Multiculturalisme en cultuurrelativisme

Er wordt, ook op deze website, veel over multiculturalisme gepraat, zonder precies of preciezer te zeggen wat het nu is. Dat is hetgeen dat we hier gaan ondernemen, aan de hand van de regels van wetenschappelijke sociologie, zoals geformuleerd hier . Voor formuleringen van het multiculturalisme door de aanhangers zelf, zie hier en hier .

Multiculturalisme is verwant aan het meer basale begrip van het cultuurrelativisme. Dat laatste is heel simpel: dat is het idee dat alle culturen gelijk zijn (bedoeld wordt: gelijkwaardig) . Dit is een behoorlijk oud idee, dat stamt van de “ontdekking” door de koloniserende Europeanen van de “natuurvolken”. Waarvan sommigen vonden dat die niet minder waren dan die Europese, en een enkeling dat ze zelfs beter waren: “De moderne mens is verdorven en dit zijn nog culturen in de staat zoals de natuur ze bedoeld had.” Tussen twee haakjes: waarschijnlijk had men dan één of andere god in het achterhoofd, want de natuur heeft nog nooit iets bedoeld. Cultuurrelativisme is een schending van regel één van de wetenschappelijke sociologie: sociologie is een objectieve wetenschap (verderop wordt uitgelegd waarom) .

Multiculturalisme lijkt in eerste instantie niet hetzelfde als cultuurrelativisme, maar heeft er wel meteen veel van weg, want haar centrale stelling is “diversiteit is goed” . Dit is natuurlijk een afkorting van “Alle diversiteit is goed”, en dat is weer een afkorting van “Alle culturele diversiteit is goed” - en waar het hier om draait is dat “alle”. Multiculturalisten zijn weinig happig om het verband met cultuurrelativisme te leggen, omdat cultuurrelativisme veel makkelijker te weerleggen is dan multiculturalisme . Wel zit het verborgen in diverse aspecten van de multiculturalistische propaganda, zoals die over de slavernij .

Dat het inderdaad zo is dat multiculturalisten vinden dat alle diversiteit goed is, blijkt uit de felheid waarmee ze degenen bestrijden die zeggen dat niet alle culturele diversiteit goed is - met gebruik van termen als “discriminatie” en “racisme”. Ook hieruit blijkt al het verband met cultuurrelativisme, omdat bij het mengen de aard van de culturen er kennelijk niet toe doet, zodat, strikt genomen, het vermengen van democratie met nazisme ook een goed idee zou zijn. Maar laten we nu eens aannemen, zoals de multiculturele ideologen zullen zeggen, dat dit een absurd voorbeeld is, en het voor alle "normale" gevallen wel geldt. Oftewel: alle "normale" culturen kunnen op dezelfde voet gemengd worden, en zijn dus gelijkwaardig.

Het idee dat alle diversiteit goed is, wordt zelden of nooit beargumenteerd, maar het is niet moeilijk te achterhalen waarom men het vindt: in veel omstandigheden in de natuur blijkt diversiteit een voordeel. Diversiteit in leefterrein betekent dat het niet een dodelijk probleem is als een bepaald leefmilieu verdwijnt. En diversiteit binnen de soort voorkomt dat de soort uitsterft als de natuur nog drastischer verandert. Soorten met weinig diversiteit in voedsel, zoals de panda, die alleen bamboe eet, zijn kwetsbaar.

Diversiteit is dus goed. Maar is alle diversiteit goed? Laten we het geval nemen van maximale diversiteit in Nederland: we zetten de grenzen open, en iedereen mag vrijelijk in- en uitlopen, en Nederland wordt een afspiegeling van de wereldbevolking en wordt één grote lichtbruingele smeltkroes.

Maar als dat goed is voor Nederland, dan is het ook goed voor Duitsland. Dus Duitsland wordt ook een grote lichtbruingele smeltkroes.

U snapt het vervolg: de wereld wordt één grote lichtbruingele smeltkroes.

Maar een hele wereld die één grote lichtbruingele smeltkroes is, die is ineens weer bijzonder weinig divers. Dus hier moet er toch iets mis zijn gegaan: maximale diversiteit leidt ineens tot totaal geen diversiteit. Wat raar…

De clou van dit raadsel zit verborgen in het woord “diversiteit” zelf. Het betekent “verscheidenheid door naast elkaar bestaande verschillen.” Het woord “diversiteit" bevat dus niet alleen “verscheidenheid”, maar ook “verschillen”. Zonder die verschillen, als alles één grote meuk is, bestaat het begrip "verscheidenheid" ook niet. En dat is dus het resultaat als je diversiteit tot zijn allerlaatste consequentie door gaat drijven in de zin van zaken-mengen. Dan verlies je de verschillen. En verschillen heb je dus nodig voor “diversiteit”.

Wat hier gebeurd is, is een demonstratie van het feit dat sociologische verschijnselen meestal evenwichtsverschijnselen zijn - dat wil gegeven: ze zijn tot stand gekomen door een evenwicht tussen twee (of meer) tegengestelde krachten - dit is regel 4 van de wetenschappelijke sociologie . De stelling "Alle diversiteit is goed", die alleen kijkt naar het meng-aspect en niet naar het verschil-aspect in "diversiteit", is een overtreding van deze regel, en kan dus gekwalificeerd worden als niet-wetenschappelijk.

Kortom: de stelling “Alle diversiteit is goed” in de zin dat je alles maximaal met elkaar moet mengen, is onjuist. Met als nevenconclusie dat je je bij het mengen van zaken in het belang van diversiteit, moet beperken tot bepaalde hoeveelheden. Iets dat men natuurlijk eigenlijk wel weet, maar hardnekkig weigert toe te passen op culturen uitleg of detail .

Die laatste conclusie is hetgeen het multiculturalisme, als maatschappelijke stroming, actief probeert te bestrijden. Dus multiculturalisme strijdt daarom actief voor de stelling dat alle diversiteit goed is. Multiculturalisme kunnen we dus, alleen door te kijken naar relatieve aantallen, kwalificeren als niet-wetenschappelijk.

