Evolutie, humane
Waarschuwing vooraf: het volgende is volgens de normen van de
politieke-correctheid discriminerend, racistisch en antisemitisch in de hoogste graden.
Deze redactie is wars van zaken die neigen naar "Das Wesen des Daseins"
en "Die Welt ist Alles was der Fall ist", maar er kwamen kort
achter elkaar een paar dingen in de geest op die zich moeilijk elders laten
noteren.
Niet het eerste maar één ervan was een filmpje op YouTube over de
fijnstructuurconstante, één van de belangrijkste natuurkundige grootheden,
uit het rijtje van de lichtsnelheid (bekend), de lading van het elektron of
de fundamentele lading (redelijk bekend), de constante van Planck oftewel de
korreligheid van de natuur (minder bekend).
Die komen tezamen in de
fijnstructuurconstante, die een waarde heeft (1/137 en nog wat) die er toe leidt dat er
het lijstje van atomen mogelijk is dat bekend is als het periodieke systeem
(in vereenvoudigde vorm):
... dat in iedere natuurkundeschoolklas hing
toen deze nog aparte natuurkundelokalen had.
En, werd er filosofisch
opgemerkt in dat fijnstructuurverhaal, het is een waarde die het dus ook mogelijk maakt dat het leven is
ontstaan.
Dat laatste is een opmerking die je op meer plaatsen
tegenkomt. Bijvoorbeeld in de astronomie bij de zoektocht naar planeten:
planeten dicht bij een zon zijn te heet, en planeten ver van een zon zijn te
koud, waarbij men dan doelt op de mogelijkheid tot het ontstaan van leven.
Planeten met leven, die zoek je in het gematigde middengebied, qua
temperatuur.
En een derde, minder bekende, versie is die binnen het
periodieke systeem: de elementen met één of een paar elektronen aan de
buitenkant (de eerste drie kolommen) vormen metalen (natrium, kalium), minder bekend als ijzer maar
met veel dezelfde eigenschappen zoals soepelheid, en aan de rechterkant
staan de isolatoren, die de keiharde kristallen vormen genaamd zouten die
inderdaad lijken op het gewone zout: harde korreltjes..
En tenslotte
heb je helemaal rechts de edelgassen, helium, neon enzovoort, die helemaal niets doen, met elkaar en andere
stoffen.
En dat aantal elektronen aan de buitenkant loopt van 1 tot 8.
En
in het midden gebeuren de bijzondere dingen. De atomen met vier buitenste
elektronen zijn vlees noch vis.
De eerste daarvan is koolstof, en koolstof is de basis van het Aardse
leven. Omdat het in het midden zit, kunnen er veel andere soorten atomen er
aan binden.
Variatie. Evolutie.
En het is natuurlijk geen
toeval dat de stof waarvan de chips worden gemaakt die de kern vormen van
computers, silicium, ook die "vier elektronen aan de buitenkant"-structuur
heeft, bij een wat groter aantal erbinnen.
En dat alles levert ons
gevarieerde heelal met daarin het
leven.
Dus waarom
heeft de fijnstructuurconstante precies die waarde die de mogelijkheid tot
leven opwekt? Antwoord, en dat is niet onbekend: omdat hij deel uitmaakt van
een heelal waarin het leven inderdaad ontstaan is.
Ook dat is een vorm van
cirkel, net als "Das Wesen des Daseins" en "Die Welt ist
Alles was der Fall ist".
De tweede gedachtenstroom die ergens
genoteerd moest worden, betrof in niet meer bekende volgorde de
overbevolking, de evolutie van het brein, en de regels van de exponentiële
groei.
Iedereen die zich ook maar enigszins met "de menselijke
conditie" bezighoudt, weet dat de bevolking groeit op een manier die volkomen
uit de hand loopt, de bekende exponentiële groei van 1, 2, 4, 8, 16, 32, ...
en na twintig stappen daarvan zit je in de astronomische getallen.
Wat er voor de wereldbevoking uitziet als dit:
Daar is iets uit de hand aan het lopen ...
Is voor iedereen
zichtbaar.
Nu is zo'n verloop volkomen automatisch voor iedere
situatie waarin er sprake is van de mogelijkheid tot vermenigvuldiging. Zoals
dat is voor alle leven. Waarom is er van al dat leven dan geen oneindige
hoeveelheid?
De simpelste reden is dat op een gegeven moment de
bouwstoffen voor het leven, elk leven, op zijn. En dan houdt de groei
automatisch op.
Dat opraken kan op diverse manieren, leiden tot
diverse verlopen van groei. Hier zijn een paar standaardvormen, geschetst
door Derek de Solla Price
in
Little science, big science
, wat gaat over de groei van de wetenschap maar
dat blijkt dus algemeen geldig:
Hierin ontbreekt er eentje, namelijk
het genoemde geval van botweg doorgroeien tot alles op is
- het is eigenlijk een versie van de tweede maar dat hoort er dan zo uit te
zien:
Op het pad van het begin van het huidige leven naar nu is dit ook vele malen
gebeurd, op allerlei deelterreinen.
Maar op het deelterrein naar de
huidige mens dus niet, want anders bestond hij niet. Het meest voorkomend op
dit pad is nummer 1: een reeks van situaties van exponentiële groei, die na
verloop van tijd afremt en eindigt met een nieuwe stabiele
evenwichtssituatie.
Het meest recente geval van zulk een exponentiële groei
aangaande het leven is niet moeilijk aan te wijzen. Hier is de groei van de omvang van het
menselijke brein:
Hier lijkt ook sprake van uit de hand lopen. Hoewel het vrij zeker is
dat daar vrij spoedig een einde aan zal komen of misschien al aan gekomen
is, aangezien de geboorte van een nieuw mens nu al een behoorlijk pijnlijke
aangelegenheid is ...
Wat betekenen deze twee gevallen van
exponentiële groei voor de vooruitzichten van de huidige vormen van leven?
De eerste is nogal simpel, en samen te vatten in één term: klimaat.
Slechts de meest oppervlakkige kennis van de geologie en geografie leert dat
klimaat op wat langere termijn een hoogst variabel iets is, dat een belangrijk
deel van de voortgang van "het leven" in de meest algemene zin bepaalt. Nu is
er een Noordzee, maar een tijdje terug, toen het wat kouder was en veel
water opgeslagen lag als ijs, niet. Dat was Doggerland ...
... , genoemd naar de huidige ondiepe Doggerbank,
Op nog wat ruimere schaal: in een tijd genaamd
Carboon zat
er 30 procent kooldioxide in de atmosfeer en was er een broeikasklimaat van
zo'n 40 en 50 graden Celsius.
Nou, daar groeien de planten
fantastisch op ... :
... , en over tientallen miljoenen jaren maakten die van
kooldioxide in de lucht planten en plantenresten op de grond.
Dikke lagen die door andere geologische processen onder de grond verdwenen
en daar kolen, olie en gas werden.
Nu belieft het de mensheid die kolen,
olie en gas weer om te zetten in kooldioxide, dus drie keer raden wat
gebeurt er met het klimaat? Inderdaad, dat wordt warmer.
Daar hoef je
niet voor te meten. Kijk maar naar wat de gletsjers doen
:
Dit werd door deze redactie bedacht als
vijftienjarige door gewoon naar die plaatjes van de geologische tijden te
kijken.
Die erbij dacht: "Gelukkig zal het mijn tijd wel duren".
Fout, dus.
Dan ga je natuurlijk ook bedenken wat hiervoor een
oplossing zou kunnen zijn, als je toch veel energie nodig hebt voor de
beschaving.
Antwoord: kernenergie.
Dat ligt heel simpel: de
energie van fossiele verbranding is die in en tussen atomen (de buitenkant),
en die is van de ordegrootte van 1 elektronvolt of 1 eV (iets met heel veel
nullen achter de komma). Kernenergie komt van verandering van kernen van
atomen, en die energie is van de orde van 1 MeV oftewel een miljoen
elektronvolt oftewel een miljoen maal meer dan die van atomaire verandering
of fossiele verbranding. Een miljoen maal meer energie betekent bij dezelfde
opbrengst een miljoen maar minder restproduct of afval. En dat is ook nog
eens vaste stof in plaats van een gas. Een aantal containers in plaats van
een atmosfeer vol.
De respons van de
alfa-intellectuelen die met hun emoties "denken" in plaats van hun verstand
en de maatschappij besturen:
"Maar dat is gevaarlijk". En deden kernenergie in de ban.
