Bronnen bij Cultuur, integratie, afkeer: allochtonen

Inleiding

Deze verzameling over de allochtone houding jegens Nederland loopt voor het overgrote deel van 2005 tot 2010. Daarna is hij voortgezet op individuele basis vanaf hier uitleg of detail . Door deze vroege periode slaat ze vrijwel uitsluitend op moslims.

Bronnen

De eerste drie voorbeelden zijn van Nazmiye Oral, van Turkse afkomst, actrice, en wekelijkse columniste in de Volkskrant. Van een afstandje gezien is zij een van de meest redelijke der allochtone woordvoerders, en zij is ook één van de weinige die eerlijk vertelt over de allochtone cultuur. Maar even goed is één van haar vaste thema's dat de schuld van de integratieproblemen ligt bij de autochtonen. Daarbij geeft zij onbedoeld uitstekende voorbeelden van het cirkelproces. We beginnen met een vrij groot citaat, om de ernst van het zaak zoals gezien van hun kant aan te geven (de Volkskrant, 11-10-2005, column door Nazmiye Oral):
  Deurbeleid

De onderhandelingen tussen Turkije en Europa zijn voorzichtig begonnen. ... De hele aanloop, inmiddels al vijftien jaar aan de gang, doet me denken aan een curieuze periode in de pubertijd van mijn broertje.
    Hij liep permanent rond alsof hij zwaarder woog aan een kant: hellend naar links met zijn rechterhand losjes voor zijn nog maagdelijke kruis. Het leek een handige truc om de aandacht van de wereld erop te vestigen dat hij ballen bezat. Al was hij nog maar veertien. De geoefende blik van de oudere zus zag echter een kind dat angstvallig zijn hand beschermend in de buurt van dat ene hield dat garant stond voor het aanstormende man-zijn dat nu zo knullig werd geïmiteerd.
...   Testikels. Belangrijk voor elke man neem ik aan, maar vooral voor de oosterling.
    Een van de meest wonderlijke bewijzen van volharding leverde het broertje voor de deur van discotheek Groothuis. Het was wonderlijk, omdat het me onnodig, pijnlijk leek. Elke week herhaalde zich dit ritueel. Hij stond met een groep mede-oosterlingen voor de deur van de boeren discotheek. Elke week werd een andere tactiek uitgeprobeerd. Soms gingen ze met zijn tweeën, in plaats van met zijn vieren, voor de deur staan. Soms droegen ze kak-kleding, al was dat niet hun stijl. Soms gingen ze als zichzelf en lieten overduidelijk blijken zich niet te generen voor hun accent. Als het druk was op zaterdag volgde men een groepje Nederlanders naar binnen, in de hoop zo op te kunnen gaan in het geheel en doorgelaten te worden.
    Volgens mijn broertje waren er legio redenen om niet te worden binnengelaten, zoals: 'We zitten vol.' Of: 'Vanavond is er een besloten feest.' Of: 'Enkel voor clubleden.' Ze werden wel eens boos, mijn broertje en zijn vrienden, maar ze bleven altijd redelijk. De schaamte en woede veroorzaakt door herhaalde afwijzing, hielden ze zorgvuldig verborgen. Ik vond het frappant hoe ontspannen ze waren als ze buiten stonden te keten, terwijl de rest van de Hengelose jeugd binnen deed waarvan bijna alle jongens dromen: meisjes versieren. Ik begreep het niet. Ik zou allang zijn weggegaan. Te trots. Maar mijn broertje en zijn vrienden bleven buiten de discotheek wachten. Tot ik begreep dat het sterker was dan zijzelf. Hier gebeurde het allemaal en je moest erbij zijn, wilde je het gevoel hebben dat je meetelde. Ze bleven dus. Ondanks zichzelf.
    Ze schopten lol. In plaats van ruzie te maken, omdat anders hun kans ooit binnengelaten te worden, zou slinken tot nul. Ze leken allemaal op elkaar, dus de hele groep liep kans gedupeerd te worden door een heethoofd.
    Soms, heel soms lukte het en konden ze discotheek Groothuis van binnen bekijken. Waar het aan lag? Geen idee. Volgens mijn broertje moesten ze wel af en toe een Turk binnenlaten, omdat het anders wel erg opvallend werd dat ze een gekleurd deurbeleid hadden. Dan kwam de gelukkige onmiddellijk weer naar buiten, naar zijn vrienden die niet waren binnengelaten, en pronkte met het bewijs: de stempel.
    Zo'n jongen met stempel zag je altijd een paar centimeter groeien, hij kreeg kennelijk zelfs zoveel zelfvertrouwen dat hij zijn hele zaakje vergat en met twee handen praatte in plaats van een. Met harde grappen wreef hij zijn vrienden nog even in dat ze op een zaterdag buiten aan het uitgaan waren. Loser! Vervolgens liep hij veelvuldig in en uit, waarbij hij telkens voor de groep verslag deed van wat zich binnen afspeelde. Zo had de rest van de groep toch het gevoel dat ze erbij waren. Na een tijdje in en uit lopen was er geen lol meer aan: je merkte dat de uitverkorene zich binnen niet op zijn gemak voelde. Allicht, al zijn vrienden stonden allemaal buiten.

Dat is de allochtone kant. Natuurlijk (helaas) wijdt Nazmiye geen woord aan de autochtone kant van de zaak, en aan de allochtone bijdrage aan het ontstaan van het probleem - zo hebben broertje noch vriendjes natuurlijk een cent op zak, en aan het meebrengen van zus valt al helemaal niet te denken - meer over dit soort feitelijke zaken in een eerder artikel  . Dat artikel laat ook nog duidelijk zien waar de materiële oorzaak, de oorsprong van het proces, ligt: bij de allochtone cultuur, die niet kan omgaan met de vrijheid van meisjes, en bij problemen meteen in groepsgedrag vervalt  .

Tweede voorbeeld (de Volkskrant, 24-10-2006, column door Nazmiye Oral):
  Een nieuw gevoel

In elke winkel een oplettende winkelier. Ik concentreer me op de waar die voor me uitgestald ligt. De winkelier concentreert zich op mij. Ik begin te spelen, een rol die ik me sinds kort in winkels eigen heb gemaakt. Voor het behoud van mijn eigen winkelplezier. De rol van iemand die niet zal stelen. Mijn tas op de grond, zichtbaar dicht. Handen uit de jaszakken. Een opgewekte houding. En ik ben vooral kalm. Ik loop naar buiten. Niets van mijn gading. En roep: ‘Dag’. Stilte.   ...
   Ik had het nog nooit eerder meegemaakt, behandeld worden als een vreemdeling. En nu weet ik hoe het voelt. Het is licht uitputtend. Als je je laat verleiden of niet stevig in je schoenen staat, ben je de hele dag bezig onuitgesproken vragen te beantwoorden. Ik ben niet vreemd. Ik versta u wel. Ik steel niet. Ik ben wel te vertrouwen. Ik moet opeens denken aan al die Marrokkaanse en Turkse jonge jochies. Dit gevoel nodigt uit tot baldadigheid, omdat je er toch niet bij hoort. Dus wat kun je kapot maken? Kun je beter lol maken en mensen sarren. Mensen die je toch al in een hoekje stoppen.    ...

En met het grootste gemak vergeet Oral dat het andersom zit: de argwaan van de winkelier is veroorzaakt door stelende en overvallende allochtonen, en dat de Marokkaanse en Turkse jochies van nu er niet bij horen, komt omdat de Marokkaanse en Turkse jochies en wat ouderen van gister zich misdragen hebben. En wel zo erg, dat diverse openbare zwembaden hun deuren moesten sluiten, tot ze een pasjessysteem hadden ingevoerd om die Marokkaanse en Turkse jochies en wat ouderen te weren.

En over de volgende fase van het proces heeft Nazmiye ook geschreven (de Volkskrant, 24-04-2007, column door Nazmiye Oral ):
  Mehmet, een emigrant in spe

... mijn broertje trok mijn aandacht met een terloops gebrachte mededeling. Over een paar jaar wilde hij voorgoed naar Turkije emigreren.    ...
    Mijn broertje met zijn Twentse accent voelde zich niet gezien als mens. Niet door de mensen op straat, niet door de media en niet door de regering. Hij vertelde hoe hij het zat was om zich telkens te moeten verantwoorden. Om telkens aangesproken te worden op zijn moslim- en anders-zijn. Om telkens vragen te beantwoorden waar hij geen zin in had. Wat vond hij van Osama Bin Laden? Van Irak? Van Israël en de Palestijnen? Van zelfmoordterroristen? Van Mohammed B.? Was het terecht dat Theo van Gogh vermoord was?   ...
    Ik raakte nu zelf behoorlijk gestrest en probeerde mijn broertje bij de kudde te houden. Zo voelde het althans. We waren hem bijna kwijt. En dat mocht onder geen beding gebeuren. ‘Pfft, ach Hengelo. Wat wil je? Het zijn gewoon stomme boeren. ...
    Mijn broertje leek toch een beetje getroost door mijn bewering en vervolgde zijn klaagzang: ‘Wat geeft jou het recht om mij dat soort dingen te vragen? Ik ben Hollandser dan de meeste jongens hier. Waarom moet ik bewijzen dat ik oké ben? En weet je? Het zijn geen vragen. Het is een invuloefening. De uitkomst staat al vast. ’   ...
    Hij moest er boven staan, zijn eigen waardigheid vormgeven, telkens weer vertrouwen, en zijn hart blijven openstellen. Een oneerlijke opgave voor hem en jongens zoals hij. Hopelijk zullen we ooit zover zijn dat we als maatschappij zullen kiezen voor ons common good in plaats van onze common hysteria. Want op het moment dat we onze angsten voor elkaar kunnen loslaten, en de behoefte om ons gelijk te halen, kunnen opgeven, is er hoop op toenadering en kunnen we eindelijk beginnen aan het creëren van een ‘wij’.

Tja. Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten. En dat dit billen branden en blaren zitten niet noodzakelijkerwijs dezelfde persoon betreft, is een zaak die ook al zo oud is als Methusalem - de mens heeft altijd in groepen gedacht, en zal dat in de voorzienbare toekomst nog wel blijven doen, waarbij achtergebleven culturen als die Turken en Marokkanen voorop staan in dat groepsdenken, zoals we al gezien hebben.

Een paar jaar later is het niet beter geworden (de Volkskrant, 31-05-2010, column door Nazmiye Oral):
  Terug naar Turkije

Tussentitel: Hoe lang ging hij het zich aandoen als fremdkörper over straat te gaan

Twee jaar nadat mijn broertje bekende zich hier niet thuis te voelen en er hevig naar te verlangen naar Turkije te vertrekken zodra het kon, hadden we een soortgelijk gesprek, een paar dagen terug. Dit keer klonk hij niet als de trotse jongen die ik toen hoorde, die in een gevoel van vrijheid iets had besloten. Namelijk een eigen invulling te geven aan zijn leven, op een manier die hij zelf zou bepalen en waar niemand anders iets over te zeggen had.
    De urgentie was dit keer bij hem meer aanwezig en was vermengd met grote pijn en teleurstelling. Toen had ik ook de teleurstelling gevoeld, een soort afgekeerdheid van de maatschappij, maar toch leek zijn besluit toen lichter.
     ... Hij verhaalde over een recent voorval. Hij zat met zijn vrouw in de wachtkamer van het ziekenhuis toen er een oudere vrouw langskwam met een hoofddoek. Naast hem zaten twee bejaarde vrouwen die, toen ze de vrouw met de hoofddoek zagen, opmerkten: ‘Heeft ze het koud of zo?!’
    Ik reageerde laconiek. ‘Nou en? Sommige mensen zijn gewoon dom. Waarom trek je je dat aan?’
    Hij zuchtte. ‘Ik weet het wel, maar ik kan er niets aan doen. Ik wil het me niet aantrekken en dan blijf ik er toch mee zitten. Ik vind het erg. Die oude vrouw loopt daar alleen, is waarschijnlijk ziek want in het ziekenhuis, kan zich niet verweren, want ze kent waarschijnlijk geen Nederlands en dan wordt er zo naar haar gekeken.’ ...
     ... ‘Ook zoiets, dan vragen ze aan me of ik wil dat Turkije bij de Europese Unie komt. Als ik nee zeg, dan zijn ze beledigd want Europa is toch geweldig en ik zal wel een foute Turk zijn of een nationalist en tegen Europa als ik zeg: nee, Turkije moet niet in de Unie komen. En als ik zeg: ja, Turkije moet lid worden van de Europese Unie, kijken ze me meewarig aan en sommen ze alle dingen op die niet aan Turkije deugen en die moeten veranderen als ze ooit bij de EU willen horen.’
    ...  Ik merkte dat ik het niet kon uitstaan dat mijn broertje zich zo machteloos voelde. Hij was gevoelig voor vernedering, uitsluiting en onrecht ...

Veel uitleg nodig, maar daar is de kern: de trotse Turk - de trotse moslim. Die respect wil. En dat niet krijgt want er valt niets te respecteren. Niet aan analfabete vrouwtjes met hoofddoeken, en niet aan aanhangers van een achterlijke religie - en hoe gaat het dan:
  Hij was gevoelig voor vernedering, uitsluiting en onrecht en precies dat zag hij ook continu om zich heen.

Want als je ernaar op zoek gaat, is het natuurlijk altijd wel te vinden. Zeker in Turkije (Koerden, alavieten, allemal worden ze stukken erger behandeld dan Turken in Nederland), en ook in Nederland. En als je zo rondloopt, wordt het natuurlijk alleen maar erger, weet zelfs Oral:
  Deels was dat self-fulfilling prophecy.

En van dit soort mensen krijgen steeds meer Nederlanders begrijpelijkerwijs genoeg:
  De bewijzen dat hij hier niet thuishoorde, hadden zich ook nog eens opgestapeld met het oprukken van de PVV en de toon van het debat en hoe er over buitenlanders werd gepraat.

En trouwens ook van dit soort dingen:
  hopen dat de Nederlander na veertig jaar migranten inmiddels het een en ander over ze zou weten

Wij hoeven helemaal niets te weten van immigranten die vrijwillig en tegen de zin van de meerderheid hierheen zijn gekomen. En willen het voor een deel ook niet.
    Zelfs Ella Vogelaar merkt er iets van (de Volkskrant, 07-04-2007, door Ron Meerhof en John Wanders):
  De onzekerheid voorbij

Ze heeft moeten leren een leider te zijn, zegt ze. En nog voelde Ella Vogelaar als kandidaat-minister de vraag opkomen: kan ik dat wel? De nieuwe bewindsvrouw voor Wonen, Wijken en Integratie: 'Ik ben er redelijk relaxed onder.'

...   '... die samenleving waarin de tegenstellingen scherp zijn toegenomen. Ik merkte het ook weer tijdens mijn recente bezoek aan de Utrechtse wijk Kanaleneiland. Dat is een buurt met een heel sterke Marokkaanse gemeenschap. Veertig procent van de bewoners is jonger dan 24 jaar. Na twee jaar soebatten is er een jongerencentrum waarin tachtig jongeren kunnen – het zijn allemaal jongens die daar op afkomen. Ik heb er met een stuk of twintig Marokkaanse jongens aan tafel gezeten en geprobeerd een gesprek te voeren. Er zat een jongen die mij werkelijk met priemende blik en heel veel felheid en boosheid aankeek.’

U schrok van die ogen?
‘Nou, ik dacht wel: dit is ontzettend heftig. Het gaat ook heel diep bij zo iemand. Maar ik kan het wel begrijpen. Hij vertelde vol woede hoe hij zich vernederd voelt in de Nederlandse samenleving. Verhalen over geen stageplek kunnen vinden. Zes keer bellen en je steeds afgewezen voelen op je naam. Dat is een werkelijkheid die je raakt in het diepst van je ziel. Ik kan mij daar alles bij voorstellen. Ik begrijp heel goed dat er ook een bepaalde sensitiviteit van hun kant bijzit, maar het is wel de ervaring dat autochtone kinderen makkelijker een stageplek vinden.’    ...

Wel liefst zes keer bellen ... Tja dat gaat het incasseringsvermogen van iemand die opgevoed is als macho-prinsje natuurlijk ruimte boven. Dat iedereen wel tien of twintig keer moet solliciteren is iets dat niet in de hoofden opkomt. Nee, na de derde keer is het natuurlijk al discriminatie en racisme. En de multiculturalisten steunen hen in deze krankzinnige waanideeën ...

Achteraf uiterst voor de hand liggend (de Volkskrant, 27-03-2008, van verslaggever John Wanders):
  Juist Marokkaan met hbo voelt kloof

Aankomende Marokkaans-Nederlandse elite baalt van glazen plafond, blijkt uit onderzoek Erasmus Universiteit | ‘11-9’ genoemd als keerpunt.


Marokkaanse jongeren met een mbo-, hbo- of universitaire opleiding voelen zich over het algemeen minder thuis in Nederland dan hun lager opgeleide Marokkaanse leeftijdsgenoten. Dit blijkt uit een woensdag verschenen onderzoek van de Erasmus Universiteit naar de leefwereld van 650 in Rotterdam wonende Turkse, Marokkaanse en autochtoon Nederlandse jongeren.   ...
    Turkse en Marokkaanse jongeren zijn aanzienlijk somberder over hun toekomst dan voor het jaar 2000 het geval was. Het verschil in beleving is op dit punt tussen hoger en lager opgeleide Marokkanen niet bijster groot, maar wel degelijk zeer verontrustend, vindt Han Entzinger, hoogleraar Migratie- en Integratiestudies in Rotterdam. Entzinger is tevens de voornaamste auteur van het gisteren gepubliceerde onderzoek, getiteld De lat steeds hoger. Als juist de koplopers onder de Marokkaanse jongeren de moed laten zakken, is dat ‘schokkend’.
    Het gevaar is reëel, zegt Entzinger, dat steeds meer Marokkaanse jongeren zich gaan afvragen waarom ze eigenlijk nog aan een fatsoenlijke opleiding zouden beginnen: ‘Waarom zouden ze hun best doen op de hogeschool als hun perspectief in Nederland toch zoveel slechter is dan dat van hun autochtone leeftijdsgenoten?’
    Politiek en samenleving dragen systematisch de boodschap uit dat een goede opleiding de beste garantie biedt op een geslaagde integratie en daarmee op een ontspannen, conflictarm Nederland. Uit de onmiskenbare groei van het aantal hoger opgeleide allochtonen blijkt dat die boodschap wordt opgepikt.
    ‘Dan is het dus verontrustend dat juist de groep hoger opgeleide Marokkanen zich in Nederland zo afgewezen voelt’, aldus Entzinger.
    De Marokkaans-Nederlandse elite in wording ervaart dat zij tegen een glazen plafond aanbotst, zoals dat eerder gold voor vrouwen, stelt hij. Het leidt tot frustratie en ongenoegen. Entzinger: ‘Juist dit zijn de mensen die in eigen kring een functie als rolmodel moeten vervullen. Dit zijn de mensen die de brug moeten slaan tussen allochtoon en autochtoon.’
    Als lid van de diversiteitsraad van de politie weet hij hoe politieagenten van allochtone komaf voortdurend op hun allochtoon zijn worden aangesproken. ‘Ik kan mij zo voorstellen dat je dat op een gegeven moment spuugzat bent. Je wenst als persoon aangesproken te worden en niet als lid van een etnische groep.’

