Bronnen bij Klassenstrijd: intellectuelen en elite |
1 jun.2009 |
De positie van de algehele groep van intellectuelen, dus zonder te kijken naar
deelgroepen, is duidelijk genoeg om het eigenlijk overbodig te maken die nader
te onderbouwen. Maar omdat ze er natuurlijk meteen fanatiek op los gaan liegen
zodra deze positie opgeschreven of uitsproken wordt, zullen we het toch moeten
doen.
De algehele groep van intellectuelen heeft over het algemeen een zeer elitaire
houding ten opzichte van dat deel van het volk dat ze onder zich achten - ruwweg
de onderste tweederde qua inkomen. Dat is klootjesvolk dat tuintje heeft en
spruitjes heeft, naar Frans Bauer luistert, en allerergste, niet blij is met tot
een hekel heeft aan buitenlanders
. Nee, niet alle buitenlanders, maar allochtone buitenlanders - buitenlanders
met een kleurtje. Of, gezien vanuit die onderste-tweederde-ogen: buitenlanders
die overlast veroorzaken.
Sinds dat laatste naar buiten is gekomen, zijn de
intellectuelen die je hoort en ziet bijzonder narrig geworden. Ze maken de
onderste tweederde uit voor alles dat lelijk is, onderbuikgevoelens, xenofobie
en racisme zijn veelgebruikte termen
. En iedereen die iets zegt dat die onderste tweederde steunt, is een populist.
De ergste populist is natuurlijk Geert Wilders, omdat die het
hardste zegt dat er iets mis is met allochtone buitenlanders, namelijk dat ze de
islam aanhangen - en de islam is een verschrikkelijke godsdienst
,
weet Geert Wilders - net als een heleboel andere, weldenkende, mensen maar die
durven dat niet te zeggen.
Nu is de hekel die de intellectuelen aan Geert Wilders hebben
natuurlijk niet veel groter dan de hekel die Geert Wilders heeft aan de
betreffende intellectuelen. Dat heeft hij laatst eens gezegd, en een ervan is zo
dom geweest om erop te reageren - want als je op zoiets reageert, moet je het
wel goed doen, en dat goed reageren is echt veel te moeilijk voor dit soort
intellectuelen, vast als ze zitten aan hun ideologietjes:
Uit: De Volkskrant, 30-05-2009, column door Bert Wagendorp
Designerbril
Tussentitel: Wij van de elite lijden aan een groot collectief
Stockholmsyndroom
Behalve aan mohammedanen, weten we sinds Donderdag Gehaktdag, heeft Geert
Wilders dus ook een pesthekel aan 'gladpratende bestuurskundedoctorandussen met
designerbrillen'. Die jongens zijn volgens hem typische exponenten van de elite,
en Geert haat de elite. Tot de elite behoren onder meer ook 'politici,
journalisten, rechters, subsidieslurpers en ambtenaren', ...
Red.: Waarna Wagendorp doorgaat over Wilders'
opmerkingen over een blonde Belgische journaliste die zich naar Afghanistan en
onder de Taliban begaf, daar verkracht werd door een Taliban-aanvoerder
(natuurlijk, zou je er bijna achter schrijven, want een vrouw die zich op een
dergelijke manier niet onderdanig toont aan de door Allah boven haar gestelde
man moet toch op een of andere manier op de juiste verhoudingen gewezen worden
... zou je zeggen), en er vervolgens in termen als: "Ik begrijp wel dat het kan
gebeuren" en "Ik zag dat hij er achteraf spijt van had"."Stockhom-syndroom" was
de kwalificatie van Wilders, een term staande voor de sympathie die het
slachtoffer van een gijzeling voor de daders kan gaan vertonen, en vervolgens
dit specifieke geval van de journaliste als voorbeeld gebruikende voor de hele
intellectuele elite, waar hij kennelijk, en terecht, ook de journalisten onder
schaart. Volgens Wilders gedraagt de intellectuele elite als slachtoffers onder
gijzeling, die sympathie zijn gaan koesteren voor de daders. De gijzeling zijnde
de instroom van allochtone en moslim-immigranten, die de maatschappij zodanig in
hun greep hebben, dat de straten van grote steden overbevolkt worden door
hoofddoeken en baarden, en dat iedere stad of dorp middels een of meerdere
moskees heeft. En ze overal een voorkeursbehandeling krijgen van onze
intellectuele elite. Kopjes thee als ze misdaden plegen, en hoge posten om ze
erbij te laten horen ondanks het feit dat ze als groep zwaar onderpresteren.