Oké, kan de tegenwerping zijn, je kan niet totaal mengen, maar toch in ieder geval wel heel veel. Maar dan heb je dus alleen maar een nieuw probleem geïntroduceerd, namelijk de vraag naar wat "veel" is in dit verband. Want zonder een nadere aanduiding daarvan is "veel" volstrekt betekenisloos uitleg of detail .

De mate waarin je dingen wel kunt mengen, kan je afleiden uit een studie van de aard van de dingen die je gaat mengen. De diversiteit in de natuur die goed is, is ook wel een echte diversiteit in de aard der dingen - een dier dat in verschillende soorten terrein kan overleven, is beter af. Maar de natuur lijkt dit toch ook wel aanzienlijk te beperken: dieren die in bos en op open land goed kunnen overleven, zijn toch beperkt in aantal. En water én land is nog zeldzamer. De reden daarvan is dat iedere terrein zijn eigen specialismen oproept (open land: hard kunnen rennen - bos: kunnen klimmen), en die specialismen meestal min of meer tegengestelde eisen stellen. En een veel-terreinist legt het dan af tegen een één-terrein-specialist.

Nog veel kritischer wordt het als het om de soorten zelf gaat. Diversiteit erbinnen is er zeker wel, maar voor ons mensen pas bij nader onderzoek merkbaar. Het kan zelfs ook ook de andere kant op werken: worden de groepen binnen een soort té divers, dan scheiden de té diverse groep zich af als een nieuwe soort. Dat was het idee dat Darwin op zijn reis die mede voerde naar de Galapagos Eilanden.

Dus ook qua diversiteit binnen de soort lijkt de natuur beperkingen te stellen. En als je cultuur weer als een natuurverschijnsel ziet, dat wil zeggen: goden erbuiten laat, zal dat ook voor culturen gelden.

Oké, kan de volgende tegenwerping zijn, maar mensen zijn een speciaal geval - die verschillen niet zo sterk als de dieren. Daarom ook een wat nadere analyse van de gelijkheid der culturen en de gevolgen daarvan voor de vermenging voor mensen.

Voor een relatieve waardering van culturen is als eerste een stelsel van normen nodig. De basisaanname hier voor zo'n stelsel, is dat een cultuur die mensen naar de maan schiet verder is dan een cultuur die niet verder is dan een houtvuurtje. Wie dit niet aanvaardt, schendt weer een van de regels van wetenschappelijke sociologie, namelijk de regel die zegt dat sociologie een objectieve wetenschap is (regel één)   - het argument is dat van consistentie: de sociologie heeft zich ontwikkelt als een nevenproduct van de cultuur die het reizen naar de maan mogelijk maakt -  naast het gebrek aan maanreizen kent de houtvuurtjescultuur ook geen sociologie. Enzovoort.

Het verdere stelsel van waardering is uitgewerkt hier . En met die normen in de hand is het niet moeilijk verschillende culturen op aarde onderling te waarderen - dat is gedaan hier . Met de voorspelbare uitkomst dat de Westerse, Europese, cultuur het verst gevorderd is, en dat de achterstand toeneemt, min of meer volgens de geografische afstand vanaf Europa (de Amerika's zijn Europese kolonies qua cultuur), met uitzonderingen in de trend bij de Aziatische culturen. In aanzienlijke delen van Afrika is men nauwelijks verder dan de houtvuurtjescultuur.

Met deze cultuurverschillen in de hand, is de volgende vraag wat voor invloed dit heeft op het proces van vermenging van culturen. Dat is hier al behandeld in diverse artikelen - het eerste geeft een beschrijving van wat algemene kenmerken van het proces van culturele vermenging, zoals de geschiedenis en sommige van de gevolgen . De wetenschappelijke analyse is uitgewerkt aan de hand van een analogiemodel hier . En de factoren en dynamiek achter de cultuurverschillen zijn beschreven hier .

Wat betreft de situatie in Nederland zijn de uitkomsten van deze analyse duidelijk: de groepen allochtone immigranten die vanaf de jaren zeventig zijn ingestroomd, verschillen zodanig van de Nederlandse cultuur, dat de door de analyse aangegeven normen voor de maximaal wenselijke aantallen ruimschoots overschreden worden. Wat te zien is een overduidelijk proces van segregatie tussen de twee bevolkingsgroepen, autochtonen en allochtone immigranten, dat gedreven wordt door die culturele verschillen.

Deze, sociologisch gezien, onwenselijke situatie is het product van het multiculturalisme. De eerste fase daarvan hebben we al gezien: de ideologie van de veelgekleurde of gemengd-gekleurde wereld. De tweede fase is hoe men op de met de tijd groeiende problemen veroorzaakt door de allochtone immigranten heeft gereageerd. Eigenlijk is dat deel ervan het feitelijke multiculturalisme - het is datgene waar de maatschappij in haar dagelijkse werking het meest mee te maken heeft. En die reactie is er een van halsstarrige ontkenning van de problemen.

Van de ontkenningsfase van het multiculturalisme, het praktische multiculturalisme, bestaan zo veel voorbeelden dat zelfs een opsomming te lang zou worden. We kiezen als voorbeeld een artikel afkomstig van een archetypische multiculturalist die al vele andere artikelen met gelijke strekking heeft geschreven - die auteur is socioloog, cultuurbestuurder, en Volkskrant-columnist Pieter Hilhorst uitleg of detail . We wisselen citaten af met de analyse (uit: de Volkskrant, 26-05-2009, column door Pieter Hilhorst) - een voorbeeld uit het onderwijs staat hier uitleg of detail :

 

Een jonge fan van Wilders

‘Mam, die Wilders, wil die nou alle Marokkanen wegsturen?’ De moeder van de 8-jarige jongen antwoordt gevat dat Wilders dat maar al te graag zou willen, maar dan krijgt het gesprek een voor haar onverwachte wending. ‘Zou hij dan ook alle Marokkanen uit onze buurt kunnen wegsturen?’ De moeder vraagt of hij dat zou willen. Daarop begint de jongen aan een opsomming van vervelende incidenten met Marokkaanse jongeren uit de wijk. Ze pakken de bal af van kinderen die op straat aan het voetballen zijn. Ze gooien steentjes naar voorbijgangers. Ze treiteren kleine kinderen. Het is duidelijk. Zijn antwoord is ja.   ...


