Bronnen bij Ideologie: seculiere versies

Het bestrijden van de religieuze versies van ideologie is een lastige zaak, aangezien ze raakt aan wat kennelijk een een geestelijke behoefte, zwakheid of verslaving van de menselijke geest is. Je kan wel honderd keer laten zien dat bidden voor regen niet helpt, maar voor slechts een klein percentage der mensheid is dat een dusdanig overtuigend argument dat er enige verschuiving in de religieus ideologische houding plaatsvindt. In West-Europa, waar vermoedelijk door min of meer evolutionaire oorzaak de aldaar levende mensensoort geneigd was tot uitspattingen als gedeeld leiderschap, gelijkheid voor vrouwen en vrij seksuele omgang en daardoor minder geneigd tot religieuze restricties, er minstens 500 jaar lang strijd geleverd om de besmetting met religieuze ideologie gekomen vanuit het oosten enigszins onder controle te krijgen. En zelfs daar is in de huidige tijd die met enige overdrijving als "modern" wordt omschreven de hoeveelheid mensen die echt genezen zijn niet hoger dan op zijn best 10 tot 20 procent.

Vergeleken hiermee is de bestrijding van de seculiere ideologie een makkie. Een zaak die niet weinig geholpen wordt door het feit dat de aanhangers van de ene seculiere ideologie geen grotere hobby lijken te hebben dan het bestrijden van de andere. Hetgeen zelfs al het geval is als de verschillen betrekkelijk gering zijn, zoals bij socialisten en communisten.

De oorzaak van die felle onderlinge strijd is simpel: alles dat een claim doet op universele waarheid, heeft een onoverkomelijk bezwaar tegen alles dat die universele waarheid tegenspreekt. Met name natuurlijk degenen die een andere universele waarheid claimen.

De oplossing van dit veelvuldige dilemma is voor de redelijk denkende mens natuurlijk uiterst simpel: als er meerdere denksystemen bestaan die een claim leggen op de absolute waarheid daar waar dat in combinatie duidelijk onmogelijk is,. heeft geen enkele van die denksystemen de waarheid. Een gezond-verstand basis voor de afwijzing van ideologie zoals hier gehanteerd.

Voor de onderbouwing daarvan hoeft heel weinig moeite worden gedaan. Je hoeft slechts te refereren aan de argumenten van aanhangers van de ene ideologie ten opzichte van de concurrentie. Lees de kritiek van de socialisten op de communisten, en je hebt je bewijzen voor de ondeugdelijkheid van het communisme. Lees de kritiek van de communisten op de socialisten, en je hebt je bewijzen voor de ondeugdelijkheid van het socialisme. Lees de kritiek van de liberalen op alle mogelijke linksige ismen, en je hebt je bewijzen dat al die linksige ismen niet deugen (De Volkskrant, 10-09-2011, door Olaf Tempelman):
  Hoed u voor de intellectueel

Politiek | De vijand van de mensheid, waarschuwt Frits Bolkestein, dat is de denker die in zijn rokerige hol zit te broeden, die in zijn laboratorium gevaarlijke ideeën mengt.

Tussentitel: Niets was erger dan de kleinburger met zijn geknipte rozenstruik

...    Bolkestein ontleedde de vijand in essays, commentaren en toespraken ... De intellectuele verleiding - ondertitel: Gevaarlijke ideeën in de politiek - is het boek dat hij al lang had willen schrijven. In een opzet ... onderneemt Bolkestein een zoektocht naar de wortels van antiliberale gedachtenspinsels in antiliberale broedplaatsen.

En welke dat zijn in de ogen van Bolkestein, VVD-politicus is eminent voorspelbaar - en ook de auteur van de recensie is het er van harte mee eens:
  Ongeveer twintig jaar geleden speurde ik in het archief van de heropgerichte Roemeense liberale partij naar namen van politieke gevangenen. Tussen stapels verspochte documenten discussieerden altijd oude mannen. Die hadden de tijd hun wereldbeeld uit de doeken te doen, en dat deden ze vaak ongevraagd. Het liberalisme, leerde ik, is het gezonde verstand, het lucide denken, het oog voor de realiteit. Marxisme, marxistisch-leninisme, trotskisme, socialisme, nationaal-socialisme en zo nog wat meer -ismen, dat zijn bedenksels van intellectuelen die zich met de realiteit niet vermoeiden, producten uit laboratoria met laboranten die met de gewone wereld niets van doen wilden hebben. Vergelijk het met vloeistof. Liberalisme is helder water, de intellectuele bedenksels zijn buisjes vloeistoffen met vieze kleuren, de een nog giftiger dan de ander. Kijk maar naar de geschiedenis van de twintigste eeuw.