Dit artikel signaleert nog een cirkel: die van de arbeidsmarkt. Allochtonen hebben lagere opleiding, en zijn daarom minder vertegenwoordigd in hogere banen. Maar ook degenen die een hoger opleiding hebben, vinden moeilijk werk, door eveneens objectieve redenen: ten eerst zoekt ook bij mensen soort soort - het aanhangen van een ander geloof is voldoende om een substantieel andere-soortgevoel te wekken: er is minder animo om met een anders-gelovige op één kamer te werken, net als een niet-roker niet graag met een roker zit. Het tussenstuk bij dit artikel zegt het duidelijk: drie op de vier Marokkanen bidt vijf maal per dag - daar wil je niet zo snel mee samenwerken.
    Ook speelt hier nog een belangrijk objectief proces: als een autochtoon tien keer wordt afwezen voor een baan, wat bij hogere banen niet bijzonder is, zal hij er niets verder achter zoeken - als een allochtoon meer dan drie keer wordt afgewezen, zal onmiddellijk de gedachte aan discriminatie in hem opkomen, en na tien keer weet hij het absoluut zeker - het is heel makkelijk om eigen falen af te schuiven op externe factoren. En wie met een niet erg goede houding aankomt, maakt aanzienlijk veel minder kans op die baan.

Een politiek-correcteling (de Volkskrant, 27-03-2008, column door Pieter Hilhorst
  Haat of desinteresse

‘Waarom haat jij ons?’, vroeg de Marokkaanse twintiger aan Geert Wilders. Ze was toevallig met hem in gesprek geraakt. De parlementariër was even uit het veld geslagen ‘Maar ik haat jullie helemaal niet.’ Hij legde uit dat hij zich keert tegen de islam, niet tegen moslims. Die nuance stelde haar niet gerust. ‘Zo klinkt het niet.’ Dat vond hij jammer. Fitna is eigenlijk een antwoord op de vraag die de Marokkaanse stelde. Wilders haat moslims die ons westerlingen haten. En hij denkt dat die moslims ons haten omdat de Koran hen opdraagt ons te haten. Daarom wil hij de Koran verbieden. Daarom wil hij dat moslims afstand nemen van de gewelddadige passages in de Koran. En zolang moslims dat niet doen, dreigt een islamisering van Nederland.
    De analyse van Wilders is, om in zijn eigen terminologie te blijven, ‘krankzinnig’. De islam bestaat al meer dan 1300 jaar. ...
...    Hij maakt zich bozer om de lafheid van Balkenende dan om het lot van moslims. Daarom kan hij ook in volle oprechtheid tegen de Marokkaanse twintiger zeggen dat hij haar niet haat. Hij is hooguit teleurgesteld dat zij zijn kritiek op de islam zo persoonlijk neemt. Toch vat ze zijn kritiek persoonlijk op, omdat hij met zijn kritiek haar bestaan ontkent. In zijn wereldvisie is geen plaats voor iemand die zich keert tegen elke vorm van onverdraagzaamheid ook binnen de eigen gemeenschap, maar niet bereid is pagina’s uit de Koran te gaan scheuren. Hij zou in haar een bondgenoot kunnen zien, maar hij ziet haar over het hoofd. Eigenlijk had ze niet moeten vragen: ‘Waarom haat je ons?’, maar ‘Waarom wil je niks van ons weten?’

Pieter Hilhorst constateert een paar dingen, en trekt verkeerde conclusies. In het weggelaten deel van het artikel vervolgt hij het betoog dat de islam al 1300 bestaat, en dus... even vergetende, dat de islam in de tussentijd een miljard van de wereldbevolking heeft veroverd, geweldloos en gewelddadig. Dus Wilders' waarschuwingen zijn ergens op gebaseerd.
    Dit is essentieel voor het vervolg: want de moslims wordt aangehaald met een argument om bang te zijn voor Wilders, en te gaan haten. Precies hetzelfde argument kan Wilders dus ophangen.
    Dus waar het gaat om het proces van afwenden, via angst, naar afkeer en haat, is ook in het tweede en het derde proces gestart door de moslims. En niet de extremistische moslims in buiten- en binnenland, maar ook de gewone moslims van het type dat Wilders tegenkwam. Door hun afwenden (hoofddoek, boerka), ontstond een autochtoon afwenden (Fortuyn). Door hun afkeer (wijkoverlast, criminaliteit), ontstond autochtone afkeer (Verdonk), en door hun haat (Mohammed B.) ontstond autochtone haat (Wilders). Dat wil zeggen: de moslims vertalen Wilders' afkeer als haat - dus mogen wij de afkeer van de moslims ook vertalen als haat.
    Wat dat betreft is het slot van Hilhorst's artikel een mooie coda: inderdaad, ze had moeten vragen 'Waarom wil je niets van ons weten?' Maar Hilhorst suggereert ermee dat het feit dat Wilders niets van moslims wil weten iets fouts, of zelfs iets schandaligs is. En dat is volkomen onjuist - Wilders hoeft niets te willen weten van de islam. Net zo min als de schrijver dezes iets hoeft te willen weten van de islam. Want schrijver dezes weet niet waar Wilders nog verder allemaal niets van wil weten, maar van zichzelf weet hij bijvoorbeeld dat hij evenzeer niets wil weten van judaïsme, Mormonen, Jehova's Getuigen, Scientology, enzovoort, en al bijna even weinig opheeft met christendom, hindoeïsme, winti, enzovoort - en dat is zijn verdomd goede recht!
    En hier wringt de schoen: moslims willen dat wij iets van hen willen weten, en daar zal het overgrote deel der Nederlanders niet aan willen. En daarover zijn veel moslims boos, daarover kweken ze een afkeer, en daarover krijgen ze haat. Want, schrijft Hilhorst: 'Toch vat ze zijn kritiek persoonlijk op, omdat hij met zijn kritiek haar bestaan ontkent.' Het heel gewone "niets willen van weten van andermans geloof", wordt door moslims opgevat als ontkenning van hun bestaan - inderdaad een goede reden voor haat.

Nog een bevestiging van dit proces (de Volkskrant, 27-03-2008, ingezonden brief van Dia Wilbrink, Hogeschool Windesheim (Zwolle)):
  Geachte Wilders, kom bij mij in de klas

'Kan angst omslaan in haat', was een vraag die gisteren op onze hogeschool gesteld werd aan studenten. Een initiatief ván en vóór studenten binnen onze hogeschool, een middag 'Verwildernis' als tegenreactie op Fitna.
    'Jazeker', was het antwoord van een Marokkaanse studente. 'Ik ben bang en om de angst te kunnen beheersen, word ik boos. Boos omdat ik bang ben, en vanuit deze beweging, als die maar lang genoeg duurt, ervaar ik haat. Haat omdat anderen iets van mij maken wat ik niet ben.' Het is één voorbeeld van hoe angst doorwerkt in onze gemeenschap.
    Vandaag heb ik als docent van de Minor 'Professional in een multiculturele samenleving' achttien studenten moeten mededelen dat hun reis naar Cairo, aanstaande maandag, niet doorgaat. ...
    Uw film zaait angst, meneer Wilders. De media berichten dat er eindelijk door uw film een discussie op gang wordt gezet in onze maatschappij, een reactie op dit belangrijke onderwerp.
    Wel, meneer Wilders, u had de afgelopen jaren bij mij in de klas moeten zitten!   ...
    Er heerst verslagenheid in mijn klas. Ik zou u willen uitnodigen, meneer Wilders, om eens een semester lang bij mij in de klas te komen. ...
    Dáár worden bruggen geslagen, dáár is begrip. Dáár is de dialoog. Dáár wordt de vraag gesteld: 'Hoe komt het dat een deel van de moslimgemeenschap zo boos is?' En als ik de schaamte kon voelen, die allochtonen binnen hun gemeenschap voor elkaar kunnen voelen, dan had ik nu gezegd: 'Ik schaam mij voor u, meneer Wilders, omdat u net als ik Nederlander bent. Wij staan voor een bijzondere uitdaging, meneer Wilders, laten we de humanistische krachten binnen de islam omarmen en uiteindelijk bij de bron uitkomen. De bron van zelfreflectie van de westerse wereld, dat stuk waar Nederland altijd zo goed in was.'

Ook hier weer de combinatie van juiste constateringen en onjuiste conclusies. Het cirkelproces dat de auteur terecht beschrijft is níet begonnen door Wilders, zoals ze veronderstelt door haar volgorde en de start van haar stuk - het proces is begonnen door de allochtonen. En een deel van het proces dat uit is gekomen op Wilders is datgene wat de auteur wél constateert: '... dat een deel van de allochtone gemeenschap zo boos is.'
    Maar de vraag die ze ermee stelt, is al afgehandeld: de reden van die boosheid is de niet-erkenning van de waarde van hun geloof door een deel van Nederland. En daarom is die boosheid volkomen onterecht, want niemand heeft de plicht om van andermans godsdienst te houden - ook al is het nog zo belangrijk voor die anderman/vrouw.
    Nog een goede constatering: 'En als ik de schaamte kon voelen, die allochtonen binnen hun gemeenschap voor elkaar kunnen voelen ...' gevolgd door een verkeerde conclusie, want waar de auteur ronduit stelt dat zij zich schaamt voor Wilders, en daarmee een zeer vocaal deel van de bevolking vertegenwoordigt, bijvoorbeeld de overgrote meerderheid van Nederlandse elite die dat ook op alle mogelijk manieren laat horen (Doekle Terpstra en vrienden!  ), is dat bij de moslims volkomen het tegenovergestelde: het vraagt de grootst mogelijke moeite om een enkele moslim te vinden die zijn mede-moslims afvalt, in wat voor termen dan ook, en het woord "schaamte" komt daar zeker niet voorbij.

Nu een voorbeeld dat laat zien dat het proces ook los van specifieke items als discriminatie speelt (de Volkskrant, 12-04-2008, column door Yasmine Allas):
  We willen lachen, ontspannen eten en het over seks hebben

Vorige week ben ik bij een bijeenkomst van een leuke vrouwengroep geweest. De groep, die inmiddels uit twaalf vrouwen van verschillende nationaliteiten bestaat, werd drie jaar geleden opgericht omdat zij vonden dat er dringend behoefte aan was. Ze komen eens in de acht weken bij elkaar en praten onder het genot van een heerlijke maaltijd over hun leven in Nederland, de opvoeding van hun zonen en bovenal over de samenleving en de toekomst van Nederland. Daarbij nodigen zij zo nu en dan een gastspreekster uit met wie zij in discussie gaan over de actualiteit.
    'Dit keer willen we het graag over seks en mannen hebben', giechelde Nawal door de telefoon.   ...
    'Nou, ik wil alles over seks weten, dames', zei Aisha na het eten.
    'Wacht', zei Nawal. 'Eerst wil ik mijn bezorgdheid uiten over Rita Verdonk en haar TON. Volgens deze beweging zijn wij een bedreiging voor de Nederlandse cultuur en vrijheid. Hoe kunnen wij ooit bij dit land horen en van dit land blijven houden als wij telkens opnieuw als bedreiging voor de Nederlandse cultuur worden gezien?' 'Ik begrijp de TON niet', zei Marjam. 'Zien ze niet dat deze cultuur ook onze cultuur is? Dat onze kinderen gewoon Nederlandse kinderen zijn?'
    'Laat ons niet ontmoedigen, laat ons niet onzeker maken zodat wij onzichtbaar worden', voegde Naima strijdbaar eraan toe. 'Wilders noch Verdonk kunnen mij dit land afpakken. Ik hoor hier en mijn kinderen ook.' .
    'Ja, helemaal mee eens', knikte Forugh. Door onze onverschilligheid zijn wij te lang onzichtbaar geweest. We zijn voor kritiek weggedoken, we hebben beledigd in een hoekje zitten pruilen. Zo hebben wij kennelijk een verkeerde indruk gewekt. Maar die tijd is voorbij. Ik laat mij niet behandelen als een tweederangs burger.'
    De vrouwen knikten instemmend.
    'Toch ben ik er niet gerust op', zei Hudda, de oudste van de groep. Rechts Nederland is zichtbaar in beweging en treedt zonder enige terughoudendheid naar voren. Terwijl links als een gewond kevertje op zijn kromme ruggetje ligt.'
    'O, ik ben echt teleurgesteld in de PvdA', zei Nawal hoofdschuddend. Die partij is langzamerhand vis noch vlees.' Er klonk gelach. Aisha ontkurkte een fles rode Bourgogne.
Stil, maar aandachtig luisterde ik naar de conversatie.
    'Nou, tijdens het debat met Wilders was ik helemaal onder de indruk van Femke Halsema. Misschien moeten wij voor de volgende verkiezing massaal op haar stemmen. Want deze vrouw durft en ze neemt geen blad voor de mond. Ze is ook nog aantrekkelijk', zei Forugh.
    'Genoeg, we zouden het over mannen en seks hebben', zei Aisha.

Punt voor punt:
-  'Hoe kunnen wij ooit bij dit land horen en van dit land blijven houden als wij telkens opnieuw als bedreiging voor de Nederlandse cultuur worden gezien?'
Antwoord: Door je minder bedreigend te gedragen - want die cultuurbedreiging is, over de hele groep gezien een concrete, door talloze bewijzen gestaafde, zaak  .
-  'Zien ze niet dat deze cultuur ook onze cultuur is? Dat onze kinderen gewoon Nederlandse kinderen zijn?'
Antwoord: Dat kunnen wij niet zien, omdat de groep waaruit deze dames stammen hun kinderen geen Nederlandse namen geeft, en ze niet in het Nederlands opvoedt - iets dat deze dames misschien zelf ook doen - net als het dragen van uitheemse klederdrachten ten teken dat ze die anti-Nederlandse houding hebben. Dus ze zijn het zelf die de problemen veroorzaken, en ze verergeren.
-  'Door onze onverschilligheid zijn wij te lang onzichtbaar geweest. We zijn voor kritiek weggedoken, we hebben beledigd in een hoekje zitten pruilen. Zo hebben wij kennelijk een verkeerde indruk gewekt. Maar die tijd is voorbij. Ik laat mij niet behandelen als een tweederangs burger.'
Antwoord: Die onverschilligheid was afwenden en/of afkeer. Er was geen reden voor belediging, want het enige wat gebeurd is, is dat tientallen jaren van stilzwijgen over wantoestanden werd doorbroken. En de groep is niet behandeld als tweederangs burger, behalve door de multiculturalisten die voortdurend met "hulp" komen aandraven. Elke houding die dat gevoel laat blijken, zal op nog grotere problemen stuiten.
-  '... ik helemaal onder de indruk van Femke Halsema. Misschien moeten wij voor de volgende verkiezing massaal op haar stemmen. Want deze vrouw durft en ze neemt geen blad voor de mond.'
Antwoord: En de conclusie is dat men gaat stemmen voor één van de personen die allochtonen/moslims ziet als een zielige groep die hulp nodig heeft.
    Conclusie:  in al deze aparte zaken is de reactie van de allochtone vrouwen op gebeurtenissen die ze zelf, als groep, in werking hebben gezet, zodanig dat het onderlinge afwenden erger zal worden - het aantrekken van het cirkelproces.

Ook voor Yasmine Allas persoonlijk blijkt deze houding van afkeer te gelden (de Volkskrant, 23-01-2010, door Karolien Knols):
  ‘Het verdriet om wat weg, is zal altijd blijven'

De in Somalië geboren schrijfster Yasmine Allas (43) voelde zich na de moord op Theo van Gogh voor het eerst sinds haar komst naar Nederland ontheemd. Een reis naar haar moederland en naar aanleiding daarvan een onlangs verschenen roman, gaven haar pas weer rust. En een antwoord op haar vraag: wie ben ik, bij wie hoor ik thuis?

Het begon met drie hervonden cassettebandjes: heimwee naar Somalië. De groep Waaberi, populair in de jaren zestig en zeventig, op het hoogste volume; Yasmine Allas in haar eentje op de bank in Amsterdam, huilend, niet te stoppen.
    Het is eind 2004, Theo van Gogh is net vermoord en Nederland is op drift, want 11 september is eraan voorafgegaan, en de moord op Pim Fortuyn. Het is wij en zij en zij en wij, althans: die woorden echoën voortdurend in haar hoofd. Voor het eerst sinds ze in Nederland woont, 1987, heeft Allas het gevoel antwoord te moeten geven op de vraag: wie ben ik, bij wie hoor ik thuis? Dat ze moet kiezen tussen haar geboorteland en Nederland.
    Yasmine Allas nu: ‘Tot eind 2004 had het verleden geen betekenis voor me. Ik was niet met mijn geboorteland bezig, niet met mijn volk, niet met de taal. Nederland was mijn land, Amsterdam was mijn stad. Mijn toekomst lag hier.’

Welke herinneringen kwamen er boven toen je naar die bandjes luisterde? ‘Herinneringen van vreugde. Die had ik niet meer gehad sinds ik uit Somalië was vertrokken. Het was altijd: ellende, een volk dat elkaar uitmoordt. En opeens, terwijl ik naar de muziek uit mijn jeugd luisterde, zag ik mijn oma, zittend op de binnenplaats, mijn tante die een Engels kasteelromannetje voorlas, de theatervoorstellingen waar ik in mijn eentje naartoe ging. Zo begon het verlangen. Ik wilde niets meer met Nederland te maken hebben, ik zat alleen maar thuis, als een zombie voor het raam, of ik lag huilend op de bank. Ik wist dat Somalië door de burgeroorlogen totaal kapot was, maar in mijn hoofd kon ik bouwen en bouwen, tot het hele land weer compleet was, zoals ik het wilde zien. En naar dat land wilde ik terug.’   ...
    Haar leven in grote stappen: geboren in een gezin van zeven kinderen. Haar vader, militair, sterft eind jaren zeventig als Yasmine bijna 12 is. Zij, de oudste dochter, wil actrice worden, maar dat is uitgesloten – een actrice is in Somalië van bedenkelijk allooi. Al jong beseft ze: als vrouw valt er in dit land niet veel te halen. Ze verlaat Somalië midden jaren tachtig en komt na een aantal omzwervingen naar Nederland. Daar ontmoet ze, vlak na haar komst al, de man met wie ze zal trouwen en nu nog samen is, een leraar Nederlands.
    Ze neemt taallessen, vindt in Amsterdam aansluiting bij de toneelwereld, acteert onder meer bij het gezelschap De Trust. Als ze daar een toneeltekst schrijft, zegt iemand: ‘Je moet gaan schrijven.’   ...

In Een nagelaten verhaal beschrijf je een ruzie tussen Torretje en haar man Feico. Ze vraagt hem: ‘Aan wiens kan sta jij als hier in Nederland de pleuris uitbreekt?’ Heb jij die vraag ook aan jouw man gesteld? ‘Dat hoefde niet. Ik weet dat hij aan mijn kant staat. We hebben, in die verwarrende tijd na de moord op Theo van Gogh, wel heftig gediscussieerd en ik heb veel van mijn woede op hem afgereageerd. Maar mijn man is intelligent. Hij wist dat hij me moest laten uitrazen, dat ik niet boos was op hem, maar op Nederland.’

Waarom was je boos op Nederland?
‘Je zoekt vaak een zondebok als het ongenoegen in jezelf zit. Terwijl: Nederland had me niet hiernaartoe gehaald. Nederland had me niet alles ontnomen wat ik op dat moment miste. Misschien, achteraf gezien, was ik wel boos dat ik mijn ziel en zaligheid aan dit land had gegeven. Maar dat moet, als je ergens een nieuw leven wilt opbouwen. Dan moet je je nieuwe land liefhebben en bereid zijn tot je laatste snik mee te werken aan het welzijn van je land.’ ...
    Nu het boek af is, voelt ze, zegt ze, de liefde voor Nederland weer terugstromen. Niet dat ze optimistisch is over hoe het land ervoor staat. ‘Ik vind niet dat we een stap verder zijn gekomen als het gaat om integratie. Ik zie de schijntolerantie, de verborgen onrust, ik zie de vergeefse pogingen om tot elkaar te komen, pogingen die ik zelf ook heb ondernomen, door essays te schrijven, naar discussieavonden te gaan. Ik heb er nu geen zin meer in. Ik wil niet meer dag en nacht bezig zijn met het geloof. Het heeft me jaren belemmerd fictie te schrijven.’
...
Wil je nog een keer terug naar Somalië?
‘Ik wil heel graag terug, ja. Het verlangen is alleen maar groter geworden. Maar het kan nu niet. Het is te onveilig.’   ...