De casus waar het over gaat: "Waarom wil een jongetje van acht de Marokkanen weg?". Hilhorst voert nog wat omstandigheden aan:
  ... De moeder weet wel waar hij het over heeft. Ze woont in de Amsterdamse wijk Westerpark en in haar buurt hangt een groepje van vijftien tot twintig Marokkaanse jongens dreigend rond. Het zijn jongens van 8 tot 18. Ze noemt het sarcastisch de weekend-academie. De jongsten leren van de oudsten om aan alles schijt te hebben. Vaak blijft het bij treiteren en pesten, maar ze pakken van kinderen speelgoed en snoep af en geven dat vaak niet meer terug. ...
    Nu zit de 8-jarige jongen, laten we hem Willem noemen, op een gemengde school. Willem heeft Marokkaanse vriendjes. Op het moment dat ik zijn moeder spreek, is hij buiten aan het voetballen met een Marokkaans vriendje. Daarom heeft ze hem gevraagd of hij ook wil dat zijn vriendjes de wijk worden uitgestuurd. ...
    Hij kijkt bedenkelijk en antwoordt dan dat hij dat niet wil. Sinds dat ene gesprek is Wilders een issue. Willem is gefascineerd. Als op televisie een spotje langskomt van de PVV roept hij: ‘Kijk mam, Geert op tv.’
    De moeder heeft altijd gehoopt dat Willem, doordat hij op een gemengde school zit, een gemakkelijke omgang zou ontwikkelen met kinderen met een andere culturele achtergrond. Dat is ook gelukt. Hij treedt ze open tegemoet en speelt met ze. Dat is voor sommige kinderen uit de buurt die niet op een gemengde school zitten anders. Zij weet dat er kinderen zijn die niet meer buiten durven te spelen. ...

Wat we hiermee vernomen hebben, is dat Willem is opgegroeid in een omgeving die hem een maximale positieve houding ten opzichte van allochtonen en Marokkanen heeft gegeven. Dat Willem desondanks gefascineerd is door Wilders is iet een raadsel, maar volkomen begrijpelijk: hij geeft een oplossing voor wat ongetwijfeld Willem's grootste probleem in zijn korte leven is: hij wordt stelselmatig lastig gevallen op zijn speelterrein. Een probleem dat Willem deelt met de autochtone kinderen uit de buurt. Waarvan de meeste een minder positief vooringenomen en meer neutrale houding ten opzichte van allochtonen en Marokkanen hebben gekregen, en doodgewoon negatief reageren op de negatieve benadering door de allochtonen/Marokkanen.
  ... Hij treedt ze open tegemoet en speelt met ze. ...
    Desondanks vindt hij het een aantrekkelijk idee om alle Marokkanen het land uit te zetten, om te beginnen uit het Amsterdamse Westerpark. Blijkbaar zijn de etters meer bepalend voor zijn beeldvorming van Marokkanen dan zijn vriendjes. ...

De verbazing over deze conclusie is verbazingwekkend. Waarschijnlijk zonder dat Willem het beseft, maakt hij in zijn hoofd de volgende simpele afweging: als alle Marokkanen weg zijn, ben ik een paar van mijn huidige speelkameraadjes kwijt, én al die overlastgevers - maar ik vind vast wel nieuwe speelkameraadjes, en een andere oplossing voor die overlastgevers lijkt er niet te zijn. Het is een simpele verlies- en winstrekening. Dit even afgezien van het feit dat het menselijke (en dierlijke) hoofd zo ingericht is dat vervelende ervaringen (potentieel gevaar!) zwaarder tellen dan neutrale en positieve.
    Maar Hilhorst heeft een andere uitleg:
  ... Willem is het product van acht jaar polarisatie in het maatschappelijk debat over de multiculturele samenleving en de islam. Voor zijn terechte ergernis over de rotjongens die kinderen in de buurt pesten, ligt panklaar een eenvoudig interpretatieschema. De etters zijn etters omdat het Marokkanen zijn en dus is het wegsturen van alle Marokkanen de beste manier om van de etters af te komen. ...

Hilhorst heeft net laten zien dat Willem is opgegroeid in een omgeving die maximaal positief staat ten opzichte van allochtonen/Marokkanen. En nu is Willem het product van het maatschappelijke debat.
    Het is te gek voor woorden. Een kind van acht dat gepolariseerd is door het maatschappelijke debat. Kinderen van die leeftijd en jonger pikken alleen emotionele beelden op van hun omgeving - het rationele verstand is nog in het begin van zijn ontwikkeling - zelfs de term "debat" behoeft misschien nog uitleg.
    Willem is misschien gepolariseerd, maar op een manier waarop een kind gepolariseerd raakt: negatieve ervaringen aan het eigen lijf. En dat Hilhorst dit hier zomaar om durft te draaien, kan alleen maar het gevolg zijn van een zeer grote blinde vlek.
    Maar we zijn er nog niet:
  ... Toch zijn ook andere interpretaties mogelijk. De lastpakken zijn om te beginnen vrijwel altijd jongens. Ze vervelen zich. Ze hebben niks om handen. Op school en thuis hebben ze weinig in te brengen, dus is de straat de enige plek waar ze zich kunnen laten gelden.

Hier ziet Hilhorst een kleinigheid over het hoofd: er zijn ook Nederlanders jongens die zich vervelen, en Duitse jongens die zich vervelen, en Chinese jongens die zich vervelen, enzovoort, maar die allemaal niet de overlast veroorzaken die de Marokkaanse jongens geven. Het zit dus niet in het vervelen - het zit in het Marokkaans-zijn.
    Acht jaar polarisatie in het maatschappelijke debat heeft ook wel iets opgeleverd: het besef bij mensen als Hilhorst dat er misschien toch iets mis:
   ... Zo’n alternatieve interpretatie heeft niets te maken met het ontkennen van de problemen. Het staat buiten kijf dat Marokkaanse jongeren zwaar oververtegenwoordigd zijn in de jongeren zonder perspectief die zich op straat vervelen en zich irritant laten gelden. Die overlast en criminaliteit moeten ook worden aangepakt. ...

