dan wel voor
beoordeling door de onderwijzer/leraar. Maar dat heeft precies het
omgekeerde bezwaar als dat van de "koele cijfers": de "warme beoordeling"
heeft op zijn minst net zo veel kans door verstoring, door bijvoorbeeld
"vervelend-kind" (negatief), "aardig-kind" (positief), of "gekleurd-kind"
(positief of negatief). En daar waar bekend is dat de mens sterk geneigd is
om ratio te laten overheersen door emotie
, is de kans op fouten bij de "warme beoordeling" aanzienlijk groter.
Maar het voornaamste bezwaar is de ervaring uit het verleden, die laat zien wat
er gebeurt als andere vaardigheden dan de cognitieve uit tests de selectie
beïnvloeden: de mondiger, beter pratende, assertievere, kinderen uit de betere
kringen (let wel op: dit zijn allemaal gemiddeldes!), met ook mondiger, beter
pratende, assertievere, ouders, kregen veel meer toegang tot hoger onderwijs dan
op grond van capaciteiten normaal zou zijn.
Dit zijn voor de hand liggende bezwaren, zoals blijkt uit
de volgende bron (de Volkskrant, 11-02-2006, column door Aleid Truijens):
Aleid Truijens schrijft columns voor de Volkskrant
in de sfeer van de zachte sector, en kan niet beschuldigd worden van
bèta-sympathieën. We kennen dus, de regels voor het beoordelen van
media-informatie volgende
,
de argumenten uit de zachte sector als ontkracht beschouwen.
Als de bezwaren tegen het objectievere systeem niet door werkelijkheid, de
ratio, zijn ingegeven dan moeten het wel de emoties zijn, zoals ook het
gebruik van de bovenstaande term 'slachtingsmoment' aangeeft. De aard van de
emoties kan men deels bepalen door te bekijken wie ze uiten. Men vindt ze
bij de zachte sector in het onderwijs, maar ook bij niet in het onderwijs
betrokkenen als journalisten
,
bij de eerder genoemde sociologen Dahrendorf en Young (trouwens, ook Tonkens
is socioloog), wier uitleg van de meritocratie een duidelijk een negatief
oordeel inhoudt, zoals blijkt uit het volgende citaat uit een column van
Marjolijn Februari (de Volkskrant, 07-05-2005):
Ook in de psychologie heeft men een negatief vooroordeel over de bèta-geest,
zoals blijkt hier
. In
het algemeen kan men dus zeggen dat het gaat om mensen uit de alfa- en
gamma-intellectuele sectoren.
Voor de bezwaren uit alfa- en gamma-intellectuele kring zijn twee motieven
te bedenken: het gelijkheidsideaal, en het beschermen van machtsposities.
Het eerste zou kunnen gelden voor mensen uit sociaal-democratisch hoek, op
deze website hier beschreven als het linkse gelijkheidsideaal
.
Daarnaast en voor de overigen als enige blijft de machtbescherming over -
zie het volgende voorbeeld, ook weer van Truijens (de Volkskrant,
12-01-2010):
Onder de mensen die hun geriefelijke positie willen behouden valt ook de groep
waarin Dahrendorf en Young zitten. Voor dit soort mensen, degenen wier beroep
het is stukken te schrijven over andere -cratieën naast meritocratie, zoals
sociologen, politicologen, filosofen, is het natuurlijk bedreigend dat de macht
van het woord aangetast wordt door die van het cijfer.
Direct daaraan verbonden is de strijd tussen de emotie en de mooie formulering
tegen de werkelijkheid, de inhoud, en de logische redenatie. Bij meritocratie
gaat het om het voorrang geven aan werkelijkheid, ratio, en logisch denken,
zoals blijkt uit het boven gegeven voorbeeld van de CITO-toets. Dat het hier
gaat om een fundamenteel verschil in denken, wordt verder uitgewerkt hier
.
Bij de negatieve beoordeling van meritocratie is dus weer sprake van de
angst van de alfa's en gamma's voor hen waarvan ze weten dat ze de
moeilijker dus op het niveau van logisch denken ook meritocratischer vakken
doen; de bèta's (hoe moeilijker een vak is, hoe duidelijker het is dat een
niet-meritocratische benoeming niet werkt). Zoals bijvoorbeeld in de analyse
van Dahrendorf's en Young's besprekingen van het begrip meritocratie, of
Tonkens' beoordeling van beoordelingsmethodes, levensgrote denkfouten aan te
tonen bleken te zijn door het gebruik van het kijken naar de werkelijkheid
en het toepassen van bèta-redenaties, of logica.
De kracht van het alternatief, de keuze voor de werkelijkheid en voor het
rationele denken, kan men inzien door het lezen van het hoofdstuk The
Inequality of Man uit het gelijknamige boek van de bioloog en filosoof
J.B.S. Haldane. Dit boek is geschreven in 1932, heeft nauwelijks iets van
zijn waarde ingeboet, in zijn analyse van de begrippen gelijkheid,
meritocratie, en democratie
.
Dit zijn de zaken die de sociologie en filosofie duidelijk niet willen
weten, gezien het feit dat deze kennis al zo lang ter beschikking staat
. Ze willen de methode niet, want dan doen de bèta-mensen het beter dan zij
zelf, en ze willen de resultaten niet, want dan krijgen andere mensen
invloed dan zijzelf. De strijd op school tussen toets-cijfers of de zachte
mening van de juf, of tussen het aanleren van rekenen of tekenen, het zijn
allemaal aspecten van de strijd tussen het alfa- en het bèta-denken, tussen
de macht van de willekeur en die van de redelijkheid in maatschappij en
geest
.
Meer over de strijd tussen alfa's en bèta's op de universitair niveau hier
. Meer over de praktische aspecten van deze strijd voor het onderwijsbeleid
hier
.
Naar Meritocratie
, of
site home
.
|