Bronnen bij Rijnlandse onderwijsbeleid: marktonderwijs
Er wordt door rechtse politici veel gepraat over markt- en klantgericht
onderwijs. Achter al deze plannen zit het argument om de kosten van het
onderwijs te drukken. Onderstaand
eerste een bron waarin dit argument expliciet wordt
genoemd, tezamen met een oplossing van het "kostenprobleem". Die oplossing is
dezelfde als de gemeenschappelijke factor van de andere rechtse plannen, het
ontslaan van mensen. Daaronder nog een paar bronnen met andere aspecten van het rendementsdenken:
Uit:
De Volkskrant, 23-07-2005, column door Frank Kalshoven
Fantaseer in de vakantie eens over een nieuwe school
... Schoolboeken mogen voor ouders een belangrijke kostenpost
zijn, in de economie van de school spelen ze een betrekkelijk kleine rol. De
bulk van de kosten per leerling zijn personeelslasten. Daarnaast kost
huisvesting een smak geld. Die personeelslasten (en het gebouw plus inventaris)
betalen we natuurlijk ook, maar dan via de belasting.
Uit andere sectoren in de economie weten we dat kostprijzen
omlaag gaan door arbeids-besparende technologie. Auto's zijn zo raar goedkoop
(als je de heffingen en belastingen buiten beschouwing laat) omdat ze bijna
automatisch, door robots, in elkaar worden gezet. Banken hebben de afgelopen
vijf jaar op grote schaal afscheid genomen van mensen en bakstenen, omdat het
bankieren van kantoren met baliemedewerkers is verhuisd naar internet.
... De technologie om de personeelskosten in het onderwijs drastisch terug te
brengen bestaat al (internet).
Die technologie wordt door tieners volop gebruikt en aangenaam bevonden. Hij
moet alleen nog geschikt worden gemaakt voor (middelbaar) onderwijs.
Natuurlijk: middelbare scholen gebruiken allang internet.
Werkstukken, presentaties, boekverslagen - internet is de bron. Maar het gaat
daarbij vooral om extra's. Bij de kern van het onderwijs - het leren van dingen
wordt vooral gebruik gemaakt van boeken en leerkrachten. Op de boekenlijst stond
bijvoorbeeld nergens: koop voor 25 euro toegang tot
www.engelsvoor4havo.nl.
Ziet u die site ook voor zich? Het is in essentie een game,
een soort Prince of Persia, waarbij de wereld moet worden gered. Dat kan
alleen door met goed gevolg testjes af te leggen. Daartoe moet je dingen leren.
Dat leren kan door lezen, luisteren en kijken. De virtuele
leraar Engels (gespeeld door Johnny Depp of Angelina Jolie, zelf in te stellen)
legt op drie pedagogisch verantwoorde manieren het verschil uit tussen if
en when. Denkt de speler het te begrijpen, dan volgt een test:
beeldfragmenten van Tony Blair, Josh Stone en Wesley Snipes waarbij de vraag is
wie if en when goed gebruiken. Of: zoek drie songteksten waarin
if verkeerd wordt gebruikt. Wie faalt, mag niet verder.
Eindeloze databases met uitleg, vragen en testvragen, waarbij
de site als het ware vanzelf leert welke vorm van leren de spelers het
makkelijkst vinden.
School? Speel voor de Kerst minstens tot level 24 voor
Engels, zorg voor Economie dat de cybercommissarissen het businessplan voor je
virtuele onderneming hebben goedgekeurd, bouw voor wiskunde en techniek een
virtueel zeilschip.
School als een plek met lokalen en leerkrachten en een
kantine -dat wordt dus iets van vroeger. Natuurlijk moeten leerlingen wel af en
toe naar de centrale plek komen (en daar lekker veel sporten, presentaties geven
en scheikundige proeven doen) maar de kosten zijn een fractie van de huidige.
Nee, dit is geen tot in detail uitgewerkt plan. Ik schreef
al: het is een fantasie. Maar het is er wel een met een vrij harde economische
logica: sluit aan bij de wensen van je klanten (die niet achter hun computers
zijn weg te slaan) en pik de grootste kostenpost (arbeid) eruit. ...
Red.: Dit is geen erg originele fantasie van Frank Kalshoven - in de sciencefictionliteratuur behoort ze tot de
standaardingrediënten van de gefantaseerde toekomst. Als zodanig zijn er ook een
aantal fatsoenlijke argumenten voor een dergelijke ontwikkeling aan te voeren.
Het verschil met Kalshoven's inspiratiebron is dat die argumenten uitgaan van de
effectiviteit van het onderwijs, terwijl Kalshoven uitgaat van de kosten, van
geld. Het hoeft van lezers van andere artikelen van de site nauwelijks betoog
wat de waarde van dit verschil is: het is de keuze tussen het materiële en het
geestelijke, waarbij de keuze voor het materiële, het geld, de keuze van de
verdorvenheid is
.