Kortom: Geert Wilders gaf een plastische omschrijving van wat
iedereen kan constateren, en alleen niet zo aardig gevonden wordt door de groep
die hij beschreef: de intellectuele elite. Van het type Bert Wagendorp: een
alfa-baantje, linksig, ideologisch, multicultiralistisch, kosmopolitisch (Bert
zelf heeft familie in Israël), en alle aanverwante verschijnselen. Volgens Bert
is wat Geert over de journaliste zegt dan ook veel erger dan de verkrachting
door de Taliban-aanvoerder. Een overduidelijk geval van een draadje los. Een
draadje dat vast zat aan gezond verstand, en nu door Bert zelf vast is geplakt
aan zijn ideologie - iets als het "Is islam = Is goed", wat de moslims kenmerkt
.
Natuurlijk is dit niveau wel behoorlijk platvloers, wat
misschien wel te verwachten is van een columnist die het Ad hominem tot zijn
standaardgereedschap heeft gemaakt
. Op wat hoger niveau speelt de discussie veelal rond het begrip "populisme",
staande voor het feit dat sommige politici en soms ook een enkele losbandige
intellectueel dingen zeggen die de standpunten en de positie van de onderste
tweederde ondersteunen. Want men acht zich wel democraat, maar alleen zo ver dat
het volk eens in de vier jaar mag kiezen uit intellectuelen, maar meer moet het
niet aan invloed of te zeggen krijgen. Dat is populisme.
Uit: De Volkskrant, 19-05-2009, rubriek Gemende Berichten door Martin
Sommer
Een 8+, maar de onvrede gromt ... Een regering
die prima op stoot is, terwijl ruim 40 procent van de bevolking instemt met de
meest radicale anti-stroming, daar klopt iets niet.
De gebruikelijke verklaringen helpen weinig.
Die van de politiek van gisteren is dat wij een verwend volk
zijn. Vaak wordt verwezen naar de kreet ‘met mij gaat het goed, met ons gaat het
slecht’. Hoe kan dat? Een zeer welvarend volk maakt aan den lijve weinig ongemak
mee en is toch chronisch ontevreden. Een proeve van dit gedachtengoed vindt u in
het net verschenen boek Open en onbevangen van Thom de Graaf en zijn
vrijzinnige vrienden, dat door inleider Joop van den Berg werd getypeerd als
‘een tikje het rustige bezit van Ons Soort Mensen’. ...
Dan het Nederlandse politieke bestel. Dat is nog altijd
hoogst regentesk – eenmaal per vier jaar het stembiljet invullen en laat u het
daarna maar aan ons over. Geen gekozen burgemeester, geen referendum,
kieslijsten waarop alleen de bovenste een echt mandaat heeft, veel benoemingen
en een erfelijke koningin die ook meedoet. Met enerzijds de bekende en terechte
klacht van een bevolking die zich nauwelijks gehoord weet. Anderzijds het
paradoxale gevolg van dit ouderwetse regentendom, dat het politici niet
uitnodigt de bevolking aan te spreken op de eigen wensen en opvattingen.
...
Red.: Het anti-populisme standpunt is veruit
dominant onder intellectuelen, maar door de de voortschrijdende islamisering,
het zichtbare afwenden van Nederland, en de segregatie zijn is er een klein doch
enigs toenemend aantal intellectuelen die ook zien dat je niet zomaar tweederde
van de bevolking langdurig dwars kan gaat zitten, zonder ernstige
maatschappelijke gevolgen - die ze nu zelf ook onder ogen zien, gezien wat
de Volkskrant (30-05-2009, hoofdredactioneel commentaar) schreef:
Waaruit de Volkskrant, broeinest van linksige intellectuelen, natuurlijk
de conclusie trok dat het beter is dat anti-moslim standpunten verboden worden
(hoewel ze dat natuurlijk "netter" zeiden).
Die andere intellectuelen moeten natuurlijk deels wel voorzichtig
zijn, want niet iedereen kan zich volop in het spervuur van de onbeschoftheden
van de multiculturalisten begeven - niet iedereen is even geschikt voor of goed
in het moddergooien van mensen als Bert Wagendorp. Maar onder de inbreng van
iemand die op een beschaafde manier er een paar belangrijke aspecten eruit weet
te lichten:
Uit: De Volkskrant, 30-05-2009, column door Marjolijn Februari
Intelligent populisme
Tussentitel: Als we niet uitkijken, zitten wij straks ook met een paard
in het parlement
... Vandaag een kerngedachte die al meer dan twintig jaar met
me meegaat; een juridisch citaat is het, opgevist uit een juridisch
handboek. Al heel vaak gebruikt, maar iedere keer opnieuw prachtig en ter
zake doende. Oorspronkelijk werd de zin opgeschreven door mr. S. Gerbrandy;
in zijn proefschrift uit 1946 had hij het over de krankzinnige keizer
Caligula, die in de eerste eeuw na Christus met harde hand over Rome
regeerde.