Zoals we gezien hebben: de eerst zin is een leugen. En de waarde van de derde zin kennen we ook: multiculturalisten in het bestuur roepen dit ook al acht jaar,en er is niets effectiefs gebeurd - want de toestand is alleen maar slechter geworden. En een van die niet-werkend geleken dingen is dit:
  ... Ook moeten altijd de ouders worden betrokken bij de aanpak van overlastgevers. Dat gebeurt ook in Amsterdam. De Stichting Aanpak Overlast Amsterdam zoekt de ouders desnoods thuis op. Niet omdat ze Marokkaans zijn, maar omdat het niet goed is als kinderen er op straat een andere moraal op na houden dan thuis. ...

Over buurtvaders en dergelijke wordt al gepraat sinds mensenheugenis - het heeft niet geholpen. En een reden waarom het allemaal niet helpt staat erachter:
  ... Generaliseren is kwetsend, omdat de prettige speelkameraden van Willem opeens op één hoop worden gegooid met de Marokkaanse etters. Wie generaliseert mocht daarom vroeger rekenen op een morele veroordeling. Dat had als nadeel dat mensen dan maar zwegen. Dat is niet goed. Mijn probleem met generaliseren is pragmatischer. Het nodigt uit om te kiezen voor onwerkbare oplossingen. Generaliseren is vooral dom. Maar dat kun je Willem niet verwijten. Zijn hartekreet is slechts een echo van het maatschappelijk debat.

Er komen oplossingen die niet werken, omdat je de kern van het probleem volgens Pieter Hilhorst niet mag benoemen: het probleem zit in het Marokkaan zijn - het opgegroeid zijn in een Marokkaanse cultuur. Was dat niet zo, dan waren er ook Chinese enzovoort overlastgevers. En die zijn er niet. Dus zit het probleem in het Marokkaan zijn. En gaat het erom om uit te zoeken in welke aspecten van het Marokkaan-zijn het zit.
    Zo, dat was de demonstratie van het praktische multiculturalisme. En loop de diverse deelaspecten maar na:
-  de schuld van de problemen ligt in het praten erover.
-  constateert iemand, een jongetje van acht, op objectieve gronden dat de problemen van een immigrantengroep komen, dan ontken je dat doodgewoon.
-  constateer je problemen bij een immigrantengroep, dat stel je zonder onderzoek dat dat niet aan het immigrant-zijn ligt.
-  als je zegt dat je iets aan problemen met immigrantengroepen wilt doen, dan stel je niet-werkend gebleken oplossingen voor.
-  alle maatregelen die toegesneden worden op de immigrantengroep en hun specifieke eigenschappen die de problemen veroorzaken, worden "generaliserend", of "etnische registratie" genoemd en mogen niet.

Voor wat betreft Hilhorst is het al te zien, maar er zijn opvallendere gevallen: om multiculturalisme te kunnen volhouden in combinatie met zo veel feiten die het weerspreken, dat je automatisch voor een onoverkomelijk dilemma komt te staan . En dat dilemma maakt het noodzakelijk om de waarheid over de werkelijkheid te verdraaien. Je moet liegen. En dat wordt dan ook in toenemende mate gedaan, zie hier .

Dit is hoe het multiculturalisme in de praktijk werkt: alles wordt gedaan om te voorkomen dat er ook maar iets negatiefs geassocieerd wordt met immigrantengroepen, dat wil zeggen: met andere culturen. Ook het praktische multiculturalisme is een gevolg van haar volkomen onwetenschappelijke door de werkelijkheid overduidelijk als onjuist aangewezen stellingen: "Alle culturen zijn gelijk", en "Alleen diversiteit is goed". En als je multiculturalisten confronteert met die werkelijkheid, hebben ze een simpel altwoord: "En toch is 't zo" .

Overigens is er nog een andere mogelijke fundamentele achtergrond van multiculturalisme, en dat in migratiefundamentalisme. Als je principieel vindt dat alle vormen van migratie toegestaan moeten worden, zal je ook vrijwel automatisch voorstander zijn van multiculturalisme, omdat migratie nu eenmaal  leidt tot vermenging van culturen, en als dat openlijk negatief uitpakt, ontstaat er tegenstand tegen migratie. Meer over deze specifieke achtergrond hier .

Multiculturalisme is ideologie. Het is zwart-witdenken. En waar het zaken verdedigt uitsluitend en alleen gebaseerd op de kleur van de betrokkenen, valt het onder de definitie van "racisme". Op welk punt je jezelf kan afvragen waarom mensen zichzelf dit soort dingen wijsmaken. Waarop twee antwoorden met enige waarschijnlijk zijn te formuleren: ten eerste is daar de bijna universele behoefte aan zekerheid - en iedere ideologie verschaft zekerheid. En ten tweede is daar het (nog) meer platvloerse antwoord van het eigenbelang . Een antwoord dat direct zijn bevestiging vindt zodra je gaat kijken naar die verklikker van wat mensen echt vinden: hun daden .

Het kan ook bijna niet anders dan dat de eenzijdigheid van het multiculturalisme zaken op gang brengt die even negatief zijn als het zelf is, zie wetenschappelijke sociologie, regel 4 . Zoals daar gesteld: het eenzijdig trekken aan een evenwichtssituatie roept op zijn minst gelijksoortige tegenkrachten op, en indien die niet voldoende zijn en het evenwicht blijvend verstoord wordt, komt de kans van een drastische maatschappelijke verandering, een revolutie, om de hoek kijken.

Een nieuwe ontwikkeling als addendum: de eerste grote stem binnen de Europese oligarchie is om: de multiculturele samenleving is mislukt!

En omdat plaatsing elders ernstig tekort zou doen aan het belang van dit artikel, hier een soort geschiedschrijving van het proces, met als aanknopingspunt het aspect "criminaliteit". Niet compleet daardoor (zo ontbreekt de dwaasheid van Onderwijs in Eigen Taal en Cultuur), maar voldoende gedetailleerd om de rest te kunnen invullen - en ook nog eens in de reguliere media (trouw.nl, 25-11-2018, door Herman Vuijsje ):

  De etnisch-culturele kant van criminaliteit verzwijgen we liever

Etnisch-culturele factoren spelen een grote, maar nauwelijks benoemde rol bij problemen met migratie en criminaliteit, stelt socioloog Herman Vuijsje.


