Valkuilen

Korte behandelingen van de meer alledaagse versies van een aantal psychologische valkuilen - de meer therapeutische gevallen staan beschreven in J.E. Young en J.S. Klosko: Leven in je leven (Reinventing Your Life - een deel van de onderwerpen staat ook in Praktijktips  . Voor wie wat aan zijn valkuilen wil doen, staan een paar korte opmerkingen hier  , of hij kan het al genoemde boek lezen.
    Dit is een enkele doorlopende pagina, met de onderwerpen in de volgorde als in de lijst:




Ambitie en leidinggeven

Uit Psychologie Magazine van juni 2005, artikel Jezelf zijn over authenticiteit:
  'Neem die succesvolle vakkundige collega die een baan als leidinggevende aanneemt, niet omdat daar zijn hart ligt, maar louter en alleen omdat hem dat meer status oplevert.' ... 'Volgens Rogers halen mensen die zichzelf zo voor de gek houden, niet het beste uit zichzelf.'

Voor een praktisch voorbeeld, zie hier  .


Bewondering

Voor bewondering geldt hetzelfde als voor bijna alle items op deze pagina: er is weinig aan de hand, of het is zelfs positief, als het met mate is. Wie een beetje bewondering krijgt, is daar meestal goed mee af. Fout gaat het zodra het te veel wordt, en/of de betrokken systematisch afhankelijk wordt van de bewondering. Het is daarom ook een kwaal die voornamelijk bekende mensen overkomt. Maar omdat die zo prominent zijn in de media, daarom toch een algemeen hinderlijke kwaal. Voor voorbeelden, zie hier  .


Drugs

Drugsverslaving is er in vele varianten - alcohol en nicotine zijn natuurlijk net zo goed drugs als cocaïne en heroïne. Drugsverslaving heeft vrijwel altijd twee componenten: een persoonlijke en een maatschappelijke, en de verschillende soorten onderscheiden zich door de mate waarin of het ander het geval is. Roken ontstond vroeger meestal onder sociale druk, en was voornamelijk een sociologische kwaal. Gebruik van hard drugs gaat meestal gepaard met een of andere psychische kwaal, ook weer komende in twee varianten: geestelijk, door mishandeling en dergelijke, of fysiologisch, door een of chemisch gebrek of overschot in het brein  . Hier gaat het over de maatschappelijke en de lichte psychische gevallen.
    Bij drugsgebruik zijn er twee fasen: het beginnen en het ermee doorgaan. Zoals Dr. Phil  opmerkte kan de reden om met iets door te gaan een heel andere zijn dan de reden waarom men begon. Bij de lichte gevallen van drugs is de reden dat men begon meestal sociologische druk, of een relatief licht geval van een gevoel van ongeluk, en een wens naar compensatie van dat gevoel van ongeluk. Er zijn vele drugs die dat doen. Tot dit punt lijkt er eigenlijk weinig aan de hand. Drugs zijn drugs omdat de stof zelf een behoefte aan de stof kweekt. De reden dat men ermee doorgaat wordt dan al snel die behoefte, en niet meer het oorspronkelijke gevoel van ongeluk. Is dat gevoel van ongeluk inmiddels weg, dan is er geen enkele  reden meer om het te blijven gebruiken. Doet men het toch, is men verslaafd.
   Dit de standaardversie van het drugsverhaal. Er is echter een "maar", en dat is het moment dat men voor de eerste keer naar drugs grijpt zelf: nog steeds uitgaande van de lichte gevallen - dat wil zeggen dat er geen interne chemische behoefte is en dus wel een externe oorzaak - is wat men dan doet niet de oorzaak van het gevoel van ongeluk aanpakken, maar het gevolg. Natuurlijk weet iedereen in zijn bewuste of onderbewuste ook wel dat niet de juiste aanpak is, dus is men eigenlijk teleurgesteld of ontevreden met zichzelf. Dat is op zichzelf weer een gevoel van ongeluk, dus een reden voor drugsgebruik, ad infinitum. Deze vorm van drugsgebruik is dus een vicieuze cirkel, of een valkuil.
    Is men slachtoffer van deze lichte vormen van drugsgebruik, waaronder het overgrote deel der rokers, is de oplossing simpel: stop met teleurgesteld zijn in jezelf, en stop met roken (of andere drugs)  .
    Het voorgaande is een simpel voorbeeld van rationeel-emotieve of cognitieve therapie; wat meer daarover hier  .
    Tot nu zijn we uitgegaan van de klassieke drugs, meestal fysieke stoffen. Er zijn ook een aantal niet-fysieke verslavingen, waarvan de bekendste gokken is. In die categorie hebben we ook nog aantal, twee andere belangrijke, namelijk die van winkelen/consumeren, en die van geld  . En tenslotte eentje die wat algemener is: kicks  . Vanwege het niet-fysieke karakter zijn ze dus allemaal van de psychologische of valkuil soort. Ook hier is er sprake van ernstige en minder ernstige vormen.
 