Caligula leed zozeer aan grootheidswaan dat hij uiteindelijk
de maan uitnodigde in zijn bed en zijn paard Incitatus tot consul van het
Romeinse Rijk benoemde. Gerbrandy liet zich niet voor de gek houden en
schreef: 'Wie aanneemt dat het paard van Caligula werkelijk Consul van het
Romeinse Rijk is geweest, heeft het recht vaarwel gezegd.'
Een paar weken geleden bracht presidente Silvio Berlusconi
deze zin opeens weer terug in mijn) herinnering - en met de zin ook het
belangrijke principe dat eraan ten grondslag ligt - toen hij het Europese
Parlement wilde bevolken met schoonheidskoninginnen. ...
Indertijd wilde Gerbrandy met zijn uitspraak laten zien dat
het recht meet is dan een optelsom van formele regels alleen. Je kunt wel
alle procedures vlekkeloos doorlopen en denken dat je je paard volgens de
regels hebt bevorderd tot consul van het Romeinse Rijk, maar daarmee is dat
paard nog niet werkelijk consul geworden. Er zijn volgens Gerbrandy
'bovenwillekeurige rechtsbeginselen', inhoudelijke criteria waaraan recht
moet voldoen om werkelijk recht te worden. ...
Natuurlijk staat Nederland er in vergelijking met Italië goed
op. Maar ook hier is het goed eens na te den ken over volksverlakkerij. Als
je wilt dat het volk goed wordt vertegenwoordigd, stelt dat eisen aan de
volksvertegenwoordigers. Ten eerste moeten ze de opvattingen kennen van
degenen namens wie ze spreken. Ten tweede, en dat is min,.
stens zo belangrijk, moeten ze aan hun achterban uitleggen waarom sommige
dingen niet kunnen of onverstandig zijn.
Nu zou meer populisme in de volksvertegenwoordiging wel
prettig zijn. Iedereen moet goed en serieus worden vertegenwoordigd: de
behoeften op het vmbo en in de sociale woningbouw zijn even belangrijk als
die aan de universiteit en in de bestuurskamers, en dat besef van
fundamentele gelijkwaardigheid kun je niet helder genoeg terugzien in het
parlement.
Tegelijk moet een gezonde vorm van populisme je niet
verleiden tot anti-intellectualisme. Niet iedereen is in staat de bevolking
te vertegenwoordigen en uit te leggen welke politieke wensen haalbaar zijn
en welke niet. Je kunt wel overal fotomodellen neerzetten en suggereren dat
het volk krijgt wat zijn hartje begeert, maar daar wordt het volk
uiteindelijk niet beter van.
Volksverlakkerij ontstaat wanneer je anti-intellectualisme -
het lonken naar soapsterren - combineert met een minachting voor wat een
bevolking nodig heeft. Je luistert naar het merendeel van de kiezers
principieel niet, belooft dingen die je niet waar kunt maken, en gaat op de
achtergrond je eigen gang.
Er is heel hard behoefte aan intelligent populisme: het
beroep op eeuwenoude beginselen als rechtvaardigheld en gelijkwaardigheid.
Anders zitten ook wij straks met een paard in het parlement.
Red.: En als je dit op een beetje geschikte manier
vertaald (niet noodzakelijkerwijs die van Marjolijn Februari), kan je komen
tot de conclusie dat we met Geert Wilders en de PVV een "paard" in het
parlement hebben gekregen, omdat de overige "volksvertegenwoordigers"
onvoldoende 'besef van fundamentele gelijkwaardigheid' van de
maatschappelijke klassen hebben. En niet voldoende in staat zijn gebleken om
'uit te leggen welke politieke wensen haalbaar zijn en welke niet'.
Waarbij wij verder invullen dat dat onvoldoende uitleggen in
sommige gevallen niet lukt omdat de ingenomen standpunten niet uit te leggen
zíjn. Waarvan het standpunt dat Nederlanders zich aan moeten passen aan
immigranten er absoluut eentje is.
Iemand die je als voorbeeld kan gebruiken van de door Marjolijn
Februari aangeduide groep van intellectuelen die te weinig populistisch
zijn, is Evelien Tonkens. Socioloog, lid van de Eerste Kamer voor
GroenLinks, voldoet ze aan alle "intellectuelen"-criteria op maximale wijze.
En dat ze het tegenovergestelde van populistisch is, bewijst ze zelf:
Uit: De Volkskrant, 27-05-2009, column door Evelien Tonkens
Populistische zelfverlaging Het populisme is
een blijvertje. Het heeft zich comfortabel in ons midden genesteld. Een beetje
meehuilen over de islam, de politiek of de grote graaiers maakt populisme niet
onschadelijk, maar slechts belangrijker. Dat besef begint langzaam door te
dringen. Daarom staat het populisme zo in de belangstelling.
Hoezeer het populisme onder ons is, en hoeveel meer het is
dan islam-bashing, wordt duidelijk via twee trivialiteiten die al wekenlang de
media beheersen: de huisvestingskosten van de Utrechtse burgemeester Wolfsen en
de plek en inrichting van het Nationaal Historisch Museum. tie. Opdat het een
keer ophoudt. Naïef of vals? Zo houdt het natuurlijk nooit op.