Bolkestein bijdrage in deze is dat hij deze redelijk algemene opvattingen oppakt vanuit een wat ruimer kader, het kader dat ook wij hier hanteren: dat van het intellectualistische denken in het algemeen ("intellectueel" is natuurlijk niet het juiste woord - het is een hopeloos falend denken):
  Die tocht begint niet toevallig in de 18de eeuw, bij een invloedrijk denker die de mensheid op een verkeerd spoor zette, Jean-Jacques Rousseau, pleitbezorger van de onbedorven primitieve mens. Rousseau wist dat 'het volk' beter af zou zijn zonder beschaafde heren die zich de kunst van de rede hadden eigen gemaakt. Kon je een Tribunaal oprichten voor intellectuelen die de Verlichting om zeep hielpen, dan zou de aanklacht tegen Rousseau lang zijn.

Waarna je op even voorspelbare manier de argumenten tegen al dit soort erop volgende linksige ismen kan invullen.

Dat is deel één van onze exercitie. Nu deel twee: de andere kant van de links-rechts tweedeling En daarin is al voorzien door de auteur van de recensie. Die recensie staande in de Volkskrant, waren ook die weerleggingen redelijk voorspelbaar. Maar ze zijn ook treffend geformuleerd - het begint daar waar Bolkestein in zijn historische verhandeling van de rechte lijn afwijkt:
  Rousseau's onbedorven primitieve mens [en] ... [zijn] tegenpolen van de kleinburger die hecht aan zijn comfort en zijn 'pleziertjes voor de dag en de nacht'. De kleinburger: de kleine hebberd die risico's mijdt en gepreoccupeerd is door trivia. Van Rousseau tot Derrida, van Nietzsche tot Susan Sontag - niets vonden ze verwerpelijker dan hem, de man met zijn spulletjes en zijn geknipte rozenstruik. Dat bourgeois een scheldwoord werd, komt helemaal op intellectueel conto.
    Enig begrip kan Bolkestein voor de afkeer wel opbrengen: zo'n kleinburger is, de naam zegt het al, niet groots, die dwingt niet gemakkelijk bewondering af. Maar wie zich niet verliest in deontologie en zich de beginselen der teleologie eigen maakt, gaat hem anders bezien. In deontologie wordt een handeling gewaardeerd als er nobele intenties aan ten grondslag liggen, in de teleologie tellen de gevolgen. Dan zie je dat een hoop van die kleine hebberds samen een goed soort maatschappij opleveren - mits ze aan de wet onderhevig zijn. 'Er zijn weinig manieren waarop een mens een onschuldiger bezigheid vindt dan het verdienen van geld', stelde Samuel Johnson al een kwart millennium geleden.

Stap één richting verderf: er zijn altijd al minder fatsoenlijke manieren geweest om aan geld te komen, en de mogelijkheden daartoe zijn exponentieel gegroeid.
    Met direct daarop volgende de tweede stap:
  'Zo pakt de ondeugd gunstig uit / als zij door justitie wordt gestuit', dichtte de Nederlandse filosoof en satiricus Bernard Mandeville in 1705 in De fabel van de bijen met de prachtige ondertitel 'particuliere zonden, algemeen profijt'. In de bijenkorf van Mandeville loopt alles op rolletjes. Helaas, de bijen in de 'mopperkorf' klagen over ondeugdzaam gedrag van anderen. Op een dag is Jupiter het zat een maakt alle bijen deugdzaam. En ziedaar: de bijen zijn niet meer hebberig, dus de bouwsector stort in. Ze drinken niet meer, dus de kroeg blijft leeg. Portretschilders zitten zonder werk, omdat niemand meer ijdel is. Voor Mandeville is er lof in De intellectuele verleiding.