De mooiste: door een aanslag gepleegd door moslims kreeg Yasmine Allas een hekel aan Nederland.
   Oftewel: er hoeft maar een dít te gebeuren, dat wil zeggen: Nederland hoeft zelf niets te doen, en de moslims keren zich er tegen.
    Tweede mooie: wat kiest de echtegenoot als er iets gebeurt: de kant van de moslims.

Een zlefde soort figuur (de Volkskrant, 12-04-2008, door Abdelkader Benali, schrijver):
  Geen Darwin in de gebedsruimte

Aan de Vrije Universiteit in Amsterdam zijn moslimstudenten nog lang niet aan het seculariseren. Ze worden steeds Nederlandser maar tegelijkertijd koesteren ze hun islamitische identiteit meer en meer, stelt ‘schrijver op locatie’ Abdelkader Benali verwonderd vast.


Toen ik vorige week Geert Wilders de moslims van Nederland hoorde bedanken voor hun gematigde, bij vlagen zelfs vriendelijke reacties op zijn film, gingen mijn gedachten naar de moslim-studenten die ik had ontmoet aan de Vrije Universiteit – daar had ik het afgelopen jaar een aanstelling als schrijver op locatie.   ...
    Tijdens mijn verblijf aan de VU kreeg ik de kans met ze in gesprek te raken en omdat ik zelf een exotische naam draag en ook heb gestudeerd, was het niet moeilijk om dat gesprek te hebben. Uit die bevlogen gesprekken werd me duidelijk hoe ze religie en wetenschap gescheiden houden (dus ook islamkritiek) en tegelijkertijd met al het gemak van de wereld vasthouden aan hun religieuze identiteit.
    De uitkomst van het gesprek was verwarring, van mijn kant vooral, over de jeugdige vanzelfsprekendheid waarmee ze over hun geloof spraken. Ik kon me niet herinneren dat ik in de jaren negentig zo loslippig was. Geloof was iets dat je voor jezelf hield, conform de ongeschreven regels van de publieke ruimte. Deze generatie echter ziet niet in waarom ze, in een wereld gedomineerd door religievraagstukken, hun eigen geloof voor zich zouden houden.
    Sterker nog: het lijkt alsof ze religie als een vorm van bescherming zien tegen de pijlen van de buitenwereld. Van islam word je een sterkere Nederlandse burger, dat stralen ze uit, al staan de waarden van een moslim soms op gespannen voet met de waarden van een seculiere samenleving zoals de Nederlandse.   ...
    Toen ik ging studeren, wist ik niet beter of het grote moment om te breken met de tradities en gebruiken van thuis was aangebroken. God was bij mijn geboorte in de baarmoeder van mijn moeder achtergebleven, concludeerde ik. Ik heb nooit een godsbesef gehad. Al mijn pogingen hem in mij te laten indalen, liepen op niets uit. Allah heeft nooit een plek in me kunnen vinden om zich te settelen.
    Deze verwachting over de secularisering wordt op de VU al snel de grond ingeboord. De Nederlandse moslim steekt zijn identiteit in de openbare ruimte, dus ook de universiteit, niet onder stoelen of banken. De godsdienstvrijheid wordt optimaal beleefd. De vrijheid van meningsuiting ook, maar altijd ten faveure van de eigen identiteit waarin de islam een grote rol speelt.

Dubbele identiteit
Mijn jaar aan de VU bevestigde wat later de studie van prof. Entzinger over integratie en allochtonen naar voren bracht: de integratie van jonge allochtonen is toegenomen, maar de kloof met de samenleving groeit. Ze studeren, spreken perfect Nederlands en ze beschouwen zichzelf als Nederlanders, en tegelijkertijd is er het diepe besef dat ze met hun dubbele identiteit en godsdienst spanning zullen blijven oproepen. Het is dit besef dat voor de kloof zorgt.   ...
    Ik denk dat er nog een andere verklaring is: de zelfverzekerdheid onder de islamitische student in de samenleving is sterk gegroeid. De jonge moslim wenst niets van zijn identiteit in te leveren. Overtuigd van zijn religieuze achtergrond mengt hij zich in de publieke ruimte.
    We zitten nog steeds in de kamer. Hoewel ik het vreemd vind aan studenten Rechten en Economie de vraag te stellen of ze de wetenschappelijke aanspraken van Darwin onderstrepen, doe ik het toch.
    Ik vind de vraag vreemd, want het lijkt me weinig relevant wat een aankomende jurist van Darwin vindt. Maar de studenten worden tegenwoordig ook over hun moslim-identiteit aangesproken – in het politieke discours, in de media en soms op straat. En wel zo vaak, dat het lijkt alsof ze alleen recht hebben op deze identiteit en andere identiteiten hun ontnomen worden. Laat ik dus eens over Darwin vragen.
    De vraag wordt met enige voorzichtigheid benaderd. De studenten hebben deze vraag vaker gehoord. Persoonlijk verwerpen ze Darwin, maar als een celbioloog op basis van Darwins wetenschappelijke prestaties vooruitgang boekt, dan vinden ze dat heel interessant. En als een astronoom de ouderdom van het heelal ouder inschat dan de Koran, dan vinden ze dat ook best. ‘Iedereen is verantwoordelijk voor zijn eigen overtuiging’, zegt een van de studentes.
    Er bestaat onder autochtonen de indruk dat moslims en masse Darwin verwerpen. Er is een groepje fundamentalistische studenten geweest bij Aardwetenschappen die vragen over Darwin niet wilden invullen. Deze studenten lijken echter niet zo met de kwestie te zitten.

Vage agnost
‘Ik ben agnost’, zeg ik. Dat ik dit antwoord geef, zorgt voor vraagtekens. Agnost zijn is vaag en met vaagheid kunnen studenten, of ze nu moslim zijn of niet, niets. Ook studies als Nederlands en Filosofie zijn vaag en daarom beginnen maar weinig moslimstudenten aan zo’n studie. Je verdient er geen droog brood mee is hun indruk en het valt niet uit te leggen aan de ouders.    ...
    ‘Wat is een agnost’, vraagt Chandra. Even speel ik met de gedachte te zeggen dat dit iemand is die in het Niets gelooft.    ...
    Voor het eerst klinkt er twijfel door in het gesprek. Niets staat vast, ook het geloof niet. Onder jonge moslims is het geen goed gebruik om te praten over geloofsafval of twijfel aan de Koran. Het is iets dat je privé houdt en zelfs met je beste vrienden niet bespreekt. In hoeverre de studenten die ik spreek helemaal overtuigd zijn van hun geloof, kan ik dan ook niet achterhalen.
    Hun loopbaan aan de universiteit betekent eerder een verdieping van het eigen geloof. Een paar generaties terug leidde studeren bij christelijke studenten tot secularisering. Daar is bij de moslimstudent geen sprake van. Meer kennis leidt juist tot meer islam en de overtuiging dat moslim én Nederlander zijn tot de beste van alle werelden hoort.
    Ik word verrast als ik een paar maanden later de islamitische gebedsruimte in de catacomben van de VU bezoek om te zien hoeveel studenten er komen. Eigenlijk had ik de gebedsruimte links willen laten liggen. Ik had er niet zoveel van verwacht.
    De studenten bezoeken de gebedsruimte als het even kan. Turken, Marokkanen, Tunesiërs, Somaliërs, Pakistanen, Afghanen. Meisjes met hoofddoek, zonder hoofddoek, op sneakers, hoge hakken, strakke spijkerbroek, kleuren in de lokken, rouge op de wangen, vet in het haar, mannen met en zonder baarden; Allah’s aanbidders dragen alle kleuren van de regenboog.
    De gebedsruimten voor mannen en vrouwen, gescheiden, zijn niet groter dan een klaslokaal en blijven nooit langer dan een kwartier leeg. Studenten daar zeggen dat ze zeker elke dag proberen te komen. ...
    Drie vlotte studentes godsdienstwetenschappen ontduiken een beetje de vragen over Darwin. Wel zeggen ze dat ze het van een wetenschapper die geen moslim is niet zouden accepteren als hij hun over de islam zou onderwijzen. Een moslim die over de islam doceert is wel weer oké. Een college over islam mag nooit helemaal wetenschappelijk zijn. Daarom is het beter als een moslim dat voor zijn rekening neemt, want men verwacht van een moslim minder grondige islamkritiek. Die houdt rekening met de religieuze gevoelens. Naar alle waarschijnlijkheid zal de islamkritiek, gebracht door een moslimwetenschapper, met minder wantrouwen worden bejegend dan wanneer hij wordt gebracht door een niet-moslimwetenschapper.
    De kloof is groter geworden tussen moslims en autochtonen – of misschien moeten we zeggen: tussen gelovigen en seculieren. Moslims beleven hun geloof intenser en het is om deze reden dat de reacties op de film van Wilders zo lauw waren. Een sterker islamitisch bewustzijn leidt tot meer kritische afstand tot criticasters van de islam. Dankzij de islamisering gaan moslims ook nuchterder om met kritiek op de islam.
    In de afgelopen tien jaar is de islamitische student tot volle wasdom gekomen. Het zal nog een tijdje duren voordat de volgende, logische fase, secularisering, zich inzet.

Dit is heel duidelijke taal: de afstand groeit. Het feit dat deze mensen Nederlands spreken heeft hier niets mee te maken - zoals al eerder door de redactie gesteld: kennis van de taal heeft niets met integratie zelf te maken - het is alleen een voorwaarde voor integratie.
    Oftewel: de observaties van Abdelkader Benali passen precies in het door de redactie beschreven cirkelproces van groeiend afwenden en afkeer.

Van elders op de website, eerder in het proces (2004), en een minder gecensureerde bron: (Leids Nieuwsblad, 14-12-2004, Al-almana liet buurtbewoners en volksvertegenwoordigers aan het woord in Lokaal van Verre; door Anna Ravve.
  Al decennia hier, maar nog niet geaccepteerd

"Marokkaanse vrouwen durven bijna de straat niet meer op, omdat iedereen zo boos naar ze kijkt. In mijn buurt voetbalden vroeger de Marokkaanse kinderen samen met de Nederlandse. Nu lopen de Nederlandse kinderen weg, als de Marokkaanse kinderen eraan komen." "Mijn kinderen vragen wat er mis is met het feit dat ze Marokkaans zijn. Ze denken er over om weg te gaan uit Nederland". Volgens deze bewoners uit de Merenwijk, is het klimaat behoorlijk verhard. In de landelijke politiek, maar ook in de buurt. Voor Al-almana (betrouwbaarheid), een progressieve, Marokkaanse zelforganisatie in de Merenwijk, een reden om juist nu met elkaar in discussie te gaan. 11 December organiseerden zij een rondetafelgesprek met buurtbewoners.

Bekijken allochtonen en autochtonen elkaar pas sinds kort met argusogen of hebben ze elkaar nooit vertrouwd? En wat zijn eigenlijk de oorzaken van het wantrouwen? Volgens Hakimi ging het al mis vanaf de eerste migratiegolf, toen men er nog van uitging dat het om tijdelijke gastarbeiders ging: "Allochtonen moesten hard werken. Er was geen tijd om iets te leren. We hebben nooit de kans gekregen om elkaar te begrijpen. In Nederland is alles goed geregeld. Er zijn veel voorzieningen, waar je op terug kan vallen. Maar omdat wij de regels niet kenden en niet de kans kregen om ze te leren, konden wij er niet aan meedoen. Nederlanders zijn hard. Dan is het moeilijk om je vertrouwen te behouden." Volgens verschillende deelnemers, is de hoofdschuldige van het wantrouwen de politiek: "De regering heeft in het begin nooit haar best gedaan, om mensen te integreren. Dat gebeurde pas, toen er problemen kwamen. En ook nu toont Verdonk haar wantrouwen, door tegen dubbele nationaliteit te zijn."
      Maar zijn de burgers en met name de allochtonen zelf niet verantwoordelijk voor integratie? Ligt integratie niet gewoon op straat? Hoewel sommige deelnemers positieve ervaringen hebben, ligt het volgens anderen niet zo makkelijk. Taoufik Slimane: "Iedereen wil integreren. Maar Nederlanders zien ons als een invasie. Het is als bij een feestje. Wij staan aan de deur en we mogen niet naar binnen. We moeten andere schoenen aan. Dat doen we. Maar als we binnen zijn, praat er nog niemand tegen ons. Ik heb echt mijn best gedaan om mij aan de Nederlandse maatschappij aan te passen. Na alle moeite, zou ik willen horen dat ik het goed heb gedaan, maar in plaats daarvan moet ik mij de hele tijd blijven verantwoorden".
      Mohammed valt hem bij: "Toen ik hier net was, had ik allemaal Nederlandse vrienden. Nu geen een. Als kind zie je elkaar als speelkameraad. Maar hoe ouder je wordt, hoe meer de Nederlandse gemeenschap je het onderscheid opdringt. Ik word geacht verantwoording af te leggen, voor dingen die elders in de wereld gebeuren, waar ik niets mee te maken heb. Dit was al lang voor Pim Fortuin en 11 september het geval. Dezelfde mensen stellen mij elke keer weer dezelfde vragen. Wat is de intentie van die vragen, denk ik dan. Eerder arrogantie of mij in een bepaalde hoek willen duwen, dan interesse. Laatst vroeg een hoogopgeleide Nederlander mij of mijn baby oók mee moest doen met het vasten tijdens de Ramadan. De meeste Nederlanders zijn helemaal niet geïnteresseerd in wat de Islam is. Ze stellen vragen over wat zij als de negatieve kant van de Islam zien. Dingen als hoofddoekjes of zelfs vrouwenbesnijdenis, wat niets met de Islam te maken heeft. Niemand heeft mij ooit gevraagd naar mijn standpunt als Moslim over het milieu, Terwijl daarover ook een stuk in de Koran staat."
     Als het contact tussen allochtonen en autochtonen zoveel frustraties met zich meebrengt, moet er dan nog wel geïntegreerd worden? In de jaren '60 leefde men rustig langs elkaar heen en hoorde je niemand over de eerste groep migranten uit Turkije en Marokko. Volgens Anya Camurlu was dat echter nog veel erger dan wat er nu gebeurt: "Turken en Marokkanen worden gediscrimineerd, omdat ze hun mening uiten. Als je met elkaar praat, kun je tegenover elkaar komen te staan. Maar dat moet je er voor over hebben.
    Onzichtbaar zijn is verschrikkelijk voor mensen. Als je elkaar negeert, heb je geen samenleving." Een man, die hier al veertig jaar woont is het met haar eens: "Ik ben blij dat er steeds meer contact is. Mijn vader sprak geen woord Nederlands. Hij ging nooit met mij mee naar school. Ik beheers het Nederlands niet perfect, maar wel genoeg om contact te hebben met de leerkrachten en ouders van de vriendjes van mijn kinderen. En zij hebben al helemaal geen taalobstakels. Het gaat steeds beter. Laten we rustig opbouwen en er voor waken dat door het verharde klimaat hetgeen wat is opgebouwd, niet afgebroken wordt."

Dit is hoogst illustratief omdat het bijna allemaal precies omgekeerd is als de allochtonen hier beweren. Het zijn de allochtonen geweest die niet met Nederlanders konden en wilden praten. Het waren de allochtonen die een eigen kerk oprichten. Het waren allochtonen die eigen winkels startten en bezochten. Het waren allochtonen die eigen organisaties opgericht hebben als Al-almana - betekenende betrouwbaarheid, maar dat is natuurlijk "betrouwbaarheid voor de eigen groep". Dan hebben ze die forten van eigenheid gebouwd, en vanuit die forten hun overlast-gevende jongeren en een Theo-van Gogh-moordenaar op straat gestuurd, en dan kunnen en willen ze praten naar aanleiding daarvan, en dan zijn ze verbaasd dat Nederlanders ze niet zo zien zitten ...
    Als je dus goed leest, staat in dit artikel hoezeer de allochtonen zich van ons afgewend hebben. Uit hun eigen mond. En bovendien staat er dus dat ze dat totaal niet beseffen. De kop van het artikel zou dan ook hebben kunnen luiden:
  Al decennia hier, maar Nederland nog niet geaccepteerd

Want nog steeds naar de eigen kerk, nog steeds met de eigen klederdracht op straat, nog steeds solidair met iedere moslim in de rest van de wereld, nog steeds de kinderen met jaren taalachterstand op school brengend, enzovoort.

Uit dezelfde ongecensureerde bron nog wat illustraties (Leids Nieuwsblad, 17-12-2004, door Raymond Harper):
  "Sinds de moord op Van Gogh zien Nederlandse vrienden me niet meer staan!"

De moord op Theo van Gogh is ook in Leiden niet ongemerkt voorbijgegaan en leidde ook hier tot emotionele reacties. Net als het poolijs blijkt de multiculturele samenleving op veel plekken verraderlijk broos. Anderhalve maand na dato boog een zeer multicultureel gezelschap zich onder leiding van wethouder Wim de Boer en minister Thom de Graaf over de vragen: wat is er misgegaan, hoe staan de zaken er momenteel voor en hoe moet het nu verder?

Binnenkort sluiten de 24 steden uit het Grotestedenbeleid (GSB) en het.-Rijk een nieuwe overeenkomst, waarmee van beide kanten veel geld is gemoeid. In dit kader bracht D66-minister Thom de Graaf van GSB maandag een werkbezoek aan zijn woonplaats Leiden. 'Er stonden onder meer een kennismaking met de Ithadamoskee, die over enkele jaren verhuist naar nieuwbouw op het EWR/Slachthuisterrein, en met diverse GSB-projecten in buurthuis.'t Spoortje op het programma. In het buurthuis vond ook een discussie met wijkbewoners over de integratie van Marokkaanse Nederlanders plaats. ...
    Het eigenlijke thema van de middag, integratie, kwam enigszins in de verdrukking. Wethouder De Boer slaagde er in de discussie weer in goede banen te leiden via de vraag hoe het nu stond met het wij/zijgevoel. Volgens Leiden Noords bekendste inwoner Bram Pater was dat gevoel mede te wijten aan allerlei allochtone 'zelforganisaties'. Hij zag liever meer Marokkaanse Nederlanders in de reguliere wijkverenigingen.
     Minister De Graaf, ... meende dat integratie iets was dat je alleen maar kon stimuleren, niet afdwingen. Hij beaamde graag dat zo'n toenadering geen eenrichtingsverkeer is. "Integratie komt van twee kanten. Maar als je de Nederlandse taal niet spreekt en de basisspelregels van onze samenleving niet beheerst, is het wel heel moeilijk om aan die samenleving deel te nemen", voegde hij daaraan toe. Waarmee hij onbedoeld het moskeebestuur in een lastig pakket bracht, omdat hun imam nog nauwelijks een woord Nederlands spreekt. ...

Het is eigenlijk allemaal hetzelfde: ze verwijten ons het feit dat ze zich niet aanpassen.Of; zij eisen het recht op zich niet aan te passen aan ons, en verwijten vervolgens ons zic niet aan te passen aan hen. Een simpele: ze weigeren alcohol mee te drinken met ons, en verwijten ons dat we door alcohol te drinken ons niet aanpassen aan hen.