Klopt, dat
gevaar. Maar kolen, olie en gas verstoken is nog oneindig veel gevaarlijker,
want je pompt je afval in een minuscuul en op plaatjes onzichtbaar laagje dat de aarde omhult:
Weet u wat de alfa-intellectuelen
zeggen, nu na twintig jaar alarm slaan door klimaatdeskundigen er weer over
kernenergie gesproken mag worden?
Inderdaad (Volkskrant.nl,
05-02-2022):
"Maar dat is
gevaarlijk".
Waarmee we het eerste acute gevaar voor de voortgang van
de mensheid te pakken hebben: alfa-intellectuelen.
Mensen die
"denken" met hun emoties. Mensen die gevoelens gebruiken in plaats van
verstand: 1 + 1 = 3 in plaats van 1 + 1 = 2. Enzovoort, allemaal beschreven
hier
.
Mensen die de baas zijn in bestuur en media.
En zaken als het voorgaande absoluut niet willen weten, want daarmee kan
je niet fantaseren en manipuleren. Het voorgaande is altijd 1 + 1 = 2
en wordt nooit 1 + 1 = 3 .
Dit
wat betreft de eerste vorm van problematische exponentiële groei. Nu de tweede, die van het brein.
"Maar dat klopt toch niet met het voorgaande?" kan men constateren.
Maar niemand heeft gezegd dat die exponentiële groei van het brein
voldoende is geweest voor het kweken van een goedwerkend brein bij iedereen.
Of in ieder geval bij een voldoende groot deel van de mensheid.
Ten
eerste is het uitermate onwaarschijnlijk dat de huidige toestand de optimale
is, aangezien er, wat betreft de mensheid in engere zin (homo sapiens
sapiens), iets als 200 duizend jaar aan vooraf is gegaan dat het toch
duidelijker beter kon, omdat het beter werd.
Ten tweede is het nog
onwaarschijnlijker dat die vooruitgang homogeen over de populatie verdeeld
is. Er zijn voorlopers en er zijn achterblijvers. De
variatie. De normale verdeling
:
En ten derde is er een nieuw probleem opgedoken door de
exponentiële groei van het brein.
Exponentiële groei is het product
van nieuwe expansiemogelijkheden, maar kan en meestal zal in de loop daarvan
leiden tot nieuwe problemen. Al genoemd: voorraaduitputting.
De
selectie die geleid heeft tot de groei van het brein is hoogstvermoedelijk
het steeds beter kunnen anticiperen op komende gebeurtenissen, zoals
uitgelegd hier
. Kunnen anticiperen betekent
kunnen voorbereiden, betekent een hogere overlevingskans bij schadelijke
gebeurtenissen. Wie het getijde plotseling ziet terugtrekken en de berg
oploopt, overleeft de tsunami.
Dit is verankerd in de neurologie,
werkend met het beloningsstelsel, welk beloningsstelsel werkt met dopamine,
en alles dat met dopamine werkt, is gevoelig voor verslaving, zie hier
.
Het eindpunt van de verslaving aan het kunnen anticiperen
oftewel het kunnen voorspellen, is het Alles en Altijd en Volledig kunnen
voorspellen.
Op welk punt iedereen die tot hier gevorderd is kan
invullen welke vorm dat "Alles en Altijd en Volledig kunnen voorspellen"
heeft: de religie.
Preciezer, want boeddhisme is ook een religie: de
monotheïstische religie.
Preciezer, want er zijn er vermoedelijk ook
wat minder strenge (abstracte) vormen van: de Joodse religie.
Die van het Oude Testament. En haar navolgers:
christendom en islam, beide ook startende met dat Oude Testament.
Het
gaat om het soort religie dat begint met een Absolute Almacht die duidelijk
geen mens is, en alles wat de mensen doen stuurt en bestiert.
Het soort dat het heeft over Kindoffers, enzovoort.
Iets dat dus helemaal niets
van doen heeft met natuur, en dergelijke.
Een standpunt, of beter:
een levensfilosofie, waar geen onderhandelen over mogelijk is.
Een
beetje Almacht bestaat niet.
Oftewel: het is kiezen: of de mensheid
wordt bestuurd door een Almacht, of de mensheid volgt de wetten van de
natuur.
Een strijd die in Europa gaande is sinds de komst van het
christendom, zeg ergens rond 500 Anno Domini, oftewel Het Jaar des Heren 500,
oftewel: het christendom kende in Europa een lange periode van vrijwel
volledige dominantie, ook wel bekend als de Middeleeuwen.
Maar omdat
Europa bevolkt wordt door andere volk dan het Midden-Oosten, gingen
andere ontwikkelingen door, blijkende uit de manier waarop Europa dat
christendom bedreef. Met onderzoekende kerkvaders die zich en elkaar vragen gingen
stellen over de botsing tussen de Almacht en de De Slechtheid in de wereld,
en met de manier waarop ze steeds mooiere bouwwerken voor het Godheid gingen
inrichten, de kathedralen:
Voor de bouw van die
kathedralen werden diverse vormen van handwerk steeds beter ontwikkeld en
georganiseerd, bekend als de "gilden".
Omdat de kerkvaders maar niet
tot een antwoord kwamen op hun vragen, en omdat de technische vaardigheden
ontwikkeld bij bouwwerkzaamheden hun eigen vragen opwierpen: wie bouwde hier
eigenlijk, mens of God, ging men elders zoeken naar antwoorden, kwam in de
Griekse oudheid terecht en in de kring van de vragenstellers, de voorlopers
in de ontwikkeling van de mensheid, ontstond de Renaissance.
Voor een wat kleiner deel, het Italië van de Renaissance, en
voor twee grotere delen in Engeland en vooral Nederland, waar vaardigheden
op het vlak van intelligentie werden gecombineerd met praktische
vaardigheden, in de vorm instrumentenmakerij en dergelijke (ets van
Christiaan Huygens aan het werk, met slinger, slingeruurwerk, en prisma):
Leidende tot de moderne natuurkunde, tevens leidende tot grote maatschappelijke bloei.
Qua dagelijkse denken uitsluitend in
die kring van voorlopers, de rest bleef in Het Rijk van de Almachtige.
Er was een merkwaardig bijproduct van de Renaissance, in het over komen
waaien van de Griekse cultuur en haar filosofen. Met als één van de
prominentste ene Plato, van wie komt de Ideeënleer
: de menselijke ideeën
over de werkelijkheid zijn werkelijker dan de werkelijkheid zelf.
Alweer absoluutheden.
Maar de meer praktischen onder de voorlopers, aanvankelijk allemaal
natuurkundigen, trokken zich daar weinig van aan, en boekten succes op succes in het op steeds
ingewikkeldere manieren naar hun hand zetten van de wereld, en sloopten
stukje
bij beetje steeds meer van Het Rijk van de Almachtige, tot ergens in de
jaren na 1980 het voor iets als de helft was geslonken.
Als
een soort tussenfase waren er ook de nodige "wijzen" die probeerden de rol
van de Almachtige in de Hemel te vervangen door een almachtige mensheid. De
mens als unieke schepping van God, de Aarde als middelpunt van het
zonnestelsel, het zonnestelsel als middelpunt van het heelal ... Allemaal
bleken het verzinsels van een aan Absoluutheden hangende doorgedraaide
menselijke geest.
En ook in alle gevallen waren
die veronderstellingen nogal
tot sterk contraproductief.
Met nog steeds als meest wijd verspreide
voorbeeld natuurlijk het idee van een mens, of het leven,
geschapen is door één of andere Almacht die tevens de hele boel bestiert.
Vermoedelijk ook de meest contraproductieve.
In de context van het voorgaande zo absurd dat je er eigenlijk om zou moeten
lachen (hoewel het natuurlijk wel kan dat dat degene is die met al die
natuurconstanten heeft zitten spelen maar dat is dus absoluut niet iets van
onze zorg).
Toepassing
Het voorgaande is allemaal het verzamelen van bekende gegevens, zij het
natuurlijk in een doelbewuste selectie. Een deel van die selectie bestaat
uit het kiezen van die zaken die zich lenen voor toepassing in het heden.
Een groot deel van de selectie is erop gericht om te laten zien dat de mens
een product is van de natuur, en onderhevig is aan een groot aantal van de wetten die ook geldig zijn voor
zijn voorlopers en zijn omgeving - zowel levende als dode natuur.