Antropoloog en criminoloog Hans Werdmölder was een van de eersten die beleidmakers waarschuwden dat hun aanpak van Marokkaanse probleemjongens dreigde te mislukken. Hij is de veteraan en de Cassandra onder de Nederlandse Marokkanenwatchers. Begin jaren tachtig wist hij het vertrouwen te winnen van een groep Marokkaanse probleemjongens in de Amsterdamse Pijp. Later zocht hij ze nog twee keer op, de laatste keer in 2009 en daaropvolgende jaren. Door deze participerende benadering kon hij in zijn boek ‘Marokkanen in de marge’ een unieke blik op hun levensloop bieden. Letter&Geest publiceerde er op 24 oktober 2015 een bewerking uit: ‘Blijft Hafid op het rechte pad?’

Vijftien van de veertig jongens, inmiddels mannen van middelbare leeftijd, zijn dankzij de drie W’s (Wijf, Werk & Woning) op hun pootjes terechtgekomen. “De rest is dood door drugs, verslaafd en crimineel, psychiatrisch patiënt, schizofreen of hangt eindeloos aan het infuus van de verzorgingsstaat.” Alle ingezette hulpverleners hebben voor deze groep dus nauwelijks iets opgeleverd, concludeert Werdmölder

Hoe kunnen we dat verklaren? De gangbare opinie luidt, ook in wetenschappelijke kring, dat de oorzaken van crimineel gedrag nooit en te nimmer bij de groep zelf kunnen liggen, schrijft Werdmölder: ‘Alleen de ongunstige leefomstandigheden komen in aanmerking als verklarende factor.’ Deze ‘vertrouwde verklaringen’ zijn: discriminatie, geen werk, slecht onderwijs en problemen thuis.     ...

De werkelijkheid: de algehele opvoeding thuis, daardoor problemen met Nederlands gezag, en slechte (ontbrekende, "islam") leermentaliteit, en dus slechte kansen op alleen laag-status werk, daardoor rancune, wrok, en totale ongeschiktheid voor wat dan ook.
  Sociale controle
Maar hoe kan het dan, vraagt Werdmölder zich af, dat Turks-Nederlandse jongeren veel minder in de problemen komen, terwijl zij toch ook te maken hebben met zulke problemen? De criminaliteit onder jongvolwassen Marokkanen ligt bijna drie keer zo hoog als onder vergelijkbare Turkse Nederlanders.

Een verklaring daarvoor is geopperd door criminoloog Frank Bovenkerk: onder Turkse (en Surinaamse) Nederlanders is de sociale controle veel sterker dan onder Marokkaanse. Sommige omgevingsfactoren kunnen volgens Bovenkerk dus worden teruggevoerd op cultuurverschillen binnen gemeenschap en gezin.

Werdmölder gaat een stap verder. Het zou onzin zijn te beweren dat de Marokkaanse cultuur crimineel gedrag voortbrengt, schrijft hij,...

De werkelijkheid, zoals het Turkse, hindoestaanse en Aziatische voorbeeld laat zien: "Het zou onzin zijn te beweren dat de Marokkaanse cultuur niet het criminele gedrag voortbrengt".
  ... Werdmölder gaat een stap verder. ... maar we moeten ook niet onze ogen sluiten voor de mogelijke rol van culturele factoren op individueel niveau. Als voorbeelden noemt hij het sneller hanteren van geweld bij geschillen en de hoge gevoeligheid van jonge Marokkaanse Nederlanders waar het gaat om respect en eer. Crimineel en onaanvaardbaar gedrag kan ook voortkomen uit angst, achterdocht, slachtofferschap en misplaatste trots.    ...

Schrap het woordje 'kan' - eventueel te vervangen door "mede".
  ...    Werdmölder citeert Livio Sansone, een antropoloog van Italiaanse afkomst die in de jaren tachtig onderzoek deed onder laaggeschoolde Surinaamse jongeren in Amsterdam. Sansone constateerde bij veel van deze jongeren een diepgewortelde aversie tegen handarbeid in loondienst. “Een eerzaam beroep als groenteboer of dakbedekker vindt men te min en een beroep als fotograaf (zo deed Sansone zich voor) is te ingewikkeld.” Sansone had het zelfs over een ‘anti-arbeidsethos’.

Juist. Zowel Surinamers als Marokkanen zijn "pronk"-mensen. Europeanen (blanken) doen in hun vrije tijd aan hobby's, treinen, modelvlietuigen enzovoort, Surinamers en Marokkanen en de meeste gekleurde culturen doen in hun vrije tijd aan "flaneren met je mooie kleertjes". "Pronken". En dat kan je niet van het meeste gewone werk. Wel van criminaliteit.
    Neigingen die de politieke-correctheid en het multiculturalisme gecultiveerd hebben:
  In 1992 bekritiseerde ook de Surinaams-Nederlandse socioloog en econoom Ruben Gowricharn al het beeld dat problemen van immigranten per definitie voortkomen uit het racisme van Hollanders. Zelf afkomstig uit een land waar niemand omzichtig doet over cultuurverschillen, merkte hij tot zijn verbazing dat in Nederland alles wat er mis gaat met leden van minderheidsgroepen als vanzelfsprekend uit externe factoren werd verklaard. De betrokkenen waren per definitie ‘ontmoedigd, gediscrimineerd, belemmerd door de overheidsinstanties, negatief beïnvloed door hun sociale omgeving, ziek of te oud’.

Nooit mocht de cultuur van de onderzochte groep worden gezien als mogelijke medeveroorzaker van achterstanden en problemen. In de ogen van onderzoekers en beleidsambtenaren bestaan er geen werklozen die ‘indolent, werkschuw, op vertier gericht, ongeïnteresseerd en makkelijk zijn’.