Er is een nieuw onderzoek gedaan, en wat iedereen al op straat kon zien aan het stijgende aantal hoofddoeken en nog dikker bekleedden, blijkt ook uit het onderzoek te komen (de Volkskrant, 13-11-2008, van verslaggeefsters Janny Groen en Annieke Kranenberg):
  Jonge moslims worden vromer

Onderzoek geloofbeleving moslimjongeren | Keuze tussen volledig aanpassen en terug naar Marokko 'is onmogelijk'


Religie wordt steeds belangrijker voor moslimjongeren. Turkse en vooral Marokkaanse jongeren zullen steeds meer eisen stellen op scholen en de werkvloer, zoals het recht om te bidden, geen hand te geven, een hoofddoek te dragen, het recht op een eigen religieuze vrije dag.
    Dat leidt tot spanningen in de samenleving, omdat autochtonen juist minder bereid zijn ruimte te bieden aan religieuze uitingen. De spanningen kunnen worden verminderd, als die jongeren worden gesteund bij pogingen actief Nederlands burgerschap te combineren met hun moslimidentiteit.
    Dit is de belangrijkste uitkomst van een onderzoek naar religieuze beleving van moslimjongeren in Nederland door Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling Forum en het Verwey-Jonker instituut.
    De onderzoekers stellen dat veel moslimjongeren moeilijk kunnen omgaan met het felle islamdebat in Nederland. Ze hebben het gevoel dat ze moeten kiezen tussen een volledige aanpassing aan de Hollandse zeden en gewoonten, of terug te gaan naar hun land van herkomst. Voor een groeiende groep moslimjongeren zijn beide opties uitgesloten.
    Ze willen meedoen in de samenleving op eigen voorwaarden, maar weten niet altijd hoe. Dat kan leiden tot een maatschappelijk isolement of radicalisering. ...
    Gedacht wordt aan empowerment van jongeren. Coaches en leerkrachten kunnen moslimjongeren leren omgaan met negatieve reacties en emoties (kwaadheid, krenking). ...

Een grove leugen om mee te beginnen: de terugkeer naar Marokko is prima mogelijk. De rest is de bekende veeleisendheid van de religieuzen, veruit het ergst bij moslims: de anderen moet zich aanpassen aan hen.
    Het geheel is een keiharde exponent van het afkeren van Nederland. Daarop zou Nederland maar één antwoord moeten geven, en dat is: vertrek naar waar het wel is zoals je wenst - vertrek naar Marokko!

Het multiculti-team van de Volkskrant trok erop uit om een stel radicale vromen te interviewen en reclame te maken voor hun standpunten. Evengoed kwam er uitstekend naar boven wat de drijfveer is van de moslims: afkeer van de Nederlands cultuur (de Volkskrant, 14-11-2008, van verslaggeefsters Janny Groen en Annieke Kranenberg):
  Loyaal aan de baas mét de hoofddoek

Jonge orthodoxe moslims eisen op de werkvloer het recht om te bidden en een hoofddoek te dragen. Moslima's organiseren zich om elkaar te helpen. 'We hebben ons te lang geschaamd.'

Onlangs solliciteerde Miryam Massóp (34) voor een redelijk hoge functie bij een stadsdeelkantoor in Amsterdàm. Ze was gekwalificeerd, kreeg ze te horen. Daarop volgde een flinke 'maar'. Ze zou zich representatief moeten kleden, dus van traditionele islamitische kleding kon geen sprake zijn. Ook zou ze mannen de hand moeten schudden, wat ze omwille van haar geloofliever niet doet. Ze moest er ook niet op rekenen dat ze te pas en te onpas kon bidden.
Massop was toe aan een carrièremove, maar vond dat ze te veel concessies aan haar geloof moest doen. Uiteindelijk koos ze voor een veel minder interessante en minder betaalde baan bij een telefoonmaatschappij.
    ... De ervaring van Massop staat niet op zichzelf. De jonge generatie moslims wil haar religieuze identiteit niet langer verloochenen, blijkt uit een onderzoek door het Verwey-Jonker instituut naar religieuze beleving van moslimjongeren, dat gisteren is gepresenteerd. Moslimjongeren stellen eisen op scholen en op de werkvloer, zoals het recht om te bidden en een hoofddoek te dragen. Dat leidt tot spanningen in de samenleving, omdat autochtonen juist minder bereid zijn ruimte te bieden aan geloofsuitingen.   ...
    Massop is daar eigenlijk al twee jaar mee bezig. Samen met Oumaima Post (27), ook een bekeerlinge, heeft ze in 2006 het 'eerste netwerk voor zelfvoorzienende moslima's opgericht. Het begon als een msn-groep waar moslima's elkaar steunden in raad en daad. inmiddels telt het netwerk zo'n .270 leden en heet het officieel Stichting Moslimanetwerk.
    Vooral de vrouwen lijken zich te organiseren. Zij vormen de voorhoede van een groep zelfbewuste, soms orthodoxe moslims. 'Voor ons is er ook meer te winnen', zegt Massop. ...
    Massop en Post hebben nog een lange weg te gaan. Uit eigen ervaring weten ze waar het proces van religieuze verdieping botst met de seculiere omgeving.
    Post - haar moeder is van Molukse afkomst, vader is Nederlands bekeerde zich ruim vijf jaar geleden tot de islam. Kort daarop kreeg ze een baan op een deurwaarderskantoor. Haar baas vond het maar niks dat ze een hoofddoekje en wijdere kleding ging dragen.
    'Waak ervoor dat je niet in tenten verschijnt', bromde hij. Volgens hem paste haar nieuwe identiteit niet in de 'bedrijfscultuur', omdat ze kantoorborrels oversloeg. 'Een keer ging ik mee naar een kerstborrel, maar ik voelde me daar echt niet op mijn gemak', zegt Post. 'Ook niet-moslims ontwijken dat soort borrels. Dat is toch ook niet erg als je je best doet en goed met je collega's kunt opschieten? Bovendien ging ik wel mee naar andere uitjes, zoals naar Cirque du Soleil.'
    Uiteindelijk besloot Post zelf weg te gaan. 'Ik werkte op de afdeling waar ik schulden en boetes moest incasseren. Vaak ging het om arme moslimgezinnen. Ik merkte dat ik hun geld niet wilde afpakken, maar hen juist vooruit wilde helpen.'    ...
    Miryam Massop had eigenlijk nooit in de gaten dat haar Turkse vader een islamitische achtergrond had. Hij was drummer bij het Internationaal Folkloristisch Danstheater, haar moeder is Nederlandse. Pas na haar vaders overlijden ontdekte de toen 13-jarige Massop haar islamitische wortels.
    Haar nieuwsgierigheid was gewekt. Vanaf 2002 ging ze de islam praktiseren. Het duurde daarna nog drie jaar voordat ze haar passie voor een populaire artiest kon loslaten. Op televisie zag ze een reportage over de hadj: duizenden moslims renden op de Zwarte Steen in Mekka af en probeerden die aan te raken. 'Ik realiseerde me dat ik me ook zo ten opzichte van die popster had gedragen. Ik had hem naast God geplaatst. Dat kan absoluut niet.'
    Datzelfde jaar ging ze een hoofddoek dragen. 'Ik werkte bij DAS-rechtsbijstand en vond het lastig daar ineens met een hoofddoek te verschijnen. Ik heb gewacht tot mijn volgende baan. Dat was bij verzekeringsmaatschappij Achmea. Tot mijn verbazing stonden zij positief tegenover het aannemen van moslima's, want die komen altijd op tijd. Ze hadden zelfs halal kantinevoedsel en een gebedsruimte.'   ...
    Daarnaast moeten de moslims zelfbewuster worden, vindt Post. 'We hebben ons te lang geschaamd. We waren bang dat anderen ons gek zouden vinden als we wilden bidden.'
    Zij vindt het goed dat moslims opkomen voor hun rechten, zoals de advocaat Mohammed Enait in september deed. Hij weigerde op te staan voor de rechters in Rotterdam en trad vervolgens op in diverse tv-programma's. 'Door zijn actie is er meer aandacht voor de wensen van een groep moslims', zegt ze. 'Enait provoceert meer dan wij. Ik ben ervan overtuigd dat je met wijsheid en vriendelijkheid verder komt.'   ...
    Net als Ontsluiert wil Moslimanetwerk werkgevers adviseren hoe ze kunnen omgaan met de wensen van hun islamitische werknemers. Bovendien wil de stichting bedrijven ervan bewust maken dat moslims commercieel een interessante doelgroep zijn.
    Zelf hebben de vrouwen ook ambitieuze plannen. Zo willen ze een Islamic Shopping Guide uitbrengen met halal eethuisjes en winkels in Nederland. Ze hopen dat dit soort initiatieven bijdraagt aan een positiever beeld van moslims en dat het niet wordt aangegrepen om hen te bashen.
    Post: 'Sommige mensen zijn bang dat als ze ons een vinger geven, we de hele hand nemen.'
    Na de jaren van Wilders en Verdonk hangt er verandering in de lucht, zegt ze. 'Ik houd me niet bezig met politiek en ik ben niet voor de democratie, want ik geloof in de sharia. ...
    Massop: 'Er komt een dag dat je niet meer hoeft te vragen: mag ik even bidden, maar dat je gewoon vraagt: waar kan ik bidden?'

Dat is ook weer duidelijk: dit zijn moslim-actiegroepen die Nederland willen islamiseren. Alles moet gericht worden op het islamitische geloof. Daarnaast zijn we solidair met armen, maar alleen als het moslims zijn, en in zoveel mogelijk hun eigen instituties als winkelketens opzetten. En natuurlijk zijn we tegen democratie, want dat is niet van god/allah. Nou, dan kunt u wel nagaan waar ze allemaal nog meer tegen zijn. Onder links de foto van de moslima's bij het artikel - onder rechts wat soortgenoten uit Engeland:

Nu weet men ook meteen over wat voor soort mensen we het hebben.
    Overigens: het multiculti-journalisten-team heeft ook nog een kleine omekring der waarden gepleegd met de kop van het stuk: uit de context blijkt overduidelijk wat de belangrijkste factor is bij de baankeuze: de mogelijkheid om een hoofddoek te dragen. De kop had dus moeten luiden:
  Loyaal aan de hoofddoek mét baas

Ze zullen het nooit bedenken, vol als het hoofd zit van eigen superioriteit.
    Overigens, het antwoord op de laatste vraag: "Waar kan ik bidden?", luidt, uiterst simpel: Marokko.
    Een voorbeeldje van hoe deze houding overkomt (de Volkskrant, 14-11-2008, inzonden brief van Therese van de Kuilen (Hilversum)):
  Sharia

In het artikel 'Loyaal aan de baas mét hoofddoek' (Voorkant, 14 november) beweert mevrouw Oumaima Post zich niet met politiek bezig te houden. Zij is niet voor de democratie want zij gelooft in de sharia, dat wel.
    Laat duidelijk zijn, mevrouw Post, dat voor miljoenen mensen de scheiding tussen kerk en staat en de principes van de westerse democratie nooit ter discussie zullen staan. Hier zult u mee moeten leven. Intussen plukt ook u de vruchten van een tolerant westen en kunt u in vrijheid zeggen en doen wat in andere landen onmogelijk is.

Tja, dat is een soort waarheid die je de politiek-correcte intelligentsia en media zelden zal horen uitspreken.

Nu twee voorbeelden van geslaagde allochtonen, die geïnterviewd worden naar aanleiding van andere zaken, en spontaan blijk geven van hun ressentimenten tegen Nederland (de Volkskrant, 20-01-2009, door Jan Tromp):
  Overal thuis

De autocue van het NOS Journaal wordt ingeruild voor het voetlicht van het toneel. Vanaf zondag staat Noraly Beyer (62) in Medea. Na 25 jaar was het tijd voor iets anders. ‘Dit stuk zit heel dicht op je huid.’

Tussentitel: ‘Toen was het veel meer: kom maar. En: wat zie je er leuk uit’

Je bent geboren op Curaçao, je jeugd lag in Nederland, daarop volgde Suriname, nu ben je alweer jaren in Nederland. Hoor je ergens thuis?
‘Ik kan overal waar ik ben mijn huis maken. Als ik er ben, ben ik thuis, voor dat moment. Mijn hart ligt in Suriname, in Nederland leef ik. Nederland is voor mij een aangenaam land, om te wonen en te werken.’

Is Nederland racistischer geworden?
‘Ja. Vroeger werden wij leuk gevonden, wij kinderen met een kleur. Wij waren anders en interessant. Wij waren missiekinderen. In Roermond kenden ze kinderen als ik van de missiekalender en de Katholieke Illustratie. Je werd wel nageroepen – moorkop riepen ze bijvoorbeeld – maar ons werd ook geleerd wat we terug moesten roepen: witte kèèskop.
    ‘Nu is het afduwen geworden. Toen was het veel meer: kom maar. En: blijf bij me, wat zie je er leuk uit.’    ...

De reactie hierop is hetzelfde als die op de bijna identieke volgende bron (de Volkskrant, 14-11-2008):
  Texas wacht hoopvol op 'change'

... Wat hier in Austin veel meer speelt, is de integratie van de hispanics, oftewel de Latino's, die 36 procent van de bevolking vormen. Hoewel deze groep duidelijk nog altijd een achterstandspositie heeft, is er opvallend genoeg ook positieve aandacht. Zo wordt bijvoorbeeld regelmatig vermeld dat Austin zijn groei mede aan deze inwoners te danken heeft, doordat zij bijvoorbeeld veel eigen ondernemingen starten.
    Kom daar in Nederland eens om! Wat dat betreft was het voor mij onthullend om een tijdje geleden oude Polygoonbeelden te zien over 'de eerste gastarbeiders'. De commentaarstem sprak over 'arbeiders die meehelpen onze welvaart op te bouwen'. Ooit werd er dus zo tegenaan gekeken.   ...

Tussenstuk:
Ozdemir in Texas

Sinds begin januari doceert de Turks-Nederlandse journaliste en publiciste Senay Ozdemir journalistiek aan de University of Texas in Austin, een van de grootste universiteiten van de verenigde Staten. Met kersverse blik doet ze verslag van haar eerste indrukken en van de gebeurtenis die iedere Amerikaan de afgelopen dagen bezighield: de inauguratie van Barack Obama.
    Senay Ozdemir is oprichter en hoofdredacteur van SEN Magazine, een digitaal vrouwentijdschrift (senmagazine.com).

Tja, misschien wordt er wel anders tegen allochtonen in Nederland aangekeken, omdat ze in tegenstelling tot de latino's in Texas, niet ondernemend zijn geworden - misschien ook wel logisch, want de allochtonen in Nederland hebben uitkeringen, en de latino's in Texas niet.
    Maar misschien zit het verschil ook wel in dat de latino's kerken bouwen, en geen moskeeën, en misschien zich wat anders kleden, maar wel kleuriger, en niet in zwarte wikkels tot aan hun kruin.
    Misschien zijn er dus wel heel goede reden voor die veranderde Nederlandse houding. Maar daar zal een allochtoon zelden ook voor hebben - ondanks het feit dat ze hier alle normale kansen plus nog wat meer heeft gekregen (vergeet namelijk even niet dat Noraly Beyer haar baan alleen wegens racistische protectie heeft gekregen  ), die koestert liever zijn ressentimenten.

Nog opvallender is het, wanneer men het letterlijk gaat uitspreken (Volkskrant.nl, Opinie, 30-01-2009, column door Jan Mulder):
  Vaderlandsliefde in Ons Nederland

De Partij van de Arbeid is volgens leider Wouter Bos bezig ‘een beschaafde vorm van nationalisme te ontwikkelen’.

Tussentitel: De normen en waarden verschuiven, en niet de fatsoenlijke kant op

Hij sprak op een van de vijf bijeenkomsten die de partij voor de leden organiseerde om de integratienota ‘Verdeeld verleden, gedeelde toekomst’ te bespreken.
    Daarin staat onder meer dat nieuwkomers hun oude nationaliteit moeten kunnen opgeven en dat Nederland daar op moet aandringen bij de landen van herkomst.
    ‘Verdeeld verleden, gedeelde toekomst’. Tikje brallerig als je het mij vraagt. Ik vertrouw het niet. ...
    De normen en waarden verschuiven, en niet de fatsoenlijke kant op.   ...
    In het verslag van Nova sprak een vrouw over de huidige tijden waarin haar familie van Marokkaanse afkomst zich niet ‘uitgenodigd’ voelt, niet geaccepteerd, laat staan geliefd. Oorzaak van de verwijdering is de toon, de sfeer, de nota’s met plechtige titels die heel positief zijn bedoeld natuurlijk - maar ondertussen.

Op een enkele uitzondering na zijn de Marokkanen uit zichzelf naar Nederland gekomen. Ze zijn dus nooit uitgenodigd. Dus is het logisch dat Marokkanen zich niet uitgenodigd voelen. Bovendien hebben aanzienlijke groepen zich in diverse mate door gedrag ongeliefd gemaakt, van het dragen van symbolen van religieuze afwijzing, via overlast tot regelrechte criminaliteit. Dus is het even logisch dat Marokkanen niet geliefd zijn. En daar dit allemaal logisch is, valt er de Nederlanders geen enkel verwijt te maken, zoals Jan Mulder uitgereid doet. En is de oplossing voor de Marokkanen die niet langer niet-geliefd willen zijn simpel: vertrekken naar waar men wel geliefd is.

Columniste Sabra Dahhan is een beetje een apart geval. Dat wil zeggen: ze maakt van haar hart geen moordkuil, en de moord die ze in gedachten heeft, is op Nederland. In onderstaande column gaat het over haar oma die van de Nederlandse staat een ouderenwoning gekregen. reden om weer eens tegen Nederland uit te halen (Volkskrant.nl, Opinie, 24-03-2009, column door Sabra Dahhan):
  Sterven in Nederland

Het besef dringt door dat de migratie uit Marokko definitief is.

Tussentitel: Elke ochtend kijken ze samen naar ‘Nederland in Beweging’

Mijn oma is verhuisd. Het is de derde keer in haar leven. De eerste keer was van haar ouderlijk huis naar dat van haar echtgenoot. De tweede keer was van haar kleine huis in Casablanca, naar haar nóg kleinere huisje op drie hoog in een Rotterdamse arbeidersbuurt.
    De derde keer was van dat kleine huisje naar een ouderenwoning. Haar versleten knieën konden de trappen niet meer aan. Haar nieuwe woning heeft een lift, en ze heeft toegang tot een gezamenlijke tuin.
    Bij binnenkomst viel ze er als een blok voor. ...
    Met het intrekken van haar nieuwe woning was er een namelijk een pijnlijk realiteitsbesef tot haar doorgedrongen: Néderland is het land waar ze zal sterven, niet Marokko. ...
Iedereen wilde ooit terug. Om de voorspoed te delen met het land wat ze groot had gebracht, om de koude regen te ontvluchten waar ze maar niet aan konden wennen, of om de onmogelijkheid een waardige plek te veroveren in de Nederlandse maatschappij. Maar het grootste deel bleef in Nederland.
    De hoop ooit terug te keren lijkt soms belangrijker dan het besluit daadwerkelijk terug te gaan. De hoop bood weerstand tegen de tegenslagen waar veel van mijn oma’s generatiegenoten mee te maken kregen in Nederland.

Het is gewoon schofterig: alles wat ze in Nederland krijgen, wat de natuurlijk de reden is dat ze niet daadwerkelijk weggaan, en dan dit soort taal. Vele reacties op de website waren navenant, zie hier  . En zo wekt de afkeer van Dahhan en soortgenoten weer afkeer richting Dahhan en soortgenoten op.