Zo zijn we dus beland van de afwijzing van de linkse ideologie in de omarming van de rechtse. Want dat de ideeën van Mandeville iets anders zijn dan de puurste ideologie is natuurlijk volkomen duidelijk. Voor de redelijke mens. want die constateert dat het positieve oordeel over de bijenkorf  uitsluitend is gebaseerd op de associaties van "bij" met "donzig vliegbeestje" en "honing". Vervang "bij" door "termiet", bijvoorbeeld die van de roofzuchtige soort, en Mandeville's sprookje wordt eerder een nachtmerrie.

Maar erachter zit een fundamentelere denkfout. De gelijkstelling tussen "nastreven van eigenbelang" en "ondeugdelijke gedrag" is een vorm van verabsolutering. Waarvan de bron volkomen duidelijk is: dat is het christelijke denken, en de absolute waarde van de christelijke naastenliefde. En die andere wang enzo. Het gezonde verstand zegt dat het nastreven van eigenbelang op zich natuurlijk geen probleem is. En geen ondeugdzaam gedrag. Dus als je ondeugdzaam gedrag verbiedt, gaat het bouwen en het portretteren gewoon door. Wat je minder hebt als je ondeugdzaam gedrag verbiedt, is dat de ene bij de andere doodmaakt ten einde zijn nectar in te pikken. En daar heeft de korf alleen maar voordeel van. Want is alle meer redelijke omschrijvingen van ondeugdzaam gedrag ligt de crux niet in het nastreven van eigenbelang, maar in schade toegebracht aan een ander  .

De recensent raakt hier ook de draad kwijt, want ook de Volkskrant en omgeving is sterk beïnvloed door het neoliberale denken, waarvan Mandeville de ideologische grondlegger is  :
  Het lijdt geen twijfel dat het mensbeeld van Mandeville en Bolkestein van meer realiteitszin getuigt dan dat van Rousseau.

Een zeer discutabel oordeel, gezien de pijl van de vooruitgang die vrijwel volkomen samenvalt met de lijn van toenemende samenwerking en niet die van toenemende onafhankelijkheid of concurrentie  .

Maar direct daarop komt hij terug op de goede weg:
  Het lijdt geen twijfel dat het mensbeeld van Mandeville en Bolkestein van meer realiteitszin getuigt dan dat van Rousseau. Maar helemaal compleet lijkt het toch niet. Iedereen die zijn studeerkamer verlaat en zich onder de bijen begeeft, ziet dat de bijenkorf, noem het de vrije markt, niet alleen winnaars oplevert maar ook verliezers, en dat er mensen zijn die zich om die verliezers of 'zwakkeren' bekommeren. Die mensen waren er al voor intellectuelen hun socialistische broedsels de wereld in slingerden. Die zijn minstens zo oud als het Oude Testament waarvan 'jij zult jouw naaste liefhebben als jezelf' niet voor niets een der bekendste regels is. Je hebt marktadepten die monotheïstische deugdzaamheid afdoen als protosocialistisch. Dat wereldbeeld is veel te helder: de naastenliefde had nooit zo diep wortel kunnen schieten als het enige bestanddeel van de menselijke aard het gezonde eigenbelang was geweest. De mens is een ingewikkelder recept, met ingrediënten die op elkaar inwerken en paradoxen opleveren. Wie die complexiteit over het hoofd ziet, kan een bouwwerk oprichten dat los staat van de realiteit.
    Zo'n bouwwerk lijkt me het 20ste-eeuwse objectivisme van Ayn Rand, de filosofie waarin de mens zich op nietzschiaanse wijze uit de ketenen van de medemenselijkheid bevrijdt om louter zijn eigen genot na te jagen in een libertaristische maatschappij, die van een bijna maximaal laissez-faire kapitalisme. Dat objectivistische broedsel van Rand, dat lijkt me ook een laboratoriumbuisje met gekleurde vloeistof. Voormalig hoofd van de federatie van Amerikaanse centrale banken Alan Greenspan kwam uit haar school, Rands The virtue of selfishness was een van zijn lijfboeken. De Nederlandse filosoof Hans Achterhuis behandelde in De utopie van de vrije markt de lijn die er loopt van het objectivisme naar de financiële crisis vanaf 2008.