Het is het kenmerk van de keuze op verderfelijke gronden dat,
hoe logisch ze ook lijkt, het vrijwel altijd tot tot contraproductieve
resultaten leidt. Dat komt omdat een keuze op een enkel specifiek punt altijd aangevuld moet worden met
keuzes op andere punten, en die andere keuzes werken de oorspronkelijke keuze
tegen - zie onder voor twee voorbeelden van concrete bezwaren:
Uit:
De Volkskrant, 03-12-2005, van verslaggever Gerard Reijn
Felle kritiek op voorstel leerrechten
Raad van State haalt plan Rutte onderuit
De Raad van State laat geen spaan heel van de plannen van staatssecretaris
Rutte van Onderwijs om leerrechten in te voeren in het hoger onderwijs. Die
leerrechten, een soort tegoedbonnen voor redelijk geprijsd onderwijs, zijn de
kern van Ruttes beleid. Hij wil met dit systeem marktwerking in het hoger
onderwijs bevorderen.
De Raad van State is het daarmee eens, maar vindt de plannen ‘onvoldoende’ om
dat doel te bereiken, ‘en in bepaalde opzichten overbodig en tegenstrijdig’. De
plannen kunnen het beoogde effect juist ‘verstoren of zelfs verhinderen’. Daarom
moet het wetsvoorstel deels worden herzien, vindt de Raad. ...
In Ruttes plannen krijgen de studenten voor zes jaar
leerrechten (voor sommige lange studies krijgen ze meer) waarmee ze tegen een
wettelijk vastgesteld collegegeld onderwijs kunnen kopen. De student kan elk
half jaar overstappen naar een andere onderwijsinstelling. De universiteiten en
hogescholen krijgen vrijwel alleen geld voor het aantal studenten. Aparte
vergoedingen voor gebouwen, dure collecties, onevenredig dure studies of dure
installaties verdwijnen in het nieuwe stelsel vrijwel. ...
De Raad vreest dat als de studenten op grote schaal gaan
shoppen, de financiële zekerheid van de onderwijsinstellingen wordt ondergraven.
Rutte verwacht dat instellingen dan worden geprikkeld tot vernieuwing, maar de
Raad van State vreest juist meer ‘behoedzaamheid en behoudzucht’. Instellingen
zullen zich meer richten op ‘grote, populaire en niet al te moeilijke
opleidingen’.
Uit:
De Volkskrant, 03-12-2005, van verslaggever Gerard Reijn
Doubleren op school helemaal zo gek nog niet
Zittenblijven moet in ere worden hersteld. Door het taboe op doubleren komen
veel scholieren op lagere schooltypen terecht dan ze aankunnen.
Dat blijkt uit twee rapporten die de Onderwijsraad vrijdag publiceerde. De
regering had de raad gevraagd hoe het aantal hoger opgeleiden in Nederland kan
worden opgevoerd.
Kinderen in het voortgezet onderwijs die een slecht jaar
hebben, worden al gauw naar een lager niveau gedirigeerd. Vwo’ers komen zo op de
havo, havo-klanten op de mavo. Zittenblijven is uit den boze, omdat dat wordt
beschouwd als een ‘verlies aan rendement’. Maar hierdoor komen minder leerlingen
op hogescholen of universiteiten terecht dan zou kunnen, betoogt de
Onderwijsraad.
Het rendementsdenken frustreert nog op een andere manier de
onderwijskansen. Ook het ‘stapelen’ van opleidingen wordt beschouwd als
inefficiënt en dus ongewenst. ...
Red.: Dit zijn slechts twee voorbeelden van de
contraproductieve werking van het rendementsdenken. Een punt dat direct op
Kalshoven voorstel slaat is dat zijn idee van onderwijs per computer, wel mooi
is, maar dat noodzakelijke computeronderwijs er (nog) niet is of nog niet goed
genoeg is. Als men uitgaat van het geld, is dat een klein of geen
bezwaar, gaat men uit van de de inhoud, dan is het een onoverkomelijk
bezwaar.
In werkelijkheid is via de
computer en het internet zeer veel losse kennis beschikbaar, maar zodra
het op structuur en samenhang aankomt, valt men in een zwart gat. Er wordt op
het internet eindeloos veel geschreven over politiek en maatschappij, maar zodra
het op structuur en samenhang aankwam, was de redactie genoodzaakt zelf een
website op te zetten, omdat iets dergelijks niet te vinden was. Op het
terrein van het onderwijs is het niet veel anders.
Een tweede argument zijn oorsprong in de vakdidactiek. Het is daar redelijk
elementaire kennis dat er drie voorkeursmethoden van leren bestaan: oog, oor en
lichaam, of visueel, auditief, en haptonomisch. Het visuele leren is op school
het gebruikelijkst, maar het is algemeen bekend dat een grote groep leerlingen
ernstig gebaat is bij het aanhoren van de stof, in plaats van het lezen ervan.