Waarvan de belangrijkste is dat de evolutie zoals plaats vindend in de rest
van de natuur, ook geldt voor de menselijke soort en één zijn
kenmerken: zijn ingewikkelde vormen van samenleving.
Oftewel: er zijn
dierlijke soorten die zodanig functioneren dat ze lang (of kort) overleven,
en er zijn mensensoorten zodanig dat ze lang (of kort) overleven.
En
er zijn mensenmaatschappijen zodanig dat ze lang (of kort) overleven.
Er zijn diersoorten die hun voortbestaan uit plantenleven halen, en er
zijn diersoorten die hun voortbestaan uit andere diersoorten halen.
En er zijn mensensoorten die hun voortbestaan uit eigen inspanning halen, en
er zijn mensensoorten die hun voortbestaan uit de inspanningen van andere
mensen halen.
Eerste opdeling die is een driedeling: de meest of misschien wel alle
diersoorten halen hun voortbestaan uit plantsoorten - direct of indirect.
De tweedeling van de eerste tweedeling: er zijn diersoorten die hun
voortbestaan halen direct uit plantsoorten, en er zijn diersoorten die hun
voortbestaan halen uit andere diersoorten. De laatste noemt men gemeenlijk
roofdieren of parasieten. En dan zijn er de symbioten:
die ontnemen iets (energie in de vorm van voedselsappen zijn heel populair)
aan de gastheer, maar geven er iets voor terug, zoals bijzondere stoffen die
de gastheer niet kan maken.
Tweede opdeling. Een enkel voorbeeld. Je
hebt een mensensoort die aan het verbouwen van gewas doet, waaronder vlas.
Van dat vlas maken ze linnen, en met dat linnen kleden ze zich tegen de kou
en voor het gemak en het mooi. Je hebt een andere
mensensoort die doet aan rondtrekken, dus geen gewas verbouwt. De hebben
geen vlas. Die hebben dus ook geen linnen. Die kunnen zich dus ook niet
kleden tegen de kou en voor het gemak en mooi. Die
tweede mensensoort kan twee dingen doen: zich neerleggen bij niet kunnen
kleden tegen de kou en voor het gemak en mooi. Of: het linnen ruilen of
stelen van de gewasverbouwers. Bij ruilen met de
gewasverbouwers moet je iets te ruilen hebben, en de gewasverbouwers hebben
zo'n beetje alles wat de rondtrekkers hebben ook al, dus dat wordt moeilijk
tot onmogelijk. Blijft over: hoe komen de rondtrekkers
aan het linnen om zich te kleden tegen de kou en voor het gemak en mooi?
Door het ontnemen van het linnen aan de gewasverbouwers.
Net zoals de roofdieren en parasieten hun voortbestaan halen uit andere
diersoorten, maar dan op een wat "hoger" niveau. Zie hier hoe dat al in 1494
uiterst treffend geïllustreerd werd in Das Narrenschiff
, van
Sebastian Brant
:
Die tweede
tweedeling is dus een wat subtielere voortzetting van de eerste, en zo zijn
er ook weer subtielere voortzettingen van de tweede. Ook hier kunnen er
symbiotische vormen zijn, wat dan meestal gaat in de vorm van "ruil": de
vlasverbouwers leveren linnen in ruil voor ... (er doet voor dit primitieve
geval zich niet direct een voorbeeld aan, want primitieve rondtrekkers
produceren vrijwel nooit iets substantieels - als er echt sprake is van
ruil, dan is dat meestal voor zaken als "zang en dans", en ook seks komt
nogal eens voor.
Dat noemt men
"maatschappij". Of gemeenschap en nog een heleboel andere termen, allemaal
neerkomende op: je hebt een groep mensen, en sommigen dragen bij, anderen
nemen alleen af, en je hebt de ruilers. En naarmate de maatschappij
ingewikkelder wordt, allerlei tussenvormen, wat men als eerste noemt
"economie". Zo
verbouwen de kathedralenbouwers geen vlas, noch doen Christiaan Huygens en
zijn natuurkunde-collega's dat, maar in die ingewikkeldere maatschappij
dragen ze dus bij op een andere manier. Een manier waar de vlasverbouwers
ook voordeel van hebben, of althans: een manier waaraan de gewasverbouwers
hun vlas wil willen bijdragen zodat de kathedralenbouwers en Christiaan
Huygens zich kunnen bezig houden met hun activiteiten zonder dat ze vlas
hoeven te verbouwen voor hun kleding.
Waarna je een heleboel details
kan gaan opschrijven over hoe mensenmaatschappijen werken, zoals een meneer
genaamd Adam Smith dat ooit heeft gedaan op een manier die men vandaag de
dag nogal eens wenst aan te halen, of op deze website is gedaan beginnende
hier
.
En dat vloeit allemaal voort uit die vier eerdere
uitspraken - Er zijn
dierlijke soorten die zodanig functioneren dat ze lang (of kort) overleven,
en er zijn mensensoorten zodanig dat ze lang (of kort) overleven. - Er zijn mensenmaatschappijen zodanig dat ze lang (of kort) overleven.
- Er zijn diersoorten die hun voortbestaan uit plantenleven halen, en er
zijn diersoorten die hun voortbestaan uit andere diersoorten halen. -
Er zijn mensensoorten die hun voortbestaan uit eigen inspanning halen, en
er zijn mensensoorten die hun voortbestaan uit de inspanningen van andere
mensen halen.
Alle vier weer voortvloeiende uit: - De
mens een product is van de natuur, en onderhevig is aan een groot aantal van
de wetten die ook geldig zijn voor zijn voorlopers en zijn omgeving - zowel
levende als dode natuur. - De evolutie zoals plaatsvindend in de rest
van de natuur, geldt ook voor de menselijke soort en één zijn
kenmerken: zijn ingewikkelde vormen van samenleving.
Deze vier en
deze twee uitspraken mogen dan een hoge mate van vanzelfsprekendheid hebben,
desalniettemin hebben ze een hoge tot absolute mate van politieke-incorrectheid.
En wel zodanig hoog dat het uiten ervan gepaard gaat met beschuldigingen van onmenselijkheid.
Deze uitspraken zijn taboe.
En een taboe dwing je af met
verbale bommengooierij, in dit geval zijnde termen als "sociaal darwinisme"
in de intellectuele kring, "schedelmeten" in de krantenversie, en "blank
superioriteitsdenker", "Nazi", "Hitler", enzovoort als het serieus dreigt te worden.
De twee basisuitspraken over mens, mensenmaatschappij, en evolutie zijn
"sociaal darwinisme". En dat laatste is dus heel fout, als "FOUT!!! als in de
oorlog".
Dit terwijl ze niet meer zijn dan gezond verstand. Datgene
waar Goethe op doelde met "Je hoeft niet in China geweest te zijn om te
weten dat de lucht daar ook blauw is". Hier "Je hoeft geen Nobelprijs in de
economie te hebben om te weten dat George Schwartz-Soros een parasiet is".
Of is een wat wijder verspreide vorm: "Achter ieder groot kapitaal zit een
grote misdaad".
Er moet, volgens datzelfde
gezonde verstand, ergens dus een minstens even sterke tegenkracht zijn als
dat gezonde verstand.
En die tegenkracht zijn we al tegengekomen:
de kracht van het Absolute Weten.
Wie kennis heeft van het Absolute
Weten, hoeft zich geen geen zorgen te maken over en zich niets aan te
trekken van de werkelijkheid, want hij weet al hoe het zit.
Het is
bij het "sociaal darwinisme" niet het Absolute Weten van de Almachtige, maar
een ander, seculier, Absoluut Weten.
En wat dat is, is op dit punt al
volkomen voor de hand liggen. het tegenovergestelde van evolutionaire
verschillen. Van verschillen.
Het nieuwe Absolute Weten is dat van
"De Gelijkheid der Culturen".
Of "Alle Culturen zijn
(Gelijk)waardig".
Of in de versie die in de
maatschappelijke praktijk naarstig vermeden wordt maar de eigenlijke versie
is: "Alle Etnieën zijn Gelijk(waardig)".
Hier allemaal genoteerd met die
hoofdletters om aan te geven dat men dit ziet als Absolute Waarden. Waarden
met slechts twee mogelijke numerieke representaties: 0 en ∞ . Nul en
oneindig.