Omdat nergens blijkt dat de burgemeester iets onoirbaars
heeft gedaan, verschuift de kwestie steeds. ...
Dat is populistische politiek bij uitstek: niet over de
hoofdlijnen van beleid, maar over een onnozel detail uit het privéleven van een
politicus of bestuurder. Want dat kan iedere krantenlezer volgen. ...
Al even stupide is de deining rond het Nationaal Historisch
Museum. Uit (mijn) onderzoek komt naar voren dat Nederlanders veel waarde
hechten aan het Nederlanderschap, maar niet goed kunnen benoemen wat het is. Uit
de affaire rond het Arnhemse museum spreekt die verlegenheid ook. Politici
willen het dolgraag hebben over de nationale identiteit en het belang van het
Nederlanderschap, maar ze weten er niks over te zeggen. Dus storten ze zich maar
op de aankleding en de beoogde buren van het museum.
‘Het zou naast het Openluchtmuseum komen!’ huilt Marijnissen.
‘Het was mijn idee! Als het zo gaat vind ik het niet meer leuk!’ De hele Tweede
Kamer huilt mee en stort zich ook nog schaamteloos op de vormgeving: staat de
canon wel centraal, en leidt men de bezoeker wel langs een tijdbalk? Het móet
met de canon en langs een tijdbalk, anders vinden ze het in Den Haag niet meer
leuk. Dan doen ze niet meer mee.
Met zulke kleuters als politici heb je helemaal geen
populisme nodig om de politiek te verlagen. Uit angst dat populistische partijen
hun kiezers afpakken, doen ze onderling een wedstrijdje zelfverlaging. Vroeger
ging politiek nog wel eens om volksverheffing. Nu durft niemand dat meer. Dus
verkleint men de kloof tussen burgers en politiek vanaf de andere kant: via
zelfverlaging. Naast de kleuter-burger op de knieën. Hoe intens treurig. ...
Red.: Dat Tonkens tegen populisme is, hoeft niet nader
toegelicht te worden - rabiaat lijkt de juiste term. Des te aardiger de
voorbeelden die ze gebruikt: de kwestie van de burgemeester, en van het
Nationaal Historisch Museum (NHM). De burgemeester had twee kranten onder druk
gezet, en de ophef daarover is in ruime mate gerechtvaardigd. Dat is voorbeeld
één plat
Het belangrijke voorbeeld is nummer twee: het NHM. Dat is
door de politiek op de agenda gezet in het verlengde van de historische canon.
Ter ondersteuning van de Nederlandse geschiedenisonderwijs dat ten onder was
gegaan in politieke correctheid en de Efteling-mentaliteit ("... want het moet
wel leuk blijven"; met dank aan Daphne Deckers), en ter ondersteuning van de
Nederlandse identiteit, want dan wisten dat immigranten wat als richtlijn te
gebruiken bij de een paar jaar terug veelgestelde vraag: "Maar waaraan moeten
wij ons aanpassen?" Iets als kampioen-immigratieland Amerika doet door plechtige
eden op de Grondwet en met veel vlagvertoon. Zoiets dus, maar dan beschaafder.
Maar dat is allemaal anathema voor mevrouw Tonkens. Dus ook
dat NHM. En dat iemand bezwaren (tezamen met vele andere historici) maakt tegen
twee directeuren die zich niet aan hun opdracht houden, is dan voor mevrouw
Tonkens voldoende om de "populisme"-stoomwals uit te rijden. Hoe intens treurig.
...
Mevrouw Tonkens wil dus punten maken tegen het populisme, en
schiet zich daarbij tweemaal zeer gevoelig in de voet. De reden dat dit gebeurt,
is natuurlijk ook al volkomen duidelijk: het gaat mevrouw Tonkens om die andere
vorm van populisme die ze ook al zelf noemt: de sterk groeiende bezwaren tegen
de islam. En bijkomend de overlast veroorzaakt door allochtone immigranten. En
kom niet aan immigranten, want dan ontsteken de intellectuelen van het type
GroenLinks, D66, PvdA, artistiek, journalistiek (een kleine groep uitzonderingen
daargelaten), en bestuurders (een nog kleinere groep uitzonderingen) in rabiate
woede. En dan gaan ze, gelukkig, zeer domme dingen zeggen.
Wie gelet heeft op de data van verschijnen van de geciteerde
artikelen dat ze zich allemaal binnen een venster van een handvol en nog wat
dagen. Het is allemaal het gevolg van de plotseling sterk gestegen populariteit
van Geert Wilders en de PVV, die volgde direct op de bekendmaking van de
vervolging van Wilders wegens belediging van de islam en moslims. Een groot deel
van de Nederlanders, volgens peilingen nu rond de 40 procent heeft daar
kennelijk de lijn getrokken wat betreft de tolerantie van de tolerantie van al
dat moslim-gedoe door intellectueel en bestuurlijk Nederland van de islam. En
daar is intellectueel en bestuurlijk Nederland verontwaardigd en woeden over.