Ook bij de tot nu toe een van de meeste redelijke in het openbaar, Fadoua Bouali, blijkt het allemaal toch hoog te zitten (de Volkskrant, 21-03-2009,column door Fadoua Bouali):
  Mijn olifantenhuid is in de loop der jaren dunner geworden

Tussentitel: ‘Dochter, heb je tijd om wat papieren voor me te lezen’

Na afloop van een lezing in de bibliotheek kreeg ik een vraag van een luisteraar. De vraag was ongeveer als volgt: wat je nodig hebt om het als allochtoon ver te kunnen schoppen in Nederland, zoals ik heb gedaan.
    Ik dacht: zo ver heb ik het nou ook weer niet geschopt. Maar ineens realiseerde ik me dat ik meer dan een uur aan het woord was, achter een tafel stond met een vaas prachtige oranje tulpen, terwijl het publiek naar mij zat te luisteren! Ik besloot dat ik het zeker ver heb geschopt: tot achter een tafel met een vaas Hollandse tulpen, toch niet slecht?   ...
    Nee, ik stond daar en de ogen waren op mij gericht en ik wist ineens het recept: de Nederlandse taal leren is van groot belang om het niet alleen ver te schoppen, maar ook om sowieso ergens te komen in Nederland. Als je de taal kunt spreken, kun je met de Nederlanders communiceren.
    Om het echt ver te schoppen, is het van groot belang de Nederlandse humor te begrijpen.
    Achter elke grap zit een kern van waarheid, daarom gaven al die grappen die ik van Nederlanders heb aangehoord over allochtonen en moslims, mij altijd een gevoel alsof ik een mes in mijn rug kreeg, een messteek die werd gecamoufleerd met een bulderende lach.
    En dan die schittering in de ogen van de grappenmaker met een soort heimelijke triomf dat hij mij middels een grapje ‘de waarheid’ vertelt.
    Vroeger toen ik de humor nog niet helemaal door had, dacht ik dat het gewoon grapjes waren, maar later voelde ik me er ongemakkelijk bij. Ik heb ze zo diep weggestopt, die grapjes, dat ik me ze niet meer letterlijk weet te herinneren.
    Het lijkt of de dikke olifantenhuid die ik me als kind op het schoolplein heb aangemeten, door opmerkingen als ‘vieze Turk rot op naar je eigen land’, in de loop der jaren dunner is geworden.
    Op een dag was de huid zo dun geworden dat ik geen begrip meer had voor de flauwe grappen met een scherpe boodschap naar mijn allochtoon- en moslim-zijn.
    Toen een Nederlander die ik al jaren kende weer een grap maakte besloot ik hem de waarheid te vertellen. De grap zelf kan ik me niet meer herinneren, wel weet ik dat het me kwetste.   ...

Wat grappig eenzijdig weer: de moslim mag vrijelijk de Nederlanders belasteren met zijn Nederlandse waarden vervloekende geloof ("Ongelovigen zijn apen, honden en varkens"), en dan hebben we het nog niet over de overlast, criminaliteit, kosten, arrogantie, en een moord, maar een paar grappen om dit leed allemaal het hoofd te kunnen bieden zijn teveel voor de prinsjes-en prinsjeses-op-de-culturele-erwt moslims. Alsof al die moslim-symbolen geen steek in onze rug zijn... Getverdemme, wat een walgelijke mentaliteit.

De volgende fase is het proces is ingetreden: de autochtonen hebben voor het eerst een duidelijk signaal afgegeven: bij de Europese verkiezingen van juni 2009 heeft iets van 17 procent van de bevolking gekozen voor de PVV van Geert Wilders. Het signaal van die minderheid is: we willen niet nog meer zichtbare islam en zeker niet nog meer invloed van de islam. Hier zijn de reacties van drie zeer goed geïntegreerde en gematigde moslims (de Volkskrant, 27-06-2009, door Tofik Dibi, Tweede Kamerlid voor GroenLinks):
  Open brief aan u die op de PVV stemt

De PVV-stemmer ziet geen spoken, maar hij moet beseffen dat de dreiging van de radicale islam voor mij net zo groot is als voor hem, betoogt Tofik Dibi.


Voor ik van wal steek, realiseer ik me natuurlijk terdege dat de PVV-stemmer net zo min bestaat als de Nederlandse cultuur. ...
    Ik vraag me af hoe u het ervaart dat iedereen met u wil praten om te weten wat u beweegt. Uit veel verhalen blijkt namelijk ook dat u in uw eigen omgeving niet openlijk uit de kast durft te komen als PVV-stemmer. .... De kans is groot dat u dan automatisch weggezet wordt als een xenofobe tokkie. ... De reden dat ik u rechtstreeks aanspreek, is niet om u te reduceren tot racist of u te onderzoeken, als nieuw ontdekte diersoort.... Deze persoonlijke brief is om u te vertellen hoe ik het ervaar dat u uw uiteindelijk kostbare stem aan de PVV hebt geschonken. Om maar meteen met de deur in huis te vallen, ik baal als een stekker. Dat ervaar ik zo, omdat u blijkbaar geen enkel alternatief hebt gevonden dan een politieke partij die mijn bestaan ontkent. Ik zal uitleggen wat ik hiermee bedoel. Een aantal jaar geleden is door het Sociaal en Cultureel Planbureau onderzoek verricht naar de moslimgemeenschap in Nederland. Uit dat onderzoek bleek dat Nederlandse moslims die al langere tijd in Nederland wonen, die een hoge opleiding hebben en een betaalde baan, het belangrijk vinden om het geloof op een eigen manier in te vullen en zij zijn kritisch op de precieze teksten in de Koran. ...
    Ik hoop dat u nu niet denkt wat iedereen altijd tegen me zegt: 'maar jij bent anders'. Ik ben namelijk met velen, zoals het onderzoek van het SCP laat zien. Ik hoop ook niet dat u nu denkt, dat ik zeg dat er geen gevaren kleven aan de islam. U ziet geen spoken. Het feit dat uw politiek leider niet eens boodschappen kan doen zonder ring van bodyguards om zich heen is daarvan het onbetwistbare bewijs. Er zijn radicale moslims die met behulp van dood en verderf macht willen verwerven, ook in Nederland. Die bittere realiteit hebben we in New York, Madrid en Londen gezien, en zien we om de haverklap in islamitische landen. Wat ik wil zeggen, is dat de dreiging van de radicale islam voor mij net zo groot is als voor u.
    Maar belangrijker dan dat, is dat ik wil zeggen: ik ga niet weg. Ik blijf hier. Ik ben een geboren en getogen Nederlander. Net zo Nederlands als U. .... Ik ben niet 'anders', maar onderdeel van een nieuwe generatie kinderen van de multiculturele samenleving die zegt: er is geen weg terug. Dat is geen islamisering, maar een nuchtere Hollandse constatering.
    ... Ik pleit niet voor een immigratiestop of voor uitzetting van Nederlandse moslims. Ik wil bondgenootschappen creëren met alle mensen, die vrijheid en gelijkheid net zo belangrijk vinden als ik, zodat er geen ruimte is voor een radicale Islam.    ...

Dibi formuleert het handig: hij zegt niet zelf dat PVV-stemmers xenofobe tokkies zijn, en hij zegt dat hij ze niet racistisch vindt, maar op een dusdanige manier dat volkomen duidelijk is dat hij dat allemaal wel vindt. Als het niet zo zou zijn, was hij de enige GroenLinkser die dat niet vindt, en zijn eerdere stellingnames waren ook allemaal van die houding en in die richting. En als u nog daaraan zou twijfelen, de ware geloofsbrieven van Tofik Dibi wijzen op volkomen het tegendeel van zijn open brief - zie hier  .
    Maar ook hier is het eigenlijk volkomen duidelijk, want dit zijn zijn boodschappen: "Ik haat jullie, er is maar een hele kleine minderheid extreme moslims, ik blijf moslim en aangesloten bij de extreme moslims, en ik ga niet weg".
    Zeer "geruststellend", allemaal, en ook heel empathisch ten opzichte van de Nederlanders die de plaag van de islam moeten ondergaan. Het zal natuurlijk een aanmoediging zijn voor de PVV-stemmers om daar te blijven, en voor twijfelaars om op de PVV te gaan stemmen.

Maar voor we dat laatste zullen laten zien, eerst het geluid van twee anderen (de Volkskrant, 29-06-2009, column door Nazmiye Oral):
  Kom op tafel liggen

... Ik heb de afgelopen week veel nagedacht over alle reacties die ik kreeg naar aanleiding van mijn vorige column over Wilders, en met name ook over uw brief. ...
    Het grappige is dat ik u eerst, door de zachte toon van uw brief, totaal verkeerd had begrepen. ... Zo had ik op een nacht haastig een stukje van uw mail gelezen en liep twee dagen rond in de veronderstelling dat ik iemand had gevonden die Wilders-stemmer was, en toch open leek voor verandering van zijn mening.
    Toen ik er eens goed voor ging zitten bleek dat niet helemaal het geval. U was niet helemaal open en droeg ettelijke ‘feiten’ aan die u reden gaven te geloven dat u gelijk had in uw reactie en dat ik helemaal, pertinent fout zat. Van de recente onlusten in Iran, tot de vrouwenonderdrukking, tot de haatdragendheid van de islam, tot alle criminelen die Marokkanen zijn, tot uw angst om over straat te gaan, tot de verdwijnende kerken... nou ja, u weet het zelf het beste. En toch klinkt u niet onredelijk. U bent vooral heel erg bang. En dat spijt me heel erg. Zo was ik de afgelopen week aan het nadenken over u, een Hollandse man die zijn leven lang hard heeft gewerkt, een weduwnaar die zijn vrouw kwijt is, in de avond niet naar buiten durft, zich niet vrij voelt om te zeggen wat hij denkt omdat hij dan voor racist wordt uitgemaakt en zich langzamerhand niet meer thuis voelt in zijn eigen land. Ik probeerde me dat voor te stellen en kwam niet erg ver. ...
    Ik pleit voor menselijkheid en niet voor het invoeren van de sharia. ... Ik vroeg me af of u niet doodmoe wordt van de grenzen die u moet bewaken ...
    Er zijn enkel twee manieren om het leven te leiden. In liefde of in angst. Open of dicht. ...

Het feit dat Nazmiye Oral zelf pleit voor een open houding en liefde, vindt zij voldoende argument om de hele islam te zien als hebbende een houding van openheid en liefde. Natuurlijk vinden alle moslims dat van zichzelf, maar, zoals de beelden overduidelijk uitwijzen, van alle religies en andere levenshoudingen geldt dit voor de islam wel het minste  . En essentieel: Oral ziet zichzelf en de islam dus als een geheel.
    En zo komt Oral, volkomen van nature, er toe dat de klachten van de Nederlander die ze aanhaalt, ten onrechte zijn. Oftewel: alle klachten van de Nederlanders zijn ten onrechte en het gevolg van onterechte angst. Want de moslims zijn open, en de Nederlanders dicht ...

De derde spreker kreeg zijn podium op twee plaatsen: voorpagina en pagina 3 - we laten beide koppen even zien (de Volkskrant, 29-06-2009, van verslaggever John Wanders (voorpagina)):
  ‘Jonge moslim voelt zich hier niet welkom’

Rotterdamse PvdA-wethouder Hamit Karakus: politiek verliest greep op beter opgeleide moslims

En (de Volkskrant, 29-06-2009, van verslaggever John Wanders (pagina 3)):
  PVV versterkt gevoel van ontheemding onder allochtonen en autochtonen, stelt PvdA-wethouder

'Totaal geïntegreerd, toch afgewezen'

Interview Hamit Karakus | Rotterdam heeft een 'tweede wederopbouw' nodig om de groeiende tweedeling in de stad te stuiten.

Let op: hier wordt dus precies hetzelfde gedaan als datgene wat autochtonen verweten wordt: de groep wordt als geheel gezien. Natuurlijk is het een volstrekte leugen dat alle jonge moslims totaal geïntegreerd zijn - in tegendeel: een grote meerderheid is onvoldoende tot volstrekt onvoldoende geïntegreerd, en een deel daarvan in het geheel niet. Karakus:
  ‘Mijn kinderen snappen er niets meer van’, zegt hij in een interview met de Volkskrant. ‘Je kunt ze niet verwijten dat ze de Nederlandse taal niet spreken, dat ze de gewoonten en de cultuur niet begrijpen, dat ze niet goed opgeleid zijn. En je kunt ze al helemaal niet verwijten dat ze zich niet gedragen.

Volstrekt belachelijk ... Zijn kinderen zijn geïntegreerd, dus alle moslims.
    Volgende punt van Karakus:
  Toch hebben ook zij het gevoel dat ze nog steeds niet geaccepteerd worden. Ook zij vragen zich af of ze in dit land nog wel een toekomst hebben.’

Zo, dus de redenatie kent hij wel: als een groep mensen in je land zich gedragen op een manier die zich van je afkeert, dan gaat de andere groep zich afvragen of ze hier nog wel een toekomst hebben. Precies het soort gevoel dat de moslims met hun afwijkende en afwijzende gedrag hebben veroorzaakt, en dat heeft geleid tot het huidige aantal PVV-stemmers.
    Ook weet Karakus wel waar de Rotterdamse onvrede vandaan komt (tussendoor meldt de Volkskrant: van de Rotterdamse bevolking heeft inmiddels bijna de helft een allochtone achtergrond): 
  'Ik snap de onzekerheid van autochtone Rotterdammers die zich niet langer thuis voelen in hun eigen stad. Maar de realiteit is wel dat Rotterdam nooit meer het Rotterdam van twintig, dertig jaar geleden zal worden

 En in de praktijk betekent dat voor Karakus:
  'Tegen de allochtone Rotterdammers zeg ik: deze stad is ook van u, maar als u gastheer in Rotterdam wilt zijn

Oftewel: autochtone Rotterdammers ziet hij nu al als gasten in hun eigen stad. En dan komt er wat in dit licht niet anders dat propaganda voor Wilders kan zijn:
  De PvdA ging te vaak krampachtig mee in het verhaal van Wilders, stelt Karakus. Dat moet in de aanloop naar de raadsverkiezingen van 3 maart 2010 anders, vindt hij. ‘Wij moeten inzichtelijk maken hoe de Nederlandse samenleving er onder Wilders zou uitzien. We moeten de kiezers wakker schudden.’

Het is dus, gezien vanuit autochtone ogen, alleen Wilders die kan voorkomen dat allochtonen de stad Rotterdam overnemen. Tja ...
    En om dit allemaal te verantwoorden, aan het einde van het tweede artikel nog een paar leugens:
  U houdt Wilders verantwoordelijk voor de radicalisering onder Nederlandse moslimjongeren?
'Hij is op zijn minst medeverantwoordelijk. Wilders voedt immers niet alleen de angst van autochtonen, maar ook die van allochtonen. En als mensen bang worden vallen ze terug op hun eigen groep. Ze zijn dan ontvankelijk voor de boodschap dat ze zekerheid moeten zoeken bij de tradities van hun voorouders, bij het geloof. Ik zie hoe de boodschap van radicale moslims aanslaat een nog kleine, maar groeiende groep allochtone jongeren.

Een leugen want het is precies andersom: het is het gaan dragen van hoofddoeken en andere toenemende neiging tot islam bij de jeugd die de aanzet heeft gegeven tot de steun aan Wilders. Dit proces  was al aan de gang ruim voor de opkomst van Wilders (10 jaar terug waren er nauwelijks hoofddoeken, 15 jaar terug geen).
    Zijn conclusie:
  'Zo ontstaan twee groter wordende groepen die zich beide niet meer thuis voelen in hun eigen stad, die bang zijn voor wat de toekomst zal brengen en die meer met elkaar verder willen. Dat kan gemakkelijk tot conflicten leiden. Heel zorgwekkend.'

En dat is volkomen waar.

We hebben drie intellectuele, geslaagde, en naar eigen zeggen volkomen geïntegreerde moslims gehoord naar aanleiding van de verdere opkomst van Wilders. En geen daarvan heeft ook maar een greintje begrip getoond voor waar de opkomst vandaan komt. Misschien is het ook wel moeilijk, omdat die opkomst gaat over de islam zelf. wat de aanhangers van Wilders voorla willen, is minder islam zien. Minder islam is nog mooier, maar minder islam zien is ook al best. En hoe intellectueel, geslaagd en geïntegreerd deze moslims ook zijn, het offer van een niet-zichtbare islam is hun kennelijk te groot. En gezien het grote belang dat ze in feite hebben: veel en veel te groot. 

Ter contrast, wat er wel gedaan had moeten worden, nu speciaal, maar al veel en veel eerder (de Volkskrant, 04-07-2009, door Siem van 't Oever, politicoloog en werkzaam bij de gemeente Amsterdam.
  Laat Dibi de islam bekritiseren

Het Kamerlid Tofik Dibi had zijn open brief niet moeten richten aan de PVV maar aan zijn medemoslims, vindt Siem van 't Oever

Tofik Dibi baalt als een stekker van al die PVV-stemmers en heeft er bezwaar tegen dat de PVV alle moslims over één kam scheert, namelijk die van de radicale islam. In feite richt hij zich hiermee op het gevolg van het probleem en niet op de oorzaak. Ja, wat de PVV voorstelt kan niet door de beugel. Moslims wegsturen omdat ze een misdrijf plegen of omdat ze de sharia of de jihad aanhangen, is een maatregel waarmee de partij zich buiten de democratische rechtstaat plaatst. Maar de leer van de islam zet schreden die veel verder gaan. En dan bedoel ik niet alleen de sharia of de jihad en de ongelijke positie van vrouwen, maar ook – om nog maar één voorbeeld te noemen – het Korangebod bevolkingsgroepen die de islam niet aanhangen de dood in te jagen.
    Vaak wordt hier tegenover gesteld dat er zoveel verschillende groepen islamieten zijn en zoveel verschillende opvattingen over de islam. Dibi heeft er bezwaar tegen dat Wilders alle moslims opsluit in één interpretatie van de Koran, namelijk die van de radicale islam. Hij voegt eraan toe dat het Sociaal en Cultureel Planbureau heeft onderzocht dat Nederlandse moslims die al langer in Nederland wonen, die een hoge opleiding hebben en een betaalde baan, kritisch zijn op de precieze teksten in de Koran.
    Maar dit is nu juist de kern van het probleem. We horen geen korankritiek van deze groep moslims. En in reactie op kritiek van niet islamieten op de islam, is van die zogenaamde verscheidenheid van de islamgemeenschap weinig over. Kritiek op, en het afwijzen van delen van, de leer uit de Koran door gelovigen lijkt nauwelijks mogelijk. De geloofsgemeenschap van islamieten (de ummah) is bij velen die zich tot die ummah rekenen onomstreden en vormt één van de essenties waarom het ter discussie stellen van onderdelen van de islam door islamieten zelf niet van de grond komt. Waar blijft die actiegroep van moslims die strijdt tegen de op de islam gebaseerde apartheidsstaat Saoedi-Arabië? Waar blijven die moslimbewegingen in Nederland die zich niet beperken tot het verdedigen van moslims in Nederland, maar die zware kritiek uitoefenen op de Koran, imams en gewone gelovigen die zich in woord en daad op de Koran baseren?
    In feite is er geen onderscheid tussen een radicale en vrijzinnige islam zolang niet een aantal essentiële elementen van de islam worden afgewezen. Voor het gemak geef ik Dibi hier drie elementen waaruit geloofskritiek op de eigen islam zou moeten bestaan.
    1. De leer: Wilders wilde een groot deel van de Koran de prullenbak in mieteren, ... vanwege onder andere de totalitaire denkbeelden die erin zouden staan. Sommige aanhangers van de islam en anderen daarentegen betogen dat de islam een geloof is van liefde en opkomen voor zwakkeren. Maar zolang er passages in de Koran staan die ongelijkheid prediken en aanzetten tot terreur, zijn de passages over bloemetjes en bijtjes van generlei waarde. ... Maar binnen de islam zou een beweging op gang moeten komen die een aantal essentiële elementen, waaronder de doodsbedreigingen aan niet islamieten, de ummah, de ongelijke positie van vrouwen ronduit moeten worden afgewezen.
    2. De profeet: het leven van de profeet is voor veel islamieten een voorbeeld. Maar naast het voorbeeldige gedrag dat hij ten toon heeft gesteld in de tijd dat hij de Koran schreef, was hij ook een krijgsheer en deed hij het met jonge meisjes. De profeet mag en kan nooit een voorbeeld zijn in deze tijd en zijn handelen zal op essentiële elementen ter discussie moeten worden gesteld, binnen de islamitische gemeenschap door islamieten.
    3. De praktijk: de Koran bestaat uit veel regels en geboden die islamieten worden geacht na te leven. Dit betekent automatisch ook dat intolerante denkbeelden uit de heilige schrift in het dagelijks leven in het publieke domein tot uiting komen. Dan kan het gaan over mensen met een islamitische achtergrond die homo’s, joden of niet islamitisch geklede vrouwen lastig vallen. Maar ook over islamitische mannen die wel met niet islamitische vrouwen mogen omgaan, uitgaan en trouwen, terwijl islamitische meisjes dit niet mogen. Binnen menig islamitisch gezin krijgen kinderen op de islam geïnspireerde overtuigingen mee over de man-vrouwverhouding, geweld en andersgelovigen die aan dit gedrag ten grondslag liggen. Deze manier van opvoeden zal structureel op de schop moeten.   ...