De rol van het haptonomische leren is nog autonomer: in de sport kan het vaak
moeilijk anders - voor een theoretische onderbouwing van deze opvattingen over
leren, zie hier
.
Een derde argument is dat school nog iets anders doet dan het overdragen dan
kennis, namelijk dat ze bijdraagt aan de sociale ontwikkeling - een zaak die
gepromoveerd econoom Kalshoven ontgaat, maar gewone mensen natuurlijk niet, zie
hier
.
Frank Kalshoven weet dit allemaal kennelijk niet, of wil het niet weten. Dat is niet zo opvallend, want Kalshoven
is journalist van beroep, maar zijn econoom-zijn domineert. Van economen is
algemeen bekend dat ze nergens verstand van hebben, behalve geld. Daarom willen
ze graag alles uitdrukken in geld, en dus ook het onderwijs
. De
schade die economen als groep met dit soort opvattingen aan de maatschappij
toebrengen, is niet minder dan een culturele ramp, op de schaal die die van de
globale opwarming van de aarde benadert.
Een kenmerk van dit soort discussies is dat ze een af-en-aan
karakter hebben: ze worden gevoerd zonder echte uitkomst, verdwijnen dan een
tijd uit de aandacht, om dan na lagere tijd weer terug te komen, meestal onder
herhaling van dezelfde argumenten als voorheen, omdat ze vaak een sterke
ideologische component hebben. Zoals in de geval die van linksige en feminiene
"onderwijshervormers", en die van rechtse eigenbelang-fetisjisten, dit terwijl
her nu twee jaar verstreken is sinds de vorige aflevering, en met nam het
laatste half jaar is het voor iedere weldenkend mens duidelijk geworden hoe
desastreus het idee van het zelf-leren door de leerlingen, het "nieuwe leren",
heeft uitgepakt
.
Dat zijn allemaal zaken die Frank Kalshoven nadrukkelijk niet
wil zien - hij blijft volharden in zijn materialistische en monetaire ideologie:
Uit:
De Volkskrant, 30-09-2006, column door Frank Kalshoven
Het tekort aan leraren is een prachtige impuls voor innovatie
En weer is de arbeidsproductiviteit in het onderwijs gedaald. De kranten
berichtten deze week over de jongste publicatie van het Sociaal en Cultureel
Planbureau (SCP) Wie werken er in het onderwijs? onder de vlag dat het aantal
academici voor de klas afneemt – en dat is heus interessant – , maar het andere
nieuwsfeit – dat de arbeidsproductiviteit daalt – werd genegeerd, terwijl dat
minstens zo goed is om te weten.
Tussen 1997 en 2004, meldt het SCP, steeg het aantal
leerlingen met 10 procent en nam het aantal personeelsleden met 16 procent toe.
Het betreft daarbij vooral onderwijsondersteunend personeel.
De economische betekenis hiervan is dat voor het afleveren
van een leerling met een diploma steeds meer arbeidsinzet nodig is. Anders
gezegd: de arbeidsintensiteit van de productie neemt toe. Of nog weer anders
gesteld: de staf-student-ratio stijgt. Voor een sector die vreest voor
personeelstekorten in de toekomst is dat een alarmerende ontwikkeling.
Het aantal werknemers in het onderwijs, bijna een half
miljoen werknemers op 378 duizend formatieplaatsen, is nu al indrukwekkend, maar
als per leerling steeds meer werknemers nodig zijn, zal de totale arbeidsvraag
in de sector nog drastisch toenemen. ...
Deze reactie van de sector en de politieke partijen is dan
ook verkeerd, of in elk geval onhandig. De aanstaande uittocht van werknemers –
het onderwijs is sterker vergrijsd dan gemiddeld – is een kans om het onderwijs
zo te veranderen dat er per leerling niet meer, maar minder werknemers nodig
zijn.
Wat daarvoor nodig is, is in abstracte economische termen
niet zo ingewikkeld. In plaats van arbeidsintensief moet het onderwijs
kapitaalintensief worden, met het gebruik van nieuwe technologie als drijvende
kracht. Zo’n ontwikkeling is zichtbaar in alle delen van de economie. De
landbouw, ooit een zeer arbeidsintensieve sector (zaaien, planten, oogsten,
hooien, melken, en alles met de hand), is door het gebruik van machines sterk
veranderd (zaaien, planten, oogsten, hooien, melken, en alles met de machine).
Nog maar een paar procent van de beroepsbevolking werkt in de agrarische sector.
De industrie snijdt van hetzelfde laken een pak: het aantal
arbeidsuren dat nodig is voor het assembleren van een auto, een televisie, of
een computer is de afgelopen decennia gekelderd. De fabrieken waarin de
werknemers hun werk doen, zijn duurder en staan voller met machines die de
productie bespoedigen. Dienstensector? Idem. Bankieren, reizen boeken, boeken
kopen: investeringen in ICT hebben de factor arbeid ontlast.