Vandaar deze campagne van intellectuele onzin en onderbuikgevoelens. Een
opleving van een campagne, die al een jaar of dertig bezig is, zoals te zien via
de lijst van medewerkers
,
en bekend is onder termen als politieke-correctheid en multiculturalisme
.
Marjolijn Februari introduceert twee groepen intellectuelen:
zij die op de goede manier meer populistisch zouden moeten worden, en zij die op
de verkeerde manier populistisch zijn. Hier willen we nog een derde groep
intellectuelen noemen: zij die op de verkeerde manier niet-populistisch zijn.
Zij die het volk keihard laten vallen. De globaliseringswinnaars
. De kosmopolieten
. Wat wij ook wel noemen: de cultuurverraders
. Maar vooral zijn het volksverraders. Verraders van de lagere sociale klassen.
En deze groep is, zoals de bronnen laten zien, in ruime mate
in de meerderheid.
We hebben naar deze conclusie geschreven, maar de
discussie gaat nog even door. Ook daaruit de hoogtepunten:
Uit: De Volkskrant, 03-06-2009, column door Evelien Tonkens
Verzuilde klassen
Nee, Geert, de islam is geen tsunami. Nee, Geert, het volk heeft niet altijd
gelijk, want het volk heeft niet één stem en is niet altijd redelijk. Politiek
gaat niet over de directe uitdrukking van individuele belangen maar over
afwegingen tussen strijdige belangen.
Zó moeten we redelijk en kalm de verhitte taal van populisten
weerspreken, aldus Anton Zijderveld (in Populisme als politiek drijfzand).
Het populisme is emotioneel en onredelijk, humorloos, nationalistisch,
simplistisch, media-gericht en anti-institutioneel. Het heeft een negatief
programma, wijst een zondebok aan en een autoritair, charismatisch leider. En
het geeft het volk altijd gelijk. ...
Red.: Altijd een nuttige exercitie is om de zaken even
van de andere kant te bezien. Dan krijg je het volgende:
Waarna het onmiddellijk dat de hele paragraaf van Tonkens niets anders is dan
met giftig gas gevulde bluf.
Grappig genoeg bewijst ze het standpunt van de redactie in
haar laatste alinea (de rest is gevuld met aan beschouwing of één of andere
socioloog die de stoomwals nog eens dunnetjes heen en weer laat rollen):
Dat de klassen elkaar vroeger meer ontmoetten is je reinste flauwekul. Wat er
veranderd is dat de elite in tot aan de jaren tachtig nog niet zo graaiden als
ze vanaf de jaren tachtig steeds harder zijn gaan doen, en dat ze eveneens sinds
die jaren niet de lagere klassen hebben laten vallen ten gunste van de
(allochtone) immigranten en moslims.
Maar naast deze intellectuele vorm van onderbuikerupties, was
er ook nog eentje van de platvloerse versie:
Uit: De Volkskrant, 03-06-2009, column door Bert Wagendorp
Brussel Via een vriend kreeg ik een mailtje van de
SP. Er zat een filmpje bij, met aardige jongens en meisjes uit andere Europese
landen die op mysterieuze wijze mijn naam bleken te kennen en die ook nog tegen
mij zeiden dat ze van me hielden.
Ik was hier erg blij mee, tot opeens de schreeuwstem van SP's
huiszanger Bob Fosko me uit de droom hielp: 'He, niet te klef hè! We houden
allemaal van elkaar, maar Nederland wil minder Brussel!'
Ik niet. Ik hou van iedereen, maar ik wil juist meer Brussel.
...
Het Nederland in Europa van naargeestig links (SP),
naargeestig rechts (PVV) of naargeestig midden (CU): ik moet er niet aan denken.
Het Nederland waarin we weer knus met elkaar zitten te kwaken in ons zompige
moeras, ver van de wereld, godverhoede. ...
Ruim een halve eeuw geleden waren wij nog een armlastige en
aartsconservatieve achterhoek waaruit je alleen kon ontsnappen door te
emigreren. Een beetje kunstenaar moest naar Parijs, om de spruitjesgeur uit zijn
werk te wassen. ...
Maar het is bijna not done geworden, daar nog eens op
te wijzen. ...
Europa is hier uit de mode. Nederland, ooit de kampioen van
het Europese denken, staart weer intens naar de eigen navel. ...
... Ik ben voor Europa, omdat het ons van de vloek van onze
kleinheid kan verlossen. En ook van die bekrompen, kleinzielige Hollandse kramp,
waarvan je de laatste tijd weer zulke fraaie staaltjes ziet, ook bij de SP met
haar smakeloze kleffe watertomaatje.