Waarmee we ook het liberalisme van Frits Bolkestein kunnen toevoegen aan de lijst van verwerpelijke ideologieën. Want dat VVD- en Bolkestein-achtige liberalisme is geen goede zaak uitsluitend en alleen omdat het geen linksig isme is - zoals ze voortdurend suggereren. Ook voor het liberalisme is het zo dat je niet moet kijken naar wat ze erover zeggen, maar naar hoe het uitwerkt. En dan is het liberalisme van de VVD en Frits Bolkestein vrijwel ononderscheidbaar van het neoliberalisme van Ayn Rand  (de term "objectivisme" is nooit in zwang geraakt en neoliberalisme is praktisch gezien een synoniem) en Alan Greenspan en al die roofridders van de "vrije markt" die het in de praktijk brengen.

Nu hebben we Frits Bolkestein voor ons laten werken in het afwijzen van de linksige ideologieën, en recensent Olaf Tempelman in het afwijzen van de rechtse ideologie van Bolkestein cum suis. Blijft er voor ons nog één taak over: het afwijzen van de ideologie van recensent Olaf Tempelman. Want die heeft ook een ideologie, en wel eentje die in deze tijd bijna even invloedrijk is als het neoliberalisme. Namelijk die van het multiculturalisme (de Volkskrant, 20-11-2010, column door Olaf Tempelman):
  Pampers, sigaren en afgezakte pantalons

We moeten het maar even op ons laten inwerken: meer nog dan die stoet semicriminele PVV'ers ...

Dat multiculturalisme een ideologie is, volgt direct uit het bovenstaande. Want Bolkestein's analyse begon met dit:
  Rousseau's onbedorven primitieve mens ...

En dat 'onbedorven primitieve mens' oftewel: "de primitieve mensen zijn evenveel of zelfs meer waard dan de moderne" is een synoniem van "de gelijkheid der culturen". En "de gelijkheid der culturen" is weer de onlosmakelijke basis van het multiculturalisme, want "multiculturalisme" is een afkorting van "de vermenging van alle culturen levert een meerwaarde"  . Dus wie wijst op de eventuele slechte eigenschappen van geïmporteerde culturen, suggereert dat culturen ongelijk zijn, is dus tegen multiculturalisme, en is dus voor de aanhangers van die ideologie "een slecht mens" - of volgens Olaf Tempelman: "een semi-criminele PVV'er" (letterlijk slaat het op de PVV-Kamerleden, maar de suggestie is volkomen helder).

Olaf Tempelman constateert terecht dat Bolkestein de bespreking van het objectivisme en neoliberalisme gemakshalve maar uit zijn analyse heeft weggelaten:
  De Nederlandse filosoof Hans Achterhuis behandelde in De utopie van de vrije markt de lijn die er loopt van het objectivisme naar de financiële crisis vanaf 2008. Bolkestein behandelt de school van Rand om begrijpelijke redenen niet.

Waarbij die begrijpelijke reden natuurlijk is dat Bolkestein niet met de wantoestanden van zijn eigen ideologie geconfronteerd wil worden.

Dat laatste is nu bijzonder grappig. Wat kijk eens naar wat Tempelman op zijn beurt heeft weggelaten (de Volkskrant, 09-09-2011, column door Nausicaa Marbe):
  Van zelfkastijding naar zelfvertrouwen

Tussentitel: Uit Bolkesteins analyse blijkt hoe het multiculturalisme de vrijheid beknot heeft

Tien jaar na 9/11 zijn we gewend aan koffiedik kijken in de geschiedenis. Het heden is diffuus, stuurloos, we leven op de tast. ...
    Nu heerst er onzekerheid over de identiteit en de kracht van het Westen. ...
    Dat verklaart slechts ten dele waarom deze tijd zo kompasloos is. Het komt grotendeels door de teloorgang van westers zelfvertrouwen, een verlies dat ouder is dan 9/11. Deze datum valt dit jaar bijna samen met het verschijnen van het boek van Frits Bolkestein over de invloed van intellectuelen op de politiek: De intellectuele verleiding. Daarin analyseert Bolkestein ook de ideeën die het zelfvertrouwen van het Westen ondermijnden. ...
    In dit krantenhoekje beperk ik me tot Bolkesteins kritiek op het multiculturalisme, opgevat als een plicht om niet te oordelen over andere culturen, maar ze even waardevol te achten. Terecht wijst hij erop dat men aan de hand van Universele Mensenrechten wel een rangorde in culturen kan aanbrengen en dat weigering van sommige landen deze mensenrechten te accepteren of de poging ze op de sharia te stoelen een contraproductieve ontkenning van hun universaliteit is. Bolkestein citeert Amartya Sen die opmerkt dat het feit dat universele waarden niet universeel geaccepteerd zijn, niet betekent dat ze niet bestaan.    ...