Geld

Bij drugs  hebben we gezien dat het kenmerk van de verslaving aan een genotsmiddel niet noodzakelijkerwijs in de biochemische afhankelijkheid van die stof ligt, maar in een psycholo-gische vicieuze cirkel van minderwaardigheidsgevoel veroorzaakt door het gebruik, en de tijdelijke opkikker van het gebruik. Het is duidelijk dat dit ook kan gelden voor geld, en dit proces is uitvoeriger beschreven hier  . Dit is van groot belang, omdat de zucht naar geld een van de meest destructieve krachten is, mogelijkerwijs alleen overtroffen door de zucht naar macht. Als de zucht naar geld en verslaving van de psychologische valkuil soort is, dan geldt ook de oplossingen van die valkuil soort. Bij drugs  is uitgelegd dat dat in feite heel simpel is: men hoeft alleen maar te beseffen hoe het werkt en dat het niets oplevert, en men is er van af.
    Voor degenen die denken dat het hen niet om het het geld zelf gaat, maar om de bijbehoren-de macht, zie het bijbehorende lemma macht  . Voor twee specifieke voorbeelden van dit verschijnsel, zie hier  (de simpele versie), en hier  ; meer over de psychologische krachten achter dit verschijnsel hier  , en de directe sociologische gevolgen hier  .
 

Ledigheid

Deze valkuil is al zo oud dat er een zegswijze voor bestaat: "Ledigheid is des duivels oorkussen".  En waar je van dit soort zegswijzen met een korreltje zout moet nemen, is dat bij deze beslist niet het geval. De menselijke hersenen zijn in de loop van de evolutie ontwikkeld om de problemen waar zijn omgeving hem voor stelde op te lossen, en zonder het gebruik van de hersenen voor dat doel zullen ze de omgekeerde evolutionaire weg bewandelen, en weer krimpen. Voor voorbeelden, zie hier  .


Macht:

Het wordt algemeen aangenomen dat de wens naar macht natuurlijk en universeel is, meestal ook verwijzende naar de diersoorten waar men dit machtsstreven ook treft. Maar de natuur is even rijk in zijn tegenvoorbeelden, er zijn waarschijnlijk veel meer diersoorten die niet dit soort machtsstreven kennen.
     Bij de mensensoort blijkt het streven naar macht in eerste instantie ingegeven zijn door en andere, meer basale, emotie: die van de angst. Macht is een vorm van bescherming tegen de medemens. Trekt men alle angstige van de groep machtsstrevers af, dan is de volgende grootste groep ongetwijfeld die van de ijdeltuiten; van de aloude lijst van dictators tot aan de meest gewone politici is bekend dat wat ze ook zijn, ze ook een aanzienlijke hoeveelheid ijdelheid hebben.
    Na de angstigen en de ijdeltuiten blijft er eigenlijk niet veel over. Als u zich tot die groep aangetrokken voelt, wordt u aangeraden de sociologische aspecten van het begrip macht te bestuderen, in Gezag en macht  .


Negativiteit, negativisme

Er zijn diverse aanwijzingen dat negatieve gevoelens natuurlijk zijn: ze behoren waarschijnlijk bij het oude overlevingsinstinct om in het onbekende een potentieel gevaar te zien. Het is een overlevingsinstinct, omdat het de oude mens op de hoede deed zijn, wat zijn overlevingskansen in een gevaarlijke wereld vergrootte.
   Dat uit zich ook in de gedachten die een mens heeft, waarvan volgens schattingen 70 procent negatief gekleurd is  . Waar die negativiteit zichzelf gaat versterken, of anderszins uit de hand loopt, kan men dus gaan lijden aan diverse psychologische kwalen, met aan de emotionele kant depressie  , en aan de rationele kant Cynisme  . Dat versterkt-worden is een aanzienlijk risico, omdat er nu eenmaal veel zaken in het leven zijn die niet lopen als men wenst, vandaar dat dit ook een gevaarlijke valkuil is.
    Deze kwalen zijn dus te voorkomen en te bestrijden door het zich bewust zijn van dit proces, dat de oorzaak veelal ligt in overdaige aandacht voor het eigen ik  , en het welbewust koesteren van positieve gedachten.
    Het feit dat die oorspronkelijk normale negatieve instincten uit de hand kunnen lopen, heeft waarschijnlijk te maken met het nieuwe van de mensheid ten opzichte van alle andere diersoorten die soortgelijke instincten hebben, namelijk zijn de overcapaciteiten van zijn brein, zie hier  .