Met als gevolg: een stinkende culturele eigenwaan.
    Met, door het niet kunnen realiseren van die eigenwaan, naast de criminaliteit dit soort gevolgen
  Amsterdams onderzoek naar overlastervaringen bevestigt dat culturele en religieuze verschillen daarbij een rol spelen. Zo zegt een kwart van de bewoners dat overlast vooral wordt veroorzaakt door jongeren uit andere bevolkingsgroepen, vooral Marokkanen. Met discriminatie van mediterrane immigranten heeft dat weinig te maken, schrijven de onderzoekers: de meeste negatieve gevoelens over jonge Marokkanen worden gemeld door Turkse Amsterdammers.

Uitiendelijk zo sterk wordend, tezamen met de verschuiving van de publieke opinie en met name het politieke aspect daarvan:
  In het rapport ‘Integratie in zicht?’ (2016) oppert ook het Sociaal en Cultureel Planbureau voorzichtig dat het rijtje usual suspects wellicht moet worden uitgebreid met culturele factoren. Van de dertigjarige Marokkaanse mannen was in 2014 70 procent tenminste eenmaal verdachte geweest, tegen 28 procent van de autochtone mannen. Correctie voor economische, demografische en ruimtelijke kenmerken kan maar een deel van dat verschil verklaren. Hetzelfde geldt voor het minder grote verschil bij Antilliaanse en Surinaamse mannen. “Andere, mogelijk specifiek etnisch-culturele factoren zouden hierbij een rol kunnen spelen”, constateert het SCP.

Veel en veel te laat. Kalveren, dempen, putten.
    Een detail-aspect:
  Een ongunstige invloed van etnisch-culturele factoren treedt op de meest schrijnende manier aan het licht bij het lot van meisjes en jonge vrouwen in een schaamtecultuur. De Kring van Veiligheid, die in 2016 een manifest publiceerde over kindermishandeling en huiselijk geweld, signaleerde een ‘keten van zwijgzaamheid’ die het melden ervan verhindert, vooral binnen “culturele groepen met hechte familiesystemen en een sterke groepsdruk, vaak nog versterkt door een schaamtecultuur. In zulke min of meer gesloten gemeenschappen stel je je bloot aan zware sociale en soms fysieke sancties als je naar buiten treedt met klachten over geweld. Vaak gaat het om partnergeweld, eergerelateerd geweld, kindhuwelijken, huwelijksdwang, gedwongen achterlating en genitale verminking.”

Er is moed voor nodig om deze praktijken aan de kaak te stellen. Dat geldt ook binnen de Hindoestaans-Surinaamse bevolkingsgroep, waar een oppressieve familiecultuur leidt tot onderdrukking van meisjes en vrouwen, met een hoog zelfmoordpercentage als gevolg. Klokkenluiders uit eigen kring, zoals Sunita Biharie en Meera Nankoe, zijn de enigen die de vicieuze cirkel van schaamte en stilzwijgen kunnen doorbreken.

Onder immigranten uit landen als Soedan, Somalië en Ethiopië is genitale verminking een minstens even ernstig probleem. Meisjesbesnijdenis is een diepgewortelde culturele norm, die met een enorme sociale druk wordt opgelegd. Een meisje dat niet besneden is, zal binnen de eigen groep niet gemakkelijk een huwelijkspartner vinden.

Genitale verminking is in Nederland streng verboden (er staat twaalf jaar gevangenisstraf op) maar nog nooit is in ons land iemand voor dit misdrijf vervolgd. Hoe vaak het voorkomt, weten we niet. De schattingen lopen uiteen van vijftig (Raad voor de Volksgezondheid en Zorg in 2005) tot meer dan vijfhonderd gevallen per jaar (GGD Nederland in 2009).

De schattingen liggen zo ver uiteen doordat prevalentie-onderzoek nooit is gedaan. In 2004 bepleitte Ayaan Hirsi Ali (VVD) daarin verandering te brengen door jonge meisjes uit de risicolanden jaarlijks te controleren. In Frankrijk is dat al langer gebruikelijk, met als gevolg dat enkele tientallen malen strafvervolging is ingesteld.

De Tweede Kamer sprak herhaaldelijk zijn steun uit voor Hirsi Ali’s initiatief, maar maatregelen bleven uit. De bestrijding van meisjesbesnijdenis blijft in Nederland beperkt tot pogingen om het onderwerp op vrijwillige basis ‘bespreekbaar te maken.’

Je mocht er niets van zeggen, want iedereen weet wat de juiste kwalificatie is van dit verschijnsel. In beleefde termen: achterlijkheid. In de correcte terminologie: barbaarsheid.
    En "Alle Culturen zijn Gelijk en Gelijkwaardig".
    Waarna er een paragraaf volgt over een kenmerkende uitwas van dit verschijnsel, namelijk het tolereren en zelfs fêteren van het zwarte verschijnsel genaamd Gloria Wekker => , die een academische aanstelling werd gegeven en vanaf die kansel verkondigt dat "ze niet ge;looft in het bestaan van een wetenschappelijk bestudeerdbare objectiviteit", en dat "Dingen zijn zoals ik zie dat ze zijn". Een wetenschappelijke vorm van barbarij. Je kan het ook tovenarij of winti noemen.
    Getolereerd en gefêteerd  uitsluitend en alleen omdat ze zwart is. want dus mag je er niets van zeggen.
    Net als van die criminaliteit.
    Het is bijna crimineel:
  In Wekkers beeld van een racistische samenleving zijn ‘zwarten’ hulpbehoevend, hun problemen worden per definitie verklaard uit racisme en externe omstandigheden, nooit uit problematische aspecten van de eigen cultuur. Zo blijven slachtoffers van cultureel bepaalde gebruiken als genitale verminking verstoken van hulp.

Bestaat er dan geen discriminatie? “Discriminatie is real”, zegt hulpverlener Boubker Chanhih, van Marokkaanse afkomst. “Mensen met een migratieachtergrond moeten harder werken, daar ben ik van overtuigd. ...”

Een leugen, want ...:
   “... van overtuigd. Zelf word ik eerder positief gediscrimineerd. In de zorg wordt echt gezocht naar jongens zoals ik. Vrienden met mijn achtergrond hebben wel moeite met werk vinden. Maar dat ligt soms ook aan laksheid.”