Er is geen reden (meer) waarom het onderwijs zich niet net zo
zou ontwikkelen als de rest van de economie. Hoe jonger de kinderen, hoe
natuurlijker hun omgang met de nieuwe technologie. ...
Doen we niets, dan ontstaan er schreeuwende tekorten aan
personeel en lopen de kosten van onderwijs de komende jaren snel op. Slimmer is
het nu te investeren in ICT en het onderwijs arbeidsextensiever te maken. Zo
maken we van een bedreiging een mooie kans voor innovatie. ...
Red.: Geweldig, die vergelijking tussen onderwijs en
agrarische industrie: Kalshoven beschouwt het telen van aardappels hetzelfde als
het leren en instrueren van kinderen - kan een mens veel dwazer redeneren? En
dat allemaal alleen maar omdat de kosten van onderwijs anders oplopen. Frank
Kalshoven heeft kinderen, maar hoe hij ooit tot dit besluit is gekomen is een
volstrekt raadsel: als er één ding is waarvan de kosten allen maar oplopen is
dat het hebben van kinderen. Kalshoven weet dus eigenlijk wel dat er andere
argumenten zijn, maar als egoïstische man op middelbare leeftijd heeft hij ze
volledig weggedrukt: automobilist
en
homo economicus
, en
cynicus
.
Een half jaar later, een herhaling van zetten - ondanks het feit dat andere vormen
van onderwijs met minder instructie, het nieuwe leren, inmiddels algemeen erkend
een mislukking zijn gebleken:
Uit:
De Volkskrant, 31-03-2007, column door Frank Kalshoven
Het toekomstige lerarentekort is een prachtige kans
Tussentitel: Stop dat miljard voor onderwijs liever in e-learning
Het aantal vacatures in Nederland heeft volgens het Centraal Bureau voor de
Statistiek (CBS) een nieuw record bereikt – 225 duizend stuks, eind december
2006 – , maar juist in het onderwijs, de sector die deze week weer nadrukkelijk
over het lerarentekort sprak, is de nood het laagst. Op elke duizend banen
bestaan in het onderwijs 13 vacatures, terwijl in de horeca en de zakelijke
dienstverlening elke duizend werknemers 43 nieuwe collega’s zouden kunnen
gebruiken. Voor alle andere sectoren geldt: de nood is lager dan in de horeca,
maar hoger dan in het onderwijs, aldus het CBS.
Dat de miljarden voor bestrijding van het lerarentekort ons
deze week toch weer om de oren vlogen, heeft te maken met de termijn en met een
gebrek aan fantasie. Het lerarentekort is een probleem voor de toekomst, als de
vergrijzing tot een pensioneringsgolfje leidt. Het gebrek aan fantasie is dat de
remedie vooral wordt gezocht in het ‘aantrekkelijker maken’ van het docentenvak,
wat een dure grap is.
In de Volkskrant van dinsdag zaten alle elementen.
Vier pagina’s verderop werd verslag gedaan van de verkoop
door uitgever Wolters Kluwer van zijn educatieve activiteiten. Een Brits
opkoopfonds, Bridgepoint Capital, betaalt 774 miljoen euro, onder meer voor de
Bosatlas en de wiskundemethode Getal en Ruimte .
In het bijbehorende achtergrondstuk worden twee
ontwikkelingen benoemd die voor deze overname van groot belang zijn. Ten eerste
gaan scholen vanaf komend jaar zelf lesmateriaal inkopen (in plaats van de
ouders op aangeven van de school). Ten tweede: de digitalisering van het
lesmateriaal, waarmee grote investeringen zijn gemoeid. ...
Praktischer: de oplossing van het lerarentekort zit in
technologie, in het serieus nemen van elektronische hulpmiddelen bij het
verwerven van kennis. De nakende pensionering van een groep docenten is een
geweldige kans om zonder torenhoge reorganisatielasten een moderniseringsslag te
maken. De vrijheid die schoolbesturen nu krijgen – een naar believen vrij te
besteden ‘lumpsum’-budget voor leraren, gebouwen, ict én leermiddelen – betekent
dat ze die afwegingen echt kunnen gaan maken. ...
Red.: Een reactie uit het inmiddels ook wijzer geworden
publiek:
Uit:
De Volkskrant, 02-04-2007, ingezonden brief van Rob Mollee
(Haarlem)
Lerarentekort
Frank Kalshoven beweert dat hij de oplossing voor het lerarentekort heeft
gevonden (Economie, 31 maart). Hij stelt: `De oplossing van het lerarentekort
zit in het serieus nemen van elektronische hulpmiddelen bij het verwerven van
kennis.`
Eureka! E-learning! Weet je wat? We bezuinigen de
overgebleven leraren ook meteen maar weg. Scheelt nog veel meer geld. We
handhaven slechts de beveiligingsbeambte voor het fouilleren van gevaarlijke
leerlingen en stellen een ict-coördinator aan die dagelijks de cd-roms over de
lokalen verdeelt.