Red.: Daar kan Geert Wilders een punt aan zuigen. Aan
het leegzuigen van deze beerput heeft de gemeentelijke reinigingsdienst van een
middelgrote stad nog een aardige klus. Om op hetzelfde niveau te antwoorden: Het
is maar goed voor Bert de kosmopoliet dat zijn grootmoeder inmiddels al in
Israël zit - dan kan hij er zelf op iedere moment achteraan.
Het is duidelijk in welk kamp Evelien Tonkens zit: het intens
goede kamp.
Gelukkig laat ook de stem van de beschaving zich nog een keer
horen:
Uit: De Volkskrant, 02-06-2009, rubriek Gemende Berichten door
Martin Sommer
Openbaar bestuur als herenclub Groot-Brittannië
is al wekenlang in de ban van bonnetjesgate. Dag na dag melkt de krant The
Daily Telegraph een journalistieke goudader uit die steeds meer weg krijgt
van een politieke clusterbom. Politici van alle partijen hebben zich al te
menselijk gedragen. Kattenvoer werd gedeclareerd, de hypotheek van tweede huizen
die al waren afbetaald, het uitbaggeren van de vijver, weinig was te dol. Niet
onbelangrijk – het was allemaal officieel niet verboden, maar toch volstrekt
ongepast.
Het publiek volgt het schandaal ademloos en het gevoel is:
weg met het schorriemorrie. Het land van veel bier en schreeuwende voetbalfans
laat nu zijn puriteinse gezicht zien. Er zijn ministers opgestapt, handenvol
Kamerleden beloven bij volgende verkiezingen niet op te gaan voor hun zetel, de
speaker (voorzitter) treedt af. Zoiets is sinds 1695 niet voorgekomen. Het
onderstreept de ondergangsstemming in Groot-Brittannië, dat al zoveel macht is
kwijtgeraakt, zoveel empire en economische voorspoed. Dat het Lagerhuis
zichzelf bestuurt als een ‘herenclub’ die zijn eigen regels stelt, kan echt niet
meer, vindt ook premier Gordon Brown.
Hoe zou zoiets hier gaan? Ook in Nederland gromt het
ongenoegen over ‘zij daar in Den Haag’. Bij de Britten schudt inmiddels het hele
bestel op zijn grondvesten. Minder centralisme moet er komen, meer invloed voor
de burger.
In Nederland hebben we geen bonnetjesgate maar Wolfsengate,
naar de burgemeester van Utrecht die twee kranten onder druk zette om niet te
publiceren over zijn tijdelijke huisvesting. Nederland heeft zorginstellingen en
woningbouwverenigingen die worden geleid door zichzelf ruim bedelende managers.
Wel allemaal verbonden aan een politieke partij en geruggesteund door
prominenten in de Raad van Toezicht. En we hebben commissarissen van de koningin
die hardnekkig geen openheid geven over hun vele bijbaantjes, waarover
Elsevier jaarlijks dapper bericht als was het de haringrace.
Opvallend verschil met de Britten: misstanden in het
openbaar of pseudo-openbaar bestuur willen hier maar niet tot conclusies leiden.
... Intussen gaat de discussie vooral over populisme.
Klachten over publieke bestuurders richten zich al heel snel
tegen de klagers. Met al die populisten valt er nauwelijks meer fatsoenlijk te
besturen. Die heksenjacht moet nu eens afgelopen zijn. Het is klein bier, zo’n
Aleid Wolfsen is toch een voortreffelijke burgemeester? Hij is door het stof
gegaan en heeft beloofd dat hij nog beter zijn best gaat doen dan hij al deed.
Wat is er toch een nare, rancuneuze, verbeten sfeer in Nederland.
Populisme, in de Britse kranten ben ik dat woord nauwelijks
tegengekomen. Populisme hoort dan ook bij de typisch Nederlandse folklore. Want
aan de andere kant van de populistische medaille bevindt zich een taaie traditie
van vaderlands regentendom. Laat het besturen nou maar aan de bestuurders over.
Wij lossen het samen wel op. Iedereen herinnert zich de prettige ontvangst van
de bankiers in de Tweede Kamer, terwijl uitgerekend de collega’s van de Londense
City peentjes moesten zweten in het Lagerhuis. Misschien dat het er soms niet op
lijkt, maar onze bestuurders vinden dat ze hun rollen en belangen keurig uit
elkaar te houden.
Donderdag werd bekend dat de hoofdredacteur van de Utrechtse
editie van het Algemeen Dagblad het veld moest ruimen nadat hij onder
druk van burgemeester Wolfsen een artikel niet had gepubliceerd. Eerder was de
verslaggever overgeplaatst. Niemand die zich over het ontslag van de
hoofdredacteur verbaasde. Interessante vaststelling: de burgemeester,
hoofdverantwoordelijke voor de affaire, vertegenwoordiger van de publieke moraal
– de burgemeester zit er nog. Alleen de Utrechtse populisten protesteerden.