Het is net zo waarschijnlijk als die Absolute Almacht.
En omdat dit Absolute Waarden zijn, is alle onderzoek, alle referentie,
en zelfs alle hinten naar de alternatieve natuurlijke zienswijze verboden.
Met mogelijke gevolgen minstens zo contraproductief als de Almachtige.
Daarom trekken we er ons hier maar niets van aan.
En gaan lekker
etnieën beoordelen en rangschikken. Evolutie is dus moet zijn.
Daarvoor kan je veel parameters
kiezen en om het goed te doen met je er natuurlijk meerdere nemen, maar hier
gaan we meteen voor de slagader: we kiezen de best meetbare en dus ook meest
omstreden: intelligentie.
Om het ons makkelijk te maken, kiezen we
uit het grote aanbod de grotere etnieën, en om de vergelijking met het
bovenstaande te faciliteren, kiezen we er acht. En zelfs dat doen we niet,
net als boven: we kijken eigenlijk alleen maar naar de uiteinden.
Waarna we concreet worden, en de politiek-correcten wordt nogmaals
gewaarschuwd: dit is racistisch en antisemitisch volgens hun normen.
Want overeenkomstig met de atomen met minste elektronen aan de buitenkant
hebben we hier de zwarten, en voor degenen met veel: de Joden
. Je zou een heel simpele maatstaf kunnen nemen: het aantal Nobelprijzen per
bevolkingsgrootte.
Dan geldt net als bij de atomen: het linker
extreem doe je weinig bijzonders mee. Het is wat het is en heeft ook
bepaalde goede eigenschappen. Sport, muziek. Maar verder dan gebouwen van
anderhalve verdieping kom je niet.
Het rechter extreem doe je
eveneens weinig bijzonders mee: het is allemaal abstractie en absolutisme
wat de klok slaat
. Als je het in het edelgassenniveau trekt, zie je een
zelfde soort effect: nauwelijks tot geen (vruchtbare) interactie met de
omgeving, tezamen met het bewustzijn leidende tot extreme navelstaarderij
.
En in het midden, waar redelijke
intelligentie gepaard gaat met enig gezond verstand, gebeuren de
interessante dingen.
Allemaal goed en aardig en een leuke
wetenschappelijke beschouwing, maar wat doe je daar nu mee?
Als
mensheid.
Nou, ten eerste het besef dat hoe goed je het ook gedaan hebt en doet als groep of
soort,
voor de toekomst is er geen enkele garantie. Wat vandaag een passende
ontwikkeling lijkt door bijvoorbeeld te stoppen met vliegen als je toch geen
roofdierige vijanden hebt, kan morgen dodelijk zijn voor je soort als door
een of andere losstaande ontwikkeling die roofdieren plotseling weer wel
opduiken.
En die twee vormen van exponentiële groei aangaande de
mensheid zijn beide duidelijke voorbodes van gevaar. De term klimaat is hier
voor de hand liggend.
Maar op een wat dichter bij het heden staande
niveau is het ontkennen van de etnische verschillen dat ook.
Ook hier
zou je een extremen-verhandeling over kunnen opzetten: het overdadig
benadrukken van die verschillen is duidelijk contraproductief. Maar
hoogstvermoedelijk is het totaal ontkennen ervan dat dus ook. Of in een vorm
geciteerd in In het kort
:
Het is een bijzonder omineus teken dat deze uitspraak op het moment van
het schrijven van deze beschouwing, begin 2022, volstrekt ondenkbaar is, met name bij het publicerende
orgaan: de publieke omroep.
Oftewel: de toestand gaat achteruit.
En dat is de toestand van de vrijheid van meningsuiting en de beschaving.
En het is glashelder wat de oorzaak van die achteruitgang is: de
instroom van niet-blanke etnieën.
Nu kan er opgemerkt worden: maar
dat zorgt voor meer variatie en dat is toch goed?
Dat is een onjuiste
redenatie. Dit zijn allemaal regels, en geen wetten. Een gazelle-moeder die
haar jong opgepeuzeld ziet door een leeuw heeft een heel andere kijk op
variatie dan de toerist met zijn camera op 100 meter afstand.
In het
periodieke systeem boven kan je gaan mengen naar willekeur, maar een
betrekkelijk klein aantal gevallen levert iets vruchtbaars op, iets waar je
op kunt voortbouwen. Veel gevallen zijn neutraal, maar er zijn er genoeg die
rotzooi opleveren.
Vanillavla met chocoladevla is lekker, vanillevla
met dunne stront niet, ook al ziet het er bijna hetzelfde uit.
Alle
maar dan ook alle indicatoren die je kan bedenken, aangaande het
functioneren van de maatschappij, de lijst staat hier
, zijn
achteruitgegaan door de allochtone immigratie. Waaronder dus de vrijheid van
meningsuiting, door zeer velen gezien als cruciaal voor een goed werkende
democratie. Een ander hoogst belangrijke die van het
maatschappelijke vertrouwen
. Ook die gaat aanzienlijk tot sterk achteruit.
Een enkel voorbeeld: wie invalide is, kan beroep doen op een gereserveerde
parkeerplaats voor zijn auto. Want noodzakelijk. Hier twee straten in
allochtonenwijken in respectievelijk Rotterdam en Den Haag
.
Hier is sprake van één van de twee mogelijke verschijnselen: allochtone
immigranten zijn sterk overdadig invalide (en ondermijnen op die manier de
zorgsolidariteit), of allochtone immigranten frauderen met het "invalide
zijn". Het kan ook een combinatie zijn van beide, maar
hoogstwaarschijnlijk is de tweede de (grote) hoofdbijdrager.
Het er eentje uit een eindeloze reeks voorbeelden (niet aan de belasting
opgegeven huizen in thuislanden, niet bestaande kinderen voor de
kindertoeslag, enzovoort,
) Oftewel: de groep allochtone immigranten ondermijnt
het sociale vertrouwen.
Dit kan gekoppeld worden aan het thema
geïntroduceerd in de inleiding, en het gebruik ervan in de natuurkunde rond
atomen, zoals eerder gedaan hier
en hier toegepast op meer globale
ontwikkelingen.
Metalen zijn
van grote waarde voor de ontwikkeling van de mensheid, zoals aangegeven door
de ruwe indeling in Stenen Tijdperk, Bronzen Tijdperk en IJzeren Tijdperk.
Stenen gereedschap gaf de mens de eerste macht over de materie, maar is
beperkt in toepassing door haar brosheid. Toen koper ter beschikking kwam
was dat aanvankelijk weinig verbetering want dat is weer te zacht, maar toen
men er tin bij deed, werd dat als brons veel harder en vanwege zijn veel
betere bewerkbaarheid dan steen veel nuttiger.
Iets dat zich
herhaalde met ijzer en koolstof met een groter bereik in zowel hardheid als
sterkte, wordende staal.
Waarbij in beide gevallen cruciaal is wat de
onderlinge hoeveelheid zijn die je mengt. In brons zijn dat redelijk gelijke
delen, in ijzer is het slechts weinig koolstof.
Dat heeft een hele
simpele reden: de ingrediënten in brons: kopen en tin, lijken redelijk op
elkaar. Die in ijzer en staal niet. Er gaat maar een paar procent koolstof
in ijzer om het staal te maken, en stop je er meer in, wordt het (als
"gietijzer") vrijwel
nutteloos, in ieder geval als gereedschap.
En dat is omdat koper en
brons beide metalen zijn, en koolstof dat niet is.
En ook hier is de
vertaling voor de hand liggend.
Als je Europeanen met Aziaten mengt,
gaat dat prima en kan er meerwaarde ontstaan, maar als je Europeanen met
Afrikanen of Midden-Oostiërs mengt, komen er problemen. Het verschil is te
groot
Overal toe nu toe waar die menging heeft plaatsgevonden.
Nederland: Nederlanders en Marokkanen. Frankrijk: Fransen en Tunesiërs.
Enzovoort.
En je kan net als bij ijzer de percentages aanwijzen: bij zo rond de 3
tot 5 procent gaat het al mis. Die analogie is op deze website eerder al uitgebreid uit de
doeken gedaan .
Maar ook zonder onderzoek kan je de richting van
de gebeurtenissen wel aanwijzen door gewoon je vinger in de maatschappelijke
lucht te steken: als allochtonen het over blanken hebben, is dat met afkeer
en haat
. Als allochtonen moeten kiezen tussen blanken of een andere
allochtone partij, kiezen ze voor de andere allochtone partij
.