Op de binnenlandpagina van zaterdag wordt gelukkig tegengas
gegeven. `Scholierenenquête: te veel loze lessen, te weinig begeleiding. Veel
leerlingen zijn oprecht boos omdat ze niets meer leren. De balans tussen dingen
zelf uitzoeken en les krijgen is kwijt`. .....
Red.: Maar ook één van de aanstichters van het onderwijsdebat,
Martin Sommer, mengt zich er nu in, op zijn bekende manier: met voorbeelden uit
de praktijk:
Uit:
De Volkskrant, 31-05-2007, column door Martin Sommer
Computervirus
Computers worden voorgesteld als het medicijn voor alle kwalen, burgerschap,
nieuwsvoorziening en onderwijs. Inderdaad, de computer is reuze geschikt voor
disciplinering en machtsuitoefening.
Een tijdje terug mocht ik een les geven op een gymnasium. Een
nieuwe school, drijvend op de gymnasiumgolf, en om leerlingen te trekken, hadden
ze bedacht dat het een computergymnasium moest worden. Elk kind zijn eigen
opklapbare computertje in de lessenaar. Het klepperde inderdaad dat het een lust
was in die klas. Er werd flink ge-msn’d, gehyved en gegamed. ...
Voeg het lerarentekort bij de veronderstelde
concentratiestoornis van het moderne kind. De oplossing heet computer. Onze
zaterdagcolumnist Frank – meten is weten – Kalshoven was er als de kippen bij om
uit te leggen dat we dure lerarenarbeid moeten verruilen voor goedkoop
beeldschermkapitaal. Zijn stuk was nog niet geschreven of de eerste
‘netwerkschool’ werd opgericht, door acht onderwijskundigen nog wel, ‘met minder
leraren dan op een gewone school’ – en toch beter.
Ik dacht aan die klepperende computertafels op het gymnasium
en vroeg belet bij Henny Jellema. Zij geeft Nederlands aan het vmbo
Sterrencollege in Haarlem, aan kinderen van asielzoekers of gezinsherenigers. Ze
gebruikt vaak computers in de klas. Tijdens het praten knipt ze eerst een
kwartetje van papier – een plaatje van een zeef met vier woordjes erbij: is dit
een bal? Of een pan? Dit soort dingen, zegt ze, kan ook uitstekend met een
computer. ‘Ik zeg, een computer is een wasmachine. Skill en drill. Ideaal
om dingen uit je hoofd te leren, woordjes oefenen, tafels opdreunen.’
Nog een voordeel. Als een kind in de klas iets zeven keer
fout doet, begint de klas te klieren. Van de computer mag je het honderd keer
overdoen. Maar een magische machine is een computer niet. Goed voor eenvoudige,
gesloten vragen. Multiple choice. Het vervelende is dat methodenmakers er meteen
een onderwijsvernieuwing aan vastknopen. ‘Als je computers koopt, moet je ook je
onderwijs vernieuwen.’ Dat betekent voor de leerlingen: heel veel werkstukken
maken met behulp van internet. Ze vergeten dat werkstukken ook nagekeken moeten
worden. Dat kost heel veel ouderwetse lerarenenergie.
Ict, vindt Henny Jellema, gaat over computers, niet over
vernieuwing. En het is ook niet het medicijn voor alle kwalen. Onlangs stond er
een stuk in The New York Times over Amerikaanse scholen die massaal op de
laptop waren overgegaan. Na een paar jaar kwamen de klachten. Ze waren meer tijd
kwijt aan het repareren van de laptops dan dat er tijd werd bespaard. Er waren
‘geen meetbare gevolgen voor studieprestaties’. Wel merkbaar was de ‘afleiding
van het leerproces’. Een vergelijkende studie leerde dat de heel goeden er wat
mee opschoten, die konden zelf verder. En de zwakken, met het drilsysteem à la
Henny Jellema. De middelmaat schoot niks met de computer op. ‘En de meesten zijn
de middelmaat’, zegt Henny Jellema. ‘Ze willen niet denken, ze willen klikken.’
Maar buiten kijf is de computer geschikt bevonden voor de
centralisering en disciplinering. Niet van de leerling, van het personeel. Henny
Jellema’s school is net gefuseerd, welke school niet? Op de gang kom ik een
fusiedirecteur tegen. Het eerste wat dan gebeurt, volgens de wet van Kalshoven,
is grootscheeps ict invoeren. Nieuwe scholen willen modern zijn, dus moeten ze
moderne leer- en hulpmiddelen hebben. Mooi meegenomen is het schaalvoordeel.
...