En hiermee is volkomen duidelijk hoe ernstig de drie geciteerde moslims in gebreke blijven. Maar eigenlijk ook hoe moeilijk de situatie is, want het is nauwelijks voorstelbaar dat ook maar de minste significant portie van de moslims tot het gevraagde in staat zou zijn.

Ten overvloede nog eens een bevestiging van een hele groep (de Volkskrant, 06-07-2009, door Harry Polak, Karima Belhaj, Hadassa Hlrschfeld, Debby Abram-Uijenkruijer, Mohamed Rabbae, Sabi el Moussaoui, Mohammed Sadek van het Joods-Marokkaans Netwerk Amsterdam):
  Geintegreerde moslims reiken de hand

Moslims die de vrijheid van religie hebben leren kennen, laten de islam niet kapen door fundamentalisten, zegt het Joods Marokkaans Netwerk Amsterdam.

\Laten we deze titel eens serieus nemen, en eerst maar eens kijken wat deze moslims wél te bieden hebben:
  ... Maar er zijn jongeren van Marokkaanse komaf die wel de fout in gaan, dat wordt al jaren van links tot rechts erkend, niet in de laatste plaats door Marokkanen zelf. Die jongeren zijn daarin niet uniek, ook Antilliaanse en autochtone jongeren gaan in de fout. Het is bovendien de vraag in hoeverre de Marokkaanse jongeren die veelvuldig met de politie in aanraking komen echte moslims zijn; de meesten willen geen stap meer in de moskee zetten.   ...
    Er ontstaat er een steeds grotere groep moslims - dat geldt ook voor de moskeebezoekers - die gewoon geïntegreerd zijn en op dezelfde wijze aan de Nederlandse samenleving deelneemt als niet-islamitische Nederlanders. Ons advies: wees niet bang voor de hoofddoek. Neem hem voor lief, net als de keppel, als uiting van religieuze identiteit. Geïntegreerde moslims reiken voortdurend de hand aan andere Nederlanders, ook aan PVV-stemmers, zoals blijkt uit de bijdragen van Ahmed Marcouch aan het publieke debat.    ...

Dit is letterlijk alles aan de aanbod kant. Laten we het eens doornemen: "Er wordt 'al jaren van links tot rechts erkend' dat jongeren van Marokkaanse komaf de fout in gaan."
    Een aperte leugen.
    Nog geen jaar geleden toen misstanden in Gouda-Oosterwei in het nieuws kwamen, was er binnen een paar dagen een groot links/allochtoons oproer over "stigmatisering".
    Ook Antilliaanse jongeren gaan in de fout".
    Klopt.
    Ook die onderscheiden zich door hoge percentages in de criminaliteit. Maart dit doet niets af aan de Marokkaanse bijdrage.
    Ook autochtone jongeren gaan in de fout".
    Een aperte leugen.
    Er zijn natuurlijk wel autochtone jongeren die in de fout gaan, maar dit gaat allemaal over percentages: hoeveel van de Marokkanen en autochtonen gaat in de fout? Dat percentage is voor Marokkanen iets als vier keer zo groot  .
    "Er ontstaat er een steeds grotere groep moslims ... die gewoon geïntegreerd zijn ...".
    Een aperte leugen, op het straatbeeld afgaande: er lopen steeds meer baardige mannen en vrouwen in hoofddoeken en grote zwarte wikkelkleding rond. De meisjes gaan steeds meer en steeds jonger hoofddoeken dragen.
    "Geïntegreerde moslims reiken voortdurend de hand".
    Een aperte leugen, op hun uitspraken en houding op de televisie afgaande: ze willen al maar meer van hun islam in Nederland (politie met hoofddoek, koranles op school), en ze willen totaal niet naar andersdenkenden luisteren, zie de reeks uitzendingen te vinden hier  .
    '... zoals blijkt uit de bijdragen van Ahmed Marcouch aan het publieke debat."
    Een aperte leugen. Ahmed Marcouch is de man van de voorstellen voor politie met hoofddoek en koranles op school.
    Hier hebben we dus de hand die de geïntegreerde moslim naar de autochtone Nederlander reikt: een hand gevuld met leugens om het achtergebleven gedrag van hun groep niet te hoeven toegeven. Het achterblijven van de lagergeschoolden middels overlast en criminaliteit, en van de hoger geschoolden middels culturele en religieuze arrogantie en wens tot dominantie.
    Het geciteerde deel is iets minder dan een kwart van het artikel. Wat staat er dan in de rest? Nou, dat is de bekende litanie jegens Wilders.
   Dus driekwart anti-Wilders litanie, en één kwart zichtbare leugens over gematigdheid. En daarmee wil men de Nederlanders overtuigen de volgende keer niet of minder op Wilders te stemmen. Het echte effect lijkt precies omgekeerd te zullen zijn.
    Hoe kunnen mensen die zichzelf ongetwijfeld enigszins verstandig achten zulke domme schrijven? Het antwoord is simpel: ideologie en gebrek aan tegenspraak. Zowel betrokken Joden als Marokkanen lijden ongetwijfeld ieder apart al heftig aan het "immigranten zijn goed" syndroom - wat ze al bijna totaal ongevoelig maakt voor tegenspraak. En dan gaan ze ook nog bij elkaar zitten ...
    Tja.
    Maar even terug naar het motto van deze verzameling: de afkeer. Dat wil zeggen: de afkeer van onze Westerse waarden en cultuur. Die komt verder door met iedere gepleegde leugen, maar is ook nog eens een keer samengevat in de tussentitel: 'Kan Wilders verlangen dat moslims hun Koran en religie afzweren?' Nou, dat kan niet alleen Wilders verlangen, maar dat verlangt de hele Nederlandse maatschappij. Niet de hele koran, maar die delen genoemd door Van 't Oever (dezelfde als van Wilders, overigens) zijn mooi om mee te beginnen. En uit alles blijkt dat moslims daar niet aan dénken: wat is hun aanbod: een oproep om niet bang te zijn voor de hoofddoek. Wat had het aanbod moeten zijn: een oproep aan de mede-moslims om niet bang te zijn om te lopen zónder hoofddoek!
    Waarmee alle mooie praatjes over geïntegreerd zijn te kijk staan als evenzovele leugens. Dat geïntegreerd-zijn is niets meer dan tevreden zijn over een redelijk tot goed gevulde beurs - een verzorgd natje en droogje in een maatschappij waar ze verder nauwelijks tot niets mee hebben. Iets waarvan ze zich jaarlijks in Marokko gaan overtuigen. En iets dat onmiddellijk naar buiten komt met ieder puntje van gerechtvaardigde kritiek op het gedrag van (delen van) hun groep, en met iedere stem op een partij die wil dat ze wel iets aan integratie gaan doen.

De schok van "Wilders" is weer wat weggeëbd, en de werkelijkheid komt weer bovendrijven (Volkskrant weblog, 30-09-2009, door Funda Müjde):
  Suna of Sonja?

‘Sonja hoe?’ Ik schud de hand van een prachtige vrouw, midden dertig, met donker haar en donkere ogen. Het zal wel door mijn preoccupatie komen, maar weer begrijp ik haar naam niet helemaal. Ik hoor het toch echt; ze zegt Sonja maar daar achteraan komt een onmiskenbaar Turks klinkende achternaam.
    ‘Aha, natuurlijk, ze heeft vast een Nederlandse moeder en een Turkse vader’, bedenk ik, maar ik vraag het niet.   ...
    Toen ik zwanger was en fantaseerde over namen voor mijn ongeboren kind, kwamen er geen typische Nederlandse namen in mij op. De vader van mijn kinderen is een Turkse man. Is dat de reden dat ik mijn beide kinderen Turkse namen heb gegeven? ...
    Als mijn huidige, Nederlandse lief en ik samen kinderen hadden gekregen, had ik ze evengoed geen pure Nederlandse namen gegeven vrees ik.
    Namen voor je kinderen uitzoeken is een serieuze bezigheid. Je kind moet daar jaren mee doen. Je hoopt dat het kind bij de naam zal passen maar ook bij jou, je cultuur, je omgeving en sommigen kiezen voor hun religieuze achtergrond. ...
    ... Turken en Marokkanen die hun kind Gerrit noemen ben ik nog niet tegengekomen. ...

Heel terecht constateert Müjde dat de naam zal passen naar '... je cultuur, je omgeving en ... religieuze achtergrond.'
    En tegelijkertijd constateert ze dat: 'Turken en Marokkanen die hun kind Gerrit noemen ben ik nog niet tegengekomen.'
    En volstrekt volgens de regels der logica volgt hieruit dat ze Turken en Marokkanen die passen bij de Nederlandse cultuur nog niet is tegengekomen.

Weer eentje van Nazmiye Oral, die vrouw die zoveel pijn en slachtofferschap ziet in de moslimgemeenschap, in haar geval voornamelijk de Turkse, natuurlijk (racisten blijven we) (de Volkskrant, 02-11-2009, column door Nazmiye Oral):
  Een beweging van slachtoffers

Vandaag is het alweer vijf jaar geleden dat Theo van Gogh werd vermoord. Nog steeds waart de angst rond, nu dieper weggeborgen, gestaafd met feiten, onherkenbaar vermomd. We zijn niet meer bang, we willen een ander Nederland. Het recht om onszelf te zijn. Het recht op onze eigen gewoontes, eigen cultuur.   ...
    Opeens werd iedereen bang, want ja, hoeveel meer bewijs heb je nodig om te weten wat er met je zal gebeuren als je iets zegt wat hen, ‘de moslims’, niet bevalt. En filmpjes maken was er ook al niet meer bij. Kijk maar naar wat er met Ayaan is gebeurd.
    Voor Geert Wilders was zijn kruistocht onomkeerbaar op het moment dat hij op 2 november bij wijze van spreken van zijn bed werd gelicht en nooit meer naar huis is teruggekeerd.   ...
    Feit is dat ik Van Gogh bij zijn leven nooit als slachtoffer heb ervaren en ik Wilders continu als slachtoffer ervaar. Wilders’ partij wordt extreem-rechts en staatsgevaarlijk genoemd en meneer gilt op hoge poten dat iedereen ‘knettergek’ is geworden. Door hem te kwalificeren als extreem-rechts wordt wederom zijn veiligheid bedreigd, vindt hij. Want: ‘Kwalijk is bovendien dat juist hun onzinnige kwalificaties mensen zouden kunnen aanzetten tot geweld tegen mij’. En dit is een man die een film maakte over de islam om aan te tonen hoe gevaarlijk en achterlijk hij is, zonder acht te slaan op de gevolgen die dat eventueel voor moslims zou kunnen hebben? Om maar te zwijgen over al zijn andere opvattingen, voorstellen, overtuigingen.    ...

Tja, natuurlijk is het onterecht dat mensen bang worden van de een aanslag door moslims, en dat ze bang blijven omdat de reeks aanslagen en pogingen maar doorgaat  . Oral vindt die angst volkomen onterecht. Zij is tenslotte moslim, en zij is vredelievend, dus moslims zijn vredelievende mensen. Toch...? En een aanslagje hier of daar  ... een kniesoor die daar op let.
    En Wilders moet niet zo gillen over dat rapport, want aanslagen zijn wel een kleinigheid, maar daar aan herinneren is een halsmisdaad - dan ben je extreem-rechts, als je aan de aanslagen gepleegd door moslims herinnert:
  Zo veel stampij om een wetenschappelijk rapport waarin het beestje bij de naam wordt genoemd.

    Natuurlijk zijn allen die ook die angst te gevolge van aanslagen voelen zeer slechte mensen. Want Turkse vrouwen die bang zijn, die zijn wel meelijwekkend en zielig, maar autochtone vrouwen (en mannen) die bang zijn, dat zijn volkomen domme stumpers die serieus beter zouden moeten weten:
  Wilders is een schimmel die parasiteert op onze angst. .... Voor zijn achterban hoeft hij alleen maar bewijzen te verzamelen. Bewijzen voor de bedreiging, voor het onrecht dat hen wordt aangedaan. Bewijzen dat zij beter zijn dan de vijand. Bewijzen dat ze weldra worden overgenomen en voorgoed zullen veranderen in iets wat ze niet willen zijn. De overheid laat hen in de steek maar zo niet Geert. Bij hem kunt u terecht met al uw onvrede.
    De PVV is een beweging van slachtoffers. En zoals alle slachtoffers zijn ze er heilig van overtuigd dat ze het recht aan hun zijde hebben, dat ze recht hebben op compensatie en dat ze die compensatie zelf zullen moeten pakken.

Maar gelukkig zijn er ook positieve ontwikkelingen te melden:
  Heeft de afschuwelijke dood van Van Gogh dan niets goeds gebracht? O ja, zeker wel. Wellicht van een hele onverwachte kant. Ten tijde van de moord toerde ik door het land met een destijds controversieel stuk, De Gesluierde Monologen, dat nu niet meer controversieel te noemen is. Dat zegt al veel. We hebben ook in moskeeën, vrouwenhuizen en roc’s gespeeld. Eerst namen mensen vanuit de moslimcultuur er nog aanstoot aan, in drie jaar tijd heb ik dat zien verschuiven. En ook in alle buurtcentra, vrouwenhuizen, mannencentra waar ik tegenwoordig veel kom en werk, zie ik een nieuwe houding bij de moslims: zelfreflectie.

Dit is het positieve: de van origine al volkomen gelijkwaardige moslimbevolking van ons land heeft een nieuwe stap gezet: ze ontwikkelt zich naar zelfreflectie. Dus van gelijkwaardigheid is men nu al gekomen tot het stadium van verhevenheid. De moslim - het ideaal waarnaar wij allen kunnen opkijken.
    Hoeveel afkeer en haat moet je koesteren om dit soort reli-racistische onzin te kunnen opschrijven ...?
 
Het verschijnsel is er natuurlijk overval waar er zich groepen van zich-niet-gedragende immigranten bevinden. Zich-niet-gedragende immigranten zijn nergens populair, en bij het zich-niet-gedragen behoort dat ze dat heel vreemd vinden (de Volkskrant, 25-02-2010, van correspondent Ariejan Korteweg):
  'We willen ons een dag niet laten zien'

Interview Nadia Lamarkbi | Maghrebijnse Bourguignonne laat Frankrijk zien wat het land zonder immigranten zou zijn.

De directe aanleiding dat Nadia Lamarkbi (35) van de ene dag op de andere een actievoerster werd, was een opmerking van de Franse minister van Binnenlandse Zaken. ‘Zolang het er bij één blijft is er niks aan de hand’, had Brice Hortefeux gezegd tegen een jongere van Maghrebijnse afkomst op een zomerbijeenkomst van regeringspartij UMP; ‘pas als jullie met velen zijn, komen de problemen.’
    ‘Dat is zeer onfatsoenlijk. En al helemaal voor iemand die in de regering zit’, zegt Lamarkbi. En al was het de zoveelste variant in steeds hetzelfde genre, ze besloot het er dit keer niet bij te laten zitten. Een oproep op Facebook deed de rest. Op de vraag of het een goed idee zou zijn een dag zonder immigranten te organiseren, kwamen duizenden reacties. Na één geïmproviseerde vergadering in Lamarkbi’s huiskamer was het collectief 24h sans nous geboren (‘een etmaal zonder ons’). ...
    Maandag 1 maart moet de eerste Journee sans immigrés worden – Frankrijks eerste dag zonder immigranten. Alle immigranten, en iedereen die zich solidair met hen voelt, worden opgeroepen die dag niet deel te nemen aan het economisch verkeer ...
    ‘We willen onze aanwezigheid laten voelen, juist door ons een dag onzichtbaar te maken’, vertelt Lamarkbi. ‘Dit heeft niets met politiek te maken. Links en rechts maken zich even hard schuldig aan discriminatie; ze behoren tot dezelfde politieke klasse. We willen ons niet laten gebruiken als politiek instrument. Het is puur een burgerinitiatief, gedragen door mensen die vaak nog nooit politiek actief zijn geweest. Met deze dag willen we tot directe actie aanzetten. Wie meedoet, stelt een individuele daad. Maar als dat er veel zijn, heb je een collectief effect.’
    ... Zelf werd ze in de Bourgogne geboren, als dochter van Marokkaanse ouders. ‘Maar als ik zeg dat ik Bourguignonne ben, kijken mensen me vreemd aan. Men zal me altijd als een Maghrebiënne beschouwen, gewoon door hoe ik er uitzie. Dan word je toch als een soort slachtoffer beschouwd. Terwijl ik echt geen broer heb die me slaat, en mijn ouders alles hebben gedaan om me te laten studeren.’
    Noord- en West-Afrikanen blijken volgens Lamarkbi het gevoeligst voor het initiatief. ‘Ik geloof niet dat de discriminatie erger is dan een paar jaar geleden. Maar jongeren van de tweede en derde generatie zijn vaak hoog opgeleid. Ze krijgen andere toekomstverwachtingen en lopen vervolgens met hun hoofd tegen een muur van vooroordelen.’

Even wat leugens afvinken: vergeleken met het gedrag van deze groepen immigranten, zie de opstanden in de banlieus, is de hoeveelheid discriminatie marginaal. En dat er steeds meer wat hoger opgeleiden komen, bewijst dat alleen maar. Allemaal mensen die hartstikke dankvaar zouden moeten zijn dat ze in weerwil van het wangedrag van hun groepsgenoten de kans krijgen om iets te doen dat ze in hun geboorteland nauwelijks of niet aan toe zouden komen. En dat háár vader haar niet slaat, zegt absoluut helemaal niets over de sociologie van de hele groep. En als je niet wilt dat je opvalt als immigrant, moet je ervoor zorgen dat je niet opvalt als immigrant - en voor wie er anders uitziet, is daarvoor maar één enkele oplossing: naar ergens gaan waar je er niet anders uitziet. Wie niet wil opvallen, moet niet als Europeaan in China gaan wonen.
     Zoals al gezegd: het geldt voor overal waar zich niet-gedragende immigranten bevinden:
  Het initiatief slaat elders in Europa aan. Ook in Griekenland en Spanje wordt opgeroepen tot een Dag zonder immigranten, het idee voor de gele linten komt zelfs uit Italië. Een groep Duitsers van Turkse origine kwam vorige week kijken hoe de Fransen hun actie organiseren. Rotterdammers en Amsterdammers melden zich op 1 maart in Parijs om inspiratie op te doen.

Wat je van dit soortacties vol afkeer kan verwachten is duidelijk: meer afkeer van autochtone kant. Dit zal vrijwel zeker niet gebeuren:
  We hopen dat mensen anders naar elkaar gaan kijken. En dat iedereen dan inziet dat Frankrijk een land van vele kleuren is.’