Het is een verre echo van de bevindingen van Hans Werdmölder. Als Chanhih in het koffiehuis Marokkaanse jongens hoort klagen, ‘zoals ze daar zitten met hun petje, hun Air Maxschoenen en hun trainingsbroek’, denkt hij: trek je dat ook aan naar je sollicitatiegesprek?

... hij zegt zelf dat het een leugen is.
    En ook dit wordt nog steeds nooit gecorrigeerd. Sterker: het sprookje van "discriminatie" doet nog bijna dagelijks de ronde uitleg of detail .
   ... Daar wil ik bij aantekenen dat de ‘ontvangende’ Nederlandse samenleving zich dit tekortschieten in soft skills mede mag aanrekenen. Zo constateerde Frank Bovenkerk uit vergelijkend onderzoek dat Marokkaanse jongens het in Duitsland een stuk beter doen dan in Nederland: meer diploma’s, vaker een baan, minder criminaliteit. Een belangrijke oorzaak van dat verschil zoekt hij in de uiteenlopende arbeidscarrière van hun vaders: in Nederland werden velen van hen in de jaren tachtig werkloos of arbeidsongeschikt verklaard, in Duitsland gingen ze na de crisis weer aan het werk. Daardoor kregen hun zoons meer respect voor een reguliere baan bijgebracht.    ...

Flagrante onzin, al op eerste inspectie. Die Bovenkerk is een berucht excuseerder. De werkelijke verklaring werd genoteerd door een reageerder bij GeenStijl (nota bene): er is in Duitsland iets van een fractie van het aantal Marokkanen hier, en bovendien verspreid over een groter land. In plaats van in Kanaleneiland en Schilderswijk. De werkelijke verklaring dus: ze zijn daar met te weinig om de eigen cultuur te kunnen cultiveren.
    Dat is nu wel een erkende factor bij migratie van ongelijke culturen: samenklontering .
    Frank Bovenkerk is een wetenschappelijke fraudeur. Zoals bijna iedereen in dit vakgibied uitleg of detail .
    Waarna besloten wordt met een reeks weerzinwekkende gevolgen van dit pamperen door de politiek-correcte elite:
   Tientallen jaren van overmatig respect voor veronderstelde culturele eigenheden, van onderwijs in ‘eigen taal en cultuur’ en van angst om aan te sturen op aanpassing hebben allochtonen opgescheept met een extra achterstand in integratiekansen.

Hier stuiten we op een opvatting van de zwart-witpredikers als Anousha Nzume (‘Hallo witte mensen’), Sylvana Simons, Quinsy Gario en Sunny Bergman, die haaks staat op de werkelijkheid.

Gloria Wekker bespeurt in Nederland een ‘mono-etnicistisch’ assimilatiemodel: alles wat herinnert aan een herkomst van elders moet worden uitgewist. Was er maar iets van waar! Dan zouden de achterstanden van allochtonen een stuk kleiner zijn en hun arbeidsmarktkansen een stuk groter.


Profileren naar kledingstijl

Als ik in de trein een stel Marokkaans uitziende jongens met omgekeerde petjes en afzakkende spijkerbroeken zie aankomen, doe ik mijn koffertje dicht. Bij andere jongens neem ik die voorzorg niet zo gauw. Racisme, zeggen zwart-witpredikers. Microagressie!

Bij Marokkaanse meisjes of opa’s laat ik mijn koffertje gerust openstaan. Ik ‘profileer’ dus naar etniciteit, maar ook naar kledingstijl, verzorging, leeftijd, geslacht en gedrag. Het zijn geen Surinaamse moekes die mijn waakzaamheid wekken. Het is een bepaalde categorie jongens van wie een dreigende sfeer uitgaat.

Dat deze vrees niet uit de lucht is gegrepen, wordt door cijfers bevestigd. Onder de Amsterdamse Top-600 van veelplegers zijn Marokkaanse jongens zwaar oververtegenwoordigd. Meisjes maken 1 procent uit. Ook allochtone meisjes maken zich nauwelijks schuldig aan criminaliteit.

Ze passen zich aan. En wat is daartegen? Is dat misschien de door Wekker gewraakte ‘mono-etnicistische’ aanpassing aan de ‘witte’ cultuur?

“Assimilatie wordt tegenwoordig vaak gezien als verraad”, zegt Hans Moll, zelf van Indische afkomst. “Als je je aanpast aan de dominante cultuur, verloochen je je eigen cultuur. Dan buig je voor de blanke. Ik heb dat altijd zo merkwaardig gevonden. Bij etnische groepen die zich opsluiten in hun eigen cultuur, wordt het altijd bedompt.”

Het wereldbeeld van zwart-witpredikers zou danig uit het lood raken als ze dit soort uitspraken zouden meewegen. Dat doen ze voor de zekerheid dus maar niet. Als ze er al op reageren, gebeurt dat vaak in de vorm van verkettering: de betrokkene is een bounty, een verkaasde huisallochtoon, een bakra mati, house negro of slaafse Uncle Tom.

Uncle Tom, schreef Stephan Sanders in De Groene Amsterdammer, “is de zelfgefabriceerde cipier met wie vooral de zwarte en gekleurde gemeenschap haar ‘eigen’ mensen in het gareel probeert te houden.”

Kritiek op misstanden in eigen kring als genitale verminking, het terroriseren van meisjes op straat, antisemitisme, jeugdcriminaliteit en de vroegere en nog bestaande slavernij in ‘zwarte’ delen van de wereld, is heulen met de vijand en moet dus onder de pet blijven.

Waarna je als je een snelle eerste conclusie moet trekken, onoverkomelijk stuit op: dit gaat nooit meer goed komen. Althans niet zonder een grote catharsis.
    Met dus een aanzienlijk en snel stijgende kans dat het uitloopt op een écht multicultureel drama, om Paul Scheffer's worden te gebruiken: de etnische burgeroorlog .
    Hier nog het relevante commentaar bij GeenStijl, met een stukje vooraf (GeenStijl.nl, 26-11-2018, door Van Rossem uitleg of detail ):
  Nou. Was dat nou zo moeilijk?