Dit
alles volgende de uiterst simpele psychologische regels
: "Ik heb altijd
gelijk", "De schuld ligt altijd bij de ander", en "De vijand van mijn vijand is mijn
vriend".
Dit als voorbeeld van een belangrijk wetenschappelijk
concept: de faseovergang: als je van een systeem met een beperkt aantal
elementen de toestand hebt vastgesteld, kunnen er bij de uitbreiding naar
heel veel elementen drie dingen gebeuren: eigenschappen van de losse
elementen gaan over op het geheel, eigenschappen van de elementen
verdwijnen, en er ontstaan nieuwe eigenschappen.
Die drie genoemde
psychologie-regels gaan dus over op die van de groep, in wat dat
psycho-sociologie heet.
Democratie is een sociologische eigenschap
die verband houdt met meerdere individuele psychologische eigenschappen. Dat
zijn onder andere inlevingsvermogen of empathie, vertrouwen, en rationaliteit.
Dat laatste staande ook voor intelligentie en dergelijke, maar kan ook in
het negatieve geformuleerd worden: de afwezigheid van clan- en stam-denken
.
Democratie in Afrika werkt niet, omdat het volk stemt langs de lijn van
stam-afkomst, en niet naar efficiënte inrichting van het land. Zuid-Soedan
werd zelfstandig van Soedan, en onmiddellijk brak er een onderlinge
stammenstrijd uit.
Al die zwarten die in Nederland roepen dat ze zich
niet vertegenwoordigd voelen door al die "witte" gezichten op televisie,
passen stammennormen toe. Onderscheiden op etnie.
Discrimineren. Zijn racistisch.
En dat betreft bijna alle zwarten
.
De hele beweging van diversiteit
en inclusiviteit is van de allochtone kant niets meer of minder dan
stammenstrijd. een strijd gevoerd door stammen, voor de invoering van de
cultuur van de stammen.
Voor de religieuze tak van dit proces ligt
het allemaal simpeler: islam is barbarij, en iedereen geïnteresseerd in
maatschappelijke ontwikkelingen weet het
. Er is in Nederland 500
jaar verbale strijd geleverd om de invloed van het christendom terug te
dringen, en de islam is qua karakter oneindig veel erger.
Het
inmengen zulke barbarijen kan niet anders dan tot ernstige problemen leiden.
Een additionele factor daarbij, weet iedereen die meer dan routineus de
dagelijkse vorm van mengen beoefent, het koken, is de snelheid waarmee je
mengt. Is het de bedoeling om een homogeen eindproduct te krijgen, is
langzaam mengen bijna altijd het devies.
Dit is ook meer dan eens
opgemerkt als zijnde de oorzaak van de immigratieproblemen: het is te veel
in te korte tijd. Bij kleinere instroom is de kans dat de instroom eigen
enclaves gaat inrichten veel kleiner. Het ontstaan van enclaves is
natuurlijk een groot deel van het probleem, omdat men daar de eigen oude
cultuur gaat bestendigen. Eigen winkels, eigen café's, eigen kerken.
Bazaars, theehuizen, moskeeën:
Het bestaan ervan laat zien dat er (grotendeels) geen sprake is van
integratie - zoals ook al aangegeven door de Mohammed- en
Fatima-kindernaamgeving.
Het verschil tussen de twee gemengden is te
groot, en wel zo groot dat je het van achteren kan zien. Oftewel: er is een
grote kans dat die verschillen een genetische component hebben.
De
verschillen zijn zo groot, dat ze voor iedereen zichtbaar zijn - de grote en
de grotere steden hebben allochtonenwijken, met een aanzienlijk tot veel
lagere sociaal-economische standaard, waarvoor allerlei eufemismes zijn
bedacht: "kansenwijken", "prachtwijken", enzovoort. Deze naamgeving staat
voor twee dingen: het disfunctioneren van de allochtone bevolking
, en het
taboe op het constateren daarvan.
Dat taboe is het gevolg, zoals
gezien, van het onderhouden van Absolute Waarden. Vallende onder de eerste
rubriek van de basale psychologie
: "Ik heb altijd gelijk".
Bij de
confrontatie met een tegenstelling tussen de door "Ik heb altijd gelijk"
gewenste toestand en daadwerkelijke toestand, waarbij ook een andere partij
betrokken is, treedt de tweede basale psychologische rubriek in werking: "De
schuld ligt altijd bij de ander".
Dan zou hier de vraag kunnen zijn:
"Maar wie is dan de ander?", maar dat is door alle betrokken partijen al
uitvoerig betoogd. Al een decennia of twee. met
toenemend volume. Met een toename waarvan op dit
moment zelfs de toename lijkt toe te nemen.
Ten eerste zijn daar
natuurlijk de inmengende groepen. Met als eerste (grote) de moslims.
Moslims zijn heel principieel in het schuld toekennen, in hun religie. De
schuld ligt per definitie bij de niet-moslim, op verbaal zeer rumoerige
wijze.
En over de tijd dat ze ingemengd zijn, zijn ze die overtuiging
ook steeds rumoeriger gaan uiten: de schuld ligt bij de blanke
Nederlanders. Hun term daarvoor is "islamofobie".
De tweede grote inmengde
groep zijn de zwarten. Bij hen heeft het uiting geven aan hun
sociaal-culturele mening wat langer geduurd, maar met name de laatste tien
jaar hebben ze de moslims bijna of geheel ingehaald: de schuld van hun
achterstand ligt bij de blanke Nederlanders. Ze noemen dat "discriminatie"
of "racisme".
De derde ingemengde groep is niet groot qua aantal,
maar wel qua invloed: de Joden. Ook voor hen geldt dat de openbare
schuldtoekenning voornamelijk van de laatste tien jaar is, en ze noemen dat
"antisemitisme".
Nu is de logische tegenwerping: "Ja, maar de Joden
hebben helemaal geen achterstandige positie".
Klopt, maar Joden
hebben, net als moslims en zwarten wel iets te verdedigen ten opzichte van
de ander, namelijk een sterk voorstandige positie. Hun
invloed is dusdanig veel groter dan hun numerieke vertegenwoordiging, dat
dat een probleem vormt zodra andere groepen, zoals moslims en zwarten, een
beroep gaan doen op numerieke vertegenwoordiging.
"Meer zwarten op de
televisie, universiteit, parlement, regering, enzovoort" wordt gebaseerd op
numerieke vertegenwoordiging. Gloria Wekker
: "De bevolking van de
Amsterdamse universiteit moet de samenstelling van de bevolking van
Amsterdam weerspiegelen". Maar dat botst met het feit
dat bijvoorbeeld Joden op de televisie ten opzichte van hun numerieke
aanwezigheid van minder dan 0,5 procent (minder dan 1 op de 200) zwaar
oververtegenwoordigd zijn (net als homo's, trouwens, maar die groep blijft
hier buiten beschouwing).
Om deze oververtegenwoordiging te
verdedigen geven Joden de blanke Nederlanders de schuld van DE HOLOCAUST!!!
of elders: de HOLOCAUST!!! in het algemeen
.
En dan is er nog een vierde groep die de schuld van de
allochtone achterstanden geven aan de blanke Nederlanders, en dat zijn de
blanke Nederlanders.
Alleen is die tweede groep de elite, en de rest
dus de "gewone" blanke Nederlanders.
Deze volgorde van aan de "gewone" blanke Nederlanders vijandige groepen is de natuurlijke, maar niet
die van belangrijkheid. In ieder geval voor zwarten is een groot deel van
hun huidige vijandigheid veroorzaakt door steun van de blanke elite aan de
eerste verschijnselen ervan: de anti-Zwarte Piet-beweging begon met slechts
twee personen. En die zijn door de media-elite groot gemaakt, en door de
bestuurlijke elite gesteund in hun strijd, in wat een archetypisch
cirkelproces was: het klein groepje actieve haters kreeg steun van de
blanke elite die het hun haatboodschap verder verspreiden, waardoor meer
zwarten gingen haten en erger gingen haten, waardoor het toegeven van de
elite toenam, enzovoort.