...
Een paar weken geleden stond minister Ter Horst voor de
Tweede Kamer. Er was een vraag, van de SP natuurlijk, over de commissaris van de
koningin in Noord-Holland Borghouts. Die was zojuist hoofdbestuurder van het
pensioenfonds ABP geworden. Kon dat wel samen met zijn rol als
ambtenaren-werkgever? Eigenlijk niet. Minister Ter Horst wilde de commissaris
niet op het matje roepen. ...
Met andere woorden: het herenclub-beginsel heeft in Guusje
ter Horst een pleitbezorger. ...
Red.: En voor deze club nemen mevrouw Tonkens en
meneer Wagendorp het op. Op een toon van intellectueel gekrijs en populistisch
gebrul.
Dit was allemaal voorafgaande aan de Europese verkiezingen
van 4 juni 2009. Die een eclatante zege voor de PVV opleverden, in de zin van
dat veruit de meeste winst boekten, en scoorden als de tweede partij. De
reacties waren een mengeling van verbijstering en woede: "Wij bedoelen het toch
allemaal zo goed, en hoe kunnen jullie dan op een partij als de PVV stemmen
...?" Een paar voorbeelden;
Uit: De Volkskrant, 08-06-2009, door Jos de Beus
De strijd om de ziel van een verscheurd land
De oude partijen raken in het coma van capitulatie na de winst van Wilders,
meent Jos de Beus. Hij doet ze drie suggesties om weer contact met het volk te
krijgen.
De tweedeling van Nederland is nu zo ver voortgeschreden, dat zelfs Europese
verkiezingen en scholierenverkiezingen grote betekenis hebben. Geert Wilders
bewees tot verbazing van iedereen, inclusief hemzelf, dat hij de boodschap en
organisatie heeft om in 2010 belangrijke gemeenteraden te veroveren en via
landelijke verkiezingen een onmisbare regeringspartij te vormen. ...
Red.: Nou, die organisatie is één ding, maar de boodschap in ieder
geval wel - gezien de uitslkag. Dat moet dus aan het volk liggen;
Het is werkelijk zeer ondankbaar van het volk, dat ze de heilsverwachtingen
van de regenten niet meer geloven ...
Tja, heb kritiek op islam en immigratie, en je bent de verspreider van haat
en wraak. Want de islam en immigratie zijn natuurlijk de hoogste geestelijke
goederen die er in het leven te vinden zijn ... We zullen zo meteen zien wat de
diepre geestelijke inspiratiebron hiervan is.
Oftewel: het adagium van "We moeten die Wilders aanpakken!". Wat al enige
jarenlang geprobeerd wordt, en maar niet wil lukken. Om voor de hand liggende
redenen, die deze redactie niet zelf hoeft te benoemen, aangezien dat gedaan
werd door Martin Bosma:
Uit: De Volkskrant, 13-06-2009, door Martin Bosma, PVV-Kamerlid en
fractiesecretaris.
De hooggeleerde professor demoniseert
De leugens over de PVV vliegen je om de oren, betoogt Marin Bosma. De
PVV is geen partij van haat en wraak en bedreigt geen journalisten.
Zondag was een boodschap van Jos de Beus te zien in het tvprogramma
Buitenhof. Op maandag drukte de Volkskrant die af op de
opiniepagina. Groot alarm: de Partij voor de Vrijheid heeft de verkiezingen
gewonnen. Partijen moeten voortaan, schrijft De Beus, permanent aanwezig zijn in
Rotterdam en andere steden (blijkbaar zijn ze
dat niet), zich verdiepen in wat mensen willen (hebben ze blijkbaar ook nog niet
gedaan) ...
Red.: De vinger op de zere plek: de
parijnen hebben de onderste tweederde van Nederland laten zitten. En tegen die
waarheid is geen leugen bestand. Ook niet en stroom leyugens als van de Beus.
Die het dan ook om zijn oren krijgt:
Hetgeen de Volkskrant doet, omdat ze zelf ook aan de kant staat van de
leugens ter meerdere gorie van het fatsoen. Want dat de PVV onfatsoenlijk is,
staat buiten elke kijf. En voor het fatsoen is natuurlijk bijzonder vervelend
als je aanhanger weglopen richting onfatsoen.
Dan verlies je alle rede uit het oog:
Nee, dat hoeft niet, want hij strijdt voor het fatsoen. Dit fatsoen:
En dat is waar de Nederlanders die met die moslims en andere allochtone
immigranten te maken hebben, van weglopen: de overlast, de moskee in de
achtertuin, en de uitzendingen van Opsporing Verzocht vol met licht en
zwaar getinte overvallers. Uit deze buurten:
En dat doet echt pijn. Ontzettend veel pijn.