Waaraan deze redactie toevoegt dat het totaal oninteressant is of die waarden al dan niet universeel zijn - of beter: heb het helemaal niet over de universaliteit ervan: het enige dat telt of ze werken - universaliteit doet veel te veel denken aan absoluutheid. En werken doen ze duidelijk - in ieder geval beter dan de alternatieven uit niet-westerse culturen.
  Geduldig onderzoekt hij de drogredenen, onwaarheden en onlogische denkkronkels die sommige intellectuelen hanteren in hun gelijktrekkingen. Zo toont hij hoe altijd noodzakelijke zelfkritiek ontaardt in intellectuele zelfverminking die een open debat bedreigt. 'In de moderne vorm is de nobele westerse traditie van zelfkritiek uiten vaak verworden tot sentimentele zelfkastijding zonder werkelijke openheid om te leren', schrijft hij.

Allemaal zaken die voor Olaf Tempelman waarschijnlijk te pijnlijk waren om over te schrijven in zijn recensie. Omdat ze Olaf Tempelman confronteren met de wanstaltigheden van zíjn ideologie.

Het ontstaan van zoiets als het multiculturalisme laat nogmaals de geestelijke zwakte van de mens zien aangaande het verschijnsel van ideologie. De meeste aanhangers van het multiculturalisme zijn mensen die zichzelf min of meer genezen achten van de meer traditionele ismen zoals diverse vormen van religie, met een aanzienlijke portie daarvan ook nog afvalligen van het socialisme. En na deze eerdere denkfouten enigszins rechtgezet te hebben, storten ze zich hals-over-kop in weer een nieuwe variant: het multiculturalisme. Overigens vaak samengaand met nog een andere ideologie: het Europeanisme, zijnde een afkorting van "Alle vormen van Europese samenwerking zijn goed".

Waarbij dat laatste voor deze verhandeling een bijzonder handige meerwaarde heeft: het is door cijfers bewezen dat niet alle vormen van Europese samenwerking voordelig zijn. In cijfers uitgedrukt: de huidige vorm (2011) kost enkele honderden miljarden  . Bedragen die kinderspel zijn vergeleken bij de kosten van het multiculturalisme, want dat kost sociale samenhang  en ondermijnt de democratie  , en het neoliberalisme, want dat ondermijnt de maatschappelijke solidariteit  en het maatschappelijke vertrouwen in het algemeen   .

De volgende ideologie heeft in eerste instantie de schijn van wetenschappelijkheid en moderniteit. Het gaat hier namelijk om de laatste uitleg van de uitkomsten van de meest recent resultaten uit de neurologie, een veld dat in sterke opbloei is gekomen door het in haar handen geraken van een natuurwetenschappelijk instrument: de MRI-scanner. De MRI-scan biedt de gelegenheid structuur en functioneren van de hersenen in beeld te brengen, een doorbraak op hetzelfde niveau als de toepassingen van röntgenstraling voor wat Nederlanders een "doorlichting" noemen.
    Een van de resultaten van dat onderzoek is dat het onbewuste deel van het brein een grote invloed heeft op de rest. Eigenlijk nauwelijks een verrassing - dat er een onbewuste is, is al bekend sinds Freud, en dat het belangrijk is blijkt uit het feit dat de mens een derde deel van zijn dag en dus zijn leven besteedt onder haar exclusieve domein - welk proces ook wel bekend is als "slaap".
    Het nieuwe onderzoek laat de deelprocessen van de invloed van het onbewuste op het bewuste beter zien. Waarbij onder andere blijkt dat dat onbewuste mede de bewust genomen beslissingen bepaalt. Of zelfs dat dat onbewuste zelf beslissingen neemt. Dat laatste is ook al geen verrassing, want het is godsonmogelijk dat het bewuste alle beslissingen voor de hele persoon neemt, want dat behelst veel en veel te veel dingen.
   Maar het feit dat vele van die onbewuste beslissingen nu in werking gezien zijn, heeft weer geleid tot het hier al beschreven fenomeen: verabsolutering, in een vorm van ideologie. In Nederland zijn daarvan twee belangrijke proponenten: Victor Lamme en Dick Swaab. De laatste heeft een zeer goede reputatie op grond van eerdere controversiële stellingnames, en wordt daarom serieuzer genomen. De volgende bron, eentje van meerdere over onderwerp en aanleiding, is naar aanleiding van een boek gepubliceerd door Swaab met de titel Wij zijn ons brein,  beschrijft het probleem (uit De Volkskrant, 01-10-2011, door Jan Drost, schrijver en filosoof):
  We moeten onszelf niet eenvoudiger maken dan wij zijn. Wij zijn vrij