Red.: Voor hoe de heren vernieuwers hun ideeën denken uit te
werken, zie hier:
Uit: De Volkskrant, 10-04-2007, van verslaggever Gerard Reijn
Op de Netwerkschool is alles efficiënt en positief
Dagdroom van columnist Kalshoven krijgt vorm. Groep van onderwijsdeskundigen
werkt het idee uit.
Tussentitel: Zittenblijven wordt afgeschaft en de kosten gaan 15 procent
omlaag
Op de Netwerkschool krijgen nieuwe leerlingen eerst een assessment, een
beoordeling om vast te stellen wat ze kunnen en wat hun ‘potentie’ is. Daarna
krijgen ze een contract voorgelegd, waarin staat wat voor diploma ze gaan halen
en hoe ze zich moeten gedragen. Dat ze integer moeten zijn bijvoorbeeld, en dat
ze positief moeten denken – dus in oplossingen en niet in problemen. Als ze zich
niet aan hun contract houden, kan dat gevolgen hebben voor de schoolcarrière.
Op de Netwerkschool zitten minder leraren dan op een gewone
school. En toch wordt er meer les gegeven. De leraren doen namelijk niks anders
dan lesgeven. Ze hoeven niet te surveilleren in de kantine en ze hoeven
leerlingen niet te begeleiden.
Daar zijn dan weer anderen voor. Mentoren, tutoren,
instructeurs, onderwijsassistenten, gastdocenten: een heel scala aan docenten en
begeleiders loopt er rond. Ouderejaars onderwijzen de jonkies en krijgen daar
ook nog geld voor, zodat ze hun tijd niet meer hoeven te verdoen met
rot-baantjes bij de supermarkt.
Het idee begon met een column van Frank Kalshoven in de
Volkskrant, anderhalf jaar geleden. ‘Het kan anders, het kan beter, het kan
goedkoper’, schreef hij. Volgens hem moest de productiviteit in het onderwijs
omhoog door de inzet van de techniek. ‘Speel voor de Kerst minstens tot level 24
voor Engels, zorg bij economie dat de cybercommissarissen het businessplan voor
je virtuele onderneming hebben goedgekeurd, bouw voor wiskunde en techniek een
virtueel zeilschip’, zo dagdroomde hij.
Acht onderwijsdeskundigen zagen wel brood in Kalshovens
vergezicht, en zetten zich samen met hem aan de uitwerking ervan tot een
compleet model.
Pieter Hettema, een van de acht, durft grote woorden te
gebruiken: ‘Het maatschappelijk rendement van elke euro die in het onderwijs
wordt gestoken, wordt verdubbeld.’ ...
De ontwikkelaars geloven in de voortreffelijkheden van hun
model dat niet is gebaseerd op een didactische aanpak, zoals het nieuwe leren,
maar op bedrijfseconomie. Zij denken dat de uitval met de helft kan worden
verminderd. Zittenblijven wordt afgeschaft. De kosten kunnen minstens 15 procent
omlaag. ...
Red.: Het is duidelijk dat dit niet zozeer een vorm van onderwijs
is, maar vooral van ideologie - leerlingen moeten een contract tekenen, dat wil
zeggen: de school dekt zich bij voorbaat in tegen mislukking (het lijkt zelfs op
sektegedrag). Het behoort ook tot het nieuwe leren, want er komen minder
leraren, en de leerlingen moeten meer zelf doen - ze gaan zelfs een deel van het
onderwijs doen. En het grote doel is: de vergroting van het maatschappelijke
rendement, of in Kalshoven's woorden: de productiviteit.
Al met al lijkt dit het resultaat van een onzalige
combinatie: het materialisme van de econoom, en de ideologie van de
zachte-sector ambtenaar, zie de cv van Pieter Hettema
: ambtenaar op het ministerie van Onderwijs (een zeer onzalige plek gebleken), en rector
van een Montessorischool (veel dwaas idealisme aldaar).
Oh ja: ziet u dit al ingevoerd voor de gemiddelde VMBO'er,
zeg bijvoorbeeld de Marokkaantjes uit Slootervaart van Kees Beekmans
?
Een van de aspecten van het rendementsdenken is de
financiering van scholen aan de hand van het aantal leerlingen dat afstudeert.
Tezamen met het niet meer centraal bewaken van de normen, heeft dat een
voorspelbaar gevolg:
Uit:
De Volkskrant, 20-07-2010, van verslaggeefster Ianthe Sahadat
Soepele diplomatrajecten ook gebruik in Groningen
De D66-fractie in de Tweede Kamer wil opheldering over mogelijk gesjoemel met
diploma’s door de Hanzehogeschool in Groningen. Studenten tipten dit weekeinde
de site Geenstijl over versoepelde afstudeertrajecten bij deze school.
De zaak rond diplomafraude kwam vorige week aan het rollen,
nadat de Volkskrant had bericht over een truc om ouderejaars aan
hogeschool InHolland op een gemakkelijke manier aan een hbo-diploma te helpen.