Resulterend in het herschrijven van de
geschiedenis, het verheffen van culturele barbarijen als islam en winti tot
culturele verworvenheden, en introductie van begrippen als "etnisch
profileren" en" institutioneel racisme". Generaliserend dus
gore leugens van de ergste soort, zoals de gekleurde hanteerders zelf
bewijzen door hier te blijven in plaats weg te vluchten van de plaats waar
zulke ernstige misstanden heersen.
Met als meest recente ontwikkeling
een hoogst voorspelbare: als een stel leugens wijder verspreid moet worden,
zijn er een paar processen nodig: - Voortdurende herhaling
van de boodschap. - Het zwart maken van de tegenstanders van
de boodschap. - Het creëren van een taboe op kritische en
alternatieve opvattingen. Toegepast op het ontstaan van "etnisch
profileren" en dergelijke is meteen duidelijk wat die laatste ontwikkeling
is: het wokisme.
Het wokisme is een voorlopig nog verbale terreur,
die al op het punt is van het censureren van literaire werken "naar de geest
van de tijd". Zo ver, dat instituties als de Volkskrant daarover
schrijven als gewoon een standpunt waar begrip voor opgebracht moet worden.
George Orwell heeft onweerlegbaar want al meer dan vijftig jaar
onweerlegd laten zien waar het toe leidt: dictatuur.
Dictatuur van
barbarijen over het redelijke deel der mensheid.
Altijd al een onder
druk levende minderheid, trouwens.
De mensheid heeft alleen een
toekomst, als de invloed van de barbaren, de ideologisch en Absoluut
denkenden, van "Jahweh/Allah/God" tot "Gelijkheid", de kop ingedrukt kan
worden.
Aanpak
Er zijn al ontelbare manieren voorgesteld om het functioneren van de mensheid te verbeteren.
De voorgaande laatste sectie gebruikt de methodiek van het "schrappen": formuleer
zo veel mogelijk dingen die niet werken. En de genoemde: religie en ideologie
in het algemeen zijn eigenlijk bekende voorbeelden. Al hele hordes mensen hebben geargumenteerd
tegen religie, met daarbij zulke heldere argumenten dat slechts één zaak dit tegenhoudt:
geestelijke zwakte. Vaak benoemd als domheid, maar ook slimme mensen hebben geestelijke zwaktes,
en soms denk je: die hebben ze nog meer. Als je kijkt naar hun verdedigen van zulke
weerzinwekkendheden als de islam .
De methode die hier maar eens geprobeerd wordt, is die van het opschalen van het kleine voorbeeld:
neem de ontwikkeling van een individu en gebruik dat als voorbeeld voor het toepassen op
de hele mensheid.
Daarvoor komen gelukkig ook weer vele individuen voor in aanmerking, en de eerste keuze hier
is die van Bertrand Russell. Hij is op vele terreinen actief geweest, heeft op een aantal
het hoogst mogelijke niveau bereikt, en is nooit betrapt op intellectuele of morele
zondes. Het meest helder is zijn verhaal hoe hij als jong-volwassene zijn eigen geestelijke
zwakte van overdadige introspectie heeft bestreden
- iets dat op dit moment
een volksziekte genoemd zou kunnen worden, ware het niet dat vooral "het volk"
er weinig last van heeft, en de "intelletuele" elite en vooral of eigenlijk alleen
het alfa-intellectuele deel van de elite er dusdanig ernstig mee behept is dat je je
afvraagt of het ooit goed komt. De afzet van de mocro-coke-maffia doet vermoeden van niet.
Deze aanpak heeft ook beperkingen, in dat je veelal niet genoeg weet over hoe mensen tot
hun ideeën zij gekomen, en dat heel veel van die van de oudere generaties nog maar matig
van toepassing zijn. Alleen al gezien de steeds sneller lopende technologische ontwikkelingen,
want ook de ICT is techniek, en er zijn goede argumenten om fat laatste te plaatsen in het rijtje van de
Industriële oftewel Mechanische Revolutie, de Elektrische en Elektronische Revolutie, en nu dus
de Informatie Revolutie. De huidige groei van het internet is exponentieel, en exponentiële groei
is het meest zekere teken van het optreden van een revolutie.
En mede vanwege de technische aard van die ontwikkelingen moet het voorbeeld
bijna wel een
bèta zijn.
En die doen dan weer meestal veel te weinig hun mond open. In het Nederlkandse maatschappelijke
debat kan je eigenlijk alleen Jan Terlouw noemen, en Diederik Samsom is dan wel natuurwetenschapper,
maar lijdend aan het functioneren in de kringen van de Gelijkheidsideologen. Wat alle rede dood slaat.
Zoals blijkt uit zijn decennialange strijd tegen kernenergie.
En mede omdat het gebruik van andere individuen veel studie van het leven
van die individuen vereist, gaat deze redactie het maar over de eigen ervaringen hebben.
Uit welke ervaringen meteen één bijzonder harde regel opgediept wordt: een opvoeding zonder
ideologie en met name zonder religie.
Iets dat vermoedelijk al slaat op de eerste vier levensjaren.
Het is wel mogelijk om onder zo'n ervaring uit te komen, maar alle verhalen daarover
hebben het over vele, minstens circa vijf, jaren.
Het tweede aspect is een opleiding met zo veel mogelijk uitdaging op het vlak van
redenatie, associatie, deductie enzovoort, allemaal zaken om de geest te leren te
redeneren, in combinatie met zo veel mogelijk gezond-verstanddingen, niveau: gaat
wat ik- doe praktisch werken?.
Het eerste lijkt allemaal wiskunde-achtig maar wiskunde sec is zeker niet voldoende,
en vaak werkende als valkuil richting andere absoluutheden. En dan komt je al gauw op
de natuurkunde.
In tegenstelling tot de Nederlandse algemene naam ervoor, is natuurkunde geen
exacte wetenschap, maar natuurkunde doet alleen aan benaderingen, als in "De lengte is
twee meter plus of min drie centimeter". De officiële uitdrukking voor
"ongeveer".
Natuurkunde is de wetenschap van het "ongeveer".
Deze redactie had wat betreft opleiding diverse gelukkige omstandigheden: enig talent voor bètavakken, en weinig
talent voor talen. Dus die keuzes waren automatisch.
Maar er zijn meer gelukkigere of ongelukkigere toevalligheden te melden. Op het boekenrekje
van de vijf jaar oudere broer stonden diverse deeltjes uit de Prisma pocketboekenreeks
met technische onderwerpen, waaronder een vroeg boekje voor kinderen over het doen
van proefjes, dat ingedeeld was in drie hoofddelen: Doen, Denken, en Denken en Doen.
Eindeloos vele keren is de jeugdige geest van deze redactie teruggekomen op de gedachte: "Maar
het is toch Doen, Denken en Doen, en Denken ... ???"
Er zijn vele, vele jaren over heen gegaan voor ten volle aanvaard werd dat het origineel het juiste was.
Een andere vondst op dat boekenrekje waren de eerste deeltjes uit de boekenserie M=SF, sciencefinction-pockets uitgegeven door de keurig literaire uitgever Meulenhof. Twee redacteuren hadden een bloemlezing
uit de sciencefictionliteratuur, met een nadruk op sociologische sciencefiction. Met ook auteurs
als J.G. Ballard en Kurt Vonnegut, en SF-klassiekers als Robert Heinlein, Isaac Asimov, en A.E. van Vogt,
met vooral veel van Jack Vance.
Deze redactie wil graag stellen dat zonder zo'n achtergrond mensen over van alles hun mond moeten houden,
vooral over op zijn minst de toekomst.
Het mogelijk door toeval als eerste gekozen deel is Verdwaald tussen Sterren (Orphans of the Sky, 1941)
van Heinlein (tegenwoordig van Starship Troopers-faam
),
dat avonturen binnen een generatieruimteschip op weg naar meest nabijstaande zon beschrijft, als dit door revolutie
zijn leidinggevende bemanning heeft verloren en men niet meer weet dat het in een ruimteschip zit,
maar denkt dat dat ruimteschip hun heelal is.
Doet u, bewoner van "ruimteschip Aarde", dat niet ergens aan denken?
Jack Vance had voor zijn schrijverscarrière gewerkt in de beroepsvaart en een groot deel van de wereld
en zijn veelheid van culturen gezien, en een flink deel van wat hij beschrijft
in zijn verhalen zijn puur uitvergrotingen van daadwerkelijk waargenomen menselijke culturele trekken.