Vermakelijk verhaal van Herman Vuisje in Trouw. Een bloemlezing van dingen die we allemaal al jaren weten en waarvoor we voor "racist" worden uitgemaakt, zomaar in een papieren keurigcourant!

Marokkanen zijn sneller agressief vanwege eer, cultuur en (misplaatste) trots. Turkse Amsterdammers zijn negatiever over Marokkanen dan Nederlandse Amsterdammers. Hulpverleners die al sinds de jaren '80 sociale begeleiding geven aan ontspoorde Marokkaanse jongeren, hebben in minder dan de helft van de gevallen succes: ... Laaggeschoolde Surinaamse jongeren hebben een "diepgewortelde aversie tegen handarbeid in loondienst", was ook al in de jaren '80 bekend. ... allemaal teksten die je niet mag uiten als je een modale pauper met een geel hesje bent, maar waar de courant wel kolommen voor inruimt als je een stamboom, een boekcontract en een diploma van de juiste universiteit hebt.... Nou. Fijn dat de reguliere media & wetenschap de onderbuik heeft ingehaald. Was dat nou zo moeilijk?

Pijnlijk. Net als dit, dus:
  "Bovenkerk uit vergelijkend onderzoek dat Marokkaanse jongens het in Duitsland een stuk beter doen dan in Nederland: meer diploma’s, vaker een baan, minder criminaliteit."

Is ook niet zo gek. De Marokkaanse gemeenschap in Duitsland is veel kleiner (140.000 tegenover bijna 400.000 in NL) terwijl het land 4,5 X zo groot is. Ze vallen gewoon niet op omdat hun aantallen relatief klein zijn. Bovendien komen Duitse-Marokkanen uit een ander deel van Marokko. Zo komen uit de stedelijke gebieden die iets westelijker zijn gelegen (gebied rond Tetouan). Nederlandse-Marokkanen komen hoofdzakelijk van het platteland uit het gebied rond Al-Hoceima en Nador. Kenmerkend voor dat gebied zijn: noeste arbeid, discipline en een conservatieve levensovertuiging + sterke sociale controle. Plaats iemand met zo'n achtergrond in een van de meest liberale landen ter wereld (ie. Nederland) en je hebt schijt aan de knikker. Je kan het vergelijken met de Amish jeugd in de VS. Zodra je die loslaat in stedelijk Amerika ontsporen ze totaal.... vandaar ook de drugsepidemie onder die groep.
koter | 26-11-18 | 20:16

Een van de oorzaken is ook dat veel Marokkaanse vaders in de jaren 70 en 80 erg makkelijk in de WAO werden geknikkerd. Dat was toen nog een riante uitkering, maar daardoor hebben veel rotjochies gezien dat Pa de hele dag niks deed, en wel een aardig inkomen genereerde. Oftewel, die huftertjes hebben nooit een goed voorbeeld gehad.
Kuifje-in-Afrika | 26-11-18 | 20:22

Kuifje-in-Afrika | 26-11-18 | 20:22
Dit is inderdaad ook een van de grote boosdoeners. Uitkeringsafhankelijkheid is voor mannen een vorm van castratie. En voor de kinderen van deze mensen betekend het feitelijk buiten de maatschappij opgroeien. Dat ze wantrouwig zijn naar de buitenwereld is dus niet gek. Om je zelfbeeld als vent toch nog een beetje omhoog te kunnen houden kan je twee dingen doen: de schuld geven aan discriminatie (niet dat het niet voor komt maar veel ligt ook aan de eigen houding) of de criminaliteit ingaan. Vandaar ook de gemankeerde masculiniteit die zich uit in hyper agressiviteit. Veel van de boosheid en frustratie over deze situatie heeft zich geuit in anti-sociaal gedrag. Je zou zeggen dat de overheid hiervan geleerd heeft maar toch doen ze het weer. Duizenden kansloze jonge mannen binnenlaten die in alle waarschijnlijkheid nooit hun plekje zullen vinden in deze maatschappij. Dus zit je over een generatie met hetzelfde probleem maar dan alleen twee X zo groot van formaat.
koter | 26-11-18 | 20:38


Op 84 miljoen Duitsers zijn er 75.612 Marrokanen ('Stichtag': 31 december 2017). Op een goede 16 miljoen Nederlanders zijn er 410.000 Marrokanen. De bevolkingsdichtheid per km2 bedraagt in NL 396 personen (ex. illegalen) en in Duitsland 236 personen (geen significant aantal illegalen) Marokkanen in Duitsland zijn geconcentreerd rondom Düsseldorf, Leverkusen, Keulen en in Noordhessen. Daarbuiten kom je ze niet of nauwelijks tegen. En zelfs in het grote Duitsland vormen de Marokkanen een significant integratieprobleem, zij het in véél mindere mate dan in Nederland.
-
de.statista.com/statistik/daten/studi...
bisbisbis | 26-11-18 | 21:09


@bisbis
Keulen. Düsseldorf waar men zo gezellig oudejaarsnacht weet te vieren. Just saying.
Moresnetunited | 26-11-18 | 21:24


bisbisbis | 26-11-18 | 21:09
Dat komt omdat een deel van de Marokkanen inmiddels wordt gerekend als Duitser.

"Schätzungsweise 140.000 Menschen mit marokkanischen Wurzeln leben in Deutschland, die meisten in Hessen und Nordrhein-Westfalen."
de.qantara.de/inhalt/marokkaner-in-de...

Nederland heeft trouwens een populatie van dik 17 miljoen. Duitsland heeft een populatie van bijna 83 miljoen. Betekent dus dat ze een bevolking hebben dat bijna 5 X zo groot is.
koter | 26-11-18 | 22:06

Een aanklacht tegen de wetenschappelijke integriteit van bijna de hele beroepsgroep. Die op een zeker vlak als "misdadig" kan worden bestempeled: willens en wetens grote schade toebrengen aan de maatschappij en dus aan de mensen die er in wonen.


Naar Cultuur, multiculturalisme , Cultuur, vermenging , Cultuur, eenheid , Allochtonen problematiek , of site home

27 mei 2009