Bijna 250 studenten bij de opleiding Media en Entertainment Management in
Haarlem ontvingen via een illegaal traject, bekend als de ‘Theo-route’, hun
diploma. Studieachterstanden werden kwijtgescholden en eerder afgekeurde
scripties alsnog goedgekeurd. De hogeschool maakte gebruik van deze truc om de
overheidssubsidie die een instelling voor het uitreiken van een diploma krijgt
niet mis te lopen. In totaal gaat het mogelijk om enkele miljoenen euro’s
illegaal verkregen subsidiegeld.
Bij de Hanzehogeschool in Groningen werden
‘staartstudenten’ (ouderejaars) van het Instituut voor Communicatie en Media
uitgenodigd om via een van de vier alternatieve verkorte routes af te studeren.
Studenten met 200 van de 240 studiepunten kunnen bijvoorbeeld zonder het
afleggen van hun laatste tentamens via een ‘assessment’ aantonen dat zij over in
de praktijk opgedane competenties beschikken die voldoen aan de eindeisen van de
opleiding. De hogeschool laat weten dat de alternatieve trajecten volkomen
legitiem zijn.
In reactie op de publicatie over InHolland stelde
bestuursvoorzitter Geert Dales een onderzoekscommissie in die alle opleidingen
van de hogeschool moet doorlichten op zoek naar mogelijke diplomafraude.
...
Red.: Even voorspelbaar als het opgaan van de zon. En de
voorspelbaarheid was zelf ook al bekend:
De reden van de volkomen dwaze combinatie van rendementsdenken en loslaten van
centrale normen is dat beide horen bij ideologie: de vrije-markt ideologie, op
zich weer deel uitmakende van het neoliberalisme. Die ideologie stelt dat alle
vormen van markt of competitie gunstig zijn en leiden tot vertering, en dat alle
overheidsbemoeienis leidt tot inefficiëntie en extra kosten. Inmiddels is dat
bewezen op talloze terreinen een absolute leugen te zijn. Maar ideologie laat
zich niet weerleggen, en dus gaat men er normaliter gewoon mee door, zoals
blijkt na het eerste geval van hogeschooolfraude. Het enige dat zoiets snel kan
stoppen is een catastrofe.
Voor een reportage over de wijdverspreidheid van de huidige
fraude, zie hier
.
Alle voorgaande pogingen tot netwerkscholen en dergelijke
zijn inmiddels een stille dood gestorven. Maar er is een nieuwe ster aan het
ICT-firmament, de iPad, en wat zien we:
Uit:
De Volkskrant, 08-04-2013, van verslaggeefster Ianthe Sahadat
Reportage | ICT verovert het onderwijs
Half in de klas, half in de cloud
Op het Hondsrug College lopen de brugklassers niet langer krom onder hun
boekenlast. Een vernieuwing die dit keer eens uit het onderwijs zelf voortkomt.
Tussentitel: Zittenblijven wordt afgeschaft en de kosten gaan 15 procent
omlaag
Emmen is niet direct het Sillicon Valley van Nederland. Toch is het in het
onopvallende schoolgebouw naast een rustige rotonde aan de Emmalaan waar het
onderwijs van de toekomst vorm krijgt. De leerlingen van het Hondsrug College
zitten niet langer in de klas, maar in the cloud. Brugklassers slepen niet met
kilo's boeken, maar met een iPad. En docenten schrijven geen briefjes, maar
gebruiken een absentie-app. ...
De school begon in 2010 met het project 'Leren op maat'.
Eindelijk eens een onderwijsvernieuwing die niet uit Den Haag kwam, maar eentje
die door docenten van de eigen school en een paar handige ict-jongens was
bedacht.
'Het wordt al snel iPad-onderwijs genoemd, maar de iPad is
slechts een hulpstuk', zegt directeur Kees Versteeg ...
Red.: Precies dezelfde verhalen als bij eerst de PC, toen de laptop,
en daarna het internet: hosanna. En kinderen die zullen allemaal plezier krijgen
in het onderwijs en leren volstrekt automatisch. Dit soort kinderen:
Het hoger-opleidbaar type kinderen van meestal hoogopgeleide ouders. Die al vier
tablets in huis hebben.
En de ideoloog legt het nog een keertje uit:
Uit:
De Volkskrant, 08-04-2013, van verslaggeefster Ianthe Sahadat
Interview | Hans Theeboom
'We onderschatten hoe graag een kind zelf leert'
De iPad dringt als vervanger van pen en papier steeds verder door in het
onderwijs. 'De motivatie zal stijgen.'
Red.: De mnatra's van het o zo mislukte Nieuwe leren.
Exact.
Een elite-idee komende uit een glaszuivere leite-groep.
Het Nieuwe Leren.
Het Nieuwe Leren.
|
Alles gaat anders worden. Zo zullen er geen klaslokalen meer
bestaan.