Klopt; de Franse kleuren van rood, wit en blauw, en de importkleur van zwart.

Een stuk van een nieuwe allochtoon, met natuurlijk nieuwe verwijten (de Volkskrant, 11-03-2010, door Mohammed Belhaj
  Perspectief van een Marokkaan

Sinds ik in Amsterdam ben komen wonen heb ik problemen met mijn persoonlijke ontwikkeling. De oorzaak hiervan is dat men mij niet meer als individu ziet. Ik word bekeken vanuit het perspectief ´Hij is een Marokkaan dus...´ ...
    Wat dacht u bijvoorbeeld bij het lezen van de titel van dit stuk? Marokkanen zijn mensen uit Marokko net als Finnen mensen uit Finland zijn. Het woord Marokkaan is alleen al te vaak door het slijk gehaald dat het aanduiden van iemand met deze term lijkt te betekenen dat hij besmet is met een virus dat er voor zorgt dat hij strafbare feiten pleegt. Ik durf de stelling aan dat er in het taalgebruik nog maar weinig discrepantie bestaat tussen het woord Marokkaan en het woord crimineel. ...

Dat klopt. Dat komt door de overdaad van Marokkanen in Opspring verzocht op televisie, en op overvallersgezocht.nl op het internet  . Plus de talloze reportages over overlast, belaagde journalisten in Marokkanen-wijken enzovoort. Generaliseren is een natuurlijke neiging van de mens, en de overige Marokkanen hebben gewoon pech - dezelfde pech als degenen die totaal geen neiging heeft tot racen in de straat, en toch over de verkeersdrempels moeten hobbelen. Een pech die ze maar op één manier kunnen ontlopen: door te vertrekken.
  Een Marokkaan die meedraait in de maatschappij dient zich te verantwoorden waarom hij niet voor het criminele pad heeft gekozen. Wat heeft er toe geleid dat hij resistent is geworden voor de verleidingen van een crimineel bestaan?

Onzin natuurlijk. Niemand vraagt je waarom je niet crimineel bent. Dit is gewoon fantasie georen vanuit afkeer. Afkeer van Belhaj vanwege het feit dat hij als Marokkaan in één groep zit met de criminelen. Maar wie hebben dat gedaan? Niet de criminelen:
  Men zegt dan vaak dat het om een vernederlandste Marokkaan gaat. Pardon, een vernederlandste Marokkaan? Het woord Nederland ombouwen tot een bijvoeglijk naamwoord om een Marokkaan te kunnen duiden die geen crimineel bestaan leidt, dan moet je toch wel heel chauvinistisch zijn.

Vernederlandste Marokkaan? Nooit van gehoord die uitdrukking. Nog meer fantasie.
  Een ander heikel punt is: ‘De Marokkaanse gemeenschap’.
    Wat is dat eigenlijk? Na enig speurwerk ben ik er achter gekomen dat men dan doelt op samenwerkingsverbanden van Marokkaanse belangenorganisaties. In de vorm van een gemeenschap proberen zij de maatschappelijke positie van Marokkanen in Nederland te verbeteren. Men heeft het dan vaak over thema’s als criminaliteit, schooluitval en eigenlijk alle andere maatschappelijke problemen zo lang ze maar te relateren zijn aan Marokkanen.

Onzin. Met Marokkaanse gemeenschap wordt al het gezamenlijk Marokkaanse bedoeld: theehuizen, winkels, moskeeën, clubjes en als dat andere dat uitsluitend uit Marokkanen bestaat. In welke dingen ze allemaal geheel vrijwillig zijn gaan zitten. Behalve een teken van wij-zijdenken, segregatie enzovoort, weinig mis mee, maar dat Nederlanders dit als zodanig aanduiden, kan ze dus zeker niet verweten worden. Belhaj doet het wel.    
  Het kenmerkende van deze gemeenschap is dat ze nooit echt verder komt dan het benoemen van problemen. Oplossingen voor problemen van Marokkanen in het bijzonder bestaan ook niet, tenzij je gelooft dat Marokkanen wel degelijk besmet zijn met een virus dat er voor zorgt dat ze afwijkend gedrag vertonen. Vervelend neveneffect is wel dat door telkens een maatschappelijk probleem aan Marokkanen te relateren de indruk wordt gewekt dat andere groepen binnen de samenlevingen deze problemen niet kennen. Neem bijvoorbeeld het analfabetisme onder Marokkaanse moeders. Er zijn diverse organisaties die zich hard maken om dit probleem aan te pakken. Op zich niks mis mee, maar analfabetisme beperkt zich echt niet alleen tot Marokkaanse moeders.

Tja, dat kan ook moeilijk anders bij het optreden van een niet-aflatende stroom van sociale problemen. Maar die zijn volgens Belhaj dis Nederlandse verbeelding. Mooi, want dan kunnen we al die projecten en subsidies stoppen. Inclusief de extra ondersteuning voor kinderen doe met weinig of zonder kennis van de de Nederlandse taal op de kleuterschool aankomen.
  Het is een typisch voorbeeld van ‘Jij bent een Marokkaan dus…’ Zij valt in de categorie waarvan men veronderstelt dat haar kinderen laag opgeleid zijn, sociaal economisch een zwakke positie hebben en met andere problemen worstelen die door haar analfabetisme veroorzaakt zijn.

Maar dat doet men, de multiculturalisten en allochtonenknuffelaars, om al die hoge criminaliteit te vergoelijken. Met de beste bedoelingen, hoor ...De overige Nederlanders zetten ze liever gewoon meteen uit het land.
   Ik kan u vertellen dat geen van deze beweringen juist is. Want heeft er al eens iemand over nagedacht dat analfabetisme van ouders ook een positieve invloed op de ontwikkeling van het kind kan hebben. Het hebben van analfabete ouders houdt namelijk ook in dat je als kind voor je ouders de post doorneemt, brieven schrijft en tolkt bij gesprekken. Het zijn van een goede ouder valt of staat niet met analfabetisme.

Tja, hier wordt het origineel zielig. Analfabetisme komt veel voor bij Marokkanen, dus is het zo slecht nog niet. Je reinste etnische of racistische denken.
  Kan ik met recht trots zijn op mijn analfabete ouders die zich staande hebben weten te houden in een maatschappij waar ze inmiddels onterecht uitgekotst worden?

Hij draait helemaal door. Hoezo uitgekotst... Ze zijn ongetwijfeld geen enkele onheuse bejegening tegengekomen. Liederlijke overdrijving.
  Overdrijf ik door te zeggen dat iemand aanduiden met de term Marokkaan betekent dat hij besmet is met een virus?

Dat klopt weer. het virus van het zijn van iemand met sterke etnische en culturele groepsbindingen. Met een sterke loyaliteit aan die cultuur inclusief alle uitwassen - zie alhier. En met een volkomen buitenproportionele reactie op de begrijpelijke negatieve associaties die men inmiddels met die cultuur heeft.
    Maar waarom schreef Belhaj eigenlijk dit stuk:
      Ik studeer rechten aan de Universiteit van Amsterdam en tijdens het maken van het tentamen strafprocesrecht werd ik nog eens geconfronteerd met de huidige betekenis van het woord Marokkaan. In een casus werd beschreven hoe een man met een Marokkaans uiterlijk op een parkeerplaats bezig was met zijn autoradio.
    De parkeerplaats staat bij de politie bekend als ophoudplaats van voornamelijk Marokkaanse personen die vanuit de Randstad naar Maastricht komen om aldaar drugs te verhandelen. Een truc om dit te doen is dat de autoradio zogenaamd wordt vervangen, terwijl in werkelijkheid de drugs te voorschijn wordt gehaald. De man met het Marokkaanse uiterlijk maakt op de agenten een zenuwachtige indruk en bij het zien van de agenten maakt hij aanstalten om weg te lopen.
    De vraag is of de agenten bevoegd zijn de man aan te houden. In plaats van een juridische discussie ging er iets anders door mijn hoofd. Geef ik een antwoord dat geheel in de juridische lijn der verwachting ligt of geef ik een antwoord waarmee ik mezelf in elk geval niet te kort doe. Ik koos voor het laatste. Ik zette uiteen dat er genoeg feiten en omstandigheden waren om de man aan te houden maar benadrukte dat zijn Marokkaanse uiterlijk hierbij geen rol speelde.
    Ik vulde dat aan door te zeggen dat voor zover ik weet politieagenten geen extra zintuig hebben waarmee zij nationaliteiten kunnen herkennen. Tot mijn verbazing werd in het antwoordmodel aan deze nuance voorbij gegaan. Terwijl in de casus nog werd gesproken van een man met een Marokkaans uiterlijk was hij in het antwoordmodel al gepromoveerd tot een Marokkaanse man. Muggenzifterij? Nee, ik denk het niet. Tentamens worden vaak gemaakt en nagekeken door mensen die jarenlange ervaring hebben in de rechtspraktijk. Het gaat om hoogleraren, rechters en andere rechtsgeleerden. Als zij deze nuance niet leggen, wie doet het dan nog wel?

Tja, dit is al een oude. Grootwinkelier Jan Blokker kreeg er al eens een lading rotte tomaten voor over zich heen: als mijn bewaking de ervaring heeft dat de helft van de winkeldieven een kleurtje heeft, terwijl ze maar een tiende of minder van het publiek zijn, gaan mijn bewakers extra letten op mensen met een kleurtje. Dat kan je als eerlijke man met een kleurtje wel heel vervelend vinden, maar zo werkt het nu eenmaal. Dat heet met een Amerikaanse term "profiling". Zo vangen ze seriemoordenaars. En zo kan je dus ook winkeldieven vangen. En als je daarvoor kan gebruiken dat ze een kleurtje hebben, is dat pech voor de mensen met een kleurtje. Weer een verkeersdrempelskwestie.
   Maar Belhaj stikte er zowat in. En het braaksel mocht hij publiceren op de website van de Volkskrant.
 
Een wel zeer zichtbare manier van het tonen van afkeer (de Volkskrant, 22-04-2010, van verslaggever Remco Meijer):
  Huwelijksdwang: zwaardere straf

Den Haag Minister van Justitie Hirsch Ballin bereidt wetgeving voor die het mogelijk maakt bij huwelijksdwang maximaal twee jaar celstraf op te leggen in plaats van negen maanden.

De CDA-bewindsman zei dat woensdag bij de presentatie van Sofia. Verhaal van een verboden liefde van journaliste Margalith Kleijwegt. Het boek portretteert het Marokkaans-Nederlandse meisje Sofia uit Rotterdam dat met de niet-moslim Maarten wil trouwen en daarvoor van haar familie geen toestemming krijgt. Als zij toch doorzet, wordt zij verstoten.
    Eerwraak (moord of doodslag) is vaak heel zichtbaar, maar op de ‘glijdende schaal’ daarachter van ‘psychische druk, isolement, bedreiging en mishandeling’ is veel minder zicht. ...

Je reinste segregatie en wij-zij-denken - en in de terminologie van de multiculturalisten: racisme.

Een immigrant die het duidelijk ziet (de Volkskrant, 10-04-2010, door Steffie Kouters):
  Een serie gesprekken over de stand van ons land (deel 11)

'De Hollander wil ondeugend zijn, maar hij durft niet'

Vandaag: Roberto Payer, directeur van het Hilton hotel in Amsterdam ...


...    'Ik was een van de eerste gastarbeiders, maar heb me nooit gastarbeider gevoeld. Al op mijn 21ste werd ik manager van de Fietsotheek, de disco van het Hilton in Amsterdam, een van de twee uitgaansclubs in de stad. ...
    De Italiaan is geboren boven Venetië, ...

U schijnt uw pakken nooit te laten stomen. maar weg te gooien.
... Toen de jonge Roberto manager werd van de Fietsotheek kreeg hij al snel een halve woning in de Jordaan aangeboden. 'Fantastisch, zoals de Jordanezen me opvingen. Het leek een samenleving zoals in Italië. Mensen uitnodigen in de keuken. Ik deed de ramen open en ik hoorde opera.'

Klein-Italië.
'Ja, maar je had er de vrijheid van een Nederlander. Ik sprak redelijk Engels, maar ik merkte dat de Nederlanders na twee minuten Engels toch overschakelden op hun eigen taal met hun vrienden. Op de PC Hooftstraat heb ik Nederlandse les genomen; bij mevrouw Mazzoleni. Ik zal haar nooit vergeten. Vanaf toen kon ik hier praten, communiceren.
    'Veel migranten voelen onmacht omdat ze niet worden begrepen. Dat leidt tot een  minderwaardigheidscomplex, opgekropte agressiviteit, ageren tegen Nederland. Ik vind dat ze naar zichzelf moeten kijken.'

U zegt: migranten moeten Nederlands leren.
'Dat is een must. Dat was een van de grootste fouten van de PvdA, de partij waarvan ik heel veel houd: te accepteren dat migranten de taal niet leerden. Je bent gast in een land. En je kunt alleen verwachten opgenomen te worden in een land als je snapt waar het in zo'n maatschappij over gaat. Hoe kun je een samenleving doorgronden als je de taal niet kent?
    'Ik woon in Nederland in een seculiere omgeving en ik wil opgevoed worden in de Nederlandse mentaliteit. Ik ben katholiek. Maar ik probeer mijn waarden te vinden, binnen de samenleving, zonder anderen voor het hoofd te stoten.
    'Italië is katholiek, Nederland is calvinistisch. Ik weet dat bepaalde uiterlijkheden in Nederland niet worden gewaardeerd en houd daarmee rekening.'   ...

Maar de allochtone immigrant houdt geen rekening met de Nederlander, voelen zich onterecht niet begrepen, en 'Dat leidt tot een minderwaardigheidscomplex, opgekropte agressiviteit, ageren tegen Nederland.'

Een van de vormen van  die 'opgekropte agressiviteit, ageren tegen Nederland' is het proces tegen Geert Wilders. Iets waar moslims universeel achter staan (de Volkskrant, 06-05-2010, van verslaggevers Annieke Kranenberg en Remco Meijer):
  'Arabist in proces-Wilders is niet onpartijdig'

Tussentitel: Dit is volkomen bezopen. Kennelijk willen ze Wilders het recht op een deskudige ontzeggen. Hans Jansen, arabist

Arabist Hans Jansen, die vandaag in het proces tegen Geert Wilders als deskundige op verzoek van de PVV-leider wordt gehoord , is niet onafhankelijk en onpartijdig. Jansen heeft opgeroepen geld in te zamelen voor de verdediging van Wilders die terechtstaat wegens aanzetten tot haat en discriminatie. Daarmee is de arabist gediskwalificeerd als ‘deskundige in strafzaken’, die volgens de wet onpartijdig moet zijn.
     Dit stellen de advocaten Michiel Pestman en Ties Prakken – die in het proces optreden namens een aantal ‘benadeelde partijen’ – in een brief aan de rechtbank in Amsterdam. ...
     De rol van de benadeelde partijen – zoals Nederland Bekent Kleur, het Landelijk Beraad Marokkanen en andere organisaties en individuen – is evenwel beperkt. ... Ze moeten kunnen aantonen dat Wilders hen ernstig leed heeft berokkend met zijn anti-moslim- en -allochtonenuitlatingen.
    Een van de individuen die zich als benadeelde partij heeft gevoegd, is Aissa Zanzen (32), nauw verbonden aan de Unie van Marokkaanse Moskeeën in Amsterdam, ...

Kortom: de hele gemeenschap van moslims. Ze hebben inmiddels ook geleerd hoe ze sociaal gewenst moeten liegen:
  ... maar handelend op persoonlijke titel. ‘We willen niet het risico nemen dat de PVV-aanhang moskeeën gaat haten. We willen juist deëscaleren. Wilders hoeft van mij ook geen straf te krijgen.

Net als cabaretière Nilgün Yerli die GeertWilders rozen wilde sturen, "als teken van liefde" - het was natuurlijk, middels het proces van omkering, een van de sterkere uitingsvormen van afkeer en haat. Wat deze dame eigenlijk ook al meteen toegeeft:
  Ik wil alleen dat de rechter een grens trekt: tot hier en niet verder. Zo veel Marokkaanse Nederlanders zijn bang van Wilders’

Tja, beledigen is iets dat voorbehouden is aan moslims, die er hun hobby van maken onder andere in de koran  .

Een voorbeeld dat we nog niet gehad hadden: de creoolse afkeer (de Volkskrant, 20-05-2010, door Michael Tedja, schilder, schrijver, curator):
  Bezieling van de kunstenaar komt uit de culturen waarop we neerzien

We kennen allemaal de verhalen van de grootmeesters uit de westerse kunst die, in hun ogen, naïeve continenten afreisden op zoek naar nieuwe beelden. De artistieke ontdekkingsreizigers reisden continenten af en namen mee wat zij geschikt vonden, om die gevonden taal vervolgens te gebruiken of hergebruiken in het Westen.
    Die toevoeging, die schaamteloze verrijking bracht bij de betrokkenen geen enkele wroeging teweeg. Men zag het toentertijd zelfs als zijn goed recht. Picasso is hier een lichtend voorbeeld van. Zijn gevleugelde uitspraak was: ‘Ik zoek niet, ik vind.’
    Tegenwoordig zijn het documentairemakers als Abdelkader Benali en Jan Mulder die Afrika bezoeken onder het mom van objectieve berichtgeving. ...
    Een ieder die serieus nadenkt over beeldvorming probeert door het stellen van zulke indringende vragen een beeld te krijgen van het onvoorstelbare, en is vanwege die bijna onmogelijke zoektocht per definitie verbonden aan de geesteswerelden van mensen die op andere continenten leven dan waar de financiële machtscentra zijn. De culturen die zich op de achtergrond bewegen zijn het pulserende hart van de zielloze consumptiemaatschappijen. Ze houden ze levend.

En nog een creool - aanleiding voor de Volkskrant om dit te publiceren is de kabinetsformatie tussen VVD, CDA en PVV (de Volkskrant, 12-08-2010, door Ellin Robles):
  Polderende migrant raakt ontheemd

Integratie in een nieuwe samenleving is een ingewikkeld proces. Goed de taal spreken! Oude tradities kennen: pakjesavond, surprises, rijmgedichten. De verjaardagsvisite: in bijzijn van gasten het cadeau opendoen en enthousiast roepen hoe fantastisch het is.    ...

Tjonge...
    Al deze afschuwelijke zaken kan Ellin Robles zeer simpel ontlopen door terug te gaan naar Suriname, waar gewoontes heersen waar ze geen afkeer van heeft.
  De code van de verjaardag is nog wel uit te leggen aan een nieuwkomer. Pijnlijk wordt het als ik, een migrant die 32 jaar actief participeert in mijn nieuwe land, hoegenaamd niets begrijp van het verloop van de formatie.

Dat actief participeren bestaat voor een belangrijk deel uit eigen-cultuur-promotie  .
  Ik heb, tegen mijn natuur in, mijn halve leven geploeterd om oeverloos in dialoog te blijven, te polderen en mijn lichaamstaal te verbergen omdat dit in Nederland effectief is om je doelen te bereiken.

Nog meer afkeer en redenen om te vertrekken.
  Laaggeletterde moslims zijn lekker op vakantie geweest naar hun armoedige geboortegrond. Bepakt met cadeaus van de Dappermarkt waarmee zij bewijzen hoe geslaagd zij in Europa zijn. ...
    De ramadan is nabij en daarmee het gekoketteer van moslims met hun vroomheid.

Als Surinamer staat het je natuurlijk ook vrij om je uit te laten over moslims op een manier die   voor Nederlanders, blanken, verboden is. Zou Geert Wilders dit zeggen, stond hij vandaag nog voor de rechter.
  Vasten voor en bidden tot Allah, die hen helaas niet zal behoeden voor de haat van Wilders.