Waar professor De Beus in gerold is en waar hij zijn eigen
sterke bijdrage aan levert, is een keiharde strijd tussen de klassen - de
bovenste derde versus de onderste tweederde: "Jullie zullen en moeten meedoen
met onze globalisering Europeanisering, vrije immigratie, goedkope arbeid van
elders, en de achterlijke cultuur uit de islamitische wereld!".
De electorale afgang noopte ook de Soeslov van het
intellectuele multiculturalisme, Anet Bleich, tot een ingrijpen - helaas werd
haar stuk geplaatst naast dat van Bosma, zodat de intellectuele leegheid meteen
schril over het voetlicht kwam;
Uit: De Volkskrant, 13-06-2009, door Anet Bleich
Toch maar een cordon sanitaire
Sinds de monsterzege van Wilders’ Partij voor de Vrijheid op donderdag 4 juni
staan we met z’n allen voor een kruispunt. Gaan we doen alsof er niets
bijzonders aan de hand is, of laten we tot ons doordringen dat het tolerante
klimaat waar Nederland eeuwenlang terecht om bekend stond onder vuur ligt?
...
Red.: Natuurlijk is de intolerantie van de islam geen enkel
probleem. Waarom niet, wordt niet uitgelegd. maar dat is dan ook moeilijk als je
die intolerantie niet noemt. want het is niet fatsoenlijk om de intolerantie van
d eislam te noemen. waarvan we ook weer niet te weten komen waarom het niet
fatsoenlijk is, maar dat dat het niet fatsoenlijk is, staat als een paal boven
water. Anders was die intolerantie natuurlijk allang aan de orde gesteld, en
even heftig bestreden als de intolerantie vermoed bij de PVV.
Oké, verder over wat we moeten gaan doen:
Een opzienbarende leugen. Als er nu één ding nauwelijks tot niet te vinden is,
is het een redelijke reactie op de opmars van de PVV. De enige opmerkingen die
een beetje gaan in de richting van wat Bleich beweert, is bij de vele
"incidenten", als er weer eens homo's of joden zijn aangevallen of een juwelier
vermoord, in welk geval die opmekringen zijn van de soort "Weliswaar zijn er
hier en daar problemen, maar dat zijn incidenten en niet systematisch". En op
het intellectuele vlak hebben we het archetypische voorbeeld al gezien: dat van
professor De Beus.
Maar ja, je hebt leugens nodig als je wilt gaan demoniseren
zonder daarvoor een goede reden te hebben:
En Bleich geeft meteen zelf een nieuwe bijdrage:
En legt uit waarom:
Een leugen. Wilders doet dat met enige regelmaat, met tussenpozen van maanden.
Niets meer dan verantwoord is, en heel veel minder dan de waarschuwingen over
het gevaar van Wilders. Wiens standpunten oneindig veel gematigder zijn dan die
van de islam. Zoals de islam dagelijks (nu letterlijk) over de hele wereld
bewijst.
Leugen. Het bestaan van Marokkaans tuig is geen angstbeeld maar een realiteit.
Een passende oproep ten einde de linksige burgemeesters die de zaak door laten
rotten wakker te schudden.
Een volkome eerbaar voorstel dat meteen ingevoerd zou moeten worden.
Leugen.
Ook al een loffelijk streven: de haat en het geld uit de koran.
Leugen: er bestaat geen fundamenteel recht tot haat en het dreigen met geweld.
En is is ook geen fundamenteel recht van moslims tot toegang tot Nederland.
Maar in dat laatste schuilt vermoedelijk een verschil van
mening. Want het valt wel te raden dat Anet Bleich vindt dat moslims wel een
fundamenteel recht van toeging tot Nederland hebben. Want vermoedelijk vindt
Anet Bleich dat iedereen een fundamenteel recht van toegang tot Nederland heeft.
Een opvatting die ze dan deelt met Jacques Wallage, die het openlijk heeft
verwoord (uit NRC Handelsblad, 10/19-01-2004, door Paul Scheffer,
De fictie van grenzeloze solidariteit):
De geestelijke oorsprong van welke woorden ongetwijfeld ligt in de culturele
achtergrond die Anet Bleich en Jacques Wallage gemeen hebben: de joodse
culturele achtergrond. Die als één van zijn peilers het geloof in vrij migratie
heeft. Waarvoor de opvattingen van Wilders inderdaad een dodelijk gevaar zijn.
Iets waarmee de intellectueel met zijn behoefte aan contacten over de wereld
hartgrondig kan meevoelen. Waarmee we dus een uistekende verklaring hebben voor
de volkomen onredelijke schrilheid waarmee het debat wordt gevoerd.
Naar Klassenstrijd, lager
, Klassenstrijd
, Sociologie lijst
, Sociologie overzicht
, of naar site home
.
|