Zelfs de hedendaagse uitwassen van het feminisme staan er al in, net als vele andere aspecten van de
politieke-correctheid, zoals de dwaasheid van vrije immigratie in een
verzorgingsmaatschappij
.
Met als voornaamste winst van dit alles het ontwikkelen van een brede blik het sociologische en
culturele ontwikkelen van de mensheid als geheel. Inclusief de reële mogelijkheid van uitsterven
als we niet wensen te leren van de werkelijkheid.
Maar er waren twee meer specifieke bijdragen aan de geest van deze redactie,
zonder welke deze
website niet had bestaan: de beroemde Foundation-serie
van Isaac Asimov, dat een mogelijkheid
van het ontwikkelen van een echte, min of meer deterministische theorie van sociologie en
de onderliggende psychologie beschrijft, onder de noemer "psychohistory".
En de tweede bijdrage was nog belangrijker, namelijk de Nul-A boeken
van A.E van Vogt,
want die introduceerden de theorie van Algemene semantiek van Alfred Korzybski
, een Poolse
filosoof en taalkundige die ook mede als doel het ontwikkelen van een sociologie naar
het model van de natuurwetenschappen, en daarvoor vooral het mechanisme van de taal wilde
gebruiken.
Met als tweede aspect een onderbouw in de neurologie, in zijn tijd nog staande in de kinderschoenen.
Het boek van Korzybki over de Algemene semantiek (Science and Sanity,
1933) is minder toegankelijk, maar via
het begrip en het toeval kreeg deze redactie bij het werk Language in Thought and Action
van S. I. Hayakawa in handen, dat de inspiratiebron vormde voor een belangrijk deel van deze website, zie de
betreffende sectie .
Waar Korzybski's werk zuiver intellectueel gericht lijkt, is het dat in een eventuele uitwerking natuurlijk net zo
min als de Verlichting dat is. Hayakawa werkt dat wat uit, en spreekt zich, zonder de echt maatschappelijke
terminologie te bruiken, uit voor een meer coöperatief maatschappijmodel tegenover het puur competatieve.
Maar je kan het ook zien als een veel verdere uitwerking van de intellectuele versie van George
Orwell's
boodschap, geformuleerd in Politics and the English Language
.
Op deze website zijn er verscheidene artikelen gewijd aan verdere stappen richting de maatschappelijke discussie,
zoals beginnende met puur taalkundig lijkende zoals Retorische trucs
en het Informatiefilter
. Deze kunnen gezien worden als
uitwerkingen in meer praktische richting van de observaties van Orwell en
Hayakawa.
Maar geen van het genoemde formuleert concrete maatregelen om hun loffelijke doelen te bereiken.
Enigszins begrijpelijk: je maakt je meteen politiek en maatschappelijk
kwetsbaar.
Voor concrete maatregelen moeten we weer terug naar de sciencefiction, want bedenkers van fictie hoeven
dit soort bedenkingen
en beperkingen natuurlijk niet te hebben.
A.E. van Vogt heeft een concreet voorstel: de Spelmachine (veel beter dan het originele "Machine").
De Spelmachine (een computer, natuurlijk hoewel dat woord niet gebruikt wordt) draait op de regels van de Algemene
semantiek, waarin die van de logica enzovoort besloten zitten, en zowel je status als je beroepsmogelijkheden wat betreft het bestuur van de maatschappij worden bepaald
door een vraag-en-antwoord spel met de machine. Hoe hoger je scoort, hoe hoger de bestuurlijke baan
die je kan krijgen
Pas veel later besefte deze redactie dat zoiets ooit bestaan heeft, na het lezen van de verhalen van
C. Northcote Parkinson
over de absurditeiten van maatschappelijk bestuur en aanverwante
in hun gewoonlijke vormen.
In één van de verhalen komen de verschillende methodes van baanselectie langs. Zo is er de
methode van het Engelse
leger: "In welk regiment diende je vader? In welke slag heeft je grootvader gevochten?".
En ter contrast leerden we over de Chinese methode: wie een mandarijnenbaan begeerde, moest reeksen examens
afleggen in de beheersing van het lezen en schrijven van de grote hoeveelheid Chinese karakters.
Dat was een objectieve maatstaf.
Voor iedereen gelijk en toegankelijk. En de verschillende Chinese keizerrijken hebben er vel duizenden jaren op kunnen bloeien.
Dat werd later wat minder, omdat dat ingewikkelde taalstelsel later een rem
bleek op allerlei andere
ontwikkelingen.
Maar dat wil niet zeggen dat dat examensysteem voor bestuursfuncties dat is. Een rem, dat is.
De huidige westerse maatschappij hanteert voor alle beroepen waarbij het
leven van andere in gevaar kan komen een soortgelijk systeem: piloot wordt
je niet omdat je vader ook piloot was, maar omdat je de opleiding succesvol
hebt afgerond.
Dit systeem is uiterst succesvol.
Desondanks
wordt het niet gehanteerd voor de meeste functies die van belang zijn voor
het functioneren van de maatschappij als geheel: bestuur en, is inmiddels
volkomen duidelijk: de media.
Bij het bestuur, en met name de
politiek, lijkt een omgekeerde regel geldig: wie het beste kan liegen, komt
het hoogste.
En de media hebben dat voorbeeld gevolgd.
Met als
veruit meest voorkomende soort leugen, de leugen dat men zelf geen belang
heeft bij het beweerde, dat laatste zijnde een uitermate primitieve drift
.
Zowel bestuur als media worden volstrekt gedomineerd door mensen
met een alfa-geest, want alfa's kunnen veruit het beste liegen. Mensen met
het sterkste gevoel voor eigenbelang worden het sterkst gemotiveerd voor de
politiek, en in de media wordt de vorm van de boodschap gezien als
essentieel onderdeel en daarvoor is taalkundig talent nodig waarin veel
variatie een essentiële component is en in fantaseren en liegen zit oneindig
veel meer variatie dan het vertellen van waarheid en werkelijkheid, en
werkelijkheid in de media is behalve bij berichtgeving over orkanen en
aardbevingen dan ook zeldzamer dan het zuiverste goud
.
Wat
voorbeelden: "Rusland is onmachtig om het oosten van Oekraïne te bezetten",
tezamen met ""We moeten on voorbereiden op de bezetting door Rusland van heel
Europa". Of "Degenen die MH17 hebben neergeschoten hoeven niet de intentie
te hebben gehad om MH17 neer te schieten, om ze toch schuldig te maken aan
het plegen van massamoord met voorbedachte rade".
Beide zijn de meest
glaszuivere contradicties denkbaar, en beide worden gepresenteerd als de
meest zuivere waarheden.
En volkomen maatschappijbreed aanvaard, door
de meest eenzijdige mediacampagne denkbaar.
Beide zijn slechts
extreme voorbeelden van een oneindigheid aan andere, doortrekken niet alleen
politiek en media, maar dus zelfs de rechtspraktijk, zoals uit een hele
reeks zogenaamde "gerechterlijke dwalingen" in het strafrecht
. En al
welke gevallen er sprake is van sterke schendingen van de logica en het
redelijke denken.
In het geval van het recht is dat het logische
gevolg van twee processen: de studie van het recht geeft goede toegang tot
maatschappelijk aantrekkelijke banen, en in de juridische opleiding is geen
enkele training of vereiste tot het logisch en dergelijke kunnen redeneren.
Met deze constateringen zijn de conclusies in feite ook al beschreven:
wat voor de voortgang van de maatschappij en vermoedelijk de voortgang van
de mensheid ten sterkste nodig is, is het invoeren van meer en veel meer
vereisten op het vlak van de bèta-vaardigheden: logica en al dergelijke
vormen van redeneren.
Het op het ogenblik als meest acute gevaar voor
de mensheid erkende fenomeen is klimaatopwarming. Zoals beschreven hier
, had iedereen dat kunnen bedenken sinds op zijn minst 1968, het jaartal dat
deze redactie het bedacht.
Ook had iedereen op dat moment al een
oplossing kunnen bedenken omdat die oplossing op dat moment ook al bestond:
kernenergie.
Tegen kernenergie is een heftige campagne gevoerd door de
alfa's
, omdat ze kernenergie niet begrepen en/of vreesden voor meer macht
van de technici, de bèta's: kernenergie gaat samen met een absolute
prioriteit voor veiligheid, dat wil zeggen: het kan alleen onder auspiciën
van overheden (veiligheid is duur en zal door bedrijven altijd op bezuinigd
worden, zoals daar en overal elders uitvoerig bewezen).