Hersenonderzoekers als Dick Swaab zijn zo populair omdat zij ons bevrijden van onze vrijheid en verantwoordelijkheid. Maar zij vertellen leugens. Wij zijn vrij.

In het tv-programma Zomergasten vroeg Jelle Brandt Corstius aan zijn gast Dick Swaab of hij, als hij hem een klap zou geven, kon zeggen dat niet hij, maar zijn brein dat deed. Ja, antwoordde Swaab, dat kon hij zeggen.    ...

In zekere zin een open deur: natuurlijk doet het brein dat, want het alternatief is "de kaboutertjes"of "engelen". De reden dat de interviewer de vraag stelt, zit in hetgeen dat in het antwoord van Swaab geïmpliceerd is: "... en daar heeft uw bewuste persoon niets mee te maken".

  Inhoudelijk valt er genoeg te lachen en vooral te huilen bij de uitspraken die sommige hersenonderzoekers en wetenschapsjournalisten in de media doen. Maar daar wil ik het even niet over hebben. Ik wil het hebben over iets wat mij tegelijk wel en niet verbaast: de enorme populariteit van deze mensen. Waarom is een boek als Wij zijn ons brein een bestseller? Waarom krijgt iemand als Dick Swaab zo'n overweldigende ontvangst? Wanneer Swaab (of moet ik zeggen het brein dat wij Swaab noemen?) beweert dat de vrije wil niet bestaat, dan zegt hij met andere woorden dat er geen handelingen zijn, alleen gebeurtenissen. En waar niet wordt gehandeld, daar is geen verantwoordelijkheid, sterker: daar zijn geen mensen. Is dat wat veel mensen graag willen horen? Dat zij er niet zijn?

Komt dit u in het verband van deze reeks artikelen over ideologie en geloof bekend voor? Auteur Jan Drost gaat ook op dit pad verder:
  Het is geen nieuws dat wij er soms alles aan doen om maar geen verantwoordelijkheid te hoeven dragen voor de keuzen die wij maken en de dingen die wij doen. Vrij zijn, ook al beweren wij meestal dat wij dit boven alles willen, kan loodzwaar zijn. Wie heeft het namelijk gedaan? Ik heb het gedaan, niemand anders dan ik heeft het gedaan.

Waarna hij van het rechte pad afwijkt door over Geert Wilders te gaan oreren, naar de mensen naar zouden willen luisteren. De juiste vergelijking is natuurlijk die met de joodse Jahweh, de christelijke God en de islamitisch Allah. Dat zijn de figuren waarnaar pas echt veel mensen luisteren. En pas echt intensief luisteren en letterlijk nemen. Veel letterlijke dan Geert Wilders ooit genomen zal worden. En tussen Jahweh, God en Allah zitten nog schier oneindig veel andere afgodelijke ideologieën. Die allemaal één hoofddoel hebben: de mens ontlasten van de zware positie van het moeten maken van keuzen. Een positie die nu eenmaal het kenmerkende menselijke is. Al die gelovigen, al die ideologen, en nu mensen als Dick Swaab doen iets heel treurigs: ontkennen dat ze mens zijn.
   Een conclusie die ook Drost trekt
  Iemand die het menselijke bewustzijn met urine vergelijkt, die laat er geen misverstand over bestaan hoe hij over zijn medemensen denkt.

Dat is inderdaad de vergelijking die men maakt: het lossen van urine is een onbewuste functie, en staat dus volgens de ideologen op gelijke voet met het bewustzijn.
    En:
  We moeten onszelf niet eenvoudiger maken dan we zijn. Het onschuldige paradijs bestaat niet. Laat geen politicus of breingoeroe ons helpen onszelf wijs te maken dat dit wel zo is.

En vervang dat politicus dus weer door de afgoden Jahweh, God en Allah.


Naar Psychologische krachten  , of site home  .

11 sep.2011