'Dat is niet helemaal waar. Je kunt scholen niet zomaar ombouwen.
Bovendien hebben kinderen altijd een vaste plek nodig waar ze de dag
starten. We gaan lokalen alleen anders gebruiken. Een lokaal wordt
bijvoorbeeld een taal- of rekenatelier waar kinderen van verschillende
leeftijden door elkaar aanwezig zijn. |
Het Studiehuis, kernelelemnt van het Nieuwe Leren.
Een elite-idee voor elite-ouders. Jammer voor al die allochtonen.
De internet-school: door surfen tot wijsheid.
Wat allemaal de moeite van het noteren waard werd gevonden,
door het tegelijkertijd onder ogen komen van een illustratie van een element van
het proces van leren dat de dames en heren theoretici over het hoofd zien:
Uit: KIJK, nr. 5-2013, AvH, bron: New Scientist
Door robot verhoorde getuige betrouwbaarder
... De informatie van ooggetuigen kan
voor de politie essentieel zijn om een misdaad op te lossen. Maar het
interviewen van dit soort mensen is een gevoelige klus. Zo kan de verhoorder een
getuige beïnvloeden door bepaalde woorden te gebruiken. Onderzoekers van de Missisippi State University hebben daar iets op bedacht: een ondervraagrobot.
Om te onderzoeken of ook een robot getuigen met bepaalde
woorden kan sturen, toonden de onderzoekers aan honderd personen eerst een
slideshow. Hierin was te zien hoe een man geld en een rekenmachine uit een lade
steelt, terwijl hij doet alsof hij een auto aan het repareren is. Daarna werden
de proefpersonen in vier groepen verdeeld. Per groep vroeg óf een mens óf een
robot naar wat de getuigen hadden gezien. Bij twee groepen probeerde de
interviewer, robot of mens, de getuige te beïnvloeden. Zo noemden ze objecten
die eigenlijk niet in de slideshow aanwezig waren en vroegen hier later naar.
Wat bleek? De getuigen die door een mens werden geïnterviewd, herinnerden zich
ineens voorwerpen die er nooit waren geweest. Maar de proefpersonen die van de
robot verkeerde informatie kregen toegespeeld, hadden nergens last van. ...
Red.: De verklaring hiervan, niet gevonden door de
onderzoekers, is het verschijnsel van empathie
: mensen, net als alle andere groepsdieren, hebben empathie ten opzichte van
elkaar en nemen daardoor automatisch dingen van elkaar over. Net als leerlingen
in de klas makkelijker leren bij docenten die ze aardig vinden. Iets waarvan ze
geen last hebben bij de robot. en ook niet bij de computer. Daar leren ze niks
extra. Alleen eventueel dorre feiten. Niets over de relatie van die feiten tot
de mens. Dat kan ze alleen een mens uitleggen. Wat het beste gaat doordat de
leerlingen zien hoe een ander mens op die feiten reageert. Kan een robot niet.
Kan een computer niet. ook al ziet hij er nog zo gelikt uit.
De Vokskrant, nog steeds volop onder de inv;loed van het
neoliberalisme, bestede er in haar hoofdkatern een hele pagina aan. Gelukkig
kwam er in het wetenschapskatern enig tegengeluid:
Uit:
De Volkskrant, 13-04-2013, door Tonie Mudde
De valkuil van de Steve Jobs-school
Wat heeft de wetenschap te zeggen over de actualiteit? Deze week: de opmars van
iPads op scholen.
Geen kilo's schoolboeken meer in de rugtas, maar alleen een iPad. Op het
Hondsrug College in Emmen is dit al dagelijkse praktijk. Ook andere scholen in
Nederland vervangen pen en papier door laptops en tablets. Na de zomer beginnen
in Nederland tien Steve Jobs-basisscholen met e-learning als norm.
De initiatiefnemers denken dat tablets leerlingen meer
motiveren dan boeken. Sommige onderzoeken beamen dit, zoals dat op de Amelia
Earhart Middle School in de Verenigde Staten. Van de scholieren die rekenden met
een speciaal ontwikkelde wiskunde-app, haalde 78 procent na een jaar een
voldoende. Bij de controlegroep - leerlingen die hun wiskunde uit traditionele
schoolboeken haalden - was dit slechts 59 procent.
Toch is het dubieus of deze verbetering is toe te schrijven
aan de tablet. Leerlingen die weten dat zij zijn uitverkoren om een nieuwe
onderwijsmethode te volgen, kunnen alleen al daarom extra gemotiveerd raken. ...
Red.: Een oud en bekend effect.
En waar de motivatie niet deugt, gaat vhet vrijwel onveranderlijk in de
uitvoering ook hartstikke fout. Zoals bijvoorbeeld zo:
Precies als bij het Nieuwe Leren.
Naar Rijnlands onderwijsbeleid
, Rijnlandmodel, lijst
, Rijnlandmodel, overzicht
, of site home
.
|