De negatieve
gevolgen van het gebruik van fossiele brandstof overtreffen de negatieve
gevolgen van het gebruik van kernenergie een oneindig aantal malen.
Er
is geen enkele reden om aan te nemen dat de alfa's van nu beter zijn in het
inschatten van dit soort zaken. De alfa's voeren op dit moment een heftige
campagne tegen het internet
, omdat het internet hun dominantie en de
facto censuur van de reguliere media
ondermijnt.
Het tegendeel is
zelfs het geval: de alfa's voeren een heftige campagne voor het herinvoeren
van het barbaarse denken, onder de dekmantel van de Gelijkheidsideologie: "De
Gelijkheid der Culturen"
. In het kader van de Gelijkheid-campagne wordt
expliciet beleid gevoerd voor het benoemen op functies van personen op grond
van etniciteit en/of religie. Waar men, de alfa's eigen, mooie woorden voor
heeft bedacht, zoals "Diversiteit" en "Inclusiviteit".
Het is
allemaal de barbarij van selectie op grond van afkomst, zoals het Engelse
voorbeeld van Parkinson laat zien.
Het is ook allemaal equivalent aan
"Meer, meer, meer zwarten in de cockpit van het verkeervliegtuig".
De noodzaak van het invoeren van inhoudelijke eisen op alle functies van
bestuur en media kan niet beter onderbouwd worden. Geen zinnig mens
vertrouwd zijn leven toe aan een piloot die daar zit vanwege zijn/haar
religie of huidskleur.
Geen zinnig mens zou zijn leven toe moeten
vertrouwen aan een politicus of journalist die daar zit vanwege zijn/haar
religie of huidskleur.
En dat laatste is op dit moment dus al staande
praktijk.
Het is serieus de vraag of de toekomst van de mensheid meer
in gevaar is door CO2-uitstoot en
klimaatopwarming, of door de Gelijkheidsideologie van "Diversiteit" en
"Inclusiviteit".
Er is dus dringend een programma voor voortgang van
het proces van de Verlichting nodig.
Met op nummer één natuurlijk de
basis: de Grondwet.
Uit die huidige, religie en afkomst benoemende
Grondwet moet dus dringend en als allereerste al die elementen die religie
of afkomst benoemen, expliciet en impliciet, verwijderd worden.
Er is
maar één regel nodig: "Alle individuen hebben in gelijke omstandigheden
gelijke rechten".
Dat dekt alles dienaangaande reeds.
Er is
geen enkele reden om religieuze of etnische groepen een extra behandeling te
geven. Dat is institutionele discriminatie en racisme. De uitwassen daarvan
zijn merkbaar: het wordt aanhangers van datgene dat heet islam toegestaan
een hoofddoek op een pasfoto te dragen, en de aanhangers van datgene dat
zich Pastafaria noemt niet toegestaan om op een pasfoto een vergiet te dragen.
Welke overwegingen dus ook gelden voor de term "minderheden", want
er zijn geen meerderheden in Nederland, alleen minderheden.
De enige
meerderheid in Nederland die telt, is die bij de uitslagen van verkiezingen.
Dit slaat natuurlijk ook op alle beleid en overige programma's gericht
op etnische en/of religieuze minderheden, tenzij bij alle vormen van beleid
etniciteit en religie geregistreerd en meegenomen als factor bij beleid, met
name natuurlijk bij criminaliteit, fraude, enzovoort.
Tot de
aanpassingen noodzakelijk voor voortgang van de Verlichting in overige
uitvoerende wetgeving behoort natuurlijk als eerste het verwijderen van alle
vormen van stimulans van religie, om te beginnen het beslag dat ze mogen
leggen op de openbare ruimte daarmee niet-religieuzen confronterende met hun
religie. Net als het toebrengen van lichamelijk letsel aan anderen en het
confronteren van anderen met jouw seks, dient het confronteren van anderen
met jouw religie verboden te worden.
Net als beide andere zaken valt
dit onder pure maatschappelijke zindelijkheid.
Religie in het
privédomein hoeft voorlopig niet verboden te worden, tot bewezen wordt dat
het opvoeden van kinderen in religie een ernstig nadeel voor het
maatschappelijke toekomst is. Dat is hoogstwaarschijnlijk wel zo, maar moet
nog bewezen worden. Dit valt dan puur onder een verbod op het toebrengen van
geestelijk letsel.
Dan het vervolgtraject in het leven: de opleiding.
Dat daarin religie geen rol mag spelen voor zover die opleiding betaald
en/of georganiseerd word door de rest van de maatschappij, spreekt voor
zich. Hetzelfde voorbehoud als voor opvoeding geldt voor privébetaald
onderwijs met religie.
Binnen het overheidonderwijs dienen de
belangrijke beslissingen voor de schoolloopbaan in eerste instantie genomen
te worden op basis van tests. Om de betrouwbaarheid daarvan te verbeteren,
moeten de loopbaanbepalende minstens eens in de twee jaar afgenomen worden,
zodat de afwijkingen van een enkele eindtoets wordt teruggebracht. Deze
gegevens hebben een tweede hoofddoel in het verbeteren van het onderwijs.
Bij de baanselectie dienen alle onbewezen methodieken
, zoals het enkele gesprek met een
personeelschef, verboden te worden voor instellingen en grotere bedrijven
en. Als minste dient er een test op algemene vaardigheden, een uitbreiding
van de oude intelligentietest, gehanteerd te worden, omdat de intelligentie
tot nu toe de enige test met enige voorspellende waarde is gebleken.
Aanvullende aspecten dienen ontwikkeld en in de praktijk getest te worden,
af te meten aan succes van latere carrière. Dit vergt een aanzienlijk
aanlooptijd. De ontwikkelingen in de kunstmatige intelligentie kunnen deze
aanlooptijd mogelijk verkorten.
Voor maatschappelijke discussie
bepalende factoren, zoals de media, dienen in verband met bewezen
stelselmatige misleiding
, regulerende en beroepscollege's te komen, waar
gevallen van leugens ("desinformatie") tot en met taalmanipulatie
aangeklaagd kunnen worden, zie de Persregels
.
Dit kan gepaard gaan met een puntensysteem voor overtredingen zoals
geformuleerd in Informatieregels
, met als eindpunt uitsluiting uit het beroep.
Al de hier voorstelde
maatregelen en acties zijn van een hoge mate van vanzelfsprekendheid, als
men eenmaal de stap van een emotionele, onderbuik, naar een redelijke kijk
op dit soort zaken heeft genomen. Die stap kan nogal wat tot zeer veel
moeite kosten, afhankelijk van de voorgeschiedenis van het individu.
Het hier voorgestelde traject moet daarom eerst voorgelegd en uitgebreid
besproken kunnen worden. Vroeger zou dat altijd in meer beperkte kring moeten
in verband met de noodzaak van fysieke aanwezigheid, tegenwoordig kan dat
zelfs wereldwijd geregeld worden, via het internet.
Het hier
voorgestelde traject kan gepresenteerd worden op een website, in voldoende
detail ingedeeld, en er moet eenieder de mogelijkheid geboden worden erop
te reageren, en anderen weer te reageren op die reacties.
Een
voorbeeld in het kader van het archetypische "Openbare uitingen van religie
dienen verboden te worden": - "Het moet van mijn familie" -
"Dan is dat dwang en dient verboden te worden". - "Het is de
zin van mijn leven". - "Dan gaat bij al uw keuzes de
mede-gelovige voor anderen, en bent u fundamenteel bevooroordeeld en niet
geschikt voor samenleven met niet-gelovigen".
Enzovoort.
Hier een voorbeeld voor een algemeen schema - download de
afbeelding voor een leesbaarder formaat (van hier
):
En hier
zijn wat voorstellen om de discussie wat aangenamer te maken.
Het is
duidelijk dat op deze manier voldoende consensus bereikt kan worden over
alle voorgestelde maatregelen, aangezien ze gebaseerd zijn op redelijke
argumenten, en alleen door andere redelijke aangevuld en/of vervangen zullen
worden.
Uit wat ongetwijfeld een overdadige veelheid van inbreng zal
worden, leren de ervaringen op het internet, kan tevens de basis voor de
Spelmachina van Van Vogt gevormd worden.
Naar Alfa's en bèta's, sociologisch
, of site home
.
|