Niet willen weten

Ook dit is een oude bekende, gezien uitdrukkingen als "Je kop in het zand steken", en "struisvogelpolitiek". Eraan ten grondslag ligt het fundamentele proces van compartimentalisatie, het proces dat de functionele delen van de hersenen scheidt, en dat op zich een belangrijke functionaliteit is - het is bijvoorbeeld kennelijk belangrijk dat nare herinneringen in je hersens min of mee verdrongen worden. Ook hier weer zit de clou in de overdaad: wie niet wil zien dat de vlam in de pan is geslagen, eindigt met een afgebrand huis. Meer over dit onderwerp hier     .


Veeleisendheid

Volgens de cognitieve therapie de moeilijkste valkuil van het emotionele denken om uit te geraken (voor een voorbeeld, zie hier  ). Veeleisendheid is verbonden met andere, meer openbaar geuite psychologische verschijnselen als idealisme, pessimisme, cynisme, en een algemeen gebrek aan geluksgevoel. De verbinding loopt ongeveer als volgt: men deelt de wereld in volgens idealismen, de volle glazen; men merkt vervolgens dat die volle glazen niet bestaan, alleen gedeeltelijk gevulde glazen, zeg het halfvolle glas. Veeleisendheid is het niet-genoegen-nemen met een half glas. Dan is men teleurgesteld bij iedere herhaling dat men een half glas krijgt. Van de veelvuldige teleurstelling wordt men pessimistisch; van veel pessimisme wordt men depressief; en van de voorspelbaarheid van de volgend teleurstelling wordt men cynisch. De overkoepelende aanduiding voor al deze zaken is "gebrek aan levensgeluk".
    Volgens deze visie zijn veeleisendheid en zijn vervolgproblemen veroorzaakt door een elementaire denkfout, een cognitieve fout. Dan is het eigenaardig dat juist de cognitieve therapie hem als de moeilijkste beschrijft, temidden van een veld met zulke sterke mededingers als het minderwaardigheidscomplex. De vermoedelijke reden is dat ze verbonden is met de manier waarop ons denken werkt. Er zijn sterke aanwijzingen dat het cognitieve denken in hoge mate stoelt op wiskundige processen of manieren van omgaan met symbolen, en dat deze processen die ingebakken zitten (een aanwijzing is het bestaan van onopgeleide wiskundige genieën). En een van de basisbegrippen is dat denken is uitgesloten derde: als iets niet niet-waar is, is het waar (of : na twee keer omkeren ben je weer terug in je oorspronkelijke positie). De eerst bekende formulering hiervan is van de Griekse filosoof Aristoteles, tezamen met een paar andere regels het syllogisme van Aristoteles genaamd.
    Het punt is dat deze regels waar zijn in grote, vooral meer elementairdere, delen van de wiskunde, maar niet in de praktijk. Iedereen weet dan een glas dat niet niet-vol is, daarmee ook vol is - niet-vol kan behalve leeg ook half-leeg zijn, en het omgekeerde van half-leeg is half-vol, maar dat is ook half-leeg! Er bestaan sterke aanwijzingen dat principieel geldt dat voor alle toepassingen van wiskundige redenaties dat zodra men ze loslaat op de praktijk, ze hun universele geldigheid verliezen (voor een alternatief voor het Aristotelische denken, zie
de Engelstalige introductie hier  , of de uitgebreidere IRP versie hier >  )
    Kortom: de persoon die teleurgesteld is over een half-vol glas, is een persoon die een principiële, cognitieve, denkfout begaat: hij verwaart zijn ingebakken manier van denken met de verhoudingen in de werkelijkheid. Men zou dus kunnen denken dat de valkuil der veeleisendheid juist bij uitstek geschikt was voor cognitieve therapie. Het blijkt echter dat mensen die lijden aan veeleisendheid vrijwel nooit in een of andere vorm van therapie terechtkomen. De vermoedelijke reden daarvan is dat veeleisende mensen meestal ook lijden aan nog een andere kwaal, die van het egocentrisme, of  ook egoïsme. Een andere aanwijzing daarvoor is dat het de veeleisende toch op een of andere manier moet bemerken dat andere mensen ook niet alles krijgen wat ze willen, en dat hun lot dus beslist niet uniek is.
    Met de constatering dat de cognitieve oplosbaarheid van veeleisendheid overruled wordt door het egocentrisme, lijkt tevens bewezen dat egocentrisme, in al zijn vormen, een nog groter en elementairder probleem is dan veeleisendheid.
    Voor de maatschappelijke toepassing van het begrip veeleisendheid, zie hier  .


Naar Psychologie lijst  , Psychologie overzicht  , Algemeen overzicht  , of site home  .