Wat je natuurlijk verhult door Wilders de schuld te geven van de haat die je als allochtone groep voelt voor Nederland. Tussen twee haakjes: Ellin Robles heeft of had een column in Het Parool.
    Dit geldt vanzelfsprekend ook voor Somaliërs (DePers.nl, 13-07-2010, door Arnold Karskens):
  Klein Mogadishu in het hart van Noord-Brabant

In Tilburg dreigt een confrontatie met qat-kauwende Somaliërs. ‘Overal worden we weggejaagd.’

Onder een boom tussen twee flats in Noord-Tilburg proppen Somaliërs blaadjes van de drug qat in hun mond. ...
    In Noord-Tilburg woedt op kleine schaal de ‘clash of civilisations’, het conflict tussen mensen met verschillende culturele en religieuze achtergrond waarvoor de Amerikaanse politicoloog Samuel P. Huntington jaren geleden al waarschuwde. Vijftig meter van de hurkende groep Afrikanen, bijt in een keurig verzorgd interieur Berry Mol, slank en gekleed als een snelle vertegenwoordiger, op zijn tanden. ‘In de middag is het een af- en aanrijden van auto’s. Gebruikers laten lege dozen en etensresten achter en poepen en plassen op nog geen 50 meter van de school en 20 meter van de speeltuin.’   ...
    Van de circa 22.000 Somaliërs in Nederland is 36 procent afhankelijk van een bijstandsuitkering, meer dan welke andere migratiegroep ook. Fraude met uitkeringen en identiteitspapieren is schering en inslag. Om in aanmerking te komen voor een asielstatus in Nederland verminken aanvragers hun vingertoppen zodat ze niet kunnen worden teruggestuurd naar Griekenland, veelal het eerste land van aankomst in Europa.

Die mensen zullen dus wel dankbaar zijn voor alles wat ze hier zomaar krijgen, zou je denken. Nou, nee:
  Onder een boom tussen twee flats in Noord-Tilburg proppen Somaliërs blaadjes van de drug qat in hun mond. Onderwijl verkondigt een van hen, Hassan ‘al 26 jaar in Nederland’, luid zijn afkeer van het nieuwe vaderland. ‘Ik verliet Somalië voor de oorlog. Nog steeds is het oorlog voor mij, nu die tegen discriminatie.’

Ondankbare, hatende, honden ...

Er is weer geklaagd, dit keer door de Turken, waarna één van de reagerende artikelen in de Volkskrant de kop had 'Turken, integreer of ga echt terug'. Zulk soort duidelijkheid werkt. Hier de uitleg van woordvoerster Nazmiye Oral  voor de xenofobe houding van de Turken (de Volkskrant, 24-01-2011, column door Nazmiye Oral, schrijfster):
  Gevangen in de klauwen van bange ouders

Tussentitel: In de Turkse gemeenschap wordt te veel geleefd naar de heersende lijnen

Ik wist niet wat ik moest denken van het manifest van Turkse professionals over de zorgwekkende toestand van Turkse jongeren in Nederland. ...
    Inderdaad is het zo dat de jongeren tegenwoordig minder goed geïntegreerd zijn dan het geval is met mijn generatie. Ik zie het bij mijn broertje over wie ik vaak heb geschreven. Na de aanslag op de Twin Towers veranderde het klimaat en zou je kunnen stellen dat moslimjongeren zich gevangen voelen in een clichébeeld waar ze maar niet los van komen.  ...

 Leugen: het proces van de xenofobie van de Turken stamt van de tijd dat ze hier (of in Duitsland etc.) aankwamen.
  Maar laten we eerlijk zijn: het integreren in Nederland is vele decennia subtiel ontmoedigd door angstige ouders. Ik ben opgevoed met de code dat elke vorm van vernederlandsing een vorm van falen was. Erger nog: het betekende een gebrek aan loyaliteit (en dus liefde) aan je ouders en je 'wortels'. 'Kunnen ze geen Turks?' wordt mij vaak over mijn kinderen gevraagd door Turken die ik niet of nauwelijks ken. 'Wil je niet dat ze hun moedertaal kennen? Wat zonde.'   ...
    Ik denk dat ik nog een milde vorm van ontmoediging heb meegemaakt. Mijn ouders waren lang in de veronderstelling dat ze zouden terugkeren en hadden geen angst dat ze me zouden verliezen aan Nederland. De generatie na mij is stilzwijgend akkoord gegaan met een pact: we blijven, maar we vertrouwen erop dat je ons niet teleurstelt. De jongeren zijn meer bezig geweest met het geruststellen van hun ouders dan met het bouwen van een toekomst.
    De meesten praten niet met hun ouders. Omdat ook daar weer de machtsstructuren gelden. Een Turks kind hoort niet mondig te zijn en al helemaal niet in alle vrijheid zijn eigen pad te bepalen.
    Het probleem is juist dat er in de Turkse gemeenschap te veel wordt geleefd naar heersende lijnen, en dat niemand zich afwijkend mag ontwikkelen. De autoriteit die ouders hebben, is ongelofelijk sterk. Daar tegenin gaan, vereist moed omdat er een reëel risico bestaat dat je mensen van wie je houdt en wier goedkeuring en liefde je nodig hebt zult kwetsen en misschien zelfs kwijt zult raken. De impact hiervan kunnen we ons niet voorstellen als mensen uit een individualistische maatschappij als de Nederlandse.

En beleid helpt niet:
  Ook de overheid wordt aangesproken. 'Integratiebeleid is voorlopig nog geen overbodige luxe', staat er. Maar hoe goed een integratie beleid ook is, het kan pas echt wortel schieten als er een bodem is.

En die bodem is er niet. Want aan dit alles zit ook nog de islam vast, en die willen ze al helemaal niet opgeven.
    Hier heeft Oral dus de details van het proces. Maar de uitkomst was al bekend: het afkeren van de Turken van Nederland (en idem voor Duitsland, enz.). Hetzelfde resultaat wordt indien van toepassing op Nederlanders omschreven als xenofobie en racisme (en onderbuikgevoelens en nog veel meer).

Een onderzoekje uit het buitenland, wat  hier natuurlijk verzwegen wordt (de Volkskrant, 12-02-2011, door Mirjam Schöttelndreier, redacteur van de Volkskrant):
  Twistgesprek | Mirjam Schöttelndreier met onderwijssocioloog Jaap Dronkers

Het probleem is dat we mengen het toppunt van beschaving vinden

Minister Van Bijsterveldt wil niet langer het bestaan van 'zwarte' scholen bestrijden.
...
Beetje flauw, naar school ga je ook om samen te werken en van elkaar te leren. Om meer over de maatschappij te weten te komen en te leren netjes samen te leven.

We hebben het vaak over die normen en waarden, dat we die zo belangrijk vinden. Alleen hebben we nog nooit de moeite genomen om te meten of scholen op dat vlak iets toevoegen. Dus zo belangrijk vinden we het ook weer niet. Ik ken alleen Vlaams onderzoek dat wel heeft gekeken hoe het zit met die toegevoegde waarde van de school, en daaruit bleek dat op gemengde scholen wel iets meer 'interetnische vriendschappen' ontstaan. Zij het dat die vriendschappen door beide groepen anders worden gewaardeerd. Autochtonen beschouwen de allochtone vriend vaker als vriend dan andersom. De idealen zijn mooi, maar de werkelijkheid valt soms bitter tegen.   ...

Tja ...
    Een voorbeeld (de Volkskrant, 24-10-2012, van verslaggeefster Charlotte Huisman):
  Reportage | Uitwisseling A'dam-Parijs

'Hier kun je met politie praten'

Een tiental bewoners van Nederlandse achterstandswijken was diep onder de indruk van de Parijse banlieues. De Fransen kwamen op tegenbezoek in A'dam-West. Totaal niet onder de indruk.


Tussentitel: Ik heb in de banlieues van Parijs vage dingen gezien, veel vechten op straat - Anasse Abidi kickbokser

'Is dit nu een gevaarlijke en slechte buurt?', vraagt de Franse videomaker Andres Pokit ongelovig. Hij staat met een delegatie Fransen en Nederlanders voor een pastelkleurige portiekflat die is vol gehangen met televisieschotels.  ...
    ... De Amsterdamse Anasse Abidi (30), kickbokser: 'Hier kun je gewoon met de politie praten. Daar komen agenten meteen heftig in actie.' ...

"Autochtonen beschouwen de allochtonen vaker als vriend ..."
  'Is dit nu een gevaarlijke en slechte buurt?', vraagt de Franse videomaker Andres Pokit ongelovig. ... Uit een zwart golfje dat met hoge snelheid langs scheurt, gillen vier jongens met een capuchon over hun hoofd getrokken naar het gezelschap: 'Oprotten met die camera's!'    ...
    ... hoe kun je rellen voorkomen en ervoor zorgen dat jongeren zich niet buitengesloten voelen? Dat laatste is ook in Nederland een probleem, is de Franse deelnemers al opgevallen. Ze horen vooral veel Marokkaanse jongeren klagen dat ze moeilijk een baan krijgen en discotheken niet in mogen.

Allochtonen beschouwen autochtonen helemaal niet als vriend (als ze dat wel zouden doen, zouden ze zich in de disco niet dusdanig onhebbelijk, lastig en agressief gedragen dat ze als hele groep niet meer worden toegelaten - en hun zussen meenemen).

Een kras staaltje van afkeer (de Volkskrant, 03-04-2013, van verslaggever Olaf Tempelman):
  'Grote broer uit Ankara komt graag'

Joost Lagendijk en zijn Turkse echtgenote Nevin Sungur schreven op wat iedereen over Turkije moet weten. 'Het idee is: als Turk kun je alleen maar een Turk vertrouwen.'


Dit Europees-Turkse echtpaar loopt in veel opzichten op de troepen vooruit. Neem alleen al die combinatie Turkse vrouw-Nederlandse man. Het aantal Turkse mannen met westerse vrouwen is al jaren stijgende, andersom blijven de stellen zeldzaam als klavertjesvier. Sungur: 'In de Turkse gemeenschap in Nederland is het een groter taboe dan in Istanbul of Ankara. De diaspora is conservatiever. De gedachte is dat een zoon de Turkse identiteit meeneemt, terwijl een dochter een vreemde identiteit aanneemt. ...

Turken zijn ook nog gore discriminerende racisten. Want neem maar het geval dat een blanke zoiets zou zeggen ...

De Volkskrant is volkomen blind voor het verschijnsel, zelfs als het ze op een blaadje wordt gepresenteerd, want anders zou dit bericht er heel anders uitzien (de Volkskrant, 10-12-2013, van verslaggeefster Sterre Lindhout):
  Agent RR01 is alleen nog een stem

De 17-jarige Rishi wordt in 2012 gedood door een politiekogel. Tijdens de rechtszaak tegen de schutter acht justitie doodslag bewezen.


Tussentitel: De moeder van Rishi begrijpt niet dat de agent geen contact met de familie heeft opgenomen - Michael Ruperti advocaat van de nabestaanden

De moeder begrijpt niet dat de agent geen contact heeft opgenomen ... De werkelijkheid zijnde dat de moeder, de rest van de familie, alle vrienden en bekenden en zijnde allemaal van dezelfde niet-Nederlandse soort, allemaal van begin af aan hebben geroepen dat de vuile Hollander hun zoon, familielid, vriend of bekende had vermoord (dat van die "vuile Hollander" zeiden ze er op de televisie niet letterlijk bij, maar wel termen die er dicht bij in de buurt kwamen, en je zag het ze zien denken):
  Het Openbaar Ministerie (OM) besluit de zaak te onderzoeken omdat 'het handelen van de politie niet ter discussie mag staan'. De aanklacht van het OM luidt doodslag. Maandagmorgen komt daar de aanklacht tegen moord bij, om tegemoet te komen aan de nabestaanden van Rishi, die een procedure hebben aangespannen om het OM daartoe te dwingen.

Tegen zo veel raciale haat valt natuurlijk niet op te praten, en dat wil je natuurlijk ook als de pest mijden.
    Oh, en welk ras betrof dit:
  De 17-jarige mbo-leerling Rishi, een Nederlander met een Hindoestaans Surinaamse achtergrond

'... Rishi, een Nederlander met een Hindoestaans Surinaamse achtergrond' hebben we dus al de praktische vertaling van gezien: Hindoestaans Surinamer met een hekel aan Nederland. Me verder nog de volgend eigenschappen:
  ... was geen jongen van onbesproken gedrag. Hij woonde in een opvanghuis voor moeilijke jongeren, maar volgens zijn familie werd hij na zijn dood door de media onterecht weggezet als crimineel.
    Zijn vrienden vinden dat hij 'natuurlijk geen heilige was'

'... was geen jongen van onbesproken gedrag' - vertaling: draaideurcrimineel. 'Hij woonde in een opvanghuis voor moeilijke jongeren'  -  vertaling: hij was onuitstaanbaar en oncorrigeerbaar. '... natuurlijk geen heilige was' - vertaling: hij is een gevaarlijke crimineel.
    Met als uitsmijter:
  maar volgens zijn familie werd hij na zijn dood door de media onterecht weggezet als crimineel.

Vertaling: de familie heeft de pest aan Nederland.
    Oh, en hebben ze enige rechtvaardiging voor hun aanklachten?
  Agent R001 hoort die morgen van de spoorwegpolitie dat in de wachtkamer tussen spoor drie en vier van station Hollands Spoor een Engelssprekende man wordt bedreigd door een jongen in een witte parka. 'I have a gun', zou Rishi hebben gezegd.
    Op in de rechtszaal vertoonde beelden van de bewakingscamera's op het station is inderdaad te zien hoe Rishi herhaaldelijk iets tegen de man zegt en dan zijn hand in zijn witte parka steekt, als graaide hij naar zijn wapen.
    Van het bureau is het 700 meter rijden naar het station. 'Twee keer gas geven', zegt de agent vanuit zijn hok. Samen met twee collega's stapt hij in de auto.
    Op het station gaat alles snel. Bovenaan de roltrap die naar spoor 4 en 5 leidt, treffen de drie agenten de NS-medewerker tegen wie de Engelssprekende man zijn verhaal heeft gedaan. Hij wijst hen op Rishi. Op de camerabeelden is te zien hoe Rishi op dat moment met grote armgebaren iets zegt tegen iemand aan de andere kant van het spoor. Dan rennen de drie agenten het beeld in. Een van hen is in burger. Ze hollen in een V-vorm zoals dat op de politieacademie wordt aangeleerd.
    Agent R001 loopt in het midden. De agenten roepen naar Rishi. Als hij hen hoort kijkt hij om en zet het op een lopen. Als hij al rennend iets uit zijn jaszak haalt, valt het schot.
    'In eerste instantie, zegt de agent en later ook zijn advocaat, is zijn doel geweest om Rishi aan te houden. In dat geval had hij Rishi in zijn voet moeten schieten. 'Maar de situatie veranderde door de handelingen van de verdachte en mijn gevoel daarbij. Ik kreeg de beweging van zijn rechterhand in het oog en richtte dus op heuphoogte.' Voor zijn gevoel was het noodweer.

Een schietgevaarlijke crimineel die het op een lopen zet ... Die agent verdient een medaille.

Hier nog niet langsgekomen: de naar Syrië vertrokken jihadi's. Wat je ook verder van ze mag vinden, er staat totaal en voor de volle 100 procent vast dat dit geen Nederlanders zijn. Met dezelfde waarschijnlijkheid staat vast dat ze allemaal een afkeer van Nederland hebben. Het enige waarover gediscussieerd kan worden is de mate waarin. En wat ook vast staat, is dat achter iedere daadwerkelijke vertrokkenen, honderden en duizenden sympathisanten staan die in variabele mate dezelfde denkbeelden hebben, van gematigde afkeer tot dezelfde fundamentele afkeer als de jihadi's. Dat laatste komt naar boven in de volgende rapportage (de Volkskrant, 03-02-2014, van verslaggeefster Janny Groen):
  Jihadi's: valse pas is geschikt voor Syrië

'Paniekvoetbal.' Zo kwalificeert De Ware Religie (DWR), spreekbuis van de Nederlandse Syriëstrijders de maatregel van het kabinet-Rutte II om paspoorten in te trekken van potentiële jihadi's. ...

Het is inmiddels algemeen bekend dat de Volkskrant de verdedigers, aanhangers en spreekbuis zijn van de fundamentele islam en dus nu ook het jihadisme. Dat die fundamentalisme een substantiële groep vormen onder de moslims wordt bewezen door de Volkskrant door het contact opnemen met één van de websites van de fundamentalisten, eentje uit de reeks waartoe ook de volgende behoren: we hebben de namen enigszins aangepast naar de boodschap die ze verkondigen: wijzijngeennederlanders.nl, wijhatenjullieallemaal.nl, en julliezijnallemaalsmerigehonden.nl . Volgens dezelfde methode zou De Ware Religie vertaald moeten worden in wij-willen-in-nederland-ook-een-syrie-burgeroorlog-beginnen tegen-de-ongelovige-kazen-maar-we-durven-nog-niet.nl.
    En, zoals gezegd: ze hebben ruime steun vanuit de achterban:
  De jihadi's staan in hun kritiek op de maatregel niet alleen. Ook ouders van potentiële Syriëgangers zien er weinig heil in. Radicaliseringsdeskundigen waarschuwden afgelopen week in Den Haag zelfs voor een averechts effect. ...
    De timing van dit nieuws wordt in Haagse moslimkringen gewantrouwd. ...
    ... het Europese Radicalisation Awareness Network (RAN) georganiseerd congres, waar zo'n 180 lokale bestuurders, docenten, hulpverleners, politieagenten en terrorismedeskundigen bijeen waren ...
     ... Waarom zou je het slachtoffergevoel in moslimgemeenschappen prikkelen met een maatregel die geen zoden aan de dijk zet, vragen deelnemers aan de conferentie zich af.

Om heel precies te zijn: er is nog geen geluid van protest te horen geweest, uit die kringen. En het is nog erger:
  Radicaliseringsdeskundigen waarschuwden afgelopen week in Den Haag zelfs voor een averechts effect.

Maar in één ding hebben ze natuurlijk wel gelijk: die maatregel is een wassen neus. Onzinnig. Dat wil zeggen: onzinnig gezien vanuit de redelijkheid en het gezonde verstand. Dat laatste heeft een bijzonder simpel alternatief, al vele malen voorgesteld door degenen die niet bevangen zijn door cultuur- en landverraad zoals in bestuurlijke kringen en de politiek-correcte media: paspoorten intrekkeen, maar niet voor vertrek, maar erna. En niet meer in het land toelaten, dus. Iedereen die over deze kwestie spreekt of schrijft en de volkomen voor de hand liggende oplossing niet noemt of er zelfs bezwaar tegen maakt, is een cultuur- en landverrader. Van de ergste soort. Van de soort die verantwoordelijk is voor de eventuele aanslagen en doden die volgen. Zoals dus de Volkskrant, en dit soort mensen:
  Minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) wil dat gemeenten meer en beter samenwerken in hun strijd tegen radicaliserende moslimjongeren.

Verraad. Want grensbewaking is niet een zaak van gemeentes, van van de regering. Die regering moet de paspoorten van Syrië-gangers afnemen. Dat dit niet gebeurt, komt door het verzet van Asscher en zijn PvdA, veroorzaakt door de druk van hun moslim-aanhang.
    Overigens: vermoedelijk wel het mooiste bewijs van de totale afkeer van moslims van de plek waar ze wonen is dat 'het slachtoffergevoel in moslimgemeenschappen' ... Slachtoffer van het niet in een volkomen islamitisch land leven.


Naar Cultuur, integratie, afkeer  , of site home  .

30 